i Amerikanen Tbeten het spits af Overloon '44 DUITSE OPSTELLING Door het aarzelend optreden van de Britten krgen, zoals gezegd, de Duitsers voldoende tijd om een sterke verdedigingslinie aan te leg gen met uitgebreide mijnenvelden. Globaal waren de Kampfgruppe Walther en de 107e Panzer Brigade als volgt over de frontlijn verdeeld: Streek Sambeek. SS-Panzer- Grenadier Bataljon Segler onder commando van Sturmbannfuhrer Franz Roestel (deze was na de oor log een van de leidende figuren van ODESSA, een organisatie die hielp om Nazi's naar Zuid-Amerika te la ten ontvluchten). Verder lag daar nog een Panzerjager Abteilung met 15 Sturmgeschütze en zes kaiinon- nen; beide groepen waren afkom stig van de SS-Panzer-Division 'Frundsberg'. Bij Vierlingsbeek (Kasteel 'De Hattert'). Luftwaffe Festungs Batal jon X met een 88 mm kanon. Tussen 'De Hattert' en Over loon. Het parachutisten bataljon Hofmann. Tussen Vierlingsbeekseweg en Stevensbeekse Bossen (De Prit- tert). Het parachutisten bataljon Paul. Weerszijden van de weg Overloop-Oploo. De le en 2e Com pagnie van het Panzer-Grenadier Bataljon 2107 van de 107e Panzer Brigade. De 3e Compagnie was toe gevoegd aan het Bataljon Hofmann. Tussen Heideree Duinen en de weg Venray-Deurne. Het parachu tisten Bataljon Kerutt. Achter dit bataljon lag de 4e Compagnie van het Panzer-Grenadier Bataljon 2107. Links van de weg Venray- Deurne.De Duitse 180e Infanterie Division alsmede wat verspreide onderdelen die dikwijls van de ene kant naar de andere van het front werden gestuurd. De 5e Compagnie van het Panzer- Grenadier Bataljon 2107 (kanon nen en zware granaatwerpers) lag achter de linie. De tanks van de Panzer Brigade stonden opgesteld achter de Bataljons Hofmann en Paul, links van de weg Overloon- Venray. De Staf van de Brigade be vond zich in het toenmalige kamp van de Nederlandse Arbeids Dienst (nu bungalowpark De Vers). Deze Staf verhuisde op 29 september naar de wassery van Jerusalem te Ven ray en vandaar op 12 oktober naar Oostrum. Erich Walther, com mandant van de Kampfgruppe Wal ther, vestigde zich met zijn Staf in het Kasteel Geysteren. AMERIKANEN VALLEN AAN Niet wetend hoe gebrekkig zijn informatie was over de werkelijke krachtsverhouding in het Duitse bruggehoofd, besloot Silvester om reeds de volgende dag, zaterdag 30 september, over een breed front aan te vallen. Voorbereidende verken ningen werden met typisch Ameri kaans optimisme niet nodig geacht. Trouwens, de G-2, (inlichtingenoffi cier) Knowlton, was geheel niet voor zyn taak berekend, zoals ook later in de maand oktober bij de Duitse aanvallen op Asten en Mei- jel, zou blijken. De aanvallende troepen, on dersteund door tanks, waren on derverdeeld in drie Combat Commands, elk in sterkte tussen een brigade en een versterkt ba taljon. CC'A, onder kolonel Rosenbaum, kreeg opdracht om richting Over loon aan te vallen. Hiervoor waren hem twee gevechtsgroepen toege wezen. De tanks van het 40e Iknk- bataljon werden gelijkelijk over hen verdeeld. De aanvalsroute liep langs de weg van Oploo naar Over loon en de weg door de Stevens beekse bossen naar Overloon. CC'B', onder brigade-generaal Hasbrouck, moest oprukken rich ting Maas met als eerste doel Mul- lem en Vortum. Hem werden even eens twee gevechtgroepen toegewe zen, één met een tankeskadron en één met twee tankeskadrons. CC'R' (reserve), onder kolonel Ry an, eveneens bestaande uit twee ge vechtsgroepen, bleef in reserve. Om 16.30 uur gaat de aanval van start, rollen de tan les naar voren en begeeft de infanterie zich op rups voertuigen en jeeps naar voren. Nauwelijks op weg slaat vijandelijk afweervuur in hun gelederen. De infanterie springt uit de voertuigen en verspreidt zich in het veld. Even later komt een hevig mortiervuur op hen neer. De opmars van de bei de Combat Commands is volledig tot stilstand gekomen. Op zondag 1 oktober hernemen de Amerikanen de aanval. CC'B' komt als gevolg van zwaar vijande lijk vuur niet verder dan de Brak- kenhof, halverwege Mullem en Stevensbeek. Onder dekking van artillerievuur van de Divisie, bij gestaan door Britse artillerie, kon CC'B' uiteindelijk toch oprukken en bezette om 19.30 uur Vortum. Meer naar het westen liep CC'A' bij twee aanvallen op Overloon op maandag 2 oktober bij de Heikant vast in het vuur van mortieren, ar tillerie, Nebelwerfers en lichte wa pen van de Duitse parachutisten. P47 Vliegtuigen bombardeerden Overloon. 's Avonds werden de Amerikanen verrast door een onge kend felle Duitse tegenaanvanl. Op dinsdag 3 oktober vielen de Duitsers opnieuw aan vanuit de bossen en de westkant van Over loon. Vooral het Bataljon Paul on derscheidde zich hierbij en droeg er in belangrijke mate toe by dat de Amerikanen geen stap verder kwa men. Heel wat Sherman tanks gin gen in vlammen op. Ook de aanval van een gevechts groep van de in reserve gehouden CC'R' op Overloon vanuit het noor- - PEEL EN MAAS Donderdag 30 september - Pagina 5 Britse- en Amerikaanse officieren overleggen hoe de Duitse tegen stand bij Overloon te breken. Geheel links generaal Lindsey MaeDonald Silvester, commandant van de 7e Amerikaanse Pantser Divisie. Fbto: Oorlogsmuseum, Overloon. der werd in de kiem gesmoord door goed gecamoufleerd opgestelde anti-tankkanonnen, Nebelwerfers, mortieren en mijnenvelden. De an dere gevechtsgroep van CC'R' na derde Overloon tot op 500 meter tot in het bosje dat door zijn vorm op de kaart 'de laars' (the boot') weid genoemd. Hier speelden zich de felste gevechten om Overloon af. De Duitse parachutisten vochten ver beten met bajonet en handgranaat als voornaamste wapen en weder om moesten de Yanks in de Duitse parachutist hun meerdere er kennen. Walter Cronkite, een der be kendste radio commentatoren, maakte van deze gevechten mel ding in een bericht van United Press, hetgeen als volgt luidde: 'Vijfhonderd Amerikanen en achthonderd Duitsers vochten een Eerste Wereldoorlog in het klein uit in en om een laarsvormig bos by Overloon in Holland. Met de bajo net zaten Amerikanen en Duitsers elkaar achterna van schuttersput tot schuttersput en van boom tot boom. Gevengenen werden er niet gemaakt. Uiteindelijk moesten de Amerikanen terugtrekken. Hun doel hadden zij niet bereikt In het kapot geschoten bos bleven kreu nende gewonden en ettelyke lyken van Amerikanen en Duitsers ach ter.' Sommigen werd het teveel, zoals de 22-jarige Peter Voss uit Ueber- ruhr die, gezeten in zyn schut tersput de loop van zyn geweer in zijn mond plaatste en zich door het hoofd schoot. Nu dat aanvallen by dag stuk lie pen op het krachtig verzet van de Duitsers, probeerden de Amerika nen een nachtelijke aanval. In de nacht van 4 oktober lanceerde CC'R' een aanval met de bedoeling een doorbraak te forceren. Hierby werd door de genie een pad door de mynenvelden vrijgemaakt opdat tanks konden volgen. De Duitsers waren echter op alles voorbereid en noch de tanks, noch de infanterie boekten ook maar enige terrein winst. Als antwoord op de mislukte Amerikaanse aanval voerden de pa rachutisten zeven tegenaanvallen uit. Deze liepen met grote verliezen stuk op de bosrand waar niet alleen infanterie, maar ook Sherman- tanks waren opgesteld. Onder de Duitsers werd een ware slachting aangericht, mede door het vuur van 105 mm houwitsers en veldartille rie die achter de Amerikaanse linie rond Oploo stonden opgesteld. Op 5 oktober ondernam CC'R' op nieuw een poging om een beslis sende klap aan de Duitsers uit te delen en om Overloon van het oosten uit te overvleugelen. Een tankeskadron met achttien tanks zou de aanval begeleiden, gevolgd door nog een eskadron tanks. Even leek het dat de aanval zou geluk ken. De Duitse stellingen werden doorbroken en de tanks waren by- na een kilometer gevorderd toen het 88 mm kanon van het Luft- waffe-Festungs-Bataljon X in de tuin van het kasteeltje 'De Hattert' langs de weg Vieflingsbeek-Over- loon losbarstte. Al spoedig stonden dertien van de achttien tanks in brand. De rest trok zich terug en ook deze aanval eindigde in een fa liekante mislukking. Even daarna werd het kanon door vliegtuigen tot zwygen gebracht Ook op de 6e oktober golfde de stryd by Overloon heen en. weer, steeds meer slachtoffers aan beide z(jden eisend. Op de avond van die dag kwam een order binnen dat de gehele divisie werd teruggeroepen. Op 7 en 8 oktober trokken de Ame rikanen zich uit hun stellingen te rug en kregen nu in het zuidelyk deel van de Peel een beveiligende taak toegewezen. Hierby kwamen zij onder operationeel bevel van het VlIIe Britse Corps. De 7e Pantser Di visie verloor tussen 1 en 6 oktober 452 man aan gesneuvelden, gewon den en vermisten. 29 Middelzware- en zes lichte tanks gingen verloren alsrriede 43 andere voertuigen. Dit alles het gevolg van de schromelij ke onderschatting door de Ameri kanen van hun Duitse tegenstander. Hun stellingen, die nu in een flauwe bocht om Overloon heen la gen, werden ingenomen door de Britse 3e Infanterie Divisie en de I 11e Pantser Divisie. AMERIKAANSE NABESCHOUWING Na de debacle by Overloon stelde de inlichtingenofficier van de 7e Pantser Divisie het volgende rap port samen: De maand oktober begon met de aanval op Overloon waar de vyand verbitterde tegenstand bood. Onze strijdkrachten ten noorden van Overloon en ten oosten en westen van het dorp waren niet in staat om de sterke Duitse linies te doorbre ken. De Duitsers hadden hier hun buitenste verdedigingsgordel van Venlo ingericht (Hauptkampflinie), de sleutel tot het Roergebied. Venlo was ook het belangrijkste knoop punt aan de Maas waarlangs alle voorraden en troepen voor het bruggehoofd over de Maas werden aangevoerd. De strijdkrachten te genover ons behoorden tot de 180e Divisie. (Noot: Gemakshalve worden hier de Kampfgruppe Walther en de 107e Panzer Brigade maar niet ge noemd.) Dit was niet een normale, goed georganiseerde divisie, maar meer een bevelvoerend hoofdkwar tier voor een aantal ongeregelde eenheden die fanatiek het 'Maas Brueckenkopf verdedigden. Hun wens om geen gebied prys te geven kwam al op het einde van de eerste dag duidelyk tot uitdrukking in de vorm van een tegenaanval die met tè weinig troepen werd uitgevoerd en waarvan de meesten op het slag veld achterbleven. Hoe het ook zy, de kombinatie van fanatisme, gunstig terrein, een overvloed aan anti-tankwapens en een overwicht aan infanterie belemmerden onze opmars in dit gebied. De Duitsers maakten het ons nog moeilyker door een overdadig gebruik van mynen die praktisch alle toegangs wegen tot hun gebied blokkeerden. Er waren geen problemen om trent de vraag welke formaties te genover ons stonden: er werden vry veel gevangenen gemaakt en het totaal beeld dat daaruit te voor schijn kwam was vry duidelyk. Het was vry zeker dat de vijand geen grote reserves had, maar zonder dat nog meer druk op hun front werd uitgeoefend hadden ze die ook niet nodig. De Duitsers konden met wat ze hadden ons met voor hun vry ge ringe verliezen tegenhouden. De vyand hield stand in terrein dat hij gekozen had. Grote troepen bewegingen vonden niet plaats, hoewel soms hun agressieve akties ondersteund werden door enige tanks van de 107 Pantser Brigade die in de taktische reserve waren. (Noot: De Pantser Brigade heeft vol gens een eigen rapport in het alge meen niet meer dan tien tanks per dag bij Overloon ingezet. Dat by Overloon de grootste tanksalg in Nederland zou hebben plaats ge vonden kan derhalve naar het rijk der fabelen worden verwezen.) De vijandelijke vuurkracht was iets groter dan normaal. De infanterie kreeg volop steun van artillerie, mortieren en Nebelwerfer. De Ne- belwerfer werden meestal in stel ling gebracht en snel afgevuurd waarna onder dekking van een rookgordijn de stelling weer verla ten werd. Dit maakte het erg moei lijk om doeltreffend tegen deze Nebelwerfer op te treden. Alle bos sen aan het front werden hardnek kig verdedigd door goed ingegraven infanterie waartegen artillerie en luchtaanvallen niet veel konden uitrichten. De vyand leed de groot ste verliezen zodra hy z(jn stellin gen verliet en tot tegenaanvallen overging. Tot zover het Amerikaan se rapport DUITSE TERUGBLIK Officiële rapporten van Duitse zij de staan ons niet ter beschikking. Oberst Bemdt-Joachim Freiherr von Maltzahn, commandant van de 107e Panzer Brigade schrijft over de gevechten by Overloon als volgt: De gevechten waren hier in het algemeen zeer fel. maar vergeleken met de stryd in Rusland, zeer fair. Als voorbeeld noem ik hier de inzet van de Brigade ter ondersteuning van een infanterie bataljon. De vij and bracht zwaar mortiervuur op de stelling, waardoor hoge verliezen ontstonden. Aan het bergen van de gewonden viel niet te denken. Plot seling sprong een Duitse verpleger met een Rode Kruis vlag in de hand omhoog en begon de gewonden te verplegen. Het vijandelijk vuur werd direkt gestaakt. De Brigade reed met Rode Kruis auto's de linies in en kon alle gewonden bergen. Tben de laatste gewonde geborgen was en de auto's het gevechtsterrein verlieten ving het vijandelijk vuur weer aan. De Amerikanen hebben zich hier ridderlijk gedragen. (Uit: Geschiehte der 25. Division) NAWOORD Dit artikel heeft niet de pretentie om onbekende feiten aan het licht te brengen; die zyn o.a. door het boek 'Slag in de Schaduw' van A. Korthals Altes en N.C.K.A. in 't Veld genoegzaam bekend, alsmede door de film 'De Vergeten Slag'. Zonder de inzet en de offers van de Britten in de Tweede' Slag om Overloon te willen bagatelliseren, kan vast gesteld worden dat het Amerikaans aandeel in de bevrijding van Over loon en Venray 'onderbelicht' is ge bleven. Zy immers hebben de offensieve kracht van de Duitsers by Overloon gebroken. Agressieve aanvallen zoals tegen de Amerika nen zyn door de Duitsers, voor zo ver bekend, tegen de Britten niet uitgevoerd. In het algemeen be perkten zy zich tot het zo lang mo gelijk, met zo klein mogelijke verliezen, vertragen van de Britse opmars. In deze wat zy noemden 'hinhaltende Verteidiging' waren zy ware meesters. De Britse verlie zen (1350 doden, gewonden en ver misten volgens Britse opgave), speken wat dit betreft boekdelen. Zonder de Amerikaanse inzet zou den deze ongetwijfeld veel hoger zyn geweest Dat vele Amerikaanse veteranen vinden dat hun aandeel in de bevrijding van Overloon en Venray door het Britse aandeel hierin 'ondergesneeuwd' wordt is dan ook begrypelyk. De titel van de film 'De Vergeten Slag' is volledig op de Amerikanen van toepassing. G.G. van Dam Hauptmann Hugo Paul, comman dant van het naar hem genoemde bataljon Fallschirmjager, dat de spil vormde van de Duitse verdedi ging bij OverloonVoor zijn door tastend optreden verleende de Führer hem het Ridderkruis. Over leden te Worms in maart 1993. Foto-. G.G. van Dam, Venray. B(j de jaarlijkse herdenking van de bevrijding van Overloon en Venray in oktober 1944 worden altyd lovende woorden gewyd aan de Britten, die na harde strijd er in slaagden om de Duitsers uit onze streek te verdrijven. Hoe terecht die aan de Britten toegezwaaide lof ook mag zyn, toch mag niet vergeten worden dat de Amerikanen, vóórdat de Britten er aan te pas kwamen, in hoge mate bijgedragen hebben aan het sukses van de Britten. Zonder de Britse bijdrage tekort te doen, moet gezegd worden dat de Amerikaanse 7e Pantser Divi sie nooit die erkenning heeft ge kregen die hun vanwege de door hen gebrachte offers toekomt MARKET-GARDEN De gevechten rond Overloon en Venray waren een rechtstreeks ge volgvan de mislukte luchtlandings operatie 'Market-Garden', ook wel bekend als de Slag om Arnhem. De ze grootste luchtlandingsoperatie aller tyden ging op zondag 17 sep tember 1944 van start. Met deze aanval beoogde generaal Montgo mery met één krachtige stoot over een smal front zich een weg te ba nen naar het Roergebied, het in dustriële hart van Duitsland, door te stoten naar Berlijn en zodoende de oorlog nog in 1944 tot een goed einde te brengen. Het le Luchtlandingsleger, be staan uit twee Amerikaanse- en één Britse luchtlandingsdivisie moest deze opdracht uitvoeren. Zij moesten o.a. de bruggen bij Son, Veghel, Grave, Nijmegen en Am- hem veroveren. Het Britse XXXe Korps zou op diezelfde 17e septem ber uit zijn bruggehoofd by Neer- pelt breken en over de 'loper' van luchtlandingstroepen oprukken om het gebied tussen Arnhem en Nunspeet te bezetten en daarna noordwaarts richting IJsselmeer op te trekken. De Duitsers in het wes ten van Nederland zouden dan van hun moederland worden afgesne den met het bijkomstig gevolg dat aan het afvuren van Vl's en V2's vanaf Nederlands gebied en gericht op België en Engeland een eind zou komen. Generaal Lindsey MaeDonald Sil- Jonge Duitse krijgsgevangene. Veel verster, commandant van de 7e van de Fallschirmjager waren acht- Amerikaans Pantser Divisie. tien jaar of nog jonger. Foto: Oorlogsmuseum, Overloon. Foto: Imperial War Museum, Londen. grenadiers waren jong, enthousiast en hun moreel was uitstekend. Hun commandant was Oberst Bemdt- Joachim Freiherr von Maltzahn. Op. het moment van de luchtlandingen was de Brigade met 50 treinen op weg van Polen naar het front bij Aken. Op bevel van Hitier moest de Brigade zich met spoed naar Neder land begeven alwaar de treinen op 18 september in Roermond en Ven lo aankwamen. Hun opdracht was om de geallieerde corridor naar Arnhem af te snyden. De operatie by Arnhem mislukte door de felle tegenstand aldaar door delen van het 2e SS-Panzer Korps (9e en 10e SS-Panzer Divisionen), door het langzame tempo van de opmars door het Britse XXXe Korps, alsmede door de aanvallen tegen de corridor door de eerder ge noemde Duitse troepen die er een paar keer in slaagden om deze te doorbreken waardoor de aanvoer naar Arnhem voor korte of langere tijd werd afgesneden. Ook werden de Britten te ver van hun doel, de brug over de Rijn in Arnhem, afge worpen waardoor het verrasssing- selement grotendeels ongedaan werd gemaakt BESTEMMING OVERLOON Het Britse VIILe Korps, onder commando van lt. generaal Sir Ri chard O'Connor, bestaande uit de 3e Infanterie Divisie en de 11e Pant ser Divisie kreeg de opdracht om de Duitsers op de rechterflank van de corridor uit te schakelen en ze over de Maas te dry ven. De Duitsers wer den langzaam maar zeker van de corridor weggedrukt en bouwden uiteindelijk een frontlijn op die liep vanaf de Maas bij Sambeek, langs de Stevensbeekse bossen in een bocht naar het zuid-westen rond Overloon. Dit was de noorde lijke sektor van 'Brückenkopf Venlo' dat zich uitstrekte van Roer mond tot Venlo. Tterwyl de Duitsers het brugge hoofd met materieel en manschap pen volpompten, vorderde het VlIIe Korps langzaam maar gestaag rich ting Maas; de 11e Pantser Divisie, die op 26 september Boxmeer en Cuyk had bereikt, kreeg echter be vel om zich slechts tot verkennin gen te beperken. Hierbij kwam het tot enkele schermutselingen met de Duitsers in de omgeving van Overloon. De 3e Infanterie Divisie werd in de streek St. Anthonis-Oploo gecon centreerd. Op 27 september werd de bevol king van Overloon door de Duitsers gesommeerd om het dorp te verlaten. De leemte die door een en ander was ontstaan tussen de corridor en de Maas was een grote zorg voor de geallieerden. Die leemte moest door nieuwe troepen worden opgevuld. Uiteindelijk werd na overleg door generaal Montgomery met de Ame rikaanse generaal Bradley besloten om de 7e Amerikaanse Pantser Di visie (de 'Lucky Seventh') naar het nieuwe front te zenden; zy moest het Duitse bruggehoofd over de Maas opruimen. Het is duidelijk dat de geallieerden de kracht van hun tegenstander schromelijk onder schatten. In de nacht van 25 op 26 septem ber verliet de 7e Pantser Divisie, on der commando van generaal Lind sey MaeDonald Silvester, het front bij Metz en kwam op vrydag 29 sep tember op de lijn St. Anthonis- Oploo aan, waarbij zy de plaats van de Britse 11e Pantser Divisie in nam. De inlichtingenofficier van het Amerikaanse legerkorps had onder andere op grond van door de Britten verstrekte gegevens Sil vester en zyn inlichtingensektie voorgespiegeld dat er zich in het Duitse bruggehoofd slechts twee tot drieduizend Duitsers zouden be vinden. De Amerikanen meenden dan ook dat zij in slechts luttele da gen Venlo zouden kunnen berei ken. Op dat moment bevonden zich er al meer dan vijftienduizend tot de tanden bewapende Duitsers te genover hen. Verrijdbaar opgesteld Amerikaans mortier bij Overloon. FotoOorlogsmuseum, Overloon. Op de linkerflank van het XXXe Korps moest het Xlle Korps opruk ken en op de rechterflank het VlIIe Korps. Door deze flankbescher ming zou het XXXe Korps zo snel mogelijk de parachutisten bij Arn hem kunnen ontzetten. Deze route van Eindhoven naar Arnhem van het XXXe Korps zou de geschiede nis ingaan als de 'corridor'. De Duitsers, die er alles aan gele gen was om te voorkomen dat de parachutisten bij Arnhem te hulp zouden worden geschoten, stelden alles in het werk om de opmars van het XXXe Korps te vertragen of zo mogelijke helemaal te verijdelen. Herhaaldelijk werd de corridor aangevallen, op de linkerflank door delen van het Duitse XVe Leger, dat door een verkeerde beoordeling door de geallieerden, alsmede door het taktisch inzicht van de Duitse commandant, generaal Gustav von Zangen, er in geslaagd was om via Zeeuws-Vlaanderen en Walcheren aan een dreigende omsingeling in Frankrijk en België te ontsnappen. Op de rechterflank doemde een nog groter gevaar voor het XXXe Korps op, namelijk de Kampfgruppe Wal ther, genoemd naar de comman dant. de parachutisten kolonel Erich Walther. Deze Kampfgruppe bestond hoofdzakelijk uit parachu tisten. Veel van deze 'Fallschirmja ger' waren veteranen, maar meestal waren het nauwelijks opgeleide jongens van soms vyftien jaar. Ve len hadden tot allerlei afdelingen van de Luftwaffe behoord en door de teloorgang van dit wapen bij de parachutisten ingelijfd. Hun oplei ding tot infanterist duurde slechts enkele weken. In het algemeen vochten zij fanatiek, trots als ze wa ren om tot de Fallschirmjager te be horen, in hun ogen nog steeds een keurkorps. De Kampfgruppe Walther werd versterkt door de 107e Panzer Bri gade. Deze werd in augustus 1944 in Oost-Pruisen gevormd uit restan ten van de 25e Infanterie Divisie die in Rusland in de pan gehakt was. De Brigade beschikte over 36 gloednieuwe Panthertanks en 12 tankjagers, mortieren, anti-tank- geschut, 'drieling' kanonnen en zware granaatwerpers. De Panzer-

Peel en Maas | 1993 | | pagina 5