Voor v.Ln.r.: Herman Dinghs; Cato Philipsen; Catrien Janssen; Lien Cremers; Net van den Eijnde; Mariet van den Eijnde; Sjef Direcks (Blakt); Harrie Peeters; Teng Emonts. Boek 'De Castenrayse Vennen' Op een gegeven moment, toen we van de ene boompuist op de andere sprongen, liet Bernet zich, zoals we hadden afgesproken, in het water vallen. De twee Duitsers stelden alles in het werk om haar uit het water te halen. Ik kreeg daardoor een voorsprong Lies Jakobs: "Er moest veel werk voor gedaan worden om er wat aan te kunnen verdienen. We kookten cacaomelk en sjouwden die samen met broodjes, koffie, thee, limonade en allerlei soorten koek naar V Broek. Ös moe dacht Het vervolg van deze tekstpassages kunt u lezen in het fraaie boek (252 pagina's) 'De Castenrayse Vennen'. Het is te bestellen door overmaking van 35,- op rekening 12.81.37.517 t.n.v. Heemkunde Castenray o.v.v. uw naam en adres. De houten noodwoning met op de voorgrond Pierre, de jongste van het gezin. Deze foto werd 1952 genomen. Er was toen nog geen elektriciteit in de woning. Deze foto's maakte Piet Kuijpers in 1974 in de Castenrayse Vennen van zijn echtgenote Nel. Winter 1958/1959. Leike Willemssen bij de roerdomp. Met een stok probeert hij de schuwe vogel ten behoeve van de foto te bewegen overeind te komen. Castenrayse jongens in "t Broëk. V.l.n.r.: Teng Peeters, Wim Geerets, Lei Heidens en Harrie Weijs. (Foto Jan Weijs Gradzn.) Dit zijn 4 fotobijschriften. In het boek staan ruim 500 foto's. Castenrayse mensen vertellen - Piet Philipsen deel 1 Vandaag passages uit een brief die Piet Philipsen in 2003 schreef aan Toon Kuijpers (van Handrie). Piet woonde in de boerderij bij De Kaöster die vroeger stond op de plek van het woningblok, waar o.a. Ben en Gerd van der Sterren nu wonen. Ik ben Piet Philipsen, geboren in mei 1947 te Castenray en oudste en enige zoon van Sjaak en Truus. Er komen nog 7 zussen onder mij. Zes zussen zijn in Castenray geboren en nog één zus in Heerlen. Mijn beroep is werktuigbouwkundig computertekenaar bij DSM. (vandaar dat ik thuis geen computer heb, omdat ik de hele dag achter het scherm zit.) Nogmaals dank voor de mooie brief en het verhaal. Ik vond het heel wat, dat iemand uit Castenray die voor mij een vreemde is, een brief stuurt. Dit vond ik geweldig. Zoals u al schreef, was u in dienst toen wij gingen verhuizen. U bent van 1935 en ik van 1947, dat is toch 12 jaar verschil. Ik ben ook een gelukkige bezitter van het boek 'Vastelaovend same 4x11 jaor 1956-2000' en ben direct gaan zoeken naar foto's van Toon Kuijpers. Toen ik de foto's in het boek zag kon ik direct zien dat het een Kuijpers-gezicht was, alleen welke? In mijn gedachten was uw vader een broer van Kuijpers de koster en zat hij in het kerkelijk zangkoor. Als dat zo is, heb ik ook nog een foto van hem, namelijk op de receptie van mijn opa, Pietje Vullings in Leunen, waar hij zijn 60- of 70-jarig jubileum vierde in het kerkelijk zangkoor van Leunen. Verder was uw vader in mijn gedachten de kapper, waarover ik in de brief aan J. Strijbos had geschreven en waarbij een onderwijzer in de kost was. U schreef dat u met mijn vader, Sjaak Philipsen, samen heeft gewerkt op de boerenbond. Ik heb nooit geweten dat mijn vader op de boerenbond heeft gewerkt, zeker niet als zijn baan. Wel dat hij er kwam om voederproducten te halen voor de kippen, konijnen en varkens. Dat u mij wel eens heeft gezien is mogelijk. Ik ben namelijk ook wel eens met mijn vader mee geweest naar de boerenbond, dat kan ik me nog wel herinneren. In mijn gedachten had mijn vader alleen als boer en later als turfsteker in de Peel gewerkt. Omdat daar geen geld mee te verdienen was en het vroeger armoe was, is hij naar de kolenmijn gegaan. Eerst nog 2 jaar met de bus op en neer. De bussen van Van den Munckhof uit Horst reden toen de mijnwerkers uit Noord-Limburg. In de zomer van 1956 zijn we verhuisd naar de Heksenberg gemeente Heerlen. In die tijd reed er ook nog ene Gerrit Duijkers mee. Die is later ook daar gaan wonen en met hem hebben we vroeger nog lang contact gehad. Wat ik ook direct herkende, was het carnavalsliedje 'Vrowke 't is vastelaovend, wij kömme nie thuus vur 't aovend'. Dit liedje was al helemaal uit mijn gedachten. (Wordt vervolgd)

Castenrays dorpsblad De Schans | 2010 | | pagina 12