De Stichting Heemkundig genootschap Castenray dan^t heef Bijzonder
iedereen die in het afgelopen jaar ons werf^op enigerlei -wijze gesteund heeft.
Oohjvotgendjaar hopen -we -weer op uw Belangstelling en Bijdrage te mogen
redenen.
Wij danken de redactie van de Schans voor het plaatsen van al onze
artikelen.
We wensen iedereen een in alle opzichten (jeluffjg en voorat (jezond
Nieuwjaar toe 11
Andere soldaten drongen de huizen binnen om de mannen op te sporen. Helaas, hebben ze er velen
gekregen. Men zegt in Klein Oirlo vijfenzestig. Grote droefheid overal. De mannen zouden naar
Duitsland gebracht worden. Zwaar geschut werd opnieuw geplaatst. Er was iets op til. Het proberen
en proef schieten was angstwekkend. Er was iets gaande. Er liepen meer soldaten dan anders. Wij
zouden moeten evacueren vóór het Duitse leger. Wij konden nergens meer naar toe. O.L. Heer heeft
ons bewaard, anders hadden wij de Maas over gemoeten. Wat dat betekende, begrepen wij maar al
te goed!
Lezing Toon Vollebergh
Vorige week dinsdag heeft onze oud-dorpsgenoot Toon Vollebergh, zoon van meester Vollebergh,
voor Veldeke-Venray een zeer boeiende lezing gehouden over de Tweede Wereldoorlog. Hij
vertelde onder meer over zijn oorlogservaringen in Castenray. Jammer dat we hiervan niet eerder op
de hoogte waren, dan hadden we een vooraankondiging in De Schans kunnen doen. Het was
namelijk zeer de moeite waard.
Nieuwjaar
Lang geleden begon het nieuwe jaar bij het begin van de lente, als de natuur weer tot leven kwam,
of begin januari, als de dagen begonnen te lengen.De christelijke kerk wilde een eind maken aan de
heidense gewoonten rond de nieuwjaarsviering en riep 1 januari uit tot bid- en boetedag om de
besnijdenis van Jezus (8 dagen na de geboorte) te vieren. Maar ook daarna vierde men het nieuwe
jaar nog rond de oude heidense data, maar ook op Sint Maarten (11 november); de eerste
adventsdag; de zonnewende (rond 21 december), of met Maria Boodschap (25 maart). De Spaanse
landvoogd Requesens besloot in 1575 dat het nieuwe jaar officieel op 1 januari moest beginnen.
De oude Germaanse nieuwjaarsviering werd in de winter gevierd. Het feest duurde twaalf dagen en
nachten en heette 'Joelfeest'. Het Joelfeest begon op 25 december, als de dagen gingen lengen, en
duurde tot 6 januari, het huidige Driekoningen. Rond de achtste dag, ofwel 1 januari, was het
hoogtepunt met grote vuren, dierenoffers en veel eten en drinken.
De periode van Kerstmis tot Driekoningen is tegenwoordig nog min of meer een feestelijke periode.
In deze periode vallen (verplichte) snipperdagen en schoolvakanties, en veel bedrijven zijn gesloten.
Veel mensen laten de kerststal en -boom tot na Driekoningen staan. De tradities van onze heidense
voorouders hebben dus nog steeds invloed.
De kerstboomverbrandingen zijn terug te voeren naar de nieuwjaarsvuren van heel vroeger.
De oude vuren werden destijds gedoofd, en nieuwe vuren werden ontstoken om het oudejaar te
vernietigen en de komst van het licht en het nieuwe te verwelkomen. Ook moesten de geesten van
de overledenen en de demonen worden verjaagd, die juist rond deze tijd konden opspelen. Dit
verjagen gebeurde met veel lawaai, wat we nu nog terugvinden in het gebruik om rond de
jaarwisseling vuurwerk af te steken.
Op 1 januari wensen we iedereen het beste. Vroeger werd vooral geld gegeven. In de 19e eeuw liep
dat uit de hand, toen men wildvreemde voorbijgangers geld probeerde af te bedelen met
nieuwjaarswensen op rijm en met nieuwjaarsprenten.
Onze wensen zijn welgemeend en geheel gratis.
4