gezins zorg in Venray Limburgs grootste bierbrouwerij noodzakelijke belasting De impopulaire Op bezoek bij 10 procent korting Koopjes verlaagde prijzen VRIJDAG 16 JULI 1965 No. lo. 28ZES EN 1 PEEL EN MAAS TACHTIGSTE JAARGANG DRUK EN GROTESTRAAT UITGAVE V AN DEN MTJNCKHOF NV. VENRAY WRFKRÏ AH VOOR VFNRAY RN OMSTRFKFN ADVERTENTIEPRIJS iAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1.05.06.52 DtjIiDLAÜ V UUI\ V ErnlXii I ErPI VJIVIO l ACIVCll PRIJS PER KWARTA 8V« oi p. mm ABONNEMENTS KWARTAAL 1.75 (bulten Venray 2.—) 60.000 uren zijn dames van Venray's gezinszorg vorig jaar in de Venrayse gezinnen „bijgesprongen". 60.000 urenEr is niemand die ook maar by benadering kan zeggen hoeveel hulp, hoeveel steun daardoor in gezinnen terecht gekomen is, waarin door wat voor oorzaak ook de huisvrouw is uitgevallen. We vinden dat al heel gewoon. Deze instelling, die 17 jaren geleden door Pater Ru- fus op initiatief van Venrays Derde Orde werd opgericht, heeft zich in die jaren al zo ingeburgerd, dat we ze heel gewoon vinden en alleen nog maar foeteren als die hulp niet direct aanwezig is, wanneer we ze nodig hebben. En toch is het allemaal zo simpel niet. De mensen van Gezinszorg tim meren feitelijk veel te weinig aan de weg. De dames doen hun werk en een keer in het jaar lezep we bij de begrotingsbehandeling van de ge meente, dat er een kapitaal bedrag aan subsidie gegev enwordt en daar mede is voor ons de kous af. MOEILIJKHEDEN Maar dat is beslist niet juist. Want als men de moeite doet om eens ach ter de schermen te kijken, dan blijkt dai-deac ao nuttige on noodzakelijke inrichting toch de nodige moeilijk heden heeft. 22 vrouwen en meisjes bieden thans hulp, maar hun aantal is te klein om alle nood in Venray op te lossen. Men probeert dus meer gezinshulpen en gezinsverzorgsters te krijgen. Maar zulks blijkt moei lijk en men is al blij als men ver vangsters krijgt voor die dames, die gaan trouwen. Men is om maar eens een an der voorbeeld te noemen al maan den bezig om wat oudere dames aan te trekken, die 's morgens of 's mid dags willen bijspringen om thuiswo nende bejaarden, die het moeilijk al leen af kunnen, te helpen. Maar het resultaat is maar heel povertjes, ter wijl ieder jaar de nood groeit Naast het personeelsprobleem, zijn er de financiën, die moeilijkheden geven. Weliswaar wordt het grootste deel der kosten gedekt door rijks- en gemeentelijke subsidies, maar daarnaast blijft toch een vrij aan zienlijk deel voor rekening van Ge zinszorg zelf. Men kan zelf begrij pen dat b.v het vervoer in onze zo uitgestrekte gemeente veel meer kost dan ouders, maar hiermede wordt bij de overheidssteun geen rekening gehouden. De theorie is, dat ieder een, die hulp nodig heeft van ge zinszorg, 6,50 per dag bijbetaalt. Maar de praktijk wijst uit, dat men daar dik aan te kort komt. Nu is de Venrayse gezinszorg in tegenstelling tot andere plaatsen met die prijs be slist zeer laag, maar van de andere kant begrijpt het bestuur van Ge zinszorg ook, dat een nog hoger ta rief, zeker bij langere duur van de zorg, voor vele mensen onoverko melijk gaat worden. Men kan welis waar van gemeenten, van fabrieken en instellingen meer subsidie vra gen, maar de vraag is, of dat „meer er komt.Men ziet dus dat ook deze instelling zijn problemen heeft. BEROEP Om het beroep van gezinsverzorg ster goed te kunnen uitoefenen, is het nodig, dat zij in dit praktische werk het ideële doel blijft zien. Voor dit werk is geen bijzondere intellec tuele gave vereist, doch wel wordt lichamelijk en ook geestelijk veel gevergd van de gezinsverzorgster. Er is een heel gelukkige combinatie van hoofd, hart en handen voor nodig. Het is bepaald geen gemakkelijke taak, die zij moeten volbrengen, maar daar de resultaten zeer positief blijken te zijn, bestaan er weinig of geen beroepen, waarin de voldoening en de dankbaarheid groter zijn. Dat men in Venray voor deze da mes een internaat heeft kunnen ma ken, is juist voor de ideële kant van dit beroep gelukkig. Men heeft nu hulp en steun aan elkaar. Voor de opleiding tot gezinsver zorgster zijn bepaalde toelatingseisen gesteld. De minimum leeftijd bij de aanvang van de cursus, die een half jaar duurt, is 18 jaar. Voorts worden eisen gesteld aan de algemene ont wikkeling, huishoudelijke ervaring of huishoudelijke vooropleiding. Hiervoor geldt als maatstaf, dat 'n meisje de primaire opleiding aan een huishoudschool heeft gevolgd of als gezinshelpster, bejaardenhelpster of huishoudelijke hulp is werkzaam geweest. De opleiding moet geschieden in internaatsverband te Brammen of Sittard en duurt ongeveer een half jaar. Indien het meisje met goed ge volg de cursus heeft doorlopen, wordt haar een getuigschrift uitge reikt. In dit jaar worden nog drie nascholings-weekends gehouden op het opleidingsinstituut. TAAKOMSCHRIJVING De taak van de gezinsverzorgster is ongeveer als volgt te omschrijven. Wanneer een huisvrouw door ziekte of anderszins niet thuis kan zijn en het gezin hierdoor in disorde dreigt te geraken, vervult de gezinsverzorg ster lijdelijk de taak van die huis vrouw. Eventueel neemt zij de lei ding op zich, wanneer de omstan digheden hiertoe aanleiding geven. Haar taak wordt moeilijker wan neer haar instelling haar opdraagt de leiding op zich te nemen in een gezin waarvan de huisvrouw niet bekwaam genoeg of onmaatschappe lijk is. In dat geval dient zij name lijk de huisvrouw op te voeden en te leren hoe deze haar werk moet ver richten en opvatten. Hiervoor is bij zonder veel tact en geduld nodig. OVERLEG In een periode dat de gezinsver zorgster in een gezin werkzaam is, pleegt zij zoveel mogelijk overleg met de huisvrouw, opdat deze zich niet buitengesloten zal voelen. Ten slotte zal deze na haar herstel op de meest centrale plaats in het gezin weer volledig de leiding en verzor ging van het gezin op zich moeten nemen. Het is dus het meest wense lijk, wanneer het gezinsleven op de oude manier voortgang kan vinden en daartoe is een groot aanpassings vermogen in velerlei milieus en si tuaties onontbeerlijk. Behalve voor het normale huis houdelijke werk vragen ook de kin deren veel aandacht van de gezins verzorgster. In onmaatschappelijke gezinnen, waarin vaak ernstige so ciale problemen bestaan met grote kinderen, is het moeilijk om goede en tactvolle leiding te geven, omdat daar de normale gezinsverhoudingen veelal ontbreken. VERTROUWENSPOSITIE Elk gezin heeft zijn intieme zaken, waarover daarbuiten niets bekend moet worden om de verhoudingen tussen de gezinsleden niet te scha den. Hoe meer de gezinsverzorgster vertrouwd raakt met het gezin, hoe meer zij van dergelijke intieme za ken te weten zal komen. Met uitzon dering van de rapportering van haar bevindingen in het gezin aan haar leidster-maatschappelijk werkster, dient zij deze gezinsgeheimen te res pecteren en niet verder te vertellen. Dit geldt ook voor de financiële positie van het gezin. Bij het doen van inkopen dient de gezinsverzorg ster rekening te houden met deze positie, alsmede met de in het gezin gebruikelijke financiële verhoudin gen. Wanneer zich ernstige sociale pro blemen voordoen is het altijd wen selijk, dat de gezinsverzorgster con tact opneemt met haar leidster. ZELFSTANDIG Het werk van de gezinsverzorgster is zeer zelfstandig. Zij moet over een grote dosis tact en gezond verstand beschikken. Doordat zij in vele ge zinnen komt, is het nodig dat zij een goede algemene ontwikkeling heeft en door haar gezond verstand en tact met allerlei mensen kan omgaan. Over afwisseling in haar werlc heeft gezinsverzorgster niet te klagen. iar over de problemen die zich \bij voordoen, ook niet. De salariëring is in de laatste ja- i sterk verbeterd, maar gezien het erk beslist niet te hoog. Er zijn astgestelde werktijden en een regel- Éètige vakantie van dire weken of- el 15 werkdagen per jaar. Dat lijkt echter dikwijls theorie. Want praktijk toont wel dat de vrije erdag en de vakantiedagen er dik- Rls bij inschieten. Maar dat doen 1 meisjes vrijwillig omdat er nog ieel hulp nodig is. Bier is de oudste- drank ter wereld. De Babyloniërs, de Assyriërs en de Egyptenaren gebruikten al drank uit graan gebrouwen, lang voor onze volkstelling. En ook in Noord-Europa dronk men in het jaar 350 voor Christus, ten tijde van Alexander de Grote, al bier. De erfenis hebben wij steeds in ere gehouden. Vooral wij Limburgers die nu eenmaal bekend staan als de grootste bierdrinkers van Ne derland. Dit heeft zo zijn oorzaken. Men bezie de kaart van Europa, en men zal tot de ontdekking komen, dat Maastricht op de breedtegraad van Cape Griz Nez gelegen is, dat is nog een stukje zuidelijker dan Brussel, en Limburg ligt zoveel verder naar het oosten dan de Randstad Holland, dat men daar waarachtig al van een landklimaat zou kunnen spreken. Limburg is een minder winderig, en daardoor misschien iets dorstger land dan de streek langs de kust, waar men het vaker bij een maag- verwarmende borrel zal zoeken. Waar bierdrinkers zijn daar waren en zijn ookvbrouwers. De ouderen onder ons weten nog dat we in Venray een zestal brouwerijen hadden t.w. Slits, 't Hert op de Grote Markt, De Keizer in de Paters- straat, De Gouden Leeuw in de huidige Leeuwstraat, Rutten's brouwerij, die na de oorlog nog het Peelhazenbier brouwde en lest best de brouwerij van het Paterskloos- ter, die voor bier zorgde voor de Minderbroeders, die als St. Frans dit edele nat niet versmaadden. Voor deze brouwerijen verzorgde- dan de firma Clephas in de Paters- straat het mout. Doch de industrialisatie heeft ook het bier niet ongemoeid gelaten. Kleine brouwerijen konden het niet bolwerken tegen de grotere broeders en langzaam maar zeker zijn die dan ook verdwenen. En slechts enkele grotere zijn overgebleven. Daaraan moesten we denken toen wij een uitnodiging kregen om eens een kijkje te gaan nemen in Lim burgs grootste brouwerij Brand in Wylre, een klein dorpje in de buurt van Gulpen, .midden in het Geuldal. Brand's Bierbrouwerij is gelegen aan de uitlopers van de Eiffel en de Ardennen, hetgeen met zich brengt, dat men voor het brouwen over een bronwater beschikt, zoals men het zich niet beter zou kunnen wensen. Sinds 1871 brouwt Brand bier. De brouwerij bestaat al veel langer, maar kwam in dat jaar in handen van deze familie. Over het bouwproces zelf hoeven wij binnen het bestek van dit over zicht niet veel te vertellen. Voldoen de is het te weten, dat men zich in Wylre bewust is te werken aan het brouwen van een volksdrank, die in Limburg geliefd is, en de Limburger is over het algemeen kenner genoeg, om het beste te onderscheiden. Daardoor was het nodig, steeds voor te gaan, wanneer het gold mo dernisering en perfectionering. Zoals de brouwerij daar nu ligt, geldt zij als de meest moderne. Midden in het dorp Wylre rijst een tientallen meters hoge blanke silo op, een modern gebouw, waarin dui zend ton mout tegelijkertijd kan worden opgeslagen, hetgeen de ga rantie inhoudt van constant dezelfde kwaliteit bier ta kunnen brouwen. In de brouwerij wordt het mout' (gekiemde gerst) eerst gereinigd in de napoetsmachine en gemalen in de moutmolen, om het water meer ge legenheid te geven in te werken. Van het meel, dat aldus verkregen is, wordt samen met gries en bliezen in warm water een beslag gemaakt in de roerkuip. Als de diastese in deze kuip bij verschillende temperaturen haar werk heeft gedaan en al het zetmeel in suiker of suikerachtige stoffen verahderd is, is het „wort" verkregen, dat door de filterpers wordt geleid en vervolgens twee uur met hop wordt gekookt in de brouw ketel. De kokende bitterzoete oplos sing wordt volkomen steriel tot on geveer zes graden Celcius afgekoeld en met gist vermengd. De toevoeging van gist aan de „wort" brengt in deze vloeistof een algehele verandering teweeg. De in de „wort" aanwezige suiker wordt omgezet in alcohol en koolzuur, de eiwitten en hopharsen worden ver der afgebroken en voor een deel ook afgescheiden. Vooral vanaf dit ogen blik gaat de brouwer met de groot ste omzichtigheid te werk. De temperatuur bij het gisten is van enorm belang. Deze moet op 810 graden Celcius gehouden wor den. Naast lage temperaturen is het betrachten van uiterste hygiëne hoofdzaak. Bezoekers van de brou werij, die het brouwproces volgen en de verschillende afdelingen doorlo pen, valt het dan ook op, hoe helder en verzorgd alles is. „Men kan er van de grond eten", wordt er wel eens gezegd, en dat klopt in deze brouwerij ook. Touringcarchauffeurs, die in het zomerseizoen met hun bussen vol gaston Wylre passeren, stoppen een ogenblik voor de hoge vensters van het stijlvolle brouwhuis, en stellen hun reizigers dan de vraag: „Weet u wel waarom daarbinnen het koper allemaal zo blinkt? Omdat het man nen zijn. die het poetsen en zuiver houden." Wat de gisting betreft: deze kent twee fasen: de hoofd- en de nagis- ting. Na de eerste, die ongeveer acht dagen duurt, is het bier nog niet rijp voor consumptie. Het moet in lager- kelders in tanks nog een nagisting ondergaan bij een temperatuur van ongeveer één graad, waarvan de 'duur op drie maanden kan worden G0MMANS KLEDING LANGSTRAAT TEL. 1281 SINDS DE OUDSTE TIJDEN KLAAGT DE MENS OVER ZIJN VERPLICHTE INBRENG IN DE KAS DER GEMEENSCHAP Het is nu de tijd van het jaar, waarin de overheid naarstig met ons correspondeert. Als u nog niet weet wat wij bedoelen, de epistels zijn verpakt in keurige blauwe envelop pen en zeer waarschijnlijk hebt u ook reeds een exemplaar in uw brie venbus gevonden. Wat de doorsnee Nederlander zegt en denkt bij ontvangst van een der gelijk overheids-schrijven, is alge meen bekend; een treurzang op de verplichte bijdrage aan de kas van de gemeenschap. Belastingen zijn nooit populair ge weest, ook niet in onze twintigste eeuw. in weerwil van het feit, dat de hedendaagse Nederlander heel goed weet, dat het geld dat ook hij in de staatspot moet storten, vrijwel ge heel voor zijn eigen welzijn wordt aangewend. Iedereen beseft, dat wanneer wij nu eens geen belasting zouden betalen in minder dan geen tijd ons land niet meer leefbaar zou zijn. Geen overheidsgelden voor on ze veiligheid, geen sraatverlichting, na enige jaren verwaarloosde, onbe gaanbare wegen en wat al niet meer. Ons land zou verwaarloosd worden en de chaos zou hoogtij vieren. Ieder weldenkend mens weet dit en is zich bewust van, de noodzakelijkheid van zijn inbreng en tochzijn en blij _y.en de bel astingen. iropopul a i r_Mis- schien is het wel een erfelijk gewor den afkeer van de bijdrage aan de overheid, aangezien vroeger het volk werd uitgeperst door de overheid, terwijl het zelf weinig of geen voor delen er van genoot. Belastingen zijn reeds zeer oud en gaan terug tot de oudste tijden. In de bijbel lezen we reeds welke be lastingen in Israël werden geheven. Ook toen klaagden de mensen, maar wanneer wij vernemen wat zij ver dienden te betalen, namelijk „de tienden", dan zijn wij geneigd hen te benijden. Onder de Israëlisch koningen wer den de belastingen zwaarder, welke in natura, in edele metalen of door persoonlijke diensten konden worden voldaan. In oorlogstijd" kwamen daar de oorlogsbelastingen bij en werd de schroef nog strakker aangedraaid. Natuurlijk klaagde men in zulke tij den helemaal ach en wee, maar toch waren die belastingen nog beter te verdragen, dan de belastingen en schattingen die het volk werden op gelegd, wanneer zij waren overwon nen en een vreemde machthebber hen uitwrong. Dikwijls wilde de vorsten zelf niets met het innen van de belastin gen te doen hebben. Zij maakten het zich makkelijk en verpachtten de be lastingen. De Dachter betaalde de koning contant de som en had het recht dit bedrag op de bevolking te verhalen. Dit werkje was deze lie- gesteld. De hoofdgisting vindt plaats in open kuipen zodat het vrijkomen de koolzuur ontwijken kan, de nagis ting vindt plaats in van binnen ge- emailleerde tanks. Tijdens de nagis ting wordt het bier steeds helder der. Wanneer het eenmaal taprijp geworden is, wordt het, voordat met het aftappen wordt begonnen, eerst nog eens gefiltreerd, zodat het abs<i- luut helder via de vernuftige tap installaties en bottelmachines op fust of op fles komt, om tenslotte de con sument te bereiken. Het brouwersvak, vanaf de opper ste leiding via de brouwmeester, de figuren van de buitendienst en de detaillist, moet met liefde en eer- bed worden beoefend. En bij de meesten, die met de Brand's Bier brouwerij rechtstreeks of zijdelings samenwerken, is dit ook zonder twij fel het geval. Er wordt tenminste voortdurend zorg voor gedragen dat alle factoren, die het bier nadelig zouden kunnen bei'Qvloeden, worden geweerd. Hoe lekker een glas bier en in dit geval het Brand's bier smaken kan, waaraan alle zorg is gegeven, daarvan kan men zich overtuigen in het kelderke, een uniek café en proeflokaal van deze brouwerij. Als U de kans hebt in deze vakantie moet U dat beslist eens bezoeken. Het is de moeite waard. Dat kunnen we U verzekeren. den wel toevertrouwd. Zij kwamen er echt niets aan te kort. De meesten van hen werden er schatrijk van, aangezien zij de arme bevolking aan merkelijk meer lieten betalen, dan het bedrag dat zij aan de vorst vol deden. Bij de Grieken was het systeem anders. Het grootste deel der staats uitgaven werd beschreven uit de op brengst der domeinen, mijnen, sla venarbeid en schattingen die over wonnen volkeren werden opgelegd. De ambtenaren der belastingen ge noten geen salaris en werden gewor ven uit de welgestelde stand. Belas tingambtenaar zijn was toen een erefunctie. De vrije burger was niet belastingplichtig. Slechts voor slaven diende men per slaaf een bepaald bedrag per jaar te betalen. De Griek beschouw de belasting op zijn grond, op de in komsten u;t zijn beroep of op zijn persoon, als een vorm van tirannie. De tollen vormden in het oude Griekenland een belangrijke bron van inkomsten voor de staat. Er wer den hoge in- en uitvoerrechten ge heven, waardoor de overheid toch over het benodigde geld kon be schikken. Ook de Romeinen kenden de be- lasting en wel een vorm van vermo gensbelasting. Om de vijf jaar werd een schatting gehouden van alle bur gers. Men diende dan alle tot zijn familie behorende personen op te ge ven, vrijen, zowel als slaven, voorts het aantal en de grootte van zijn landerijen en kudden, kortom de ge hele vermogenspositie van de bur ger werd grondig vastgesteld. Men kende vijf welstandsklassen, die naar verhouding werden belast. Wie zo dom was een onjuiste aangifte te doen, maakte goede kans met de beul kennis te maken. Later, toen de Romeinse staat steeds meer geld no dig had, werden de belastingen uit gebreid. Karei de Grote deed het weer iets anders. Hij had koninklijke rechten op de handel, waaruit hij dus in komsten genoot. De ambtenaren die voor hem werkten in de verschillen de gouwen, delen van zijn rijk, moesten door de bevolking worden betaald, evenals de militaire eenhe den die hij in een göuw plaatste. Uit dit systeem groeide in de loop der eeuwen regelmatige belastingen, zo als wij die nu kennen. Daarnaast hief de kerk reeds sinds eeuwen een soort belasting, in de vorm van bijdragen voor verschil lende geestelijke bedieningen zoals doop, huwelijk, begrafenis enz. In de loop der tijden werd de ge meenschappelijke belastingdruk van kerk en overheid echter zeer zwaar, want daarbij hieven ook plaatselijke heren dikwijls nog belasting. De middeleeuwse burger betaalde voor het gebruik van de weg. voor het oversteken van de rivier, voor het meevoeren van een lastdier, voor het gebruik van een voertuig, voor het bezoeken van een markt, voor het bijwonen van een kerkdienst, voor het binnengaan en het verlaten van een stad, voor het recht handel te drijven, voor het uitoefenen van een beroep, kortom voor zoveel dingen, dat het er op leek, dat de middel eeuwer geen voet kon verzetten of hij moest betalen, een afgrijselijke toestand uiteraard. Een grote onbil lijkheid was nog, dat geestelijken en edellieden geen belasting behoefden te betalen. Natuurlijk kon dit geen stand houden. Tenslotte werden de staatslasten over alle burgers verdeeld. Een naar feit blijft, dat de belas tingen nog steeds stijgen, als gevolg van de snelle ontwikkeling van volk en staat, die moeten trachten mee te spel enin het koor der ontwik kelde, beschaafde, geïndusrialiseer- de volkeren der wereld. In het jaar 1850 bedroegen de staatsontvangsten in totaal 60 mil joen gulden en nu, ruim honderd jaar later ruw geschat zo'n 6.000 mil joen. Dat betekent, dat we nu per hoofd van de bevolking vele malen meer belasting betalen als toen. Gelukkig leven we in een demo cratische staat, waar de staat reke ning en verantwoording aflegt van inkomsten en uitgaven. We weten tenminste wat er met onze offers ge beurt.

Peel en Maas | 1965 | | pagina 1