Brief uit België Weekblad voor Venray en Omstreken Fundamenten Ie Jaargang na de bevrijding No. 20 Zaterdag 7 April 1945 Al leil er veel ver woest en wil daarvan niet Ijzen, het zal mei grooler glans uit as en stof herrijzen (Vondel I A WA Prijs per nummer 15 ct St. Truyden. Paschen St. Truyden, geachte lezer, is een zeer oud stadje met een markt zon ruim, dat het iedere Nederlandsche plaats een voor- heeld kan geven, maar met huizen vaak zoo verwaarloosd, dat het stadje aan iedere Nederlandsche plaats een voorbeeld kan nemen. Een rijke plaats met ontelbare café's en ijssalons, alles met ge blondeerde damesbediening, een intense handelsplaats waar nog veel te koop is. Een paradijs dus Wacht met Uw opinie lezer en bestudeer eerst eeniye prijsjes uit dit wonderland. En bedenk erbij dat U niet genietend' van de officieele koersen met Uw in waarde gedaalde guldens ongeveer driemaal zooveel zou moeten betalen. Kom dus niet om te smokkelen Een paar slechte schoenen met bon kost f 25.—. Maar U kunt ze zelden krijgen, wat geen be zwaar is, want voor f 120.— kunt U steeds zonder bon terecht. Dameskousen heeft men al vanaf f 12.—, kinderkousen al voor 1 6.Een heeren overhemd met vergunning doet f 30. Een heerenheind met vergunning f 15. Een kilo aardappelen kost f 0.35, een liter melk f 0.25, een roode kooltje (2 personen) f 1.90, een kilo Brusselsch lof f 0.75. Kolen kregen we practisch niet. maar voor f 24.de honderd kilo was de kachel wel aan te houden. In dit paradijs werd de Ven- raysche kolonie neergezet. De huisvesting der gezinnen was niet geregeld, men had ook zo weinig kleeren, men had geen geld. Dit laatste mag men een mop noemen, zij het een trieste mop zonder geld in St. Truyden Men kan even goed zonder overjas een winteroffensief tegen Rusland be ginnen. Het is niet te geiooven hoeveel geld in België in omloop is. De Belgische salarissen zijn dan ook veelal met 60 ver hoogd. de huishuren mogen met 40 stijgen. Er is geld, veel geld, maar nooit genoeg voor de hier geldende prijzen. Alleen de Venrayers hadden geen geld. En beseft men in Venray wel wat dit beteekent om in een vrepmd land te staan zonder huisraad, met weinig kleeren. waar niemand op U gerekend heeft, waar de georganiseerde hulpverleeningach- terwege blijft, zoodat men geheel aangewezen is op de treffende staaltjes van naastenliefde door enkele Belgische families getoond Het waren wel heel moeilijke, en voor sommigen zelfs ondragelijke tijden. Maar er was nog hoop thuis lag nog van alles en men zou het gaan halen. Hoe is hier on afgebroken geluisterd naar de radio I „Is Venray al vrijgegeven t" En toen is de stap gewaagd, met of zonder pas. Dat men met leege handen en een bezwaard gemoed terugkeerde, hoeft in een Ven- raysch blad niet geschreven te worden. Maar misschien is het wel goed er op te wijzen hoe hier moreel geleden wordt, vooral door huismoeders, die wel hoor den dat hun spullen weg zijn, maar die, gebonden door hun gezin, niet kunnen gaan zien, met kunnen gaan zoeken.... Ven ray is zoo ver, de reis zoo moei lijk. de medewerking van de autoriteiten zoo gering. En mag men verbaasd zijn dat hier jaloezie bestaat tegenover hen die dicht bij huis en hof bleven en veel van hun hui.yaad konden redden Of tegenover hen die deserteerden en nu mooie posities bekleeden bij politie of grensbe waking? Menschen die bovendien rijkelijk gesteund zijn door hulp comités met kleeding. schoeisel, huisraad, enz. Is hier dan geen hulp verleend Zooals gezegd werden de Ven rayers in de eerste maanden practisch niet geholpen en het waren onze gastheeren, de broe ders \>an Liefde alhier, die althans honger en kou van de deur hiel den. Ook van uit Holland hoor den wij niets en wij schenen zoo'n beetje vergeten. De eerste ware hulp is veriaend door enkele hier wonende Nederlandsche priesters zij deden de onmisbare, maar onbetaalbare lepels, vorken, bor den en ketels in de keukens verschijnen, Zij vonden hier een lap stof. daar een paar schoenen. Zij gaven ook de zoo noodzake lijke moreele steun op kerkelijke bijeenkomsten. Maar ook het Amerikaansche Roode Kruis vond ons sinds enkele weken. En tenslotte ver raste de Regeering tegen Paschen onze verplegers met een salars- verhetering. Geen wonder dat de moed grooter wordt, dat men niet meer schuw gaat langs de winkelramen, waarachter het zoo dringend noodige tegen zulke enorme prijzen ons toelacht. Wanneer men nu nog wist dat in Venray onze belangen niet vergeten worden, de ons nog resteerende eigendommen door het gezag verdedigd worden, dan zou menige zorgentrek uitgewischt zijn en dan zou een gelukkig Paasch feest in den vreemde niet onmogelijk zijn. Dr. F. M. H. Copi© en advertenties voor dit blad kunnen uiterlijk Donderdags voor 10 uur ingestuurd worden aan admini stratie-adres Hense- niustraat 1, Venray. Dialect Wij hebben in onze N. Limb, streektaal een eigenaardige juiste uitdrukking die mensen typeert, die na enkele weken elders te hebben geleefd terugkomen en dan schijnbaar hun eigen moeders- taal niet meer kunnen spreken. Van deze mensen heet hetich haab vierseen rage in Kalden- kirchen gemitselt, ich kan 't Duits pratsen nien meer latsen. Deze uitdrukking toont ons niet alleen de afkeuring die onze vaders en- moeders hadden voor zulke men sen maar typeert ook op aardige wijze hoe belachelijk dit soort mensen zich aanstelden. Als men eens nagaat hoe onze Venrayers van voor de bevrijding dachten over hun eigen dialect, dan komt men tot de conclusie dat zij die afkeurende houding van hun voorouders niet hebben overgenomen. Wel hoorde men zelden dat iemand afgaf op zijn moederstaai maar de houding die men in sommige kringen aannam f.o.v. ons dialect toonde wel dat de waardering niet zo was als men redelijkerwijs verlangen en wensen mocht, 't Dialect werd daar zo langzamerhand als iets minderwaardigs beschouwd, 't „Hollands" daarentegen deed iemand in aanzien stijgen. 'n Typerend staaltje dat ik meerdere malen in meerdere Ven- rayse middenstandszaken heb mee gemaakt. Er komt 'n dame de winkel binnen. Deze dame geeft haar verlangen te kennen in 't Hollands terwijl ik zeker weet dat ze goed dialect spreekt. „O, zeker Mevrouw." zegt de juffrouw in de zaak, „ik zal U direct helpen". Vlak daarop een andere dame. die wat haar stand betreft meer aanspraak maakt op de ge bruikte titel als de eerste (ik wil geen discussie openen over be titeling, want dat is m.i. geen regel inkt waard). De laatste dame doet haar boodschap als rechtgeaarde Venraysein 'tdialect. „Ja juffrouw" zegt de dame in de winkel „ik kom aanstonds bij U". De mening, dat dialect iets minderwaardigs is, is helaas reeds ver doorgedrongen, niet in 't minst tot de hogere kringen, of laat ik liever zeggen tot hen die zich daartoe menen te moeten rekenen. Toch is deze mening foutief en ze mist alle grond. Zoals ieder dialect is ook het Venrayse dialect voortgekomen uit de eeuwen oude samenwerking en de eeuwen oude gemeenschap die Venray heet. Dat dialect is bovendièn de grondslag en de drager der eeuwenoude Venrayse volkscul tuur. Wie dus durft beweren, dat onze taal iets is van mindere waarde beledigt daardoor Venray zelf- De Venrayer die zijn streek taal beschouwt als iets van min dere rang blameert zich zelf door het ten toon spreiden van zijn onkunde. Zeer beschaafde en hoog ont wikkelde mensen denken er inder daad anders over. Kijken we eens naar Maastricht. Spreekt daar niet iedere gehoren en getogen Maastrichtenaar, dokter of advo caat of werkman zijn Maastrichts plat en zelf hebben wij waar. schijnlijk meermalen gehoord, dat ook ons hoogste geestelijk gezag in Limburg, Vader Bisschop, zoveel mogelijk zijn dialect ge bruikt. En we hoeven niet eens te kijken naar niet Venrayers. Spreekt ook onze grootste levende dorpsgenoot Dr. Poels niet steeds, waar dat mogelijk is, ons mooie Venrays. Als zulke mensen dat doen, waarom zouden wij ons dan schamen vooral om in Venray Venray's te spreken, Misschien zult U zeggen dat heeft alles zo weinig betekenis. Toch vergist U zich. Vraagt 't eens aan een Venrayer die inde vreemde is geweest, misschien in Duitsland, hoe 't hem te moede was toen hij weer de vertrouwde klanken van zijn eigen taai hoorde. Dat niet alleen. Als uiting van een eeuwenoude gemeenschappe lijke cultuur is het dialect een bindmiddel bij uitstek en een fundament waarop de volkscul tuur ook in de toekomst moet voortbouwen. Nu wil ik nog niet eens spre ken over de wetenschappelijke waarde van onze streektaal. Iemand als onze Nijmeegse hoog leeraar Prof. Dr, Jac. v. Ginniken zou U daar veel belangrijks over kunnen vertellen. Omdat ons plat van zoveel waarde is moeten wij ons de moeite getroosten 't zo goed mogelijk te spreken. Houd daar om Uw oren wijd open als U oude mensen, goede dialectspre kers bezig hoort. Luister naar de woorden, de geestige en sappige uitdrukkingen die zij gebruiken, tracht ze te onthouden en leer ze zelf te gebruiken. U hoeft daarom Uw Algemeen Beschaafd Nederlands helemaal niet te ver waarlozen, 't zal integendeel Uw taal rijker maken. Dan zullen de woorden van de dichter van ons Limb, volkslied „Waar der vad'ren schoone taal klinkt met held're kracht" waarheid blijven tot zegen van onze Venrayse en onze Limburgse en ook Neder landse gemeenschap. NootDitzelfde geld voor ieder van onze kerkdorpen al is het gesignaleerde kwaad er niet zo ver doorgedrongen. Th. v. T. Aanvullingslijst gevorderde huizen: Bontekoesfraat 2 (winkel) Henseniusplein 9 (2 kamers) Henseniusplein 6 (2 kamers) Mgr. Nolensstraat 5 Grote Straat 2 DE ZWIJGER Adm. adres HeiikeiiiiiKnlraiil I VENRAY Litgrvi*r cn Verniilw ieilan lit1; Wacr der vad'ien suhoona iacl Klink: met held're tracht (Liiub. volkslied).

De Zwijger | 1945 | | pagina 1