i
Amerikanen Tbeten
het spits af
Overloon '44
DUITSE OPSTELLING
Door het aarzelend optreden van
de Britten krgen, zoals gezegd, de
Duitsers voldoende tijd om een
sterke verdedigingslinie aan te leg
gen met uitgebreide mijnenvelden.
Globaal waren de Kampfgruppe
Walther en de 107e Panzer Brigade
als volgt over de frontlijn verdeeld:
Streek Sambeek. SS-Panzer-
Grenadier Bataljon Segler onder
commando van Sturmbannfuhrer
Franz Roestel (deze was na de oor
log een van de leidende figuren van
ODESSA, een organisatie die hielp
om Nazi's naar Zuid-Amerika te la
ten ontvluchten). Verder lag daar
nog een Panzerjager Abteilung met
15 Sturmgeschütze en zes kaiinon-
nen; beide groepen waren afkom
stig van de SS-Panzer-Division
'Frundsberg'.
Bij Vierlingsbeek (Kasteel 'De
Hattert'). Luftwaffe Festungs Batal
jon X met een 88 mm kanon.
Tussen 'De Hattert' en Over
loon. Het parachutisten bataljon
Hofmann.
Tussen Vierlingsbeekseweg en
Stevensbeekse Bossen (De Prit-
tert). Het parachutisten bataljon
Paul.
Weerszijden van de weg
Overloop-Oploo. De le en 2e Com
pagnie van het Panzer-Grenadier
Bataljon 2107 van de 107e Panzer
Brigade. De 3e Compagnie was toe
gevoegd aan het Bataljon Hofmann.
Tussen Heideree Duinen en de
weg Venray-Deurne. Het parachu
tisten Bataljon Kerutt. Achter dit
bataljon lag de 4e Compagnie van
het Panzer-Grenadier Bataljon
2107.
Links van de weg Venray-
Deurne.De Duitse 180e Infanterie
Division alsmede wat verspreide
onderdelen die dikwijls van de ene
kant naar de andere van het front
werden gestuurd.
De 5e Compagnie van het Panzer-
Grenadier Bataljon 2107 (kanon
nen en zware granaatwerpers) lag
achter de linie. De tanks van de
Panzer Brigade stonden opgesteld
achter de Bataljons Hofmann en
Paul, links van de weg Overloon-
Venray. De Staf van de Brigade be
vond zich in het toenmalige kamp
van de Nederlandse Arbeids Dienst
(nu bungalowpark De Vers). Deze
Staf verhuisde op 29 september
naar de wassery van Jerusalem te
Ven ray en vandaar op 12 oktober
naar Oostrum. Erich Walther, com
mandant van de Kampfgruppe Wal
ther, vestigde zich met zijn Staf in
het Kasteel Geysteren.
AMERIKANEN VALLEN AAN
Niet wetend hoe gebrekkig zijn
informatie was over de werkelijke
krachtsverhouding in het Duitse
bruggehoofd, besloot Silvester om
reeds de volgende dag, zaterdag 30
september, over een breed front aan
te vallen. Voorbereidende verken
ningen werden met typisch Ameri
kaans optimisme niet nodig geacht.
Trouwens, de G-2, (inlichtingenoffi
cier) Knowlton, was geheel niet
voor zyn taak berekend, zoals ook
later in de maand oktober bij de
Duitse aanvallen op Asten en Mei-
jel, zou blijken.
De aanvallende troepen, on
dersteund door tanks, waren on
derverdeeld in drie Combat
Commands, elk in sterkte tussen
een brigade en een versterkt ba
taljon.
CC'A, onder kolonel Rosenbaum,
kreeg opdracht om richting Over
loon aan te vallen. Hiervoor waren
hem twee gevechtsgroepen toege
wezen. De tanks van het 40e Iknk-
bataljon werden gelijkelijk over
hen verdeeld. De aanvalsroute liep
langs de weg van Oploo naar Over
loon en de weg door de Stevens
beekse bossen naar Overloon.
CC'B', onder brigade-generaal
Hasbrouck, moest oprukken rich
ting Maas met als eerste doel Mul-
lem en Vortum. Hem werden even
eens twee gevechtgroepen toegewe
zen, één met een tankeskadron en
één met twee tankeskadrons.
CC'R' (reserve), onder kolonel Ry
an, eveneens bestaande uit twee ge
vechtsgroepen, bleef in reserve.
Om 16.30 uur gaat de aanval van
start, rollen de tan les naar voren en
begeeft de infanterie zich op rups
voertuigen en jeeps naar voren.
Nauwelijks op weg slaat vijandelijk
afweervuur in hun gelederen. De
infanterie springt uit de voertuigen
en verspreidt zich in het veld. Even
later komt een hevig mortiervuur
op hen neer. De opmars van de bei
de Combat Commands is volledig
tot stilstand gekomen.
Op zondag 1 oktober hernemen
de Amerikanen de aanval. CC'B'
komt als gevolg van zwaar vijande
lijk vuur niet verder dan de Brak-
kenhof, halverwege Mullem en
Stevensbeek. Onder dekking van
artillerievuur van de Divisie, bij
gestaan door Britse artillerie, kon
CC'B' uiteindelijk toch oprukken
en bezette om 19.30 uur Vortum.
Meer naar het westen liep CC'A'
bij twee aanvallen op Overloon op
maandag 2 oktober bij de Heikant
vast in het vuur van mortieren, ar
tillerie, Nebelwerfers en lichte wa
pen van de Duitse parachutisten.
P47 Vliegtuigen bombardeerden
Overloon. 's Avonds werden de
Amerikanen verrast door een onge
kend felle Duitse tegenaanvanl.
Op dinsdag 3 oktober vielen de
Duitsers opnieuw aan vanuit de
bossen en de westkant van Over
loon. Vooral het Bataljon Paul on
derscheidde zich hierbij en droeg
er in belangrijke mate toe by dat de
Amerikanen geen stap verder kwa
men. Heel wat Sherman tanks gin
gen in vlammen op.
Ook de aanval van een gevechts
groep van de in reserve gehouden
CC'R' op Overloon vanuit het noor-
- PEEL EN MAAS
Donderdag 30 september - Pagina 5
Britse- en Amerikaanse officieren
overleggen hoe de Duitse tegen
stand bij Overloon te breken. Geheel
links generaal Lindsey MaeDonald
Silvester, commandant van de 7e
Amerikaanse Pantser Divisie.
Fbto: Oorlogsmuseum, Overloon.
der werd in de kiem gesmoord door
goed gecamoufleerd opgestelde
anti-tankkanonnen, Nebelwerfers,
mortieren en mijnenvelden. De an
dere gevechtsgroep van CC'R' na
derde Overloon tot op 500 meter tot
in het bosje dat door zijn vorm op
de kaart 'de laars' (the boot') weid
genoemd. Hier speelden zich de
felste gevechten om Overloon af. De
Duitse parachutisten vochten ver
beten met bajonet en handgranaat
als voornaamste wapen en weder
om moesten de Yanks in de Duitse
parachutist hun meerdere er
kennen.
Walter Cronkite, een der be
kendste radio commentatoren,
maakte van deze gevechten mel
ding in een bericht van United
Press, hetgeen als volgt luidde:
'Vijfhonderd Amerikanen en
achthonderd Duitsers vochten een
Eerste Wereldoorlog in het klein uit
in en om een laarsvormig bos by
Overloon in Holland. Met de bajo
net zaten Amerikanen en Duitsers
elkaar achterna van schuttersput
tot schuttersput en van boom tot
boom. Gevengenen werden er niet
gemaakt. Uiteindelijk moesten de
Amerikanen terugtrekken. Hun
doel hadden zij niet bereikt In het
kapot geschoten bos bleven kreu
nende gewonden en ettelyke lyken
van Amerikanen en Duitsers ach
ter.'
Sommigen werd het teveel, zoals
de 22-jarige Peter Voss uit Ueber-
ruhr die, gezeten in zyn schut
tersput de loop van zyn geweer in
zijn mond plaatste en zich door het
hoofd schoot.
Nu dat aanvallen by dag stuk lie
pen op het krachtig verzet van de
Duitsers, probeerden de Amerika
nen een nachtelijke aanval. In de
nacht van 4 oktober lanceerde
CC'R' een aanval met de bedoeling
een doorbraak te forceren. Hierby
werd door de genie een pad door de
mynenvelden vrijgemaakt opdat
tanks konden volgen. De Duitsers
waren echter op alles voorbereid en
noch de tanks, noch de infanterie
boekten ook maar enige terrein
winst. Als antwoord op de mislukte
Amerikaanse aanval voerden de pa
rachutisten zeven tegenaanvallen
uit. Deze liepen met grote verliezen
stuk op de bosrand waar niet alleen
infanterie, maar ook Sherman-
tanks waren opgesteld. Onder de
Duitsers werd een ware slachting
aangericht, mede door het vuur van
105 mm houwitsers en veldartille
rie die achter de Amerikaanse linie
rond Oploo stonden opgesteld.
Op 5 oktober ondernam CC'R' op
nieuw een poging om een beslis
sende klap aan de Duitsers uit te
delen en om Overloon van het
oosten uit te overvleugelen. Een
tankeskadron met achttien tanks
zou de aanval begeleiden, gevolgd
door nog een eskadron tanks. Even
leek het dat de aanval zou geluk
ken. De Duitse stellingen werden
doorbroken en de tanks waren by-
na een kilometer gevorderd toen
het 88 mm kanon van het Luft-
waffe-Festungs-Bataljon X in de
tuin van het kasteeltje 'De Hattert'
langs de weg Vieflingsbeek-Over-
loon losbarstte. Al spoedig stonden
dertien van de achttien tanks in
brand. De rest trok zich terug en
ook deze aanval eindigde in een fa
liekante mislukking. Even daarna
werd het kanon door vliegtuigen tot
zwygen gebracht
Ook op de 6e oktober golfde de
stryd by Overloon heen en. weer,
steeds meer slachtoffers aan beide
z(jden eisend. Op de avond van die
dag kwam een order binnen dat de
gehele divisie werd teruggeroepen.
Op 7 en 8 oktober trokken de Ame
rikanen zich uit hun stellingen te
rug en kregen nu in het zuidelyk
deel van de Peel een beveiligende
taak toegewezen. Hierby kwamen
zij onder operationeel bevel van het
VlIIe Britse Corps. De 7e Pantser Di
visie verloor tussen 1 en 6 oktober
452 man aan gesneuvelden, gewon
den en vermisten. 29 Middelzware-
en zes lichte tanks gingen verloren
alsrriede 43 andere voertuigen. Dit
alles het gevolg van de schromelij
ke onderschatting door de Ameri
kanen van hun Duitse
tegenstander.
Hun stellingen, die nu in een
flauwe bocht om Overloon heen la
gen, werden ingenomen door de
Britse 3e Infanterie Divisie en de
I 11e Pantser Divisie.
AMERIKAANSE
NABESCHOUWING
Na de debacle by Overloon stelde
de inlichtingenofficier van de 7e
Pantser Divisie het volgende rap
port samen:
De maand oktober begon met de
aanval op Overloon waar de vyand
verbitterde tegenstand bood. Onze
strijdkrachten ten noorden van
Overloon en ten oosten en westen
van het dorp waren niet in staat om
de sterke Duitse linies te doorbre
ken. De Duitsers hadden hier hun
buitenste verdedigingsgordel van
Venlo ingericht (Hauptkampflinie),
de sleutel tot het Roergebied. Venlo
was ook het belangrijkste knoop
punt aan de Maas waarlangs alle
voorraden en troepen voor het
bruggehoofd over de Maas werden
aangevoerd. De strijdkrachten te
genover ons behoorden tot de 180e
Divisie. (Noot: Gemakshalve worden
hier de Kampfgruppe Walther en de
107e Panzer Brigade maar niet ge
noemd.) Dit was niet een normale,
goed georganiseerde divisie, maar
meer een bevelvoerend hoofdkwar
tier voor een aantal ongeregelde
eenheden die fanatiek het 'Maas
Brueckenkopf verdedigden. Hun
wens om geen gebied prys te geven
kwam al op het einde van de eerste
dag duidelyk tot uitdrukking in de
vorm van een tegenaanval die met
tè weinig troepen werd uitgevoerd
en waarvan de meesten op het slag
veld achterbleven. Hoe het ook zy,
de kombinatie van fanatisme,
gunstig terrein, een overvloed aan
anti-tankwapens en een overwicht
aan infanterie belemmerden onze
opmars in dit gebied. De Duitsers
maakten het ons nog moeilyker
door een overdadig gebruik van
mynen die praktisch alle toegangs
wegen tot hun gebied blokkeerden.
Er waren geen problemen om
trent de vraag welke formaties te
genover ons stonden: er werden
vry veel gevangenen gemaakt en
het totaal beeld dat daaruit te voor
schijn kwam was vry duidelyk. Het
was vry zeker dat de vijand geen
grote reserves had, maar zonder dat
nog meer druk op hun front werd
uitgeoefend hadden ze die ook niet
nodig. De Duitsers konden met wat
ze hadden ons met voor hun vry ge
ringe verliezen tegenhouden.
De vyand hield stand in terrein
dat hij gekozen had. Grote troepen
bewegingen vonden niet plaats,
hoewel soms hun agressieve akties
ondersteund werden door enige
tanks van de 107 Pantser Brigade
die in de taktische reserve waren.
(Noot: De Pantser Brigade heeft vol
gens een eigen rapport in het alge
meen niet meer dan tien tanks per
dag bij Overloon ingezet. Dat by
Overloon de grootste tanksalg in
Nederland zou hebben plaats ge
vonden kan derhalve naar het rijk
der fabelen worden verwezen.) De
vijandelijke vuurkracht was iets
groter dan normaal. De infanterie
kreeg volop steun van artillerie,
mortieren en Nebelwerfer. De Ne-
belwerfer werden meestal in stel
ling gebracht en snel afgevuurd
waarna onder dekking van een
rookgordijn de stelling weer verla
ten werd. Dit maakte het erg moei
lijk om doeltreffend tegen deze
Nebelwerfer op te treden. Alle bos
sen aan het front werden hardnek
kig verdedigd door goed ingegraven
infanterie waartegen artillerie en
luchtaanvallen niet veel konden
uitrichten. De vyand leed de groot
ste verliezen zodra hy z(jn stellin
gen verliet en tot tegenaanvallen
overging. Tot zover het Amerikaan
se rapport
DUITSE TERUGBLIK
Officiële rapporten van Duitse zij
de staan ons niet ter beschikking.
Oberst Bemdt-Joachim Freiherr
von Maltzahn, commandant van de
107e Panzer Brigade schrijft over de
gevechten by Overloon als volgt:
De gevechten waren hier in het
algemeen zeer fel. maar vergeleken
met de stryd in Rusland, zeer fair.
Als voorbeeld noem ik hier de inzet
van de Brigade ter ondersteuning
van een infanterie bataljon. De vij
and bracht zwaar mortiervuur op
de stelling, waardoor hoge verliezen
ontstonden. Aan het bergen van de
gewonden viel niet te denken. Plot
seling sprong een Duitse verpleger
met een Rode Kruis vlag in de hand
omhoog en begon de gewonden te
verplegen. Het vijandelijk vuur
werd direkt gestaakt. De Brigade
reed met Rode Kruis auto's de linies
in en kon alle gewonden bergen.
Tben de laatste gewonde geborgen
was en de auto's het gevechtsterrein
verlieten ving het vijandelijk vuur
weer aan. De Amerikanen hebben
zich hier ridderlijk gedragen. (Uit:
Geschiehte der 25. Division)
NAWOORD
Dit artikel heeft niet de pretentie
om onbekende feiten aan het licht
te brengen; die zyn o.a. door het
boek 'Slag in de Schaduw' van A.
Korthals Altes en N.C.K.A. in 't Veld
genoegzaam bekend, alsmede door
de film 'De Vergeten Slag'. Zonder
de inzet en de offers van de Britten
in de Tweede' Slag om Overloon te
willen bagatelliseren, kan vast
gesteld worden dat het Amerikaans
aandeel in de bevrijding van Over
loon en Venray 'onderbelicht' is ge
bleven. Zy immers hebben de
offensieve kracht van de Duitsers
by Overloon gebroken. Agressieve
aanvallen zoals tegen de Amerika
nen zyn door de Duitsers, voor zo
ver bekend, tegen de Britten niet
uitgevoerd. In het algemeen be
perkten zy zich tot het zo lang mo
gelijk, met zo klein mogelijke
verliezen, vertragen van de Britse
opmars. In deze wat zy noemden
'hinhaltende Verteidiging' waren
zy ware meesters. De Britse verlie
zen (1350 doden, gewonden en ver
misten volgens Britse opgave),
speken wat dit betreft boekdelen.
Zonder de Amerikaanse inzet zou
den deze ongetwijfeld veel hoger
zyn geweest Dat vele Amerikaanse
veteranen vinden dat hun aandeel
in de bevrijding van Overloon en
Venray door het Britse aandeel
hierin 'ondergesneeuwd' wordt is
dan ook begrypelyk.
De titel van de film 'De Vergeten
Slag' is volledig op de Amerikanen
van toepassing.
G.G. van Dam
Hauptmann Hugo Paul, comman
dant van het naar hem genoemde
bataljon Fallschirmjager, dat de
spil vormde van de Duitse verdedi
ging bij OverloonVoor zijn door
tastend optreden verleende de
Führer hem het Ridderkruis. Over
leden te Worms in maart 1993.
Foto-. G.G. van Dam, Venray.
B(j de jaarlijkse herdenking van
de bevrijding van Overloon en
Venray in oktober 1944 worden
altyd lovende woorden gewyd
aan de Britten, die na harde strijd
er in slaagden om de Duitsers uit
onze streek te verdrijven.
Hoe terecht die aan de Britten
toegezwaaide lof ook mag zyn,
toch mag niet vergeten worden
dat de Amerikanen, vóórdat de
Britten er aan te pas kwamen, in
hoge mate bijgedragen hebben
aan het sukses van de Britten.
Zonder de Britse bijdrage tekort
te doen, moet gezegd worden dat
de Amerikaanse 7e Pantser Divi
sie nooit die erkenning heeft ge
kregen die hun vanwege de door
hen gebrachte offers toekomt
MARKET-GARDEN
De gevechten rond Overloon en
Venray waren een rechtstreeks ge
volgvan de mislukte luchtlandings
operatie 'Market-Garden', ook wel
bekend als de Slag om Arnhem. De
ze grootste luchtlandingsoperatie
aller tyden ging op zondag 17 sep
tember 1944 van start. Met deze
aanval beoogde generaal Montgo
mery met één krachtige stoot over
een smal front zich een weg te ba
nen naar het Roergebied, het in
dustriële hart van Duitsland, door
te stoten naar Berlijn en zodoende
de oorlog nog in 1944 tot een goed
einde te brengen.
Het le Luchtlandingsleger, be
staan uit twee Amerikaanse- en één
Britse luchtlandingsdivisie moest
deze opdracht uitvoeren. Zij
moesten o.a. de bruggen bij Son,
Veghel, Grave, Nijmegen en Am-
hem veroveren. Het Britse XXXe
Korps zou op diezelfde 17e septem
ber uit zijn bruggehoofd by Neer-
pelt breken en over de 'loper' van
luchtlandingstroepen oprukken
om het gebied tussen Arnhem en
Nunspeet te bezetten en daarna
noordwaarts richting IJsselmeer op
te trekken. De Duitsers in het wes
ten van Nederland zouden dan van
hun moederland worden afgesne
den met het bijkomstig gevolg dat
aan het afvuren van Vl's en V2's
vanaf Nederlands gebied en gericht
op België en Engeland een eind zou
komen.
Generaal Lindsey MaeDonald Sil- Jonge Duitse krijgsgevangene. Veel
verster, commandant van de 7e van de Fallschirmjager waren acht-
Amerikaans Pantser Divisie. tien jaar of nog jonger.
Foto: Oorlogsmuseum, Overloon. Foto: Imperial War Museum,
Londen.
grenadiers waren jong, enthousiast
en hun moreel was uitstekend. Hun
commandant was Oberst Bemdt-
Joachim Freiherr von Maltzahn. Op.
het moment van de luchtlandingen
was de Brigade met 50 treinen op
weg van Polen naar het front bij
Aken. Op bevel van Hitier moest de
Brigade zich met spoed naar Neder
land begeven alwaar de treinen op
18 september in Roermond en Ven
lo aankwamen. Hun opdracht was
om de geallieerde corridor naar
Arnhem af te snyden.
De operatie by Arnhem mislukte
door de felle tegenstand aldaar door
delen van het 2e SS-Panzer Korps
(9e en 10e SS-Panzer Divisionen),
door het langzame tempo van de
opmars door het Britse XXXe
Korps, alsmede door de aanvallen
tegen de corridor door de eerder ge
noemde Duitse troepen die er een
paar keer in slaagden om deze te
doorbreken waardoor de aanvoer
naar Arnhem voor korte of langere
tijd werd afgesneden. Ook werden
de Britten te ver van hun doel, de
brug over de Rijn in Arnhem, afge
worpen waardoor het verrasssing-
selement grotendeels ongedaan
werd gemaakt
BESTEMMING OVERLOON
Het Britse VIILe Korps, onder
commando van lt. generaal Sir Ri
chard O'Connor, bestaande uit de
3e Infanterie Divisie en de 11e Pant
ser Divisie kreeg de opdracht om de
Duitsers op de rechterflank van de
corridor uit te schakelen en ze over
de Maas te dry ven. De Duitsers wer
den langzaam maar zeker van de
corridor weggedrukt en bouwden
uiteindelijk een frontlijn op die
liep vanaf de Maas bij Sambeek,
langs de Stevensbeekse bossen in
een bocht naar het zuid-westen
rond Overloon. Dit was de noorde
lijke sektor van 'Brückenkopf
Venlo' dat zich uitstrekte van Roer
mond tot Venlo.
Tterwyl de Duitsers het brugge
hoofd met materieel en manschap
pen volpompten, vorderde het VlIIe
Korps langzaam maar gestaag rich
ting Maas; de 11e Pantser Divisie,
die op 26 september Boxmeer en
Cuyk had bereikt, kreeg echter be
vel om zich slechts tot verkennin
gen te beperken. Hierbij kwam het
tot enkele schermutselingen met
de Duitsers in de omgeving van
Overloon.
De 3e Infanterie Divisie werd in
de streek St. Anthonis-Oploo gecon
centreerd.
Op 27 september werd de bevol
king van Overloon door de Duitsers
gesommeerd om het dorp te
verlaten.
De leemte die door een en ander
was ontstaan tussen de corridor en
de Maas was een grote zorg voor de
geallieerden. Die leemte moest door
nieuwe troepen worden opgevuld.
Uiteindelijk werd na overleg door
generaal Montgomery met de Ame
rikaanse generaal Bradley besloten
om de 7e Amerikaanse Pantser Di
visie (de 'Lucky Seventh') naar het
nieuwe front te zenden; zy moest
het Duitse bruggehoofd over de
Maas opruimen. Het is duidelijk dat
de geallieerden de kracht van hun
tegenstander schromelijk onder
schatten.
In de nacht van 25 op 26 septem
ber verliet de 7e Pantser Divisie, on
der commando van generaal Lind
sey MaeDonald Silvester, het front
bij Metz en kwam op vrydag 29 sep
tember op de lijn St. Anthonis-
Oploo aan, waarbij zy de plaats van
de Britse 11e Pantser Divisie in
nam. De inlichtingenofficier van
het Amerikaanse legerkorps had
onder andere op grond van door de
Britten verstrekte gegevens Sil
vester en zyn inlichtingensektie
voorgespiegeld dat er zich in het
Duitse bruggehoofd slechts twee
tot drieduizend Duitsers zouden be
vinden. De Amerikanen meenden
dan ook dat zij in slechts luttele da
gen Venlo zouden kunnen berei
ken. Op dat moment bevonden zich
er al meer dan vijftienduizend tot
de tanden bewapende Duitsers te
genover hen.
Verrijdbaar opgesteld Amerikaans
mortier bij Overloon.
FotoOorlogsmuseum, Overloon.
Op de linkerflank van het XXXe
Korps moest het Xlle Korps opruk
ken en op de rechterflank het VlIIe
Korps. Door deze flankbescher
ming zou het XXXe Korps zo snel
mogelijk de parachutisten bij Arn
hem kunnen ontzetten. Deze route
van Eindhoven naar Arnhem van
het XXXe Korps zou de geschiede
nis ingaan als de 'corridor'.
De Duitsers, die er alles aan gele
gen was om te voorkomen dat de
parachutisten bij Arnhem te hulp
zouden worden geschoten, stelden
alles in het werk om de opmars van
het XXXe Korps te vertragen of zo
mogelijke helemaal te verijdelen.
Herhaaldelijk werd de corridor
aangevallen, op de linkerflank door
delen van het Duitse XVe Leger, dat
door een verkeerde beoordeling
door de geallieerden, alsmede door
het taktisch inzicht van de Duitse
commandant, generaal Gustav von
Zangen, er in geslaagd was om via
Zeeuws-Vlaanderen en Walcheren
aan een dreigende omsingeling in
Frankrijk en België te ontsnappen.
Op de rechterflank doemde een nog
groter gevaar voor het XXXe Korps
op, namelijk de Kampfgruppe Wal
ther, genoemd naar de comman
dant. de parachutisten kolonel
Erich Walther. Deze Kampfgruppe
bestond hoofdzakelijk uit parachu
tisten. Veel van deze 'Fallschirmja
ger' waren veteranen, maar meestal
waren het nauwelijks opgeleide
jongens van soms vyftien jaar. Ve
len hadden tot allerlei afdelingen
van de Luftwaffe behoord en door
de teloorgang van dit wapen bij de
parachutisten ingelijfd. Hun oplei
ding tot infanterist duurde slechts
enkele weken. In het algemeen
vochten zij fanatiek, trots als ze wa
ren om tot de Fallschirmjager te be
horen, in hun ogen nog steeds een
keurkorps.
De Kampfgruppe Walther werd
versterkt door de 107e Panzer Bri
gade. Deze werd in augustus 1944
in Oost-Pruisen gevormd uit restan
ten van de 25e Infanterie Divisie
die in Rusland in de pan gehakt
was. De Brigade beschikte over 36
gloednieuwe Panthertanks en 12
tankjagers, mortieren, anti-tank-
geschut, 'drieling' kanonnen en
zware granaatwerpers. De Panzer-