Pluimveehouderij
vrijetijdsbouw
'eniCUj. in het nieuws
Politierechter
CAMPS
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
jcüncsse
VRIJDAG 8 APRIL 1966 No. 14
ZEVEN EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL 1512 GIRO 1050652
ADVERTENTIEPRIJS 12 d p.
PRIJS PER KWART AAI f 175
ABONNCMENTS-
Vaaray 1—)
Afgelopen week is Venray weer
in het nieuws geweest. Op de eer
ste plaats door het dagblad De Gel
derlander, dat wist te vertellen
in een artikel over de samentrek
king van de seminaria dat de
proef, die men dit jaar genomen
heeft in het klooster van de Kruis
heren in St. Agatha bij Cuyck, al
daar geen vervolg zal krijgen.
Zoals bekend studeren daar de
fraters van verschillende orden en
congregaties samen en neemt aan
dit geconcentreerd onderwijs in de
theologie ook een klas van de fra
ters minderbroeders uit Venray deel.
De Gelderlander wist daarbij te
vertellen dat men overwoog in de
nabijheid van Utrecht een nieuw
convict te bouwen, dat dienst zou
gaan doen als algemeen groot se
minarie voor verschillende orden en
congregaties
Intussen blijkt dat het zo ver nog
niet is. Op de eerste plaats is van
te voren gesteld, dat men in St. Aga
tha slechts voor een jaar de proef
zou nemen om te komen tot een ge
zamenlijke theologie-studie.
Die proef heeft in zoverre voldaan
dat men nu een praktisch inzicht
verkregen heeft in de mogelijkhe
den. maar ook in de moeilijkheden,
die een dergelijke gezamenlijke stu
die met zich brengt. Daarnaast wist
men dat St. Agatha niet alleen te
weinig ruimte bood, maar bovendien
ook geen gelegenheid biedt tot prak
tische werkzaamheden. Men wil na
melijk de jonge mannen, die voor
priester studeren, reeds vrij spoedig
ook juist onder hun studie de
„harde praktijk" leren ondervinden,
waardoor zij ook in hun opleiding
reeds kennis maken met de noden
van het volk, waaronder het groot
ste deel later zal komen te werken.
Van die praktijk-inzet komt na
tuurlijk in dit kleine dorp weinig of
niets te recht. Ook dat was en is een
van de redenen, waarom men juist-
van te voren gesteld heeft dat dit
samen-studeren in St. Agatha
slechts een jaar zou duren. Intussen
heeft men echter wel praktijk op
gedaan over een mogelijke samen-
werking-inde-toekomst. Hoe die er
dan uit gaat zien, is vers twee. Het
is wel zeker dat concentraties van
seminaries doorgaat. Maar hoe dat
zal gaan ,is nog altijd onderwerp
van gesprek en studie. Er zijn stem
men opgegaan om n&bij de R.K.
Universiteit van Nijmegen tot een
dergelijke samenvoeging te komen.
Maar hier studeren al zoveel pries
ters, die daarnaast in de praktijk
werken, dat eventuele nieuw-komers
hier geen echte praktijk meer vin
den. Het is daarom logisch dat men
denkt aan b.v. de Randstad Holland
of de Universiteit van Utrecht, waar
de praktijk-mogelijkheden een stuk
groter zijn. Maar voordat men daar
een keuze gemaakt heeft, zijn we
nog wel enkele jaren verder.
Dat is dan ook de reden dat het
komende studie-jaar de fraters hier
in Venray weer heel gewoon verder
studeren in theologie en filosofie
met de mensen waarmee ze in Cuyk
gestudeerd hebben die dus nu
voor een jaartje naar Venray komen
en rustig afwachten, wat de pro
vinciaals van de verschillende orden
en congregaties zullen beslissen
Daarnaast zal het duidelijk zijn
dat het iBsdom Roermonl ongaarne
de fraters minderbroeders uit deze
provincie ziet vertrekken. Men is in
Roermond van mening dat voor de
praktijk ook in Limburg nog plaat
sen te vinden zijn, die hiertoe goede
mogelijkheden bieden (mijnstreek en
Maastricht), waardoor enerzijds het
werk van de parochie- en andere
geestelijkheid verlicht wordt, ander
zijds de fraters nuttig en goed werk
kunnen doen en praktisch geschoold
worden.
Het zijn al deze punten, die nog
veel overleg en studie vragen.
Het ligt echter in de lijn van de
ontwikkeling dat Venrays Minder
broedersklooster o^er een bepaald
aantal jaren praktisch leeg komt te
liggen. En wat er dan met dat gro
te studiekooster gaat gebeuren, dat
is nog helemaal in de schoot der go
den verborgen.
wers hun varkens de staart afsloe
gen om te voorkomen dat de var
kens zelf elkaar de staart afbeten.
Met nijptangen e.d. zou deze opera
tie hier praktisch dagelijks voltrok
ken worden.
Iedere diercnliefheber heeft na
tuurlijk bij het lezen van dit bericht
zijn gedachten gehad over deze bar
baarse methode. Zelfs de NCRV is
er in zijn televisie-uitzending op te
ruggekomen, maar heeft gelukkig de
moeite gedaan om eens na te gaan
hoe dit bericht de wereld is ingeko
men.
Het blijkt dat tijdens de laatste
vergadering van de Provinciale Ver
eniging voor Dierenbescherming de
Venrayse afgevaardigde M. Poels de
vraag gesteld heeft of deze Vereni
ging niet iets kan doen tegen het
couperen in het algemeen en vooral
tegen het coaperen van varkens, ze
ker als dat op ondeskundige wijze
geschiedt
Deze vraag trok nog al enige aan
dacht omdat de heer Poels door een
bedrijfsongeluk enkele maanden ge
leden een arm verloor en, zoals hij
zelf nu zei. nu aan den lijve onder
vonden heeft welk een pijnlijke ge
schiedenis couperen is
Deze in het algemeen dus gestelde
vraag is voor een verslaggever van
Parool aanleiding geweest de Ven
rayse landbouwers als dierenmis-
handelaars te schetsen.
Dr. W. Kremer, dierenarts en voor
zitter van de plaatselijke vereniging
voor Dierenbescherming heeft naar
aanleiding van dit bericht nog eens
nadrukkelijk verklaard dat van een
dergelijke dierenmishandeling geen
sprake is en heeft op geen enkel
Venray's bedrijf varkens gezien die
op ondeskundige wijze zouden zijn
gecoupeerd. Ook de heer Poels, ge
schrokken over deze reactie, ver
klaar de nog eens nadrukkelijk al
leen tegen dit euvel gewaarschuwd te
hebben zonder daarbij aan enig Ven
rays voorbeeld te denken
Een heel ander geval is wat Pa
rool publiceerde. Die verkondigde
namelijk dat de Venrayse landbou
Als een militair, keurig en kwiek,
de raadszaal binnenstapt, denk je
op het verslaggeversbankje met eni
ge weemoed terug aan de militair
van vroeger, in zijn dik-grijs en
hooggesloten uniform met de poet-
jes en een hoofddeksel, dat vroeg
om afgeschoten te worden. Maar bij
de politierechter telt geen weemoed,
maar slechts de harde werkelijk
heid. En deze kwieke en keurige mi
litair had zich bezondigd, voor hij
's Konings wapenrok aantrok, aan
wat gewoonlijk genoemd wordt:
stroperij. Doodgewone, ordinaire
stroperij
„Neenzei hij op de beschul
digingen van de Officier van Justi
tie. „daar was niets van waar. Het
was toeval dat er in huis, toen de
politie kwam vijf pasgeschoten ha
zen lagen. Die had een goede be
kende daar net neergelegd
„Wie was dan die goede beken
de?" informeerde de officier, maar
de kwieke en keurige militair vond
het niet sportief om zijn naam te
noemen.
„En ik vind het niet sportief, dat
je niet eerlijk togeeeft, dat je zelf
de ware schuldige bentrepli
ceerde de officier, die er op wees.
dat wel zeer vele toevalligheden zich
rond dit hazendrama voltrokken
hadden. Toevallig stond de jonge
man al in het verdom-boekje als
stroper. Hij was al eens eerder ge
snapt. Toevallig had de Rijkspolitie
op die gedenkwaardige avond, toen
men onze keurige kwiekeling pikte,
schijnwerperlicht gezien nabij zijn
woning en toevallig vielen er ook
schoten. Nog toevalliger weigerde
onze keurige militair, die toen nog
gewoon burger was, en zijn vader
om de deur open te maken toen de
politie sterke verdenking had. dat
hij de versierder geweest was van
dat schijnwerperlicht en die schoten.
En toevallig vond diezelfde politie,
die toch binnen kwam. niet alleen
die vijf bloedende hazen, kers-vers
dood, maar ook nog 36 patronen en
daarvan had onze keurige militair
er liefst 5 nog in zijn zak zitten. En
toevallig pikten ze onder zijn bed
vandaan een jachtgeweer, dat nog
warm was en vonden ze ook weer
HERIJK VAN
MATEN. GEWICHTEN EN
MEETWERKTUIGEN
Burgemeester en wethouders van
Venray maken bekend, dat dit jaar
voor de herijk der maten, gewichten
en meetwerktuigen zittingen zullen
worden gehouden te Venray in het
gebouw San Damiano, Patcrslaan 1.
De zittingen worden gehouden:
Voor verkopers van nieuwe maten,
gewichten en aan individuele keu
ring onderworpen meetwerktuigen,
op woensdag 13 april van 11.00-11.30
uur;
Voor apothekers, apotheekhouden-
de geneeskundigen, veeertsen, han
delaren in edele metalen, parels, edel
gesteenten of munten, juweliers
goud- en zilversmeden op
13 april van 11.30-12.30 en van 14,
15.00 uur;
Voor openbare instellingen
grote partijen op woensdag 13 api
van 1517 uur.
Voor de overige herijkpliéhtigon
donderdag 14 april van 0—12.30 en
14.0016.30 en vrijdag 15 april van
9.00—12.30 en 14.00-15.00 uur.
In verband met de herijk wordt
voorts ter algemene kennis gebracht:
1. dat de maten en gewichten
schoon, droog en roestvrij moe
ten worden aangeboden om on
derzocht te kunnen worden; dat
ijzeren maten van binnen en bul
ten geverfd dienen te zijn, kope
ren gewichten afgewassen en ook
de gaten gereinigd;
dat ijzeren gewichten niet gepot
lood mogen zijn, doch roestvrij
moeten zijn gemaakt en daarna
ingewreven met gekookte lijnolie;
2. dat de maten en gewichten vódr
1 oktober 1966 gestempeld mou
ten zijn met de leter B en dat Cr
bij verzuim of verhindering om
van de zitting gebruik te maken,
nog gelegenheid bestaat maten en
gewichten te laten herkeuren aan
het IJkkantoor te Maastricht des
vrijdags van 912.30 en 14.30—
17 uur;
3. dat de maten en gewichten, die
gestempeld zijn met het afkeu-
ringsmerk A niet in winkels,
enz. mogen worden terugge-
gebracht;
4. dat ten bate van 's-rijks schatkist
voor het onderzoek der maten cn
gewichten keurloon en voor het
justeren der gewichten justeer-
loon moet worden betaald
5. dat de milligram gewichten niet
op de herijkzitting, doch uitslui
tend aan het ijkkantoor ter her
keuring kunnen worden aangebo
den. De gezegelde enveloppe, af
geven bij de vorige verificatie,
moet met de gewichten franco
per post worden opgezonden,
daar deze anders moeten voldoen
aan de eisen, welke aan nieuwe
gewichten worden gesteld. Voor
elk gewicht moet tenminste drie
dagen vóór de verzending van de
gewichten op postrekening nr.
1055661 van ijkkantoor Maastricht
een bedrag van 50 cent worden
gestort;
6. dat aan de herijkpliehtigen door
de dienst van het IJkwezen zo
veel als mogelijk is, oproepingen
zullen worden uitgereikt, vermel
dende het tijdstip waarop de ma
ten. gewichten en meetwerktui
gen ter herkeuring aangeboden
kunnen worden.
Men houde zich. in zijn eigen be
lang, aan dit tijdstip!
Er wordt uitdrukkelijk op gewe
zen, dat de verplichting tot her
keuring blijft bestaan, ook al
wordt geen oproeping ontvangen.
Venray, 4 april 1966
Burgemeester en wethouders voor
noemd,
Mr. M. M. L. G. M. CUSTERS,
burgemeester
H. P. L. VORST, secretaris.
EEN KERNVRAAGSTUK IN DB
toevallig in het schuurtje een
schijnwerper, die ook warm was,
met een accu„Zo is het toeval
lig ook nog eens een keerzei
de officier, die al die toevalligheden
voor onmogelijk hield.
Maar keurig model knikte onze
militair steeds maar van neen. Dat
hielp hem geen snars. Het werden
150,— boete, want onze hazen
worden door vadertje staat wel be
waard. 100,— voor de stroperij,
25,voor het onbevoegd in het
bezit hebben van munitie en het
jachtgeweer werd plechtig in beslag
genomen.
De keurige kwiekeling besloot in
arrenmoede maar 30 dagen te gaan
zitten, want hij was „toch" maar in
militaire dienst, zoals hij volkomen
overbodig vertelde.
Elke tak van de agrarische produktie heeft tegenwoordig een
kernvraagstuk, dat In betekenis boven alle andere uitstrekt. In de
rundveehouderij is dat de kwestie van de prijzen en een mogelijk
daardoor veroorzaakte overproduktie van melk. In de pluimvee
houderij zUn veie vraagstukken uitent actueel: de organisatie, de
afzet, de verbetering van de kwaliteit, de ontwikkeling naar gro
tere eenheden, de haalbaarheid van de datum van 1 Juli 1967 als
beginpunt van een vrije, Europese markt en nog vele meer, zoals
de discriminaties, de subsidies enz. Wij heben nu echter enige
weken achter de rug, waarin verkiezingen zijn gehouden, felle
debatten zijn gevoerd en waarin de EEG tekenen van bedrijvig
heid heeft gegeven, o.a. bU het rundvee, de melk en de zuivel. Dit
alles heeft met de pluimveehouderij te maken. Een korte weergave
van allerlei standpunten bewijst dat
SPEELBAL TUSSEN VRLIE EN-
GELEIDE ECONOMIE
Wat alle pluimveehouders bijzon
der hoog zit is het feit, dat de prij
zen van het voeder zo hoog zijn door
de graanprijsregelingen, maar dat
de prijs van alle pluimveeprodukleu
(eieren, slachtkuikens, eenden, oude
kippen, eendagskuikens, broedcieren
enz.) geheel vrij wordt toegelaten.
Eigenlijk is dit nog te zwak uitge
drukt. Men moet er aan toevoegen:
dat de regering in Brussel ingrijpt
als de eierprijs wat hoog oploopt
(eind 1964 en 1965), maar geen vin
ger uitsteekt als die maanden aaneen
tot beneden de kostprijs daalt
Nu begint het debat! Wat te doen?
Nu wij toch in dat voor de pluim
veehouders zo rampzalige Europese
schuitje zitten, zeggen sommigen,
moet die EEG een prijsregeling op
stellen. Om te beginnen voor de eet-
eieren, de slachtsector redt zich nog
weL Daar de EEG nog altijd eieren
invoert, moet de sluisprijsregeling
aangepast worden aan de eierprijs.
Zó zal er een voor ieder lonende
eierprijs tot stand komen.
„Helemaal niet', zegt de andere
groep, „doordat de eierproduktie niet
aan grond gebonden is en er voer in
overvloed is, zou in een mum van
tijd de produktie zó sterk stijgen,
dat de prijsregeling miljarden zou
gaan kosten. Immers, om de prijs
voor instorten te behoeden, zouden
spoedig grote partijen uit de markt
genomen moeten worden om óf tot
produkten te worden verwerkt óf
tegen verlies in derde landen afgezet
te worden."
EUROPESE TEELTREGELING?
Bedoelde overproduktie is, zo zegt
men, natuurlijk te voorkomen door
een sluitende teeltregeling, zoals wij
die vijf jaar geleden afgeschaft heb
ben. Dan kan men vrij nauwkeurig
de produktie bepalen, 'n Klein over
schot kan gemakkelijk uit de markt
genomen worden en een tekort kan
even gemakkelijk van buiten wor
den aangevuld. Inderdaad heeft een
teeltregeling vele voordelen. Het is
beslist niet waar, dat zij de vooruit
gang remt. Het is voldoende bewe
zen. dat op een mammoetbedrijf per
man of man-uur geen groter aantal
dieren verzorgd wordt dan op een
goed geleld, modern maar gewoon
pluimvee- of gemengd bedrijf.
Er is maar één bezwaar. Een
teeltregeling is alleen maar denk
baar in een sterk op zelfvoorziening
gerichte E.EG. Ofschoon wij die
kant wel opgaan, wil niemand zich
thans daarop vastleggen. Ook dc aan
een teeltregeling verbonden ambte
narij (toezicht, inventarisatie enz.)
schuif velen af. Vandaar dat men
schijnoplosingen zoekt.
Eén daarvan is het zojuist gereed
komen. Westduitse „Gesetzentwurf",
wetsontwerp dus, ter regeling van
de dierlijke veredeling. Volgens dat
ontwerp zou men per jaar 1000
mestvarkens, 120.000 slachtkuikens
of 10.000 legdieren per bedrijf mo
gen houden. Wat is daarop tegen?
Het is natuurlijk geheel tegen de
mammoetbedrijven gericht, die in
Duitsland in opkomst zijn. Of dat nu
goed is of niet laten wij rusten.
Maar ieder voelt, dat deze maxima-
regeling geen enkele waarborg biedt
tegen overproduktie. Zij zou ze zelfs
in hoge mate bevorderen.
HET KERNPUNT
Ondanks alle propaganda voor
specifieke pluimvcebedrijven komt
het overgrote deel van de eieren nog
steeds van gemengde bedrijven met
gemiddeld minder dan 400 legdieren.
Hun aantal is nog zó groot (alleen
in Nederland nog meer dan 100.000!),
dat onmiddellijk een overproduktie
zou ontstaan, wanneer een deel van
deze bedrijven gebruik zouden ma
ken van hun „recht" om genoemde
delijke beleidslijn intussen zeer veel
twisten en wrijving geeft, zal duide
lijk zijn. Het is 't gevolg van de ge-
hccl unieke positie die de pluimvee-
In Kuicnj thans inneemt Vooral In de
legsector wordt dit bezwaar sterk
gevoeld, maar wanneer eenmaal de
slachtsector de grenzen van zijn
gr» K t begint te bereiken, zullen zich
daar dezelfde vraagstukken gaan
voordoen. Dat het ontbreken van
bedoelde beleidslijn ook wel politie
ke gevogrn kan hebben Is op 23
maart J. gebleken.
aantallen dieren te gaan houden.
Het Duitse wetsontwerp wordt nu In
Brussel aanhangig gemaakt maar
het ziet er niet naar uit dat men
het daar „lust" en o.i. terecht Het is
een schijnoplossing. Maar alweer:
wat dan?
In de kringen van de E.RG. over
heerst de mening, dat men zo gauw
mogelijk moet komen tot vrijmaking
van het agrarische handelsverkeer.
Men zal trachten die op 1 Juli 1967
alsnog te bereiken. Dan moeten de
pluimveehouders het zélf maar uit
vechten. Blijkt het, dat de Neder
landse en Belgische producenten een
goedkoper ei of slachtkuiken kunnen
leveren dan hun Westduitse of Fran
se collega's, dan moeten ze hun gang
maar gaan. Tenzij de Duitse of
Franse regering nog wat wil doen
om hun pluimveehouders te helpen.
Want die mogelijkheid blijft open,
maar het zal een dure liefhebberij
worden, meent men.
Is er dan geen sociaal beleid to.v.
het gemengde bedrijf? Dat wel,
maar het mag niet teveel kosten en
het mag niet de rationele voortbren
ging in de weg staan. Ziedaar in
grote trekken het EE G.-beleid, zo
als men zich dat voorstelt Vele
vraagtekens blijven nog staan, met
name bij de subsidies, het belasting
beleid. de steun aan producenten-
groepen enz., maar dat er een grote
re mate van handelsvrijheid en van
mededinging komt staat natuurlijk
wel vast
ANDERE OPLOSSING
Omdat het uitgesloten is, dat uit
de heffingen op de granen veel bij
de pluimveehouders terecht komt (dc
uitvoer naar derde landen is daar
voor te gering) en er evenmin veel
kans bestaat op een anti-mammoet
wet of een teeltregeling blijft er. zo
zeggen de organisatiemensen, niets
anders over dan samenwerking. Als
voorbeeld kan de tuinderij gelden
met haar veilingsysteem, haar bo
dem In de markt en haar door
draaierij.
Het verschil is alleen maar, dat
tuinbouwprodukten waterrijk en
goedkoop zijn, maar dat eieren en
slachtpluimvee hoogwaardige eind-
produkten zijn. Die bij oen bepaalde
minimumprijs uit de markt nemen
kan wel, maar wat moet er mee?
Vernietigen zou een grote schande
zijn. Men kan er eiprodukten of
diermeel enz. van maken. Maar
waaruit zouden de gelden moeten
komen om dit te betalen?
Die gelden zouden door de pluim
veehouders zelf bijeen gebracht
moeten worden via een heffingen-
stelsel. Bovendien zou het alleen
door te voeren zijn wanneer er in
elk land één organisatie bestond die
de lakens uitdeelde (produktschap.
marketing, board of hoe men het
noemen wil) en die dat samen met
de andere nationale organisaties in
de E.E.G. deed.
ONZEKERHEID
Ook deze gedachte stuit nogal op
verzet, omdat de uitvoering dwin
gend voorgeschreven zou moeten
worden óf, zoals bij dc boardge
dachte, een machtspositie zou ver
eisen Een board is «cn organisatie
waarbij men contracteren kan. maar
wie het niet doet is onzeker van
prijs en afzet. Het is mogelijk dat
deze gedachte, nu Engeland graag dc
EEG in wil, wat meer aandacht
krijgt. Maar ook hier zullen er voor-
en tegenstanders zijn-
Het is duidelijk, dat dc grote UJn
voor het pluimveeteeltbolcid in de
EEG net zo goed ontbreekt as in ons
eigen land. Zo lang dit zo is blijft er
voor de pluimveehouder niets an
ders over dan te trachten zo goed
en zo goedkoop mogelijk te produ
ceren, in de hoop dat hij daarvan
de vruchten zal plukken en dat die
vruchten na 1967 wat talrijker wor
den.
Dat het ontbreken van een dul-
Groiattr. 16 Tal. 1261 Venray
LIMBURGSE AANNEMERS IN
AKTÏE TEGEN
De UmburgK aannemers gaan
zich bezinnen op maatregelen tegen
bouwvakkers, die in e end eel van
hun vrije tijd gaan
bouwprojecten. Volgens de CAO is
deze vrijetijdsbouw verboden, maar
de werkgever van een bouwvakker
kan hem van dit verbod ontheffing
verlenen. Naar de heer F. Straus,
voorzitter van de Limburgse afde
ling van de Nederlandse Katholieke
Patroon- cn Aanncmersbond. tijdens
een vergadering ln hotel De la Sta
tion te Roermond mededeelde, neemt
deze vrijetijdsbouw thans exorbitan
te vormen aan.
Er bestaan heel ploegen die ook
bouwopdrachten aanvaarden, waar
door bij sommige bouwondernemers
onbenutte bouwcapaciteit ontstaat
Als gevolg van deze vorm van
vrijetijdsbesteding komen vele
bouwvakkers niet uitgerust oq hun
werk. Hun prestaties bij dc aanne
mers gaan achteruit er wordt meer
verzuimd en materiaal van de aan
nemers wordt in de vrijtijdsbouw
gebruikt Bovendien draaien dc pa
troons op voor dc sociale risico's die
tijdens de vrijetijdsbouw worden ge
nomen.
GEEN VERLOF MEER
Het bestuur van de N.K. PA-B.
adviseert de aangesloten leden, om
niet aan de vrijetijdsbouw mee te
werken en daar voortaan geen ver
lof meer voor te geven aan het per
soneel. Sommige kleine aannemers
menen dat zij gedwongen zijn zo'n
verlof te geven. „Doen wij het niet,
dan lopen onze vaklieden weg", me
nen zij.
De N.K. PA.B zal daarom de taak
van hem overnemen en verzoeken
om vrijetijdsbouw behandeen. Door
gaans zal de toestemming voor vrije
tijdsbouw worden geweigerd, terwijl
do handelaren in bouwmaterialen er
nog eens aan herinnerd zullen wor
den. dat ze enkel nan erkende aan
nemers mogen leveren.
Overigens was dc landelijke bonds
voorzitter Nelisecn van mening, dat
de patroons 't verlofstelsel tot vrije
tijdsbouw in eigen handen moeten
houden en dit niet moeten overdra
gen aan b.v. het ministerie van
Volkshuisvesting en Bouwnijverheid.
Ook dienen de patroons, volgens
hem. zelf te waken over hun mate
riaal.