8 -2- Stichting Heemkundig Genootschap SA Itic^ting Ijtcm&unSig 6«ftootsefiot| CsStCnrSV Castenray Vorige week hebben we u in het kader van het uitkomen van het boerenbruidspaar geïnformeerd over de geschiedenis van de toer. Vandaag volgt het tweede deel van deze informatie. De boerenvrouwen van de arme zandgronden hadden meestal geen geld voor gouden of zilveren sieraden, zoals de rijke boerinnen boven de grote rivieren. Zij droegen alleen maar lichte filigrain, fijn, meestal geknoopt goud- of zilverdraadwerk, in de vorm van een hanger of een plaque. Drika Dinghs-Friesen droeg, zoals meer vrouwen deden, ook een klein horloge aan een ketting. Het horloge werd tussen de band van haar kleding gestopt. In sommige dorpen was het een gewoonte, dat wanneer een boer trouwde hij zijn kersverse echtgenote een plaque gaf, die betaald werd van de opbrengst van de eerste worp biggen. Zo n plaque werd een "zeug" genoemd. Naarmate de zeug meer biggen kreeg, was ook de plaque duurder Of dit gebruik ook in Castenray bestond, heb ik niet bevestigd kunnen krijgen. Mogelijk stamt het uit vroeger jaren. - De toer was voor de vrouwen een echt statussymbool. Rijke boerinnen droegen een toer met een overdaad aan kunstzijden bloemen en dure Belgische kant op de muts. Dit was handgekloste kant. Hoe "dikker" de boer, hoe meer bloemen er in de toer verwerkt zaten. v De armere vrouwen droegen machinale kant, of fopkanl, een strook tule die met doorstopwerk versierd was. Vrouwen droegen de toer niet alleen bij feestelijke gelegenheden, of als ze op de foto gingen. Dames van stand droegen hun toer soms wel de hele dag. Marie Gooren-Dinghs: "In Castenray werden de toeren vooral naar de kerk gedragen en bij feesten en dergelijke. Thuis ging de toer af en meteen in de "trek" (treklade). Men was er heel zuinig op, want de toer mocht niet vuil worden. Het wassen van een toer was heel erg duur. Hij moest dan helemaal uit elkaar gehaald worden en alle onderdelen, zoals de bloemen en knoppen moesten hee! voorzichtig gereinigd worden, wat een geweldige klus was." Soms was een toer ook wel eens lastig, bijvoorbeeld tijdens het eten of bij feestelijke diners. Dan werden de toeren soms afgezet en naast elkaar op een bed op de opkamer gelegd. Bij feestelijke gelegenheden werd de toer op de muts gedragen. De muts werd ook wel zonder de toer gedragen, maar men droeg nooit alleen de toer. Die werd altijd boven op de muts gedragen. Doordat de linten van de toer op elkaar lagen, was er aan de achterkant een grote opening, die de bodem van de muts bijzonder fraai deed uitkomen. Buitensbuis was de toer door het overdadige kant, het. stijfsel en de van fragiele zijde gemaakte kunstbloemen bij mist en regen zeer kwetsbaar. Bij regen en wind sloegen de vrouwen hun bovenrok soms over de toer, om hem te beschermen. Later hadden ze in de "tes"- een tas onder de bovenrok- een grote, witte doek, die bij slecht weer diagonaal gevouwen over de toer werd gelegd. To Emonts weet niet anders, dan dat haar moeder bij regen een paraplu opstak, om de fraaie toer te beschermen. Bij harde wind was dit moderne hulpmiddel echter niet erg praktisch. Vrouwen die met het rijtuig naar de kerk of naar familie gingen, moesten in het open rijtuig eveneens hun toer beschermen. Daarom werd onder de bok dikwijls een toerenkist geplaatst, waar de toer bij slecht weer tussen speciaal blauw papier zolang werd opgeborgen. Bij de

Castenrays dorpsblad De Schans | 2001 | | pagina 2