Oud bij oud
Gunstige vooruitzichten
uenïays monumenten
voor nederlandsche pluimveehouderij
SIMGAIOOO
VRIJDAG 7 FEBRUARI 1969 No. 6
NEGENTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
GROTESTRAATG28VE POSTBufl MS™F GIRÖ^UBMM WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
ADVERTENTIEPRIJS 12 et per mm. ABONNEMENTS
PRIJS PER KWARTAAL 2.— (buiten Venroy f 125)
BEJAARDEN KUNNEN BETER NIET INTREKKEN BIJ HUN
KINDEREN
Venrays bejaardencentrum „Schuttersveld" gaat donderdag de
eerste mensen opnemen. In dat verband is het misschien goed dat
de betekenis van zulk een centrum voor onze gemeenschap
eens nader bekijken want te veel wordt zulk een centrum nog
gezien als een opbergplaats van bejaarden, die bü hun kinderen
niet meer terecht kunnen! Enerzijds kan de vraag gesteld worden.
„Waarom zijn kinderen niet bereid bejaarden in huis op te ne
men?". Anderzijds wordt gevraagd: „Spreekt het gebod: „Eert uw
vader en moeder" niet meer tot de mannen en vrouwen wier
ouders nu 65 jaar of ouder zijn?" Zijn die verwijten gegrond en
rechtvaardig? In het vaktijdschrift „Bejaardenwerk" publiceerde
de maatschappelijk werker P. Aalsma een interessante beschou
wing over deze voor vele bejaarden zo actuele materie.
GENERATIE VERSCHILLEN
TE GROOT
De heer Aalsma vindt het gegene
raliseerde verwijt van bejaarden aan
hun kinderen niet gerechtvaardigd,
daar windt hij geen doekjes om. In
vele gevallen kunnen de kinderen
hun ouders niet eens opnemen, ook
al zouden ze willen. Huisvestigings-
moedlijkheden vormen in menig ge
val een onoverkomelijke barrière.
Maar ook al beschikken de kinde
ren over een huis dat groot genoeg
is om een behoeftig echtpaar op te
nemen dan nog voelen ze daar dik
wijls niets voor.
„Dan houden ze ook niet van ons",
beweren de bejaarde ouders dan,
maar dit scherpe verwijt is in de
meeste gevallen volstrekt onge
grond.
Een veel belangrijker factor zo
meent de heer Aalsma, is het ver
schil in levenswijze en levensopvat
ting tussen de generaties.
MENTALITEIT
De bejaarden zij geboren rondom
de eeuwwisseling. Hun leefpatroon
bestond uit zes lange dagen werken,
de enige recreatie viel op zondag. Er
was toendertijd in een mensenleven
veel meer regelmaat en orde. Mobi
liteit was er ook niet veel, men ging
werken in zijn eigen stad of dorp.
De kinderen van deze bejaarden
(nu ongeveer 40 a 50 jaar oud) ken
nen een heel ander levensritme. Er
is méér vrije tijd, meer geld, meer
luxe, er zijn meer mogelijkheden
tot retcreatie. Met snipperdagen en
in het weekend trekt men er mgt
de auto tussenuit. Er is tenslotte een
grotere mobiliteit gekomen, ook in
het werk. Kortom, de middelbare
generatie is vertrouwd geraakt met
een levenspatroon, dat hun ouders
nooit in deze vorm heben gekend.
Hieruit vloeien mentaliteitsver-
schillen voor, die bij het samenwo
nen stellig een problematisch karak
ter zullen krijgen. In menige familie
waar bejaarde ouders bij hun kin
deren introkken, heeft dit tot ern
stige geschillen geleid. Ouders, die
altijd goed met hun kinderen kon
den opschieten, raakten er juist nu,
toen zij met hen samen woonden,
van vervreemd.
FAMILIELEVEN
Maar in dit geheel spreken ook
nog heel andere factoren mee. Voor
de jongere generatie zijn er meer
kontakt- en gespreksmogelijkheden
da er destijds waren voor degenen,
die nu tot de bejaarden behoren. Dit
heeft tot gevolg gehad dat de aan
dacht van de mensen zich verplaat
ste. Naast familie kreeg men meer
kennissen, men werd lid van meer
verenigingen en men ging vaker uit.
Was vroeger het familiebezoek een
van de weinige mogelijkheden, nu is
het een van de zeer vele. Als enke
le decennia geleden er kermis was,
zat de huiskamer vol met ooms en
tantes, neven en nichten. Tegen
woordig kent men zijn tantes, neven
en nichten nauwelijks meer en de
kermis is vervangen door vakantie,
zonder familie.
Het familieleven (niet te verwar
ren met het gezinsleven) heeft veel
van zijn betekenis verloren als ge
volg van de sociiale structuurwijzi
gingen, die er in onze samenleving
plaatsvinden. En deze wijzigingen
hebben ook hun weerslag op de hou
ding en verhouding van kinderen ten
opzichte van hun ouders.
STAP TERUG
Natuurlijk bestaat er vrijwel al
tijd een sterke gevoelsband tussen
ouders en kinderen. Maar de kinde
ren staan onafhankelijker en kriti
scher ten opzichte van hun ouders
dan vroeger het geval was.
Neemt iemand zijn bejaarde ouders
in huis, dan is de kans op spannin
gen zeer groot, zelfs wanneer de
verhouding voorheen altijd heel goed
was. Men voelt zich te zeer gebon
den ,als men zijn ouders in huis
heeft. Gebonden vooral in psycholo
gische zin.
Volwassen mensen die reeds jaren
geleden het ouderlijk huis hebben
verlaten om zelf een gezin te stich
ten, voelen zich plotseling weer kin
deren, wanneer zij hun ouders bij
zich in huis nemen. Dat kunnen zij
van zichzelf niet aanvaarden en zo
groeit er een scheve verhouding.
i
KLEINKINDEREN
Gecompliceerder wordt de toe
stand nog, wanneer er in één huis
drie generaties wonen: grootouders
- ouders - kleinkinderen. Vooral de
ouders komen dan in een zeer moei
lijke positie. Zij hebben een dubbele
rol. Zij zijn kinderen èn ook ouders.
Zij moeten hun kinderen opvoeden,
maar kunnen dat nooit goed doen,
wanneer grootvader of grootmoeder
zich óók met de opvoeding bemoeit
en dat gebeurt maar al te vaak.
Deze rollenverwarring is de oor
zaak van vele moeilijkheden en
spanningen in het gezin, waarvan
vooral de kinderen de dupe worden.
Deze weten niet waar ze aan toe
zijn, omdat ze in feite twee vaders
en twee moeders hebben.
In deze gezinnen zullen botsingen
niet uitblijven. Dikwijls zien we dat
ook de moeder maar gaat werken
om onder de druk van haar eigen
ouders uit te zijn.
BETER BIJ VREEMDEN
Zeer juist is dit alles uitgedrukt
in de zegswijze: „Je kunt beter bij
vreemden inwonen dan bij eigen".
Het is daarom onredelijk om de
kinderen te verwijten, dat zij hun
bejaarde, vaak behoeftige ouders
niet in huis opnemen. In de huidige
samenleving is het in het algemeen
beter, dat bejaarden niet bij hun
kinderen intrekken. „Oud bij oud en
jong bij jong?" Gelukkig zien vele
bejaarden dit ook wel en willen dit
ook zo.
De jongere generaties hebben te
zorgen dat hun ouders zo goed mo
gelijk worden opgevangen. Met
dienstcentra en bejaardentehuizen.
Dat is geen afschuiven, maar reke
ning houden met een realiteit.
Het begrip „Eert uw vader en uw
moeder" is niet statisch, maar dyna
misch. Dat wil zeggen: zijn concre
tisering zal in elke tijd anders zijn.
Hiermee doen wij niets tekort aan al
diegenen die desondanks toch hun
ouders in huis opnemen. Als ook zij
maar goed beseffen, wat zij doen en
misschien zelfs tekort doen aan echt
genoot en kinderen!
Na een paar moeilijke jaren be
gint het er voor de Nederlandse
pluimveehouderij weer gunstig uit
te zien. Dat blijkt wel heel duide
lijk uit de exportresultaten: de tota
le exportwaarde van pluimveehou
derij produkten bedroeg in vorig jaar
647 miljoen gulden, 23 procent meer
dan in 1967 en ook meer dan in welk
jaar daarvoor.
In de legsector kwam in 1968 een
eind aan de van jaar tot jaar terug
lopende eierproduktie. Deze produk-
tie kan worden geraamd op 3875
miljoen stuks, 6 procent meer dan in
1967 toen er 3655 miljoen werden ge
produceerd, maar nog niet zoveel als
in 1966 (4144 miljoen).
De gemiddelde producentenprijs
was vorig jaar 2,03 per kilo, een
dubbeltje meer dan in 1967 en 16
cent meer dan in 1966. De Neder
landse producenten ontvingen meer
dan hun Duitse collega's, in tegen
stelling tot 1967 toen de producen
tenprijs hier 12 cent lager lag dan
in het buurland.
De export van eieren steeg met 31
procent tot 991 miljoen stuks134,2
miljoen). Ook dat betekende het ein
de van een dalende tendens (de uit
voer was in 1966 ruim 1100 miljoen
stuks en in 1967 ongeveer 757 mil
joen).
Wat wél verder daalde was het
verbruik per hoofd van de bevol
king. Dat lag in 1966 op 204 stuks,
in 1967 op 197 stuks en hoewel het
gemiddelde verbruik in 1968 nog
niet defintief is berekend, staat wel
vast, dat er per persoon opnieuw
minder eieren werden geconsu
meerd.
In de legrassensector zijn vorig
jaar tot en met november 36.4 mil
joen broedeieren ingelegd, twee pro
cent meer dan in 1967, hoewel het
aantal pluimveehouderij bedrijven
aanzienlijk daalde (van mei 1967 tot
mei 1968 verdwenen er volgens het
CBS 10.000 waardoor er nog maar
80.000 overbleven). Het totale pluim
veebestand wordt kennelijk opge
vangen door de overblijvende, gro
tere bedrijfseenheden. Deze struc-
tuurwijizging verhoogt de kansen op
een rendabele legpluimveehouderij.
Men verwacht dat de produktie in
het eerste half jaar van 1969 onge
veer 5 procent boven die van de eer
ste heltf van 1968 zal liggen. De pro
duktie na 1 juli is afhankelijk van
de inleg in de eerste vier maanden
van 1969. Deze inleg zal niet lager
zijn dan vorig jaar.
VOORUITZICHTEN
De vooruitzichten voor 1969 han
gen mede af van de ontwikkeling
van de produktie in de andere EEG-
landen. Op grond van de nu daar
over bekende niet altijd even be
trouwbare gegevens verwacht
men dat zich in het eerste halfjaar
1969 bij de prijsvorming niet meer
moeilijkheden zullen voordoen dan
er meestal in het voorjaar zijn. Maar
met het oog op de verwachte pro-
duktie-uitbreiding in enkele andere
EEG-landen (met name in Duits
land) in het tweede halfjaar, gelooft
men niet dat dan de prijzen zullen
worden bereikt, die in dezelfde pe
riode van 1968 konden worden ge
realiseerd.
Gezien de bevolkingsaanwas in de
EEG zal de totale behoefte aan eie
ren wel stijgen, maar een grote stij
ging van het verbruik per hoofd is
niet waarschijnlijk.
EXPORT
De uitvoer van eiederprodukten
steeg vorig jaar met 50 procent tot
ruim 15.4 miljoen kilo ter waarde
van 39.4 miljoen gulden (plm. 30
pet.).
De produktie van slachtpluimvee
steeg met 7 procent tot 304 is 800
ton en was twee keer zo groot als in
1962. Behalve de slachtkuikens
droeg tot deze stijging ook de pro
duktie van kalkoenen sterk bij. Die
verdubbelde het afgelopen jaar na
melijk bijna en kwam op 9400 ton.
De totale export van geslacht pluim
vee kwam van 133.000 op 159.000 ton
de exportwaarde steeg van 330 tot
400 miljoen gulden.
West-Duitsland bleef voor Neder
land een belangrijke klant. Van het
totale verbruik in West-Duitsland,
249.700 ton, kwam 46.1 procent (vo-
virg jaar 44.8 procent) uit Neder
land. In Nederland lag het verbruik
per hoofd van de bevolking vorig
jaar op 5.3 slachtgevogelte (1967: 5.2).
Daarvan bestond 4.6 (4.4) kilo uit
braadkuikens. In Duitsland was het
gemiddelde verbruik 6.9 kilo.
Tot 15 februari kan men op het gemeentehuis de definitieve Mo
numentenlijst, zoals dat heet, ter inzage hebben. Veel belangstel
ling schijnt er niet voor te bestaan, want toen wij er naar infor
meerden, bleek het geruime tijd te duren, voordat men het stuk
had opgevist. En toch lijkt het ons belangrijk genoeg om even
hierop terug te komen.
Op de eerste plaats terwille van
de eigenaren van de panden, die
hierop vermeld staan. Deze vermel
ding heeft namelijk nog al enige
konsekwenties voor de betrokkenen,
in die zin, dat men aan gebouwen
en opstallen nu niets meer verande
ren mag zonder toestemming van
Monumentenzorg, dat, zoals bekend,
wel veel voorschriften geeft en no
ten op haar zang heeft, maar met
financiële bijdragen bepaald niet
scheutig kan zijn, omdat ook haar
budget vrij beperkt is. Het voorne
men van de gemeente Venray om
een aparte steun-regeling voor der
gelijke eigenaren te ontwerpen is 'n
gelukkig intiatief, dat men alleen
maar prijzen kan
Op de tweede plaats hebben we
toch al enige op- en aanmerkingen
op deze lijst, die of onvolkomen is,
of blijk geeft van de huidige situa
tie niet op de hoogte te zijn. En dat
kan er ook weer zijn konsekwenties
hebben.
VENRAY-KOM
In Venray-kom staan als monu
menten op de definitieve lijst, de
Petrus Bandenkerk, de voormalige
Latijnse school (gemeentewerken),
de panden Hoenderstraat 6 en 8, de
St. Petrus Molen op de Kruisstraat
en de boerderij Bij de Wever op de
Wieënweg nr. 8.
Tot zover de „kom-monumenten".
Men vraagt zich bij de opsomming
van de Petrus Bandenkerk nu ech
ter af, waarom daar nog twee ba
rokke tochtportalen staan aangege
ven. Die dingen zijn na de oorlog
niet meer terug gekomen en al lig
gen er dan nog resten van, ze zijn
in ieder geval niet in de kerk aan
wezigVolgens ons horen ze dan
op deze defintieve lijst niet thuis.
Verder wordt daarin vermeld: vijf
grafstenen, 8 grafkruizen en graf
zerken. Volgens onze geegvens lig
gen er vier grafstenen rond de to
ren, de vijfde ligt onder de grond
omdat er elders geen plaats meer
was en de 6e is in het portaal aan
gebracht. Rond de kerk staan 10 ou
de grafkruizen, terwijl in de grafkel
der inderdaad een grafzerk is aan
gebracht, zoals ook op de lijst ver
meld staat, doch de drie die boven
op de grafkelder liggen, waar moet
men die onder rangschikken. Die
opsomming is dus nog al willekeu
rig.
Voor de buitenstaander doet het
wat vreemd aan, dat de St. Anna-
kapel op de Langeweg noch op de
voorlopige, noch op de definitieve
lijst voorkomt, evenmin als het ge
veltje van de Gouden Leeuw, waar
over in verschillende vaktijdschrif
ten nog al geschreven is als zijnde
een specifiek bouwwerkje. Betekent
dat dat beiden ten dode zijn opge
schreven?
CASTENRAY
heeft als monumenten zijn kerk met
het houten beeld van Mathias van
rond 1500 en daarnaast de boerderij
Castenraysestraat 20. Een hallehuis
uit 1854 met bakhuis. Dit huis ligt
echter verlaten en men mag zich af
vragen wat er nu wel mee gebeuren
Vier deuren. Lage prijs. Verbeterde, uitmuntende wegllgging,
goedkoop In onderhoud. Blijvend hoge Inrullwaarde. Nu ook in
'spécial' uitvoering met topsnelheid van 145 km. Belt u ons
voor een proefrit.
Castenraysestraat 44 is eveneens
een oude hallen-boerderij, met stro
gedekt. Eigenaardig is hier dat het
kapelletje daar vlak in de buurt niet
op de lijst voorkomt. Met zijn drie
beeldjes van Johannes de Evange
list, de H. Jozef en een derde, waar
van men niet weet of ze nu Lucia
of Brigitte voorstelt, is dit een vrij
kostbaar kapelletje dat rustig ver
geten wordt.
DE ST. ODAKAPEL
op de Hiept is ook tot monument
verklaard. Met het bekende St. Oda-
beeldje dat echter weg is. Weg in die
zin, dat het kerkbestuur dit heeft
laten restaureren door P. Clephas,
die dit op werkelijk verantwoorde
wijze heeft gedaan. Maar het staat
nu in de sacristie van de Grote
Kerk, is dus maar voor een enkeling
toegankelijk.
Waarom in deze kapel dan geen
behoorlijke imitatie, waar anders
deze kapel weinig zin heeft
Op de Hiept treffen we op de
voorlopige lijst nog aan de boerderij
van Peters, met bakhuis en wagen-
schop. Hiept 5 is een hallehuis, dat
op die voorlopige lijst nog voorkomt
als een bouwwerk van belang uit
oogpunt van oudheidkundige en
volkskundige waarde.... Is dat ge
schrapt omdat men hier een var
kenshok van gemaakt heeft? Zo ja,
waarom handhaaft men dan elders
in Venray eenzelfde boerderij onder
dezelfde omstandigheden wel op de
defintieve lijst
HEIDE
heeft als monument de boerderij de
Liet, aan de Droesenweg nr. 2, ter
wijl op het Brukske de St. Anna-
kapel met de bekende Annatrits als
zodanig staat aangemerkt. In dit
laatste geval zal men echter snel
moeten zorgen voor restauratie van
dit beeld, daar dit in verregaande
staat verkeert. Doet monumenten
zorg dat nu
LEUNEN
krijgt als monumenten de boerderij
op Enge Steeg 6, naast de St. Catha-
rinakerk. Op de voorlopige lijst
stond nog de boerderij op Enge
Steeg 2, waarvan het bakhuis vooral
interessant was. Maar zelfs pogingen
om dit bakhuis over te brengen
naar 6 zijn mislukt en de hele zaak
is geslooptJammer, maar waar.
OIRLO
heeft als monument zijn Gertrudis-
kerk en zijn St. Annakapel. Oostrum
heeft de intussen ook door bemidde-
luing van P. Clephas goed gerestau
reerde St. Anthoniuskapel, de O.L.
Vrouwekerk, de boerderij Klein
Spraland op de Geysterseweg 33, de
Watermolen en de Rosmolen, stuk
voor stuk inderdaad gebouwen,
waarop men trots mag zijn.
OP DE SCHEI
is de oude kapel natuurlijk op de
en Antonius gered uit handen van
de ruilverkaveling en zal de Heb-
benplats op de Scheiweg nr. 7 als
monument behouden blijven.
Datzelfde geldt voor het Hallehuis
op Schoor nr. 3, al betwijfelen vak
mensen of dat inderdaad wel zo zijn.
Deze boerderij is namelijk, juist zo
als die we eerder noemden op de
Hiept ingericht als varkenshok. Daar
komt nog al wat ammoniak in vrij
en dat schijnt niet bevorderlijk en
voor het oude metselwerk en het
oude houtwerk. Maar ook hier heeft
de eigenaar natuurlijk en ook terecht
er mee gedaan wat hem goed leek,
want er was geen mens die hem be
paalde compensatie gaf voor nieuw
bouw of verantwoorde veranderin
genHet eeuwige dilemma, dat
alleen kan worden opgelost mits er
een behoorlijke financiële regeling
komt.
OP DE SMAKT
is de oud ekapel natuurlijk op de
lijst vermeld.
In Veltum precies hetzelfde, maar
bij de inventaris van die kapel ont
breekt o.i. de bronzen lavabo en de
bedieningslantaam. Of zijn die ver
dwenen net als het Rochus-beeldje
uit de Rochuskapel, die op de defi
nitieve lijst staat. Verdwenen is de
open wagenschop van Graate boer,
die indertijd op de voorlopige lijst
stond. Stond die bij de uitbreiding
van Veltum in de weg? Het enige
wat we er nog van terugzien is de
kerststal, die grotendeels hiervan
nagebouwd isMaar feit is dat
men die schop rustig heeft laten in
vallen en zo verdwijnt het dan wel
automatisch van de defintieve lijst.
WEVERSLO
I
heeft met zijn Martieneplats op nr.
3 een mooi monument. Een halle
huis, met stro, met schaapskooi, bak
huis, wagenschop en waterput. Een
Dracht voorbeeld van een oude
boerderij. Als we eerlijk zijn moeten
we hier zeggen, dat het ons meevalt
die boerderij op de monumentenlijst
te vinden. Want men weet nu al te
vertellen, dat ze eerlang zal moeten
worden opgeruimd omdat daar de
nieuwe provinciale weg van Hel
mond naar de Maas overheen zal
komen. De plaatsing op deze lijst
kan dit hopelijk voorkomen
MERSELO
l
We zijn misschien een beetje cy
nisch in het bovenstaande, maar wie
deze lijst goed bekijkt, ontkomt dik
wijls niet aan de indruk, dat terwil
le van bestemmingsplannen, bouw
plannen, ruilverkavelingen e.d. ge-
het predikaat bouwwerk, belangrijk
uit het oogpunt van oudheidkundige
en volkskundige verdienen, maar die
men gewoon maar vergeten is op de
lijst te zetten. Want in Merselo b.v.
mag dan de schuur en schaapskooi
op Beek 8 op de lijst zijn gezet
evenals de schuur aan Kleindorp 12,
de vraag is en blijft waarom Bee
kerhof (boerderij Peeters op Beek 6)
niet hierop vermeld staat. Kennelijk
een oude boerderij, die vroeger als
kloosterhoeve „stamhuis" is geweest
van veel andere boerderijen, waarop
nakomelingen uit de Beekerhof zijn
gaan wonen. Waarom vinden we de
Werterplats niet op de lijst, nota-
bene een van de oudste Venrayse
boerderijen namelijk uit 1652.
Dat de kerk van Merselo op deze
lijst voorkomt evenals de St. Jans
kapel is feitelijk vanzelfsprekend.
Alleen zal men dan eens moeten
gaan zorgen dat er in dit St. Jans
kapel een behoorlijk beeldje komt.
En zal moeten zorgen van de defini
tieve lijst de aantekening geschrapt
wordt dat de kerk in het bezit is
van enkele ruitjes van gebrandschil
derd (door Venrayers?) glas. Die din
gen is men namelijk al kwijt sinds
1870, al blijft men ook in de jongste
Dublicaties nog altijd maar vertellen,
dat die in het bezit van Merselo's
kerk zijn. Die dingen zijn al lang
verdwenen.
NIET GELUKKIG
v
Dat we niet gelukkig zijn met de
ze lijst hopen we met bovenstaand
aangegeven te hebben. O.i. is er te
weinig aandacht aan dit alles be
steed. En verschillende eigenaren
mogen dan misschien een zucht van
verlichting geslaakt hebben dat hun
pand niet op deze lijst voorkomt,
feit is en blijft dat men ons later
verwijten zal hier niet meer zorg aan
gegeven te hebben. Want de lijst van
waardevolle kapellen lijkt ons zeer
klein bij de ris, die Venray gelukkig
nog bezit, terwijl van zijn wegkrui-
zen helemaal niet gesproken wordt.
Of hier nog iets aan te veranderen
is, blijft een open vraag, evenals de
vraag of de moderne mens nog iets
geeft om zijn kapellen ,om zijn weg-
kruizen. Het is een oud zeer, maar
het blijkt soms dat met weinig kos
ten en met veel liefde zo'n juweel
tje te herstellen is. De Antonius-
kapel op de Stationsweg is daar een
goed voorbeeld vanLaten we
dan toch a.u.b. die kansen grijpen.
AUTOMOBIELBEDRIJF BOM
STATIONSWEG 183 TELEFOON 2325
OOSTRUM— VENRAY
NIEUWS UIT VENRAY
EN OMGEVING
WEEKEND-DIENST
HUISARTSEN
Van vrijdagnacht 2 uur tot zaterdag
nacht 2 uur
DR. VERCAUTEREN
Grotestraat 11 Telefoon 1335
Van zaterdagnacht 2 uur tot zondag
nacht 2 uur
DR. VAN THIEL
Patersstraat 30 Tel. 1887
ZONDAGSDIENST PAROCHIE
GEESTELIJKEN VENRAY-KOM
KAPELAAN FR. SNIJDERS
Vlakwaterweg 1 Tel. 1274
ZIEKENAUTO
Bel. 04780 - 1692 (b.g.g. 2116)
ZONDAGSDIBNST
VERLOSKUNDIGEN
Vroedvrouw KruUsen-Meeaiert
Julianaaingel 41-48 - Venray
Tel. 1061 (04780) b.g.g. 04709-1639
Vroedvrouw Stevena-HeLnen
Merseloseweg 23 Venray
telefoon 1152 (04780)