Gewoonten en gebruiken rond 1900 - deel 43
Anna Cleven hielp als oudste van het gezin mee op de boerderij van haar vader. Helpen in de
huishouding, maar ook koeien melken en schoven binden in de oogsttijd. In de kerk leerde ze Thei
Strijbos kennen. Wanneer vroeger eikaars blikken zich daar kruisten en beiden ze even vasthielden,
had je bij wijze van spreken al verkering. De liefdesvlam gloeide op en na een verkering van vier
jaar, vroeger zeker niet ongebruikelijk, werd er op 2 mei 1939 getrouwd in de Lambertuskerk te
Horst Twee dagen werd er feest gevierd in de totfeestzaal omgetoverde schuur van de boerderij aan
de Klein Oirloseweg. Aan lange eettafels gebruikten de gasten de koffiemaaltijd en vervolgens trok
het hele gezelschap, voorafgegaan door twee speelmannen(accordeonisten) naar de Castenrayse
cafés. In de cafés werd gedanst en gedronken, totdat men hongerig terugkeerde naar de feestschuur,
waar een warme maaltijd gebruikt werd. Daarna ging men nog een keer de cafés langs en zo ging
het twee dagen lang.
Het echtpaar kreeg zeven kinderen. Bovenstaande foto is genomen rond 1950. V.Ln.r.: Hennie;
Jan; Hay; Nellie; Lenie; Mieke; Hub.
Thei Strijbos overleed op 84-jarige leeftijd op 6 september 1993 en zijn vrouw Anna op 89-jarige
leeftijd op 15 januari 1997.
Hebt u ook dergelijke familiefoto's, laat ze ons dan a.u.b. scannen. Een uitgebreide beschrijving erbij
maakt de geschiedschrijving compleet.
In de eerste huwelijksnacht was het vroeger bij veel echtparen al 'raak'. Bleef de eerstvolgende
menstruatie ('de waek') uit, dan waren de gehuwden blij. Dat was niet alleen, omdat ze blij waren dat
er een kindje op komst was, maar ook omdat de dorpsroddel de kop zou opsteken als er na een jaar nog
niets op komst was. 'Ze zun d'r wel wat öp wieëte', hoorde je dan al gauw. Trouwens, menstruatie
maakte een vrouw onrein. Ze mocht dan zeker niet meehelpen bij het maken van worst en balkenbrij
en bij het inmaken van vlees. Dat zou dan bederven.
In een in december 2003 door Toon Kuijpers gehouden interview met Har en Truuj Cremers-Wismans
vertelde dit echtpaar het volgende:
Aan de vruchtbaarheid der vrouwen werd toen ook tijdens de trouwdagen veel aandacht geschonken
Het bruiloftsfeest was een groot feest en duurde twee en soms wel drie dagen. Het vond plaats op de
schuur van de bruidegom. Die schuur was dan uitgeruimd en mooi versierd.
Op de derde huwelijksdag was de buurt uitgenodigd. Dat was 'd'n bruuk'.
Laat op de avond werd de bruid dan onder de schouw in 'd'n haerd' geplaatst en moest dan over het
vuur springen. Met het haal ijzer, dat is het ijzer waaraan de ketel hoger of lager boven het vuur
gehangen kon worden, werd dan over de bruid gezwaaid. Van die handeling is het woord, 'haöle
afkomstig. Later, toen er geen open schouwen meer waren, moest ze over een gloeiend stuk hout of
steenkool springen. Daarbij werd dan een gedicht opgezegd:
'Ik haöl dw ien de naam des Hieëre.
Wat ge nie kunt, zun wij dw lieëre.
Dit is vur d'n urste en de twédde kieër,
Dit is vur dw en ok vur mij
Vur enne liter foezel zie de vreej.
Als dat was gebeurd, ging men met de maagd door de hele boerderij. Als laatste werd ze naar de
slaapkamer geleid. Daar zei de 'haöler
'Zet dw mar op de hoeke (hurken),
Now motte ma goed kloeke (broeds worden).
Daarna werd het pasgetrouwde paar alleen gelaten en gingen alle feestvierders, voorzien van het
nodige eten en vooral drinken, voldaan naar huis.
Vrouwen die moeilijk zwanger konden worden, namen hun toevlucht tot verschillende middelen.
Gemeenschap in de morgen, direct na het wakker worden. De man moest vaak een cognacje, gemengd
met een geklopt ei met suiker, drinken. Ook moest hij veel selderij eten. Een enigszins gezette vrouw
moest voor het naar bed gaan een kopje met half water en half azijn drinken.
Ook zei men gebeden en werden novenen gehouden. Dan werd negen dagen achter elkaar gebeden of
werd negen keer een bedevaartplaats bezocht. Men liet ook missen lezen, er werden kaarsen
aangestoken en er werden medailles of een Agnus Dei gedragen.
13