Het rijke arme leven
In het kort
Industrialisatiebeleid...
Van zachte romantiek
naar harde werkelijkheid
VRIJDAG 20 AUGUSTUS 1965 No. 33
ZES EN TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MÜNCKHOF N.V. VENRAY WPPlfRT AH UflflR VPNRAV PM flM^TRPlfPN ADVERTENTIEPRIJS 8'/i ct. p. mm. AB0NNEMENT8-
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1.05.06.52 LAiIVULHU V VJUU V Lflll\A A I_»1Y VJUIO 1 IVUl\L(ll PRIJS PER KWARTAAL 1.75 Cbulttn Venray 2.—)
Het was een lang en taai gevecht geweest om een oud koperen
potjeEn eerst toen Mevrouw Zwitserlood het inpakte om het
me mee te geven, realiseerde ik me, dat ik hier tegenover een
tachtigjarige stond, die ondanks de last der jaren neg met kenne
lijk plezier haar antiquiariaat uitoefent.
Van het een komt het ander en
nadat we zakelijk klaar waren heb
ben we nog een hele poos zitten
praten in de riante woonkamer van
wat 5060 jaren geleden het trotse
huis was van de familie van den
Bogaert. Of liever de heren-boerde
rij van dit oud-Venrays geslacht, dat
o.m. in de geschiedenis van het Min
derbroedersklooster een grote rol
heeft gespeeld.
Het is een verhaal geworden, daar
in de huiskamer, wat het verhaal
zou kunnen zijn van vele oude men
sen. die nog altijd wat verbaasd kij
ken naar de welvaartstaat van te
genwoordig. Hun jeugd was anders,
zwaarder, harder
AAN DEN BERG
Mevr. Zwitserlood is 80 jaren ge
leden geboren als Netje Volleberg.
In 't café-boerderijtje daar aan de
westrand van Venray, waar op het
uithangbord geschilderd was: „Hier
aan den berg, woont zonder reg, Vol
leberg.." Het stamhuis daar aan de
Vier Uutersten heeft ze verlaten,
toen ze kennis kreeg met haar toe
komstige man. Een timmerman, die
•bij de opbouw van St. Anna naar
Venray was gekomen. Hij was wel
eens in het café geweest, maaj het
definitieve besluit om met elkaar te
trouwen werd genomen tijdens een
rit in Venray's perde-tram.
Vader Volleberg kon het jong ge
trouwde paar een van de huisjes op
de Vier Uutersten aanbieden, die zijn
eigendom waren en zo begonnen ze
daar aan de rand van Venray het
nieuwe leven. De weesjongen uit
Rosmalen en Netje uit het café....
Ze had daar haar leven niet in le
digheid doorgebracht, integendeel.
Want naast de zorg voor boerderij en
café had ze ziqh bekwaamd in het
naaien, iets wat haar in haar later
leven best te pas kwam. En het han
delen zat er al vroeg in.
Toen dan ook in de Schoolstraat
een huis vrij kwam, in die zin, dat
ze dat konden krijgen als ze de eige
nares „aan haar einde brachten", be
sloot men daar te gaan wonen. De
oude juffrouw heeft er in dat jonge
gezin een beste oude dag gehad,
maar het huis had een gebrek, er
was geen achteruit en vader Zwit
serlood kon er met zijn gereedschap
en materiaal niet heen. Terwijl het
gezin groeide, is men dan verhuisd
naar de Langstraat, waar wel een
timmerwerkplaats al was ze dan
bescheiden beschikbaar was.
TABAK - PETROLEUM
En daar was ook wat meer ruim
te voor een winkeltje. Een winkel
van Sinkel, waarin van alles te krij
gen was en waar de studentenhui
zen hun petroleum en tabak van be
trokken. De studenten van het gym
nasium waren toen ondergebracht in
verscheidene kosthuizen in Venray
en waren goede klanten van dit win
keltje, dat op zijn beurt weer mee
hielp de kosten van het groeiende
gezin te dragen.
Want vader Zwitserlood mocht
dan wel een goed timmerman zijn,
werk was er voor de crisisjaren niet
te veel en hij had het alleen aan
zijn goede stem te danken dat hij in
Venray kon blijven werken. Men had
koorzangers nodig en Zwitserlood
was een goed zanger, die echter
maar moeilijk naar de repetities kon
komen, als hij tot 's avonds laat er
gens in Oploo, Rips of elders moest
werken. Men zorgde dat hij in Ven
ray werk kreeg, maar werd met een
wat scheel oog bekeken. Hij mocht
maar hij werd toch met een wat
scheel oog bekeken. Hij mocht dan
gewoon timmerman zijn, hij had het
beetje vrije tijd wat de mens in die
twintiger jaren had, toch wel be
steed' aan studie. Studie over sociale
vraagstukken, die toen onderwerp
van discussie waren en waarin het
arbeiders verenigt Uook voor de
katholieken opgeld ging doen.
Hij was daar vurig voorstander
van in een tijd, die praktisch geen
sociale voorzieningen, als ziektewet,
ongevallenvergoedingen en oude-dag
voorzieningen, laat staan werkloos
heidsverzekering kende. En in die
tijd vonden de bazen een arbeiders
organisatie een aanslag op hun be
drijf en voorstanders voor zulke or
ganisatie moest men in de gaten
houden
Zo was het niet gemakkelijk voor
dit gezin, waarvan de vrouw des
huizes niet te verlegen was om er
op uit te trekken. Op uit te trekken
b.v. naar de psychiatrische inrich
tingen om daar te kunnen leveren,
ondanks de concurrentie van grotere
winkels.
DAG EN NACHT
En die handelsgeest was helemaal
nodig toen de crisis kwam en de
werkloosheid en zij de enigste kost-
verdienster werd in een gezin dat
toen al 7 kinderen telde. Ze waren
voordien al weer verhuisd naar het
hoekpand PaterslaanPatersstraat,
een deel van de bezittingen van de
vroegere v. d. Bogaert-familie.
Daar was meer ruimte en die was
nodig in een gezin waar nummer 8
zich aandiende en bovendien de
grootouders bijtrokken.
Om dat gezin op de been te kun
nen houden moest ze werken. Wer
ken dag en nacht. Overdag met de
„pak" er uit om links en rechts bij
de boeren te kunnen verkopen,
en 's nachts om kleren en jurken te
naaien, die bij haar besteld waren of
voor haar eigen kinderen. Er waren
dagen, dat de kinderen haar niet za
gen
STUDEREN
En toen de onderwijzers zeiden,
dat het zonde zou zijn als de oud
sten, die van school gingen, niet zou
den doorstuderen, toen heeft ze de
rug nog meer gekromd om hen die
kansen te geven.
Terwijl anderen in die beroerde
jaren tenminste iets soulaas kregen
omdat de kinderen mee gingen ver
dienen, moest zij nog eens extra er
aan o mde meerkosten van een ho
gere studie te kunnen betalen. En
toen later anderen haar uitlachten
omdat haar afgestudeerde kinderen
met hun onderwijzersdiploma niet
aan de kost konden komen omdat er
te veel onderwijzers en onderwijze
ressen waren, toen heeft ze de tan
den maar weer op elkaar gezet en
heeft verder gesjouwd, de hele lan
ge, lange dag door. Ze is met haar
oude fiets over hard bevroren pa
den getrapt en is in de modder blij
ven steken. Het gure en natte weer
heeft haar gezicht getaand, maar tel
kens opnieuw wist ze de eindjes aan
elkaar., te knopen. Eeuwig en altijd
optimistisch, eeuwig en altijd wer
kend, geen tijd om ziek te zijn, geen
tijd voor fultiliteiten. En langzaam
maar zeker heeft ze haar grote gezin
door de beroerde tijd gelaveerd,
heeft ze haar ziekelijk geworden
man gespaard, haar kinderen kansen
gegeven.
Maar ze was het werken gewend,
het sjouwen en het handelen en toen
dan eindelijk betere tijden aan gin
gen breken, toen was er de oorlog.
De tweede, die zij meemaakte. Haar
textielhandeltje liep terug, ook al
omdat ze gee_n mens van „bonnen"
was en toen heeft ze, terwijl ze al
op de zestig aanging, haar textiel
verruild voor antiek. Ze had enkele
stukjes van haar ouders geërfd en
ze wist door haar sjouwen en trek
ken de adressen, waar nog oude din
gen stonden. En zo is ze dan opnieuw
begonnen. Ze heeft koperen ketels
en brei-scheijen verzameld, ze heeft
kisten en kasten gekocht en geruild,
het oude tin opgespoord en schoon-
geschuurd. Ze is naar uitverkopen
gegaan van oude boerderijen, heeft
relaties opgebouwd met andere anti
quairs. Haar handen schuurde ze nu
kapot om het oude materiaal nieuw
leven te geven en zijn oude glans te
rug te geven. Ze wist de handigheid
te krijgen kleine defecten te herstel
len en hoewel daartoe nooit eni
ge opleiding gehad heeft, kon ze met
vakmensen praten over het mate
riaal. over oud hout, over stijlen en
methoden. Ze leerde schilderijen
schoon te maken en hield de fijne
neus voor koopjes, dan hier dan
daar.
De moeder, die vroeger op de baan
was voor textiel, reisde nu het land
door om daar dit en weer ergens an
ders dat te halen
En haar winkel werd bekend. Ze
heeft haar klanten zitten tot ver in
het noorden van ons land, die, als
ze in de buurt komen, graag even
kijken, graag even komen handelen.
En intussen zijn haar kinderen
uitgevlogen. Intussen zijn de jaren
omgevlogenKwam voor anderen
de ouderdom als last, zij had geen
tijd om zich daar dik over te ma
ken. Zo nu en dan gaat de winkel
dicht en gaat ze op bezoek bij haar
kinderen. Toen ze 78 was, stapte ze
het vliegtuig in en reisde naar Ca
nada, waarheen haar oudste dochter
is geëmigreerd.
WAAROM?
Als ik haar vertel dat ik haar le
vensverhaal in de krant wil zetten,
kijkt ze mij verwonderd aan: Waar
om in 's hemelsnaamZe vindt
het doodgewoon op tachtigjarige
leeftijd haar winkel te drijven, te
handelen.... Wat ik vroeger moest
doen om mijn gezin op de been te
houden, is nu mijn lust en mijn le
ven. Wat doet het er dan toe of ik
50 of 80 ben. Zo lang onze Lieve
Hger me gezond houdt, ga ik door.
Neep, dat vindt ze allemaal dood
gewoon
Als ge dan zegt, dat hier de jon
geren toch uit kunnen lezen, dat al
les wat men thans toch doodgewoon
vindt, zo doodgewoon niet was, dan
wiijjpelt ze dat weg. „Och we zijn er
vroeger toch ook gekomen. We stel
den alleen niet zoveel eisen als te
genwoordig. En laat die voorbije tijd
voorbij. Hij bracht leed en het was
hard werken geblazen. Maar hij
schonk toch ook veel vreugde. Men
kon om minder tevreden zijn dan nu.
Nu is het goed en laat het goed blij
ven
Iets van die vreugde kan men!
slechts bevroeden als men ze temid
den van haar kinderen ziet. Leraren
aan middelbare scholen, een psycho
loog, huismoeders. Geslaagde men
sen, die de kans kregen mede door
het sjouwen van hun moeder. Dat is
haar beloning voor de moeilijke ja
ren, die voorbij zijn. Iets van die
vreugde kan men bevroeden, als
men ze ziet zitten in die grote, hoge
kamer, waar het oude koper glimt
en in zware antieke kasten het tin
schemert, terwijl de hoge staande
klok (voor 6 gulden gekocht op een
uitverkoop in Merselo) langzaam de
tijd wegtikt op een zonnige zomer
avond.
Er is rust en vrede gekomen na 'n
leven van sjouwen en werken. Maar
als we weggaan door haar winkel,
vraagt ze of we dat andere potje er
niet bij zullen pakken. Het zal goed
bij dat ene passen
HET TOEKOMSTIGE
De opening van het nieuwe zwembad is even goed als de aanleg
van de Midden-Peelweg een stuk industrialisatie-beleid, hoe
vreemd dit op het eerste ogenblik ook lijkt. Industrialisatiebeleid
kan zich niet beperken tot het goedkoop ter beschikking stellen
van wat industrieterrein, noch tot het geven van subsidies bij de
bouw van fabrieken, ateliers of hallen. Industrialisatie is meer
We hebben dat in eigen plaats er
varen. Er zijn nieuwe wegen moeten
komen en moeten er nog komen. Er
zijn woningen geboqjvd moeten wor
den en dat had weer zijn consequen
ties voor kerken en scholen. Er zijn
meer ontspanningsmogelijkheden
moeten komen en daarom een sport
park een cultureel centrum, een
zwembad. En we praten nog niet
over een overvol lyceum, over een
nieuw ziekenhuis, die „ergens" ook
weer te maken hebben met het aan
trekken van industrie, waardoor!
ook bestaande zaken in Venray gro
ter werden en zich uitbreidden. Door
het aantrekken van industrie zijn
vreemden naar Venray gekomen,
meer dan normaal het geval zou zijn
en deze mensen zijn in de bestaande
gemeenschap opgenomen moeten
worden en hebben hun wensen deels
vervuld gekregen en wachten dee?:
nog op de vervulling
V
STEUN VAN DE OVERHEID
Deze wat men noemt soci
aal-economische hersti-uctuering, is
mogelijk geworden dank zij de steun
van de overheid, die in haar indus
trialisatiebeleid Venray aanwees als
te ontwikkelen kern en voor al deze
veranderingen en aanvullingen rijks-
gelden ter beschikking stelden.
Het is daarom dan ook niet ver
wonderlijk dat men in deze omge
ving schrok toen de minister aan
kondigde dat binnen een bepaald
aantal jaren deze overheidssteun zou
komen vervallen.
En U weet dat indertijd grote
protest-telegrammen gestuurd zijn
zowel naar de betrokken minister
als naar de provincie.
We weten ook dat we voorlopig
nog vooruit kunnen, maar wat de
toekomst brengen zal, is nog niet be
kend. Er worden reeds verschillende
studies ondernomen en hoewel daar
nog weinig of niets van bekend ge
maakt is, geloven we toch op enkele
dingen reeds nu te kunnen wijzen.
WELVAARTSONTWIKKELING
Als we onze eigen woonplaats
weer als voorbeeld nemen, dan zien
we dat na de oorlog op de een of
andere manier werkgelegenheid
moest worden verschaft. Er was in
deze contreien te weinig werk aan
de winkel voor de mensen, die hier
woonden. En een verdere ontginning
van Peelplan-Zuid, Vredepeel en
Meerselsepeel mocht dan enig sou
laas en enig werk brengen, tenslotte
was dit toch niet ideaal. De officiële
naam werkverschaffing mocht dan
veranderd zijn in DUW (Dienst Uit
voering Werken), ergens bleef het
idee hangen van de vooroorlogse
werkverschaffing, die nu niet be
paald 's mensen mogelijkheden sti
muleerde.
Dat is gelukkig veranderd, mede
dank zij de industrialisatie van on
ze plaats. Venrayse mensen konden
werk krijgen in nieuwe bedrijven,
kregen promotie-mogelijkheden, kre
gen meer mogelijkheden om andere
vakken, andere methoden te leren.
En hoe deze industrialisatie, die dus
bedoeld was om meer werkgelegen
heid te scheppen, geslaagd is, bewijst
wel het feit dat we op het ogenblik
meer talen dan ooit horen op onze
straten en dat Spanjolen en andere
vreemdelignen aangetroken moeten
en moesten worden om de vlucht
van onze industrieën bij te kunnen
houden.
Niet iets wat men in Venray al
leen ervaren heeft, maar waar prak
tisch elke tak van industrie en elke
plaats, waar industrie gevestigd is,
mee te doen krijgt.
De vraag kan dus gesteld worden
of het nog zin heeft een dergelijk
beleid, met deze doelstelling door te
zetten, zoals dat in het verleden is
gebeurd.
WELVAARTSONTWIKKELING?
Zal het nieuwe industrialisatiebe
leid van de regering geen ander ac
cent moeten krijgen. Een accent dat
niet meer zozeer de nadruk legt op
het getal mensen, dat werk vindt in
Nederlands industrieën, als wel op
de kwaliteit, die deze mensen produ
ceren. Een accent, dat behalve op de
werkgelegenheid, ook nadruk legt
op de verworven en nog te verwer
ven welvaart.
Nederland is pas na de oorlog gaan
industrialiseren. Onze handeldrijven
de natie raakte zijn rijke koloniën
kwijt en moest om aan de kost te
komen gaan industrialiseren. We
hadden en hebben een achterstand
t.o.v. andere landen, die echter, ge
lukkig, wordt ingelopen. Maar we
zijn kwetsbaar, want voor een deel
is deze gelukkige ontwikkeling ook
veroorzaakt door de lage lonen, die
hier jarenlang gegolden hebben.
Men weet zelf dat deze lage lonen
intussen behoorlijk zijn gestegen en
dat onze concurrentie-positie voor
een deel verminderd is. Nederland
zal als het bij wil blijven, vooral de
kwaliteit van zijn industrie-produk-
ten op dienen te voeren en zal dan
daardoor automatisch de reeds ver
worven welvaart kunnen handha
ven, zo niet uitbreiden.
De nieuwe industrialisatie-politiek
zal er dan o.i. op gericht dienen te
zijn de risico-positie van het Neder
landse bedrijfsleven niet minder
gunstig, ja zelfs beter te doen ziji^
dan die van het buitenland.
Het blijfgt dan even goed moge
lijk dat de overheid helpt bij het tot
stand brengen van noodzakelijk ge
achte bedrijven, maar zij zal daar
naast ook nieuwe technische ont
wikkelingen dienen te stimuleren,
door b.v. bij te dragen aan research
en ontwikkeling, door het verlenen
van belasting-faciliteiten, zekerhe
den te scheppen t.a.v. de kapitaal
benodigdheden, zekerheden door een
goed loon- en prijsbeleid. Dit alles
geldt niet alleen om nieuwe vormen
van industrie, aan te trekken, maat
evenzeer om het op hoger plan bren
gen van bestaande industrieën ze
ker wat betreft de kwaliteit van
haar produkten.
GEVOLGEN
Heeft een dergelijke ombuiging
van het industrialisatiebeleid behal
ve voor de ndustrieën zelf ook ge
volgen voor een plaats als de onze?
We geloven dit niet. Evenals voor
heen zal er gezorgd dienen te wor
den voor wat men noemt een goede
infra-sttuctuur. En daar verstaan we
dan onder, goede verkeersmogelijk-
heden, aangepaste woongelegenheid,
recreatiemogelijkheden, aangepast
onderwijs. Want ook bij een nieuw
beleid blijft de regel gelden, dat
men er niet is met de bouw van nieu
we fabrieken. Daar moet meer voor
gebeuren. De eerste aanzet daarvan
is in Venray doorgevoerd in al die
dingen, die we reeds noemden. Vele
andere plannen bestaan nog op pa
pier. We mogen de verwachting heb
ben dat ook het overige terecht zal
komen.
Er hangt een aquarel van onze
Venrayse tekenaar Eeltje de Vries
boven ons bureau, voorstellende
een oude Venrayse boerderij. Met
veel liefde getekend en geschil
derd proeft, men er een soort ro
mantische sfeer omheen. We heb
ben daar dikwijls naar gekeken
toen we de Geschiedenis van de
Landbouw in Limburg van 1750-
1914 lazen, een Maaslandse Mono
grafie, die tot stand is gekomen
mede dank zij het Limburgs Ge
schied- en Oudheidkundig Genoot
schap.
We willen wat betreft deze uitga
ve in een later artikel uitvoeriger op
de verdiensten hiervan ingaan, maar
toch al vast even wijzen op een con
clusie die niet alleen uit dat boek te
lezen valt. maar die iedere nauw
keurige beschouwer ook direct kan
trekken.
De conclusie namelijk, dat het
boerenbedrijf langzamerhand meer
het karakter gekregen heeft van 'n
modern industrieel bedrijf dan van
het ambachtelijke bedrijf. Zelfs wij
die wonen en werken in wat voor
enkele tientallen jaren nog ees agra
rische gemeente was, hebben daar
geen of te_ weinig erg in. We roman
tiseren te veel en denken nog aan
wat loslopende kipen rond een oude
Saksische boerderij, zwaar gedekt
onder haar zwart rieten dak. Hoe
weinig Saksische boerderijen zijn er
nog en de loslopende kippen zijn
verdwenen, juist als de romantiek
(zo zij er ooit was).
In een dicht bevolkt, sterk ont
wikkeld land als Nederland is nog
een platteland. Kijk naar ons eigen
Venray. waar de agrariër op de kerk
dorpen zijn vak uitoefent. Het da
gelijkse leven is er anders dan in de
kom.
De laatste eeuw is het gezicht van
het agrarisch bedrijf en daarmee ook
dat van dit platteland sterk eq snel
veranderd. Handèl en verkeer ont
wikkelden zich eind vorige eeuw ra
zend spel. Paard en koets moesten
hun plaats afstaan aan de trein. De
sector, die dit het eerst op verras
sende wijze kreeg te verwerken, was
de landbouw. Uit Amerika konden,
dankzij de nieuwe middelen van ver
voer, grote hoeveelheden goedkoop
koren vrij snel naar Europa worden
gebracht. Tot dan had de Neder
landse landbouw een geïsoleerd, in
zich zelf gekeerd bestaan gehad. Nu
werd zij plotseling geconfronteerd
met de wereldhandel. Een geheel
nieuw begrip voor onze landbouw,
die er toen voornamelijk op was ge
richt het meest nabijgelegen bevol
kingscentrum dorp of stad van
voedsel te voorzien. Sjpds de middel
eeuwen hadden deze plaatselijke
maakten kunnen voldoen. Dorps
oudsten konden bepalen wanneer ge
zaaid en gemaaid moest worden.
De boer, al was hij dan in deze
contreien meer keuter dan boer,
heeft snel geleerd. Al in 1890 kwam
het landbouwondenvijs in opkomst
en ontstonden coöperaties. De Neder
landse landbouw wist gelijke tred te
hpuden met de techniek. Een techni
sche revolutie, die zich vooral na de
tweede wereldoorlog voltrok doordat
toen de mechanisatie vrijwel overal
opdrong. Een revolutie ook, omdat
vooral in deze streek de ontginning
nieuwe en andere mogelijkheden bo
den.
Toch is het allemaal niet voldoen
de geweest. Op veel punten is er
toch nog een achterstand. Veel boe
renwoningen zijn ouder dan vijftig
jaren en niet aangepast aan de mo
gelijkheden van het moderne com
fort, hoewel wasmachine, centrifuge
en ijskast meer en meer ingang vin
den. De economische ontwikkeling
heeft ook de boer zelf geraakt. Hij
is niet meer de stille ploeteraar, die
dag in dag uit met de handen zijn
veld moet bewerken. Nee. hij is veel
meer geworden. Een citaat: „Het
boerenvak is een vak geworden dat
om mensen vraagt, die ondernemers
risico durven nemen en die zich we
ten aan te passen aan snel verande
rende omstandigheden". Een boerde
rij is een kapitaalintensief bedrijf
geworden. Door de sterk gestegen
grondprijzen, het kostbare materiaal
dat noodzakelijk is om de grond ef
fectief te bewerken, is voop een re
delijk boerenbedrijf al zeker een be
drag van een paar ton nodig. Op zo'n
bedrag rust jaarlijks een last aan
rente en aflossing van minstens tien
duizend grilden. Het vraagt ondeme-
mersmoed om daar tegenop te wer
ken.
Nu de boer een moderne onderne
mer is geworden vraagt hij dat
kan ook niet anders in de open
maatschappij waarin wij nu leven
een leven, dat met dat van de stede
ling vergelijkbaar is. De romantiek
van het boerenleven is praktisch een
illusie. Het wordt meer en meer een
burgerlijk leven.
Geen wonder, dat door deze in
vloeden ook het gezicht van het
platteland verandert. Is het eeuwen
lang arm geweest en zonder toe
komst, nu komt er een kentering
dpor industrialisatie, door het ver
breken van het isolement, door toe
risme. Het verkeer heeft hier toe
ook belangrijk bijgedragen. Was
vroeger, voor het bestaan van auto,
brommer of fiets, een afstand van
twintig kilometer vrijwel onover
brugbaar, nu zijn alle dorpen en ste
den gemakkelijk bereikbaar en met
elkaar in contact gekomen. Middel
bare scholen, winkelcentra kwamen
dichterbij. Radio, televisie, pers
bxachten de wereld ook in de huis
kamer van de boerderij.
Elke omwenteling gaat samen met
problemen. Ook de revolutie op het
platteland. Voor velen is het moei
lijk zich aan te passen. Generaties
botsen makkelijker dan voorheen in
de van oudsher aan elkaar gebon
den boerenfamilies.
Het zijn echter moeilijkheden, die
duidelijk slechts tijdelijk zijn. Zij
verdwijnen meer en meer, naarmate
het platteland, als we het ooit nog
zo mogen blijven noemen, zich ver
der ontwikkelt. Een ontwikkeling
die versneld wordt door Ruilverka-
velings- en uitbreidingsplannen, zo
als we die in Venray kennen.
Het vleesconcem Homburg te
Cuyck heeft de vleeswarenfabriek
B. Linthorst en Zn. te Welp overge
nomen en bezit nu acht vleesbedrij
ven in Nederland en behoort tot de
vier grootste vleesfabrieken in Ne
derland.
De 66-jarige mevr. G.-S. uit El
zendorp is op haar vakantiereis door
Egypte in Cairo komen te vallen.
Aan de gevolgen daarvan ls zij over
leden.
Wegens het moie zomerweer de
laatste weken valt de graanoogst nog
wel mee, hoewel de oogstresultaten
in het algemeen veel slechter zijn
dan voorgaande jaren.
Zig-Zag in kofier I 298.- J
Rechisteek in koffer I 195.-
Gebruikte naaimachines f25.- t
Reparatie van alle merken
NIEUWS UIT VENRAY
EN OMGEVING
Zondagsdienst huisartsen
Van zaterdagmiddag 12 uur tot
zondagnacht 2 uur
DR. W. J. A. BLOEMEN
Stationsweg 5 Telefoon 1465
Uitsluitend voor spoedgevallen!
ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS
ZR. COX
Telefoon 1269 of 04701-382
GROENE KRUIS
ZUIGELINGENBUREAU
van 2 tot 3 uur
23 aug. maandag kerkdorpen: Oos
trum, Leunen, Veulen, Heide.
24 aug. dinsdag: kerkdorpen: Oirlo,
Castenray, Merselo, Smakt.
Bus loopt dinsdag 24 augustus.
ZIEKENAUTO
Bel 04780-1592 b.g.g. 2116
ZONDAGSDIENST
VERLOSKUNDIGEN
Vroedvrouw Stevcns-Heinen
Merseloseweg 23 - Venray
Tel. 1152 (04780) b.g.g. 1061