onder het vriespunt middenstandbMeid arbeiders in beweging WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN GEMEENTELIJK Bloembollen met worst Min iniumloon ingegaan EUROPA'S Belastingen Zondagsdienst huisartsen VRIJDAG 14 JANUARI 1966 No. 2 ZEVEN EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL 1512 GIRO 1050652 ADVERTENTIEPRIJS 12 et p. mm. ABONNEMENTS PRIJS PER KWARTAAL 1.75 (buit™ V.nray 2.—) Sinds de publikatie van de be schouwingen bij de begroting vah onze gemeente over het jaar dat pas begonnen is, ligt er al een brief, waar we, eerlijk gezegd, geen goe de raad mee welen. Dit naar aanlei ding van wat in de begroting gezegd wordt over de bevordering van de bestaansmogelijkheden in onze ge meente. De schrijver van de brief zegL dat daarin lang en uitvoerig wordt stilgestaan bij het industria lisatiebeleid van onze gemeente, waarbij vraagstukken als buiten landse arbeidskrachten, pendel en verdere uitbreiding van de industrie aan de orde zullen komen. Daarin wordt ook lang stil gestaan bij wat er in de agrarische sector van onze gemeente gebeurd is en nog gebeurt (ruilverkavelingsplannen, verbetering landbouwwegen, oprich ting tuinbouwcentrum, nieuwe land en tuinbouwschool, bevordering van snellere bouw van bedrijfspanden). Maar over de middenstand, aldus deze briefschrijver, wordt niets an ders gezegd dan dat in overleg met de Rijksmiddenstandsconsulent in Limburg en het Centraal Orgaan ter bevordering van de bouw van Mid denstandsbedrijfspanden een onder zoek wordt ingesteld over de win- kelvoorziienng in Venray-centrum. Dan komt zijn vraag, om dat nu het gehele middenstandsbeleid is van onze gemeenteEn het is met deze vraag, dat we feitelijk geen goede raad weten. Men hoort ze na melijk meer stellen en dan vraagt men zich automatisch op zijn beurt af, of deze mensen nu niet beter weten en of het hen ernst is. Men vraagt zich af wat deze men sen nu verstaan onder gemeentelijk middenstandsbeleid? Moet hieronder in feite niet verstaan worden, dat de gemeente bij het nemen van al haar beslissingen voldoende rekening houdt met de belangen van de klei ne- en middelgrote ondernemers in die bepaalde plaats? Ondernemers, die ofwel het winkelbedrijf uitoefe nenen. ofwel zich ambachtelijk be zighouden, ofwel in beide sectoren hun belangen pogen te dienen. Hier is dus al een verschil. Een winke lier heeft belangen bij een behoor lijk geregelde winkelsluiting, die deels gemeentelijk geregeld wordt, terwij de ambachtsman deze koud laat. Hij gaat door zo lang hij zelf wil en de diensttijden van zijn per soneel zijn geregeld bij CAO's. Is de ambachtsman gediend met goedkope grondprijzen voor even tuele nieuwbouw van zijn groeiend ambachtsbedrijf, de winkelier heeft weer andere belangen. We willen hiremede alleen maar aanduiden, dat onder de titel klein en middel- grote-ondernemers vogels schuil gaan van verschillend pluimage, wier belangen soms geheel anders gericht zijnDat maakt de zaak niet gemakkelijker. Als men het ge meentelijk middenstandsbeleid alleen maar ziet in de zorg voor voldoende ruimten voor nieuwe winkels en on dernemingen, in het vaststellen van een winkelsluitingswet en verkoop avonden, dan maakt men een ernsti ge fout. Natuurlijk zijn dit belangrijke din gen, zeer belangrijke zelfs, maar daarmede is de gemeentelijke zorg voor die groep geenszins aan zijn einde. Even zo goed als de kleine en middelgrote ondernemer in Venray gediend kan zijn met 'het aantrekken van nieuwe industrieën, even zo goed kan hij gediend zijn met de aanleg van goede landbouwwegen, die hem in staat stellen vlug en goed zijn ver-afgelegen klanten te bedienen. Even zo goed als de middenstander gediend is met een goede straatver lichting in de straat waarin hij zijn bedrijf uitoefent, even zo goed is hij gediend met het vergroten van de toeristische mogelijkheden voor de hele streek. Snellere verkeerswegen naar alle kanten van het land. die nen zijn belangen net zo goed als die van industrie en landbouw en bij de oplossing van verkeersproblemen spelen ook zijn belangen een rol. Net zo goed als bij de sanering van het centrum, net zo goed als bij nieuwe uitbreidingsplannen. Zo kunnen we deze lijst steeds langer en langer maken. Als men die lijst dan ten einde heeft, dan blijkt dat praktisch ieder onderdeel van het gemeentelijk beleid „ergens" iets te maken heeft met middenstands beleid zoals het dat ook heeft met het beleid t.a.v. de industrieën, zoals het dat ook heeft t.a.v. de land- en tuinbouw. Er mogen dan problemen ter oplossing liggen, die men speci fiek die van de middenstand kan noemen, ze kunnen niet anders op gelost worden, dan in het kader van het gehele gemeentelijke beleid. Als men die problemen echter al leen maar ziet als die van een win kelsluiting of van nieuwe winkels en bedrijfsgebouwen maakt men een ernstige denkfout. Dan ziet men de zaak te eng. Pan loopt men gevaar voor midden en kleinbedrijf levens grote vraagstukken niet te zien. Zo'n brief is er het voorbeeld van, hoe eng men soms kijken kan. Maar die briefschrijver staat niet alleen. Want als men zijn oor te luisteren le£t en vele van onze zelfstandige ondernemers eens vraagt wat hen dunkt van het saneringsplan van het centrum, van de nieuwe verkeers regeling, van de opgezette uitbrei- dings- en/of bestemmingsplannen, van het recreatieschap Peel en Maas, van de nieuwe straatbelastingsplan- nen, van de grondprijzen voor am- bachtsbedrijven in Zuid enz. enz., dan weten ze van toeten noch bla zen. „Ja ze heobben er eens wat van gelezenMaar zich de moeite getroosten om hierover in hun eigen belang na te denken, daar toe komen te velen niet. En de zakenman op de eerste plaats dient toch verder te kijken dan zijn neus lang is en niet altijd als onbelangstellende toeschouwer langs het lijntje te blijven staan. VINGERS, TENEN, NEUS EN OREN VOORAL DE BROMFIETSERS LOPEN GEVAAR Ieder seizoen heeft z'n eigen bij zonderheden en dat brengt met zich mee dat we wat onze ge zondheid betreft altijd weer ergens anders voor op onze hoede moeten zijn. In de winter zijn dat de temperaturen onder het nul punt. want daarvan kunnen aller lei narigheden het gevolg zijn. IN FELLE KOUDE EN SNIJDENDE WIND Broodbezorgers, melkslijters, fiet sende of brommende personen en alle mensen die felle koude en snijdende wind hebben te trotseren, moeten zich tegen bevriezing trach ten te beschermen. Een laag kranten, aangebracht on der de kleren, is heel geschikt om het lichaam warm te houden. Voor de lichaamsuiteinden heeft men wollen handschoenen, dikke sokken in ruime schoenen, oorwarmers en soms ook een bivakmuts nodig. Van veel belang is het bovendien dat de kleding nergens snoert, dat het schoeisel nergens knelt. De bloedsomloop zou daardoor immers kunnen worden belemmerd en dat vergroot de kans op bevriezing. Daarenboven kan men zich tegen afkoeling vrijwaren door het nemen van voldoende beweging, bijvoor beeld: lopen, gymnastiek doen. stampen met de voeten, de armen steeds over elkaar slaan. Bromfietsers en scooterrijders zijn in een ernstige vorstperiode beslist niet te benijden: zij zitten maar te zitten en ze hebben praktisch niets te doen. Zij lopen veel kans bevro ren ledematen te krijgen. WEEFSELBESCIIADIGING In ons zogenaamde gematigde kli maat is algehele bevriezing een ho ge uitzondering. In onze streken heeft men meer te maken met be vroren oren, neuzen, vingers en te nen en dat zijn stoornissen waar men toch niet te licht over moet denken. Deze lichaamsdelen kunnen bij de temperaturen die hier gemeten wor den, wel degelijk zozeer afkoelen dat de weefsels ter plaatse meer of min der ernstig kunnen worden bescha digd. Als lichtste graad van bevriezing kan men de „winterplekken" aan handen en voeten beschouwen. Die plekken zijn paarsig van tint en er wordt op die plaatsen een heftige jeuk gevoeld. Het Zuidhollandse Lisse is een vriendelijk, pittoresk dorpje, dat be kend is door zijn bloembollen. Maar zo goed de bloembollen uit deze streek zijn, zo slecht is de worst er. Een van de inwoners van dit dorp, de heer L. J. P., directeur van een vleeswarenfabriek, is al heel lang bezig de goede naam van zijn dorp te grabbel te gooien. Hij is een van die lieden, die niet schromen te knoeien met hun waren om er zelf ten koste van de consument zoveel mogelijk aan te verdienen. Nu had de man weer paardevlees in zijn snijworst verwerkt, nadat hij al eer der veroordeeld was door andere praktijken. Zo had men een keer te veel water in zijn worsten gevon den en ook al eens de toevoeging van verontreinigend paardevlees ge constateerd. Ditmaal veroordeelde de Haarlem se rechtbank de man tot 15.000, boete en een voorwaardeliike slui ting van het bedrijf gedurende één jaar. De man is er nog vrij goed afgekomen, dachten wij zo. De huid gaat op die plaatsen vrij gemakkelijk kapot en daarom ver dient zo'n eerstegraads bevriezing al dadelijk zorgvuldig te worden be handeld. MET BLAARVORMING Veel ernstiger is de tweedegraads bevriezing, die met vorming van blaren gepaard gaat evenals bij een flinke verbranding. Hele stukken huid kunnen daardoor verloren gaan. Bij nog ernstiger bevriezing treedt bovendien versterf van dieper lig gend weefsel op. Ook de zenuwen in dat gebied sterven af en zodoen de wordt het betrokken lichaams deel, dat aanvankelijk zeer pijnlijk was, geheel gevoelloos. Het spreekt vanzelf dat iemand bij wie één of meer lichaamsdelen be vroren zijn, allereerst in een minder koude omgeving moet worden ge bracht. Hierbij mag echter volstrekt niet worden overdreven, want plotselin ge grote warmtetoevoer zou juist' averechts kunnen werken en het ge vreesde weefselversterf kunnen be vorderen. De temperatuur in het vertrek mag daarom niet boven de twintig graden Celcius komen. Verstandige eerste hulp is hier een eerste ver eiste. AMPUTATIE VOORKOMEN Bij zulke ernstige bevriezingen gaat het er om het aangetaste li chaamsdeel te behouden, dat wil zeggen er voor te zorgen dat het niet na kortere of langere tijd moet worden geamputeerd. Eventueel reeds ontstane wonden dienen uiterst voorzichtig met ste riel verband te worden bedekt. Nauwgezet moet ook verder wor den gewaakt te gen het binnendrin gen van bacteriën. In dit opzicht bestaat er eveneens een analogie met verbrandingen waar immers het optreden van ern stige infecties een der grootste ge varen is. De werkgevers en werknemers hebben ekaar de afgelopen week weer in de haren gezeten. Twist appel: het minimumloonDe werkgevers hadden het nieuwe loon willen laten ingaan bij de data die de kollektieve arbeidsovereenkoms ten als datum van ingang stellen. In die gevallen, waarin een c.a.o. zou ontbreken, wilden ze uiterlijk 1 mei als datum van ingang. Uiteraard waren de werknemers het hiermee niet eens. Het zou trou wens, gezien het feit dat in januari de kosten van levensonderhoud reeds aanzienlijk zijn gestegen, ook geenszins redelijk zijn geweest in dien men tot mei zou hebben ge wacht. Het college van rijksbemid delaars heeft de knoop tenslotte doorgehakt en bepaald dat het nieu we minimum-loon 120,- per week) reeds in januari zal ingaan. Deze 120,per week is een wet telijk minimumloon. Dat wil zeg gen: iedere meerderjarige werkne mer maakt tenminste op dit bedrag aanspraak. Dat geldt niet alleen voor degenen, die onder een c.a.o. vallen maar eveneens voor de werk nemers voor wie geen c.a.o. geldt. Zou een werknemer minder dan dit bedrag uitbetaald krijgen, dan kan hij dit loon via de rechter opeisen. Het is goed dit nog eens nadrukke lijk te stellen omdat in bepaalde branches men dergelijke beschikkin gen soms hooghartig naast zich neer legt en zich niet pleegt te storen aan de wettelijke voorschriften ten aan zien van het minimumloon. „Het Beste" geeft in zijn januari nummer een beeld van de geweldi ge sociale stroomversnelling die in Europja bezig is: de massale stroom van arbeidskrachten die uit het straatarme zuiden naar het welge stelde noorden trekken. De landen van West-Europa die met een voortdurend toenemend te kort aan arbeidskrachten te kampen hadden, zagen zich gedwongen on geveer vier miljoen buitenlanders te importeren ten einde hun geweldig groeiende economieën op volle kracht aan de gang te houden. Wcst- Duitsland geeft thans emplooi aan mear dan een miljoen „gastarbei ders", Frankrijk heeft er 1.500.000, Engeland op zijn minst 800.000. In Zwitserland is één op de drie werk nemers een buitenlander. In België zouden de steenkolenmijnen zonder buitenlandse arbeidskrachten zo goed als stil komen te liggen, want in sommige mijnen vormen deze 80 procent van het personeel. En hoe het in Nederland er uit zou zien, ja zelfs in ons eigen Ven ray, als deze mensen er niet zouden zijn, daar kan men zich bij enig nadenken zelf een voorstelling van maken. WELVAARTSDROMEN Deze massale migratie van werk krachten, die in het laatst van de ja ren '40 is begonnen, brengt voor beide partijen voordelen met zich mee maar veroorzaakt ook betreu renswaardige sociale problemen. De zuiderlingen trekken naar het noorden vanwege de hogere lonen, het vaste werk en de mogelijkheid geld over te sparen om na terugkeer in het vaderland een beter bestaan te kunnen leiden. Zij nemen genoegen met de zware en onplezierige baantjes. Ze doen grondwerk, ze leggen spoorbiels, verrichten het gietwerk in de me taalbedrijven, doen het monotone werk aan de lopende band in de fa brieken en schrob- en poetskarwei tjes in hotels en restaurants. Ver moedelijk werkt niet meer dan één procent als geschoold arbeider in de industrie. Sommigen zien kans hun dromen te verwezenlijken. In Duitsland is het niet ongewoon dat een Turkse arbeider voldoende geld overspaart om een tweedehand auto te kopen, die opknapt en er triomfantelijk mee naar Istanbul terugkeert en daar als taxichauffeur begint. In Zwitserland komt het voor dat Italianen daar tien jaar werken en daarna in hun geboorteland een klein café begin nen. GELIJKE BELONING Binnen de Europese Economische Gemeenschap regelt een reeks voor schriften de sociaal-economische po sitie van alle arbeiders uit de aan gesloten landen. Immigranten ont vangen hetzelfde loon en hebben de zelfde arbeidsvoorwaarden als de burgers van het land waar ze wer ken; ze genieten dezelfde sociale voorzieningen zoals werkloosheids uitkering, ziekengeld en gezinstoe slagen. Arbeiders afkomstig uit de niet tot de EEG behorende landen, zoals Spanje en Turkije, wordt de zelfde lonen en arbeidsvoorwaar den gegarandeerd; alleen hun socia le voorzieningen zijn soms minder royaal. Migratie biedt grote voordelen aan de landen die arbeidskrachten exporteren. In eigen land vermin dert de werkloosheid erdoor en bo vendien zijn de in het buitenland werkende landskinderen die geld naar huis overmaken, een welkome bron van deviezen. Wanneer de emi granten na korte of lange tijd terug keren, zoals meestal het geval is, weten velen van hen het een en an der omtrent de werkwijze in fabrie ken en vormen daardoor nuttig ar beidspotentieel voor de industriali satie van het eigen land. De vol ledige cirkelgang ziet men in Italië, waar een aantal ondernemingen in advertenties taliaanse arbeiders met buitenlandse ervaring vragen. Som mige Duitse werkgevers zijn gebelgd over dit dingen naar hun Italianen! DE WERVING Grote ondernemingen sturen vaak wervingsploegen naar het buiten land. De regeringen van Frankrijk, Duitsland en Nederland hebben per manente wervingsbureaus in andere landen, waar ze samenwerken met de aldaar gevestigde arbeidsbureaus. Ze gaan na welke arbeidskrachten er beschikbaar zijn om in bepaalde behoeften van hun land te voor zien; ze keuren de kandidaten op geschiktheid en gezondheid en ge ven degenen die aangenomen wor den gratis vervoer naar hun plaats van bestemming. De wervingsagenten hebben zel den moeite vrijwilligers te vinden. De heer K. Lewin, plaatsvervangend hoofd van de Afdeling Internationa le Arbeidsmarktzaken en Emigratie van het Nederlandse Directoraat voor de Arbeidsvoorziening, herin nert zich een bezoek van zijn yeer- vingsdienst aan Ankara in Turkije. Een enorme menigte arbeiders ver zamelde zich zwijgend buiten in de regen. Door provinciale arbeidsbu reau^ naar Ankara verwezen, had den velen van hen dagenlang ge reisd en de lange weg eerst te paard of per muilezel afgelegd tot ze bij een spoorwegstation waren gekomen en de trein hadden genomen. Ze hadden zelf hun vervoer moeten be talen en ook hun paspoort, visa en zegels. aWnneer iemand om de een of andere reden werd afgewezen, was dat niet minder dan een tra gedie het einde van de heerlijke droom in Europa fortuin te maken. Arbeiders die in hun eigen land worden aangeworven, tekenen als regel een contract van één jaar. Dikwijls echter komen zij een land binnen al9 „toeristen", verzekeren zich van een baan en regelen daar na pas hun positie door een ver- blij fs- en een werkvergunning aan te vragen. Zelfs in landen waar veel vraag naar geschoolde arbeidskrachten is. zoals in Duitsland, zijn slechts wei nig buitenlanders bereid een vak opleiding te volgen gn ter wille daarvan gedurende twee tot vier jaar met een lager loon genoegen te nemen. Ze leren het werk al doende met de hulp van tolken of van voor mannen van hun eigen nationaliteit. Somige grote ondernemingen or ganiseren taalcursussen voor de bui tenlanders en verlenen nog andere diensten zoals advies in gezinsmoei lijkheden, gratis vervoer naar huis met Kerstmis en speciale voeding voor de mohammedanen. De West- du itse Spoorwegen hebben zelfs een mobiele moskee voor hun Turkse arbeiders. HUIZEN EN KROTTEN Woonruimte is het grootste pro bleem omdat, met uitzondering van België, alle Westeuropese landen die arbeidskrachten importeren, met een tekort aan woningen te kampen hebben. De buitenlandse arbeider is de man die het laatst komt en daardoor ook het slechtste af is. De meeste re geringen eisen van de werkgevers die in het buitenland arbeiders aan werven, dat ze deze mensen ook een dak boven het hoofd geven. Dat komt er doorgaans op neer dat ze in barakken worden ondergebracht, waar ze met twee tot acht man een Een lange rij van achtenswaardige sprekers heeft de afgelopen weken de jaarwisseling aangegrepen als een gelegenheid om de economische toe stand van ons land onder de loep te nemen. Zo heel veel wijzer zult er niet van geworden zijn. want al de ze beschouwingen waren min of meer politiek gekleurd. Wie een so cialistische of katholieke spreker hoorde, kreeg de indruk dat onze economie ondanks enkele knelpun ten zeer degelijk functioneert, wie luisterde naar een liberaal spreker, verviel in een diepe neerslachtigheid en zou haast gaan geloven, dat bin nenkort een groot deel van de Ne derlandse bevolking zou zijn aange wezen op een schrale uitkering krachtens de Algemene Bijstands wet Drs. J. W. de Rous, voorzitter van de Sociaal-Economische Raad, heeft deze week de rij van prominenten gesloten met een redevoering, die in rechtse kringen nogal wat beroering heeft gewekt. Deze ex-minister van economische zaken, heeft uiteraard niet nagelaten te wijzen op het gevaar van inflatie, maar toonde alle begrip voor de noodzaak van een uitbreiding der kollektieve voorzieningen (woning bouw. wegenbouw, onderwijs etc.) en stelde de vraag of het in deze omstandigheden wel wenselijk was de directe belastingen te verlagen. Een vraag die zeer ter zake is. Een groot deel van ons volk heeft zich nu al afgevraagd waarom in juli de directe belastingen moesten worden verlaagd, zodat een verho ging der indirecte belastingen on- vermijdelük werd. Een wisseling, die alleen voor de meer kapitaalkrach tigen aantrekkelijk is. Wat koopt men er voor. wanneer de directe be lastingen dalen en alle artikelen door hogere belastingen duurder worden? Deze vraag zal menigeen zich stellen. Wellicht zullen regering en parlement dit vraagstuk voor 1967 ook nog eens serieus willen doornemen. ruimte moeten delen. Ze mogen pas hun gezin laten overkomen, wan neer ze een behoorlijke woning heb ben gevonden. Dat hier mistoestanden kunnen ontstaan is duidelijk. Wordt in ons eigen vaderland al geklaagd ogfir te hoge huren voor enkele kamers, na bij Parijs is zelfs een „bidonville" ontstaan, een stad van benzineblik- ken, die plat geslagen als bouwma teriaal voor hutten voor en door buitenlandse arbeiders gebruikt wor den. VREEMEDEUNOBN IN EEN KIL LAND Zelfs wanneer de arbeiders een goed onderdak hebben en de meeste grote ondernemingen zorgen daarvoor dan nog is het onver mijdelijk dat het gettobestaan van de bewoners wordt geaccentueerd. Slechts een gering aantal van de ar beiders vindt aansluiting bij de plaatselijke bevolking, die de nei ging heeft onverschillig, zelfs vij andig tegenover de buitenlanders te staan. Dit laatste kennen wij in onze streek en ons land niet, al zijn er bepaalde vooroordelen, die ook wel aangewakkerd worden door het ver schil in levensgewoonten. AANPASSING Een hele reeks maatschappelijke organisaties trachten de buitenlan der uit zijn eenzaamheid te verlos sen en tezelfder tijd de bevolking tot meer begrip te bewegen. Maar dat ls een hele toer! Doch de buitenlanders mogen dan al nieuwe sociale moeilijkheden en zorgen hebben geschapen, het feit blijft bestaan dat vele landen zo af hankelijk van hen zijn geworden dat indien de meerderheid van hen zou vertrekken een ontwikkeling die hoogst onwaarschijnlijk moet worden geacht dit de economie volledig zou ontredderen. Men zal moeten leren zich aan de buitenlanders aan te passen indien men welvarend wil blijven. NIEUWS UIT VENRAY EN OMGEVING Van zaterdagmiddag 12 uur tot zondagnacht 2 uur DR. W. J. A. BLOEMEN Stationsweg 5 Telefoon 1465 Uitsluitend voor spoedgevallenI ZIEKENAUTO Bel 04780-1592 b.g.g. 2116 ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS ZR. J. JANSSEN Albionstraat 15, Leunen - TeL 1361 GROENE KRUIS ZUIGELINGENBUREAU Zuigelingenbureau voor de kom van 2 tot 3 uur. Maandag voor letter A t.m. L. Dinsdag voor letter M t.m. Z. ZONDAGSDIENST VERLOSKUNDIGEN Vroedvrouw Kruijsen-Meesters Julianasingel 41-43 - Venray TeL 1061 (04780) b.g.g. 1152 S.R. 65 Vrijdag 14 Januari: Ontmoetingsavond voor 15 jaar en ouder van 19.30-23.30 uur. Zaterdag 15 januari Dropping voor 16 jaar en ouder. Zondag 16 Januari Kontaktavond voor jongens van 13, 14 en 15 jaar van 19.00-20.30 u. Woensdag 19 Januari: Kontaktavond voor meisjes van 13, 14 en 15 jaar van 19.00-20.30 u. Dropping van aas. zaterdag: Deelnemers worden verzocht zich op te geven vrijdagavond in de Sociëteit. We moeten een schatting kunnen maken van het aantal dat deelneemt Inschrijfgeld 50 cent Zaterdag vertrek om 19.00 uur aan de Sociëteit; tijdstip van terug komst tussen 22.00 c-n 23.00 uur. Zorg voor wandelkleding en schoeisel. MATER AMABILSSCHOOL VENRAY De eerste jaars cursisten vertrek ken zaterdagmiddag 3 uur voor een weekend naar Kasteel Well. Om 4 u. is een inleiding met discussie onder leiding van Aalmoezenier Hcymans. 's Avonds is een dansavond m.m.v. orkest G. Basten. Zondagmorgeen houdt dhr. C. v. d. Bergh uit Grubbenvorst een lezing met dia's over de mozaïeken van Ravenna. Na het diner is de terugtocht naar Venray.

Peel en Maas | 1966 | | pagina 1