2
Op de foto ziet U de wijding van onze eerste drie grote klokken door de toenmalige
deken van Venray, Links van hem pastoor Verheggen. Mogelijk ziet U ook nog andere
voor U bekende personen. Het moet voor Castenray een bijzondere gebeurtenis zijn
geweest. In het jaar 1933/34 is er onder de leiding en het initiatief van pastoor
Verheggen trouwens heel wat gebeurd, Castenray werd parochie. Castenray kreeg
een parochiehuis, toen nog patronaat genoemd. Castenray breidde zyn kerk uit. De
kerk kreeg een grote toren. En nu in die toren ook nog drie grote klokken.
De brief die ik hieronder laat copieren is gedateerd 26 Juni 1934 en gericht aan
pastoor Verheggen. Er blijkt uit dat de naam van de klokken waren: Gerardus, Mathi-
as en Maria. Gerardus met een Latijns opschrift "in vrome herinnering aan Gerardus
Gteeghs is mijn naam Gerardus"Geradus Steegs was in die tijd kerkmeester en is
mogelijk de schenker geweest van deze klok, minstens voor een deel. Zo was dat
vroeger. De tekst by de klok van Maria spreekt ook duidelijke taal: "HOOR MIJN
STEM EN KOM TOT HEM". Enfin, lees zelf maar:
let uw goedvinden «ouden wij de opschriften roer de klokken ale
volgt willen vaststellen;
groots O-klok;
In piaa aenorian Gerard! Steegs
est noaen aeua
0KR1RDU8.
tweede Ais-klok:
St. H A T T H I A 8.
kleine O-klok: MARIA
Hoor uijne eten en kout tot Hen.
terwijl dan aan den anderen kant van de OROOfl klok nog het volgende
wordt gegoten;
onder den eersten Pastoor R. P, 0. 1. Verheggen
werd ik hij de verbouwing deser kerk gegoten
in het heilig jaar 193^.
Met onsen hesten dank voor het in one gestelde vertrouwen sul
len wij, sonder uw tegenbericht in enkele dagen, aanneae* dat dese
opschriften naae genoegen sijn en teekenen wij inaiddels,
aet de aeeste hoogaohtf
UEerw. dw. di<
Helaas zijn deze drie klokken tijdens de oorlog naar Duitsland gevoerd. Aldus
kunt U lezen in onderstaande brief, gedateerd 13 April 1945» en geadresserd aan
pastoor Rieter, de initiatiefnemer voor de aanschaf van drie nieuwe klokken,
waarover een volgende keer.
De brief waarin wordt gemeld dat de drie klokken verloren zijn gegaan luidt aldus:
Zeereerw. Heer Pastoor H.Rieter,
In beleefd antwoord op Uw schrijven van 19 Maart (1945) ®oet ik U helaas de on
gunstige tijding brengen, dat zowel de Gerardus-, als de Matthias-, als de Maria-
klok indertijd naar Duitsland z-ijn afgevoerd.
w.g. De inspectie kunstbescherming
AAStangenb erger
(Na de oorlog bleken er nog uit torens weggehaalde klokken in Nederland te zyn.
Die klokken zijn meestal nog bewaard gebleven).
