elkaar en komen, teruggaande in de tijd, uiteindelijk bij elkaar uit. In feite zijn we één grote familie. Boek 'De Castenrayse Vennen' Peter van de Pasch: "Veel Castenrayse mensen hadden in Y Broëk een stukje in eigendom, om 'schanse' te maken. Wij hebben er veel gemaakt, totdat we in 1936 naar Overloon vertrokken. Het 'schanse make'was werk voor de wintermaanden, als het gevroren had. Alleen dan kon Mart Strijbos vertelde dat de 'schanse' voornamelijk gemaakt werden van elzenhout. "Om zoyn schans draaiden we een zogenaamde 'wis', om de takken te kunnen bundelen. Zoyn wis werd gemaakt van Wilt u meer lezen, bestel dan het 252 pagina's tellende boek door overmaking van 35,- op rekening 12.81.37.517 t.n.v. Heemkunde Castenray o.v.v. van uw naam en adres. Boven: Om te voorkomen dat de Duitse bezetters ze zouden meenemen, verstopte Jan Rambags in 1943 tijdens WO II zakken graan en aardappelen in een 'schansenhoeëp'. Onder: Jo Smulders en Piet Wijnands 1960 als verliefd stelletje op een romantische plek in 't Broëk. Foto uit 1942. In een roeiboot op 't Cassels Broëk. V.l.n.r.: Petje Steeghs met zijn onafscheidelijke pijp; Mia Litjens; Doortje Litjens; Maria Steeghs-Litjens; Sef Litjens. Foto uit januari 1964 met op de voorgrond v.l.n.r.: Sophie Dinghs; Peter Strijbos (Pietzn.); Sophie Strijbos. De berk links staat op het eilandje en het bruggetje is half ingehaald. Dit zijn 4 fotobijschriften. In het boek staan ruim 500 foto's. Versje Van Jan Martens kregen we het onderstaande, door zijn zus Rica geschreven, versje, dat vroeger voor het slapen gaan opgezegd werd: '5 Avonds als ik slapen ga, volgen mij veertien engeltjes na. Twee aan mijn hoofdeind en twee aan mijn voeteneind. Twee aan mijn rechterzij en twee aan mijn linkerzij. Twee die mij dekken en twee die mij wekken. Twee die mij wijzen, naar het hemels aardsparadijze. Castenrayse mensen vertellen Hub Kuijpers, Pater Humberto - deel 14 Het liep op tot 16, momenteel zijn het er 9. Hun lessen volgen zij buitenshuis met seminaristen van andere congregaties op het Cristo Rei seminarie in Matola. In 2003 kon ik de verantwoordelijkheid voor de opleiding overdragen aan een van onze drie jonge priesters. Een jonge broeder is econoom. Ik woon nog steeds in ons seminarie waar ik blijf helpen. Op 4 oktober 1992 werd het vredesakkoord van Mozambique getekend. Dat gaf nieuwe perspectieven. Mijn parochie nam in het binnenland een zusterparochie met acht kapellen op zich. Het was een uitdaging voor ons om de parochiekerk, pastorie en die kapellen te restaureren of opnieuw op te bouwen met veelal geld uit Nederland (onze congregatie en het bisdom Roermond) en pastoraal opbouwwerk te doen. Hoe meer hun kerk of kapel weer functioneerde, des te meer kwamen de oorlogsvluchtelingen weer terug om hun eigen gemeenschap te vormen. In 1999 plaatste onze kardinaal Alexandre José Maria dos Santos, aartsbisschop van Maputo, daar twee Italiaanse priesters voor een permanente pastorale aanwezigheid. Daarmee hadden we onze missie in het binnenland overgedragen. Ik voel erg het gemis van plaatsen waar je veilig kunt wandelen, waar je je kunt ontspannen. Voor de toeristen is er nog te weinig infrastructuur en ontbreekt de vereiste veiligheid. Als blanke val je meteen op en blanke wil zeggen: geld. Drie keer ben ik op straat overvallen, twee keer ben ik bedreigd in een winkel. Meestal gaat het om een groep van vier tot zes. In huis ben ik in 2000 door een student met een mes neergestoken. Mijn Nederlandse collega, Herman Mulder, kwam op mijn geschreeuw af en heeft mij van een wisse dood gered. Wel moesten we allebei ten gevolge van de opgelopen verwondingen naar het ziekenhuis. Herman heeft er een niet sluitende hand aan overgehouden. Een halfjaar later kreeg ik om drie uur 's nachts bezoek op mijn kamer van twee gewapende kerels. Ik werd geslagen en bedreigd en moest de kluis openen, (wordt vervolgd) Heemkundelokaal 't Moëzehool is op donderdag 13 mei i.v.m. Hemelvaartsdag niet geopend. 15

Castenrays dorpsblad De Schans | 2010 | | pagina 15