28 maart
Woensdag. St. Jozef is vandaag bijzonder goed geweest. Wij kregen vierentwintig eitjes van Van der
Sterren, eenentwintig van Castenray, tien van een leerling van Zr. Damese, vijftien van Van
Rijswijck. Een blijde tijding! Door middel van de krant deelden de Oversten van Steyl-Tegelen mee,
dat zij de dag der bevrijding gelukkig hebben gevierd, dat geen Zuster door honger of oorlogsgeweld
om het leven is gekomen, enz. enz. Een treurig bericht is, dat Munster bedreigd wordt. De goede
God moge ons Moederhuis en onze families sparen. Mijn Jezus barmhartigheid. Onze tuin is bijna
geheel omgespit. Het puin rondom het klooster is opgeruimd, zodat alles een beter aanzien krijgt.
Maar het klooster is nog even vernield als bij onze komst. Het dak is nog overal even lek, de muren
zijn erg vernield. Er wordt gewassen, gestreken, gepoetst. In de verte horen wij nog zwaar geschut.
Zr. Jozefita kan haar fiets maar niet gerepareerd krijgen. Zij moet alles te voet doen. Zr. Damase
heeft veel, te veel werk. De mensen willen vóór Pasen nog mantels en jurkjes klaar hebben. Zr.
Gertraud is druk aan 't zaaien. Ze is bang dat ze te laat komt. Zr. Odorika helpt overal. Ze werkt als
de vlijtige Martha. Stientje lacht, vraagt, vertelt, redeneert.
29 maart
Witte Donderdag. Toen wij uit de H. Mis kwamen, vonden we reeds een mooi cadeau thuis: boter,
negentien eitjes, 4lA pond boter. Verheyen bracht vlees, !/2 kilo boter, gedroogde peren. Op het
handwerk is plenty werk. Onze noodkerk is fijn opgeknapt ter ere van het H. Sacrament. Wat een
weelde. Vier_kaarsen branden; anders slechts één. Veel narcissen prijkten bij het H. Sacrament. Wij
kregen 15,17 en 25 eieren. Vandaag hebben ze de Bewaarschool opgeknapt. In de krant staat dat de
Engelsen dicht bij Munster zijn. Wat staat de bevolking te wachten? Een ander leger nadert Borken.
Konden wij ons toch vrij bewegen. Er is zo veel te doen en te halen (geïnterneerd).
30 maart
Goede Vrijdag! Alles verliep volgens aloude traditie.
31 maart
Paaszaterdag. De dienst in de kerk was even stichtend als vroeger. O.L. Heer stuurde St. Jozef weer
op ons af. Wij kregen boter, boter en margarine. Het is zo druk! Het is guur weer. De tuin heeft een
feestelijk aanzien. Zr. Debora is nu van veel zorgen ontheven, omdat goede mensen haar het nodige
gebracht hebben voor een Paastafel. De bewaarschool is bijna klaar. Zr. Debora heeft twee mikken
gebakken. Onze drie kippen hebben twee eitjes gelegd.
1 april
Pasen. Alleluja, Alleluja! Wij hadden een rustige nacht. Om zeven uur gingen we naar de Paasmis.
In onze noodkerk was alles gedaan om de Paasvreugde te verhogen. In het tabernakel, een houten
kast, was alles met zij bekleed. Het zangkoor deed goed zijn best. De 'Alleluja's' kwamen er zo
geestdriftig uit. Na de Hoogmis kregen allen een kans hun Paasvreugde uit te jubelen in een
herhaald: Alleluja! Laudate Dominum! De hele kerk zong mee. Meneer Pastoor hield een korte,
indrukwekkende Paaspredikatie. Het was muisjestil, niettegenstaande er 500 a 600 mensen in de
kleine ruimte waren opgehoopt. De Engelsen zijn 5 km van Munster verwijderd. O, God, wees
genadig en barmhartig voor de inwoners van de bedreigde stad. Opeens begon het geweldig te
waaien, te stuiven en te stormen. Wij konden niet slapen van het geweldige lawaai binnen en buiten.
De houten, kartonnen, katoenen en linoleum ruiten deden om strijd mee in het wilde spel. Vandaag
werd de tijd verzet. Niet prettig en niet praktisch! Het moest vier weken later gebeuren.
2 april
Paasmaandag. Voor het eerst moesten wij één uur vroeger opstaan. Niemand heeft het gewoon of
goed gevonden. Wat was het donker! Om zeven uur was de H. Mis. Het stormde nog tot groot
nadeel van onze slappe kappen. Na de hoogmis was de kerkweg veel lastiger. De Engelsen hebben
die met hun auto's midden over de velden gemaakt. Het regende en stormde, zodat men geen paraplu
kon ophouden. Wij kregen drie liter melk cadeau, zodat ook nog de gebruikelijke paaspudding op
tafel kwam. Zr. Damase en Zr. Gertraud bezochten Tonnie Verstappen. Zij brachten de tijding mee
dat Munster vrij was! Maar hoe! Verbrand! Stientje kreeg veel bezoek, ook van Engelse soldaten.