-19- Onlangs beloofden we u nader te informeren over de banjo-orkesten, die tijdens en na de Tweede Wereldoorlog in Castenray bestaan hebben. Toon Kuijpers (Hzn.), lid van ons heemkundig genootschap, heeft e.e.a. op schrift gezet. Het oorlogsorkest Voor de jeugd en de opgroeiende jongeren was er gedurende de oorlogsjaren weinig te beleven. De jeugdverenigingen waren door de Duitse bezetter allemaal ontbonden. Samenkomsten in grotere groepen waren verboden. Er waren in die tijd voor de ouders niet alleen problemen met de zorgen over het invullen van de vrije tijd van hun eigen opgroeiende kinderen, maar mede ook voor de vele vreemdelingen die in het dorp woonden. Die vreemdelingen, de onderduikers, verhuisden op gezette tijden naar andere adressen, zodat de meeste mensen niet wisten waar ze woonden. Men wilde dat ook niet weten, om te voorkomen dat ze werden verraden. Die vreemdelingen waren jeugdigen, van allerlei pluimage. De meesten kwamen van ergens uit Holland. Ze spraken dan ook Hollands, hetgeen een groot probleem kon opleveren als ze werden gepakt door Duitsers in gezelschap van een N.S.B.-er. De onderduikers konden zich overdag niet in het openbaar vertonen, op gevaar af dat ze werden gearresteerd. Er werden desalniettemin in het geheim allerlei activiteiten georganiseerd, zodat de jongens en de meisjes elkaar toch konden treffen. De plaatselijke schonen mochten van hun ouders niet met die vreemde jongens omgaan, laat staan er mee vrijen. Toch gebeurde dat uiteraard wel eens. Een van de activiteiten was het op initiatief van de vreemde onderduikers opgerichte orkest. Als initiatiefnemer van de oprichting van dit orkestje moet genoemd worden Jaap Terheiden uit Bergen op Zoom. Hij had een volle baritonstem en kon buitengewoon prachtig zingen. Hij was de enige die een muziekopleiding had genoten. Hij trad dan ook op als orkestleider. Vele jaren na de oorlog kwam hij nog als vriend jaarlijks bij de fam. Jan Vissers over de vloer. Het orkest bestond uit de volgende leden/onderduikers: Jozef Vollebergh, alias Maester ziene Joep Castenray Banjo zonder bodem Harry Keyzers, Castenray Banjo Jan Vissers Castenray Banjo Cor van Etten Eindhoven Gitaar en Banjo Jaap Terheiden Bergen op Zoom Gitaar en banjo met opgebouwd mondharmonica. Hij was de zanger van het orkest. Grad van den Beuken Castenray Trekharmonica Cor van Etten heeft na de oorlog nog diverse jaren in Castenray als onderwijzer aan de lagere school gestaan. Direct na de oorlog richtte hij, mede onder impuls van meester Vollebergh, jeugdvereniging: "De Verkenners" op. Deze jongensclub ging met het vertrek van Cor van Etten, de hopman, enkele jaren later helaas ter ziele. Hoewel het woord "orkest" in dit geval een groot woord is, werd er door de leden van dat orkest een voor die tijd leuk stukje muziek ten gehore gebracht. Ze oefenden meestal bij H. Smits, alias Jöppen Driekus, waar tegenwoordig loonbedrijf Hendriks en Smits aan de Lollebeekweg is gevestigd. Bij Jöppen Driekus was altijd wat loos. Daar gebeurde altijd van alles. Driekus stookte meestal het vuurtje aan. Op het boerenbedrijf was altijd z.g. werk voor de vele knechten, de onderduikers. Ze liepen allen in een overall van zoon Wiel, of Bet, de vrouw van Driekus had er nog enkele gekocht. De dochters van Driekus en Bet, Marie en Bernet, (Bernadette) waren steeds aanwezig als er op het bedrijf wat te beleven viel. De meeste onderduikers droegen dan ook nog vaak een pet, 'een kieps', zoals dat hoofddeksel toen genoemd werd. Die pet droeg duidelijk bij tot een optimale vermomming.

Castenrays dorpsblad De Schans | 2004 | | pagina 19