12 mei MOEDERDAG Cultuieel CcnUiun (ampS Een Apaan6 artikel over Venray verkiezingen op 15 mei Filmnieuws Politierechter Veilig Verkeer WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN VRIJDAG 10 MEI 1963 No. 19 VIER EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050652 ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm. ABONNEMENTS PRIJS PER KWARTAAL f 1.50 (buiten Venray 1.75) 12 mei is het Moederdag. We zouden het bijna een nationale feestdag noemen. Zij het niet in de gebruikelijke betekenis van het wcord. Dat deze dag nationaal gevierd wordt is onderhand wel een feit. Dat „onderhand" is overigens een pijnlijk punt om aan te roeren. Want hoe is Moederdag nu eigenlijk ontstaan? Op deze vraag moeten we het antwoord schuldig blijven. Het eigenlijke ontstaan van Moe derdag is moeilijk te achterhalen. Want doen hierover verschillende verhalen de ronde, de oorsprong ligt in ieder geval in de Verenigde Staten. Niettemin heeft Moederdag het ook hier zo'n beetje tot nationale feestdag weten te brengen omdat zo'n viering wel aanslaat en dank zijde zakenmensen. De maand mei is nauwelijks ter sprake gebracht en ja hoor, daar begint men al. „Moederdag, bloe mendag" zeggen de bloemisten. „Moederdag, geschenkendag" zegt de rest van de nobele zakengilde. En dan barsten de reclamecam pagnes weer los in kleurige affiches, speciale cadeauxfolders, aardver schuivingen in de etalages en bom bardementen op de prijzen. Nou ja, bombardementen. Een stuiver of een dubbeltje is al een aardige concessie van een of ander kruidenier aan Moederdag, die hij door grotere omzet ruimschoots goedmaakt. Ja, Moederdag is in al zijn popu lariteit toch wel een produkt van de zakenwereld. Er zijn mensen die zich daaraan ergeren, die aan de in vloed van de reclame niet willen toegeven en niet van Moederdag willen afweten. „Maar je voelt je op Moederdag toch wel genegeerd als je niet minstens een bosje tulpjes of een chocolaadje mee naar huis brengt", hoorden wij iemand opmer ken. Wij konden het er roerend mee eens zijn. Moederdag mag dan ook wat ons betreft best een gezellig feestje wor den. Een dag waarop de centrale fi guur van het gezin ook centraal wordt gesteld. En als alles goed loopt doen we er allemaal aan mee. Het hoofd van het gezin brengt voor moeder een bloemetje mee, de oud ste kinderen zorgen voor de koffie, de thee, de vaat en de hond, de jong- sten mogen moederdag 'n half uur tje langer meemaken en iedereen zorgt voor een goed humeur en wat meer toegevendheid dan anders. Zo wordt Moederdag een genoeg lijke zondag, waarop Moeder, de spil van het gezin, eens in het zonnetje wordt gezet. Niemand die zal willen betwisten dat die ene dag in het jaar niet door Moeder is verdiend. Ook al wordt Moederdag door de commerce uit gebuit, een kniesoor, die daar nog langer bij stilstaat. Want wie Moe der wil eren heeft uiteindelijk de zakenman niet nodig. En wanneer een kritisch jochie z'n moeder vraagt welke dag nu 'ns kinderdag zal zijn, dan zwichten we graag voor moeders argument, dat het iedere dag kinderdag is! In het maandelijks tijdschrift van de Catalaanse Pluimvee Unie (december 1962) troffen we een artikel aan over Venray. Het ils geschreven door de Spanjaard Enrique Solé Gondolbleu, die enige tijd in Leunen in een kuikenbroederij heeft meegewerkt om een indruk te krijgen van de Nederlandse pluimveehouderij. „Ik heb gedurende twee weken gewerkt op een Hollands pluimvee- bedrijf. 'Gewoon als een Hollandse arbeider. Dat betekent o.a. dat men om 10 uur 's morgens koffie drinkt, om half 4 's middags thee. En dat nog wel in Venray, dat op het ogen blik wordt beschouwd als een van de twee meest belangrijke pluim vee-centra van Nederland. Ik moest deze regels schrijven als inleiding, want wat U nu gaat lezen zou kunnen afwijken van ondervin dingen door anderen in dat land op gedaan. Om verschillende redenen, die ik niet wil noemen, bestaat in dat land een zekere regelatuur. De ze „regels", vergezeld van een goe de opvoeding en gebaseerd op een solide beschaving, brengen die wel varende dorpen van Nederland tot stand. Daar lijkt men de hoogst mo gelijke volmaaktheid bereikt te heb ben in de wijze van leven en ster ven. Ik noem ook sterven, want eveneens de begraafplaatsen zijn zeer mooi. En deze regulatuur kan niet ont breken in de pluimveehouderij. Als wij onze kippenhokken ver gelijken met de hunne is dit, over het algemeen, het vergelijken van een kasteeltje met een schuur. Maar als men in zo'n schuur binnengaat en de dieren goed bekijkt, geeft men er zich rekenschap van, dat er iets mis moet zijn met de Spaanse pluim- veebedrijven. Zij verslaan ons wat de kwaliteit betreft. Waarom? Dat hangt af van enkele factoren, die ik zal proberen te be schrijven zoals ik ze gezien heb. Een van de voornaamsten is de venti latie. De eigenaars van pluimveebedrij- ven, hoe klein ze ook zijn, hebben allen kennis van de pluimveeteelt, zowel praktisch als theoretisch. Naar het vak van „fokker" hebben wij Spanjaarden misschien al te zeer met de pet gegooid. Ondanks, of juist wegens hun kennis, volgen de Nederlandse pluimveehouders richtlijnen van ge specialiseerde pluimveedeskundigen. Bij de constructie van een Neder lands kippenhok wordt niet gekeken naar een siervol en esthetisch uiter lijk, maar wel naar de hoogte van de muren, de ramen, de ventilatie, de slaapgelegenheid enz. De buur man na-apen op goed geluk, zoals dat bij ons gebeurt, is niets. Hiervoor hebben deskundigen vele voorschrif ten gegeven voor de Nederlandse fokker. In Nederland en met na me in Leunen mogen de kippen hokken maar weinig ramen hebben. Deze zijn gedurende een groot ge deelte van het jaar gesloten van wege de kou. Gedurende september, oktober en november hangt er zeer dikwijls mist. De toestand in het hok zou ernstige gevolgen meebren gen, als de pluimveehouders zich niet lieten voorlichten door specia listen voor ventilatie. Voor kunstma tige ventilatie natuurlijk, want de natuurlijke ventilatie is de meeste maanden van het jaar onmogelijk. Men kan zeggen dat de Nederlandse fokkers gierig zijn bij de construc tie en royaal bij de installaties en Venray maakt daarop geen uitzon dering. Wij hebben een nieuwe drinkgoot zien aanbrengen, en tegen de muur vastmaken met stukken hout van zitstokken, oud en smerig, met een totale verachting van de schoon heidsleer. Dat zou geen enkele pluimveehouder in ons tand zo heb ben durven uitvoeren. Maar diezelf de eigenaar heeft in zijn kippenhok een luchtverversingsapparaat ge ïnstalleerd, dat hem per opgehokte hen 20 pesetas 1,25) kost. Is dat niet de juiste waarde toekennen aan de dingen? Het vitaie goed verzor gen en niet het overbodige. Er zijn andere mogelijkheden van geforceerde ventilatie, die zuiniger zijn. Op het ogenblik kunnen de Hollandse pluimveehouders drie systemen benutten. Wij hebben ze alle drie gezien, maar wat men bij geen enkele ziet, is een „regeling" op het heilig oog. Men houdt er niet van om maar wat te verzinnen, zo als het zoveel voorkomt op onze be drijven. Allen weten we dat de uitslag van de rentabiliteit en de mogelijke win sten bij verkoop van mestkuikens en ook bij legkippen afhangt van een goede verzorging van de kuikens. Is de opfok goed, dan levert dit meer winst in de toekomst. In Spanje hebben we, over het algemeen, wan neer de kuikens komen, het opfok- lokaal voldoende gereinigd en ge desinfecteerd. In Venray is bij de meerderheid het tegendeel. Men ge bruikt het oude strooisel, maar!. Opgelet! Dat oude strooisel krijgt een eenvoudige behandeling, die het, zoals José Pla zou zeggen, „drink baar" maakt. Wij hebben de werk wijze volgens de oudstrooiselmetho- de verworpen zonder de redenen van onze mislukkingen te onderzoe ken. Zoals altijd, doet ons latijns temperament ons, een systeem of produkt, aannemen of verwerpen, na het een keer te hebben gepro beerd. Een ander opmerkelijk feit bij de Nederlandse fokker is de regelmaat in zijn werk. Het Spaanse gezegde: wie teveel aanpakt komt tot ver keerds (te veel hooi op zijn vork nemen), is geloof ik niet van toepas sing op de Hollander. Ik geloof niet dat zich ooit het geval voordoet, dat men enkele uren of een hele dag moet wachten, omdat het hok niet in een conditie is om er kuikens in te plaatsen. Ik ben er zeker van dat zij niet zouden begrijpen hoe het mogelijk is dat wij, een enkele keer, de enting van onze dieren uitstellen door gebrek aan tijd. Dank zij hun werkschema, is er van half zeven in de namiddag (om die tijd hebben we de avondmaaltijd reeds gehad) tot 10 of 11 uur in avond, tijd om WELKE KANSEN BIJ DE De verkiezingen voor de Eerste Kamer staan weer voor de deur. Woensdag 15 mei is het zover. Ver kiezingen in Nederland verlopen al-, tijd nogal rustig; ook dit keer hoe ven wij geen al te grote opwinding te verwachten. In Amerika gaat het er wel anders aan toe, trouwens ook in andere, vooral Zuid-Amerikaanse landen weten ze bij verkiezingen voor het nodige knal-effect te zorgen. Rege ringskandidaten gaan op toernee, schudden handjes en betalen uit zonderlijke bedragen om de gunst van de kiezers te winnen. Bij ons is dat anders, rustiger, bedaarder. Toch is er voor deze verkiezing hard gewerkt door de propagandis ten van de vele partijen, de 17 die eraan mee doen. Het grote publiek heeft ze van radio en t.v. het best leren kennen, maar ook via de mee tings in de grote steden. Maar de partijen hebben hun pro paganda op zeer bijzondere manier gespeeld en wel door openbare dis cussies voor de T.V. Dat is een nieuwtje geweest in de voorbereiding tot de verkiezing. De regeringsleiders en de aanvoerders der oppositie hebben elkaar ten aan- schouwe van het Nederlandse volk ontmoet, bestreden en verdedigd. Het resultaat? Wel Prof. de Quay met zijn ka binet hebben kunnen aantonen, dat zij en de partijen, die de regering gesteund hebben, goede en bevredi gende successen bereikt hebben. Er is welvaart, doordat de lonen met 10 pet. en de prijzen met slechts 6 pet. gestegen zijn. Er zijn bijzondere sociale voorzie ningen gekomen. Het hoger en mid delbaar onderwijs neemt een ontzet tende vlucht, houdt gelijke tred met de enorme industriële ontwikkeling. Van „lijmen Jan" is geen sprake, eerder van „bouwen Jan". Te oordelen naar algemene stem men in den lande heeft de KVP het goed gedaan. Zij behoeft volgens ons niet op verlies te rekenen. Doch de socialisten en liberalen, hoe staan die ervoor? De P.v.d.A. is in de afgelopen vier: jaren eenvoudig in de oppositie ge drongen; zij heeft haar taak met wisselend succes vervuld. Maar we geloven niet, dat dit van veel be tekenis zal zijn op de aanhang. Die blijft wel constant onder de over tuigde socialisten. Wel echter kan de P.v.d.A. meer stemmen verwer ven uit het kamp der onverschillige massa. Het is nl. gebleken, dat de liberalen verliezen omdat er bij vele losse kiezers geen tevredenheid heerst over de WD. Welnu, deze labiele massa kan heel goed tot de socialisten terug keren. Of zich verdelen over de vele splinterpartijtjes van 'ontevredenen. Om nu tot slot een beeld te geven hoe het de laatste malen bij de ver kiezingen gegaan is, nemen we hier de cijfers van de laatste Kamerver kiezing in 1959. Kath. Volkspartij 31,59 pet. van het totaal aantal uitgebrachte stem men van 5.998.531. Partij van de Arbeid 30.37 pet. tegenover 32.69 pet. bij de Statenverkiezignen van 1956. De Anti-Revolut;onaire Partij 9.39 pet. Deze partij is aan een voortdu rende daling van het aantal stem men onderhevig. Volkspartij voor Vrijheid en Democratie 12.2 pet., welk percentage sinds de kamerver kiezingen van 1956 enorm steeg, maar bij de laatste Staten- en Ge meenteraadsverkiezingen weer sterk is gedaald. De Christ. Hist. Unie 8.10 pet. (daling t.o.v. 1956). De PSP 1.84 pet. (gedeeltelijk van afvallers van de P.v.d.A. nam in 1956 nog niet deel aan de verkiezingen). De Com munistische Partij Nederland 2.41 pet. (bijna gehalveerd t.o.v. de Ka merverkiezingen van 1956). INGEZONDEN Uw artikel over de Venrayse ge meenschapshuizen deed me terug denken aan de Limbrato-tentoon- stelling, waar een fraaie maquette van het gemeenschapshuis voor Venray, het cultureel centrum of zo u wilt, schouwburg, stond opgesteld. Dat in deze schouwburg op de eerste plaats een grootsere en bete re gelegenheid geboden zou worden voor culturele zaken was al een groot winstpunt. Sommige mensen mogen dan wel betwijfelen of het met die cültuur nu allemaal wel zo'n vaart zal lopen, nu men via de te levisie de meest fraaie en minder fraaie culturele evenementen uit Nederland en Duitsland in zijn eigen huiskamer kan bewonderen en be kijken, toch is en blijft een behoor lijke accomodatie voor deze hele streek dringend gewenst. Zwartkij kers mogen dan wijzen op het ge ringe bezoek aan de laatste in Ven ray gehouden tentoonstelling, aan de door gebrek aan belangstelling stil gelegde vereniging voor Ont wikkeling en Ontspanning, die in het verleden op dit terrein zeer nut tig werk deed, toch is het een vast staand feit da> een dergelijke acco modatie inderdaad gebruikt zal worden en nieuwe initiatieven op dit terein opent. Is de toestand die we nu kennen ook niet ontstaan juist door gebrek aan een behoorlij ke accomodatie? TT te lezen en te schrijven of zich met de televisie te amuseren. Hier zet ik een punt onder mijn commentaar over Holland. Gezeten in een fauteuil vlak bij de kachel, die reeds brandt, terwijl mevr. v. d. Sterren ons bedient van koffie met melk of limonade, geef ik er me re kenschap van dat mijn geschrijf een pro-Hollandse propaganda uitademt. Toch konden deze opmerkingen niet minder Hollands zijn. Want het is niet waarschijnlijk dat er een Hol landse pluimveehouder is, die het lef zou hebben een artikel te schrijven over de Spaanse pluimveehouderij na slechts een veertiendaags verblijf in ons land. Opmerkingen van de vertaler: (F. Weys te Meqel): Omdat in dit artikel ook algemene indrukken staan van een Spanjaard over ons land, meende ik U een ge noegen te doen met deze letterlijke vertaling. De pluimveehouders on der U moge ik aansporen zichzelf te vergelijken met het beeld dat deze Spanjaard van U heeft gekregen. Misschien zou onze moeite dan ook nog van nut kunnen zijn voor onze Nederlandse en speciaal Venrayse, pluimveehouderij De wat hartstochtelijke stellingen wil ik toeschrijven aan het door hem zelf reeds genoemde Latijnse temperament. voor aparte brilmonturen Optiek sinds 1913 ALS TWEE DRUPPELS WATER Deze bijzonder goede Nederlandse film van Fons Rademaker (regisseur van Dorp aan de Rivier) naar de roman van W.F. Hermans „De don kere kamer van Damocles" kunt U reeds deze week in Luxor Venray zien. Wie hoopt alle episoden uit het boek tegen te komen, maakt zich .schuldig aan een vergissing. Film en boek zijn twee varianten op eenzelfde thema. Het verhaal speelt in 1944. Plaats: het dorp Voorschoten. Ducker een kleine sigarenwinkelier, verdraagt zijn heerszuchtige vrouw die hem bedriegt met een NSB-er. Op een nacht daalt per parachute een ge heim agent die als twee druppels water op Ducker lijkt achter zijn huis en geeft hem geheime opdrach ten. Hij neemt deel aan een moordaan slag op Duitse provocateurs en helpt een Engels agent onder dak. Spoe dig wordt zijn moeder gearresteerd en het blijkt dat men Ducker op het spoor is. Zijn vrouw heeft hem ver raden. Later pleegt hij op order van z'n opdrachtgever een tweede moord en wordt spoedig daarop door de Duitsers gegrepen. De Duitsers hou den hem voor Dorbeck en daarom kan hij bepaalde handelingen niet erkennen omdat hij ze eenvoudig niet gepleegd heeft. Na de bevrijding wordt Ducker gearresteerd, omdat alle daden die hij gepleegd heeft op ongelukken zijn uitgelopen. Men verdenkt hem zelfs van agent voor de Duitsers, 't Verhaal van de man die als twee druppels water op hem lijkt gelooft niemand en al gauw ziet men in Ducker een psychopaat. Als hij zijn onschuld niet kan bewijzen loopt hij weg en wordt neergeschoten. De film laat in het midden op Dorbeck al dan niet heeft bestaan. Was Ducker een psychopaat of was hij een slachtoffer van een geraffi neerd spel? Moest het eenvoudige sigarenwinkeliertje opdraaien voor de daden van een ander? „Als twee druppels water" is een allegorische voorstelling van de krachten die in de menselijke ziel kunnen optreden en we zouden de werkelijkheid geweld aandoen, om het raadselachtige dat aan deze krachten is, niet raadselachtig te laten. Deze film wordt a.s. week ook op het filmfestival te Cannes vertoond. ut |ez s^eeid apaaM.; op do ieei\[ dit nieuwe gebouw naast de open bare leerzaal en uitleenbibliotheek ruimte geschapen worden voor Ven- rays jeugd. Nu voeden we een deel van hen wel Spartaans op door hen via de bekende en intussen wel be rucht geworden barak in de Paters- straat het schoolleven in te sturen, maar dat ze dan hun vrije tijd in hun jeugdbeweging intussen ook al weer een tiental jaren in een ba rak moeten zitten, animeert noch het jeugdwerk, noch de jeugdleiders, noch de jongelui. Als op de kerkdorpen een derge lijk gebouw dringend nodig is, ook voor dit doel, hoeveel temeer dan voor de jeugd in 't centrum, die na de ondergang van het Patronaat zo'n beetje zwervende is of onderge bracht in nood-onderkomens, die intussen al langer hoe meer defini tief gaan worden. Het feit dat in zulk een gebouw ook ruimte gereserveerd is gewor den voor de te stichten muziekschool beklemtoont ook al weer de nood zaak van deze bouw. Want sinds er in de gemeenteraad een keer ge sproken is over een muziekschool, blijkt bij vele ouders er toch idee te bestaan hun kinderen hier naar toe te sturen. Maar nogmaals de Limbrato-ten- toonstelling is reeds lang verleden tijd, en de idee wat men toen had, namelijk dat dit fraaie gebouw bin nen afzienbare tijd verschijnen zou is wel door de harde werkelijkheid achterhaald. Zelfs het feit dat men er een zestal noodwoningen stante pede voor sloopte heeft de totstand koming niet bespoedigd. In dit verband mag ik dan wijzen op een ander belangrijk feit en dat is de particuliere bijdrage. Derge lijke bouwsels die in 't kader van infrastructuur verbetering totstand komen krijgen een heleboel subsidie van rijkswege, maar een gedeelte blijft no- altijd voor rekening van de inwoners. De 60.000,van het zwembad zijn daarvan een sprekend voorbeeld evenals het kapitaal dat voor het sportpark op tafel moest komen. Die berekeningen zijn intussen ook geschiedenis geworden. Want tegen de bouwprijzen van 34 ja ren terug kan men heden nergens meer terecht. Dat betekent dus dat uitstel de zaak steeds duurder maakt en dat niet alleen toekomstige ex ploitatiekosten daardoor zullen stij gen, maar ook de particuliere bij drage hoger zal moeten worden. Nu zal men ongetwijfeld voor verschil lende doeleinden zijn steentje bij dragen als particulier, maar op een gegeven moment kan de boog ook overspannen worden en wat dan? Doch hoe belangrijk dit ook is, belangrijker is dat men een gemeen schap van een kleine 10.000 mensen niet geeft, wat kleinere gemeen schappen het hunne kunnen noe men. Belangrijker is, dat door het ontbreken van een behoorlijke acco modatie Venrayse mensen nog steeds naar Deume moeten voor een goed toneelstuk of voor een ander cultu reel gebeuren. Belangrijk is dat. door het ontbreken van dit gebouw ini tiatieven noch genomen noch ge bruikt kunnen worden Daarom is het wellicht ten over vloede toch wel juist nog eens te wijzen op dit belangrijk manco in het vooruitstrevende Venray. Een manco, dat maar duren blijft E. S. Deze verdachte was achttien jaar en nog op de Ulo. Hij droeg om zijn benen van die nauwe broekspijpjes, die een man op een merel doen lij ken, en daar onder waren rode sok jes zichtbaar, alsof hij per abuis in een plas menie was gestapt. In de zaal van 't stadhuis had hij de wach tenden verontrust door het maken van schokkende bewegingen zodat men meende dat hier iemand zat die een mankement aan zijn zenuw stelsel had. Het bleek echter dat deze golvende bewegingen behoor den bij het liedje dat hij zat te neu riën. De „wachtkamer" kreeg een heruitzending te zien van de twist- expert Johanny Halliday. Deze knaap stond terecht omdat hij geduelleerd heeft. Het is een ta melijk verwarde geschiedenis, waar in drie jongens en één meisje een rol spelen. De eerste jongen had verkering met het meisjes. Verder doet hij aan dit stuk niet mee. De tweede jongen zei dat het meisje een afgelikte boterham was. De tweede jongen zei dit tegen de derde jon gen. En de derde jongen is de ver dachte met de smalle broek. Tot zover hebben wij het vrij dui delijk verteld, menen wij in alle bescheidenheid te mogen opmerken. Nu geviel het echter dat op een avond de tweede jongen, die geen verkering had, werd aangetroffen terwijl hij bij de bushalte stond. Naast hem stond het meisje, haar arm door de zijne gestoken, terwijl ze af en toe met zacht hand voelde of haar kapsel nog bol stond. Dit was het meisje dat verkering had met de eerste jongen en waarvan de tweede jonge zei, dat zij een afgelik te boterham was. U ziet dat het nu moeilijk wordt de gang van zaken zuiver in het oog te houden. Maar omwille van de waarheid mogen wij hier geen vereenvoudigingen aan brengen. Terwijl de tweede jongen met het meisje, waarvan hij had gezegd dat zij geen vers brood was, op het trottoir bij de bushalte stond, pas seerde de derde jongen, die de ver dachte was met de menie-benen. En nu riep de verdachte dat het niet aanging dat de tweede jongen, die geen verkering had met het meisje, bij de bushalte stond met de beminde van de eerste jongen, ter wijl hij kort tevoren nog had ver klaard tegen de passerende derde jongen, dat zij een onsmakelijk snee tje van een bakkersprodukt was. De tweede jongen achtte hierdoor de eer aangetast van een vrouws persoon die op dat ogenblik onder zijn hoede bij de bushalte vertoefde, al had hij er dan geen verkering mee. Hij liep op de derde jongen de verdachte toe en daagde hem uit tot een duel. Zo zijn die knapen aan het vech ten gegaan, en enige tijd later kwam de tweede jongen bij de dokter met een neus, die dwars tegen zijn ge zicht scheen geplakt, in plaats van fier recht uit te steken. Het neus- beentje was gebroken. En deze mis handeling bracht de derde knaap voor de balie. ,,Ik moest wel", zei hij ferm, „want de hele buurt zou me hebben uitge lachen als ik die uitdaging niet had aangenomen." Het kind was doods benauwd zich belachelijk te maken. Waaruit blijkt dat hij helmaal niet in de gaten had, hoe belachelijk hij zelf eigenlijk was. En dat is het leerzame van deze geschiedenis rondom de aangeklede boterham. „Maar volgens de inlichtingen sta je bekend als een vervelend jochie", zei de rechter. „Je verdoet je tijd met dansplaatjes draaien en café bezoek. Voor iemand die in zijn le ven nog nooit iets heeft gepresteerd komt het niet te pas, zó de vrije tijd te besteden." „Het is per slot van rekening een aframmeling op verzoek", zei de of ficier ,die daarom zijn eis beperkte tot tien gulden boete. Het bleef een tientje en opgelucht hipte het melk muiltje de deur uit. MAXIMUM SNELHEID: HEUS 'T HELPT! Het Verbond voor Veilig Verkeer gaat zijn kernthema-akties voort met een pleidooi tot de weggebrui ker om zich te houden aan de ma ximum-snelheidsbepalingen. Langs enkele wegen in een aantal grote gemeenten ziet men een affiche han gen, waarop het bord „50 km" staat gecombineerd met de tekst: „heus, t helpt!" Ook van uw beeldscherm door de radio, in een aantal biosco pen en op vele andere wijzen ziet en hoort u deze „slogan". De invoering van de maximum snelheid binnen de bebouwde kom heeft inderdaad een gunstige invloed op de verkeersveiligheid gehad. De cijfers wijzen uit, dat sedert okto ber 1957, toen deze bepalingen van kracht werden, het aantal verkeers doden in de steden en dorpen rela tief is gedaald. In Den Haag bij voorbeeld vielen vóór die datum ge middeld 70 verkeersdoden per jaar, thans bedraagt het aantal gemiddeld 50. Op de rijksweg welke door de gemeente Wassenaar loopt, kwamen in de eerste tien maanden van 1957 11 personen in het verkeer om, in de overeenkomstige periode van '58 slechts 6; ook voor het gewondental kon een procentuele daling worden geconstateerd. Doordat de gemiddelde snelheid van het verkeer binnen de bebouw de kom als gevolg van de maximum snelheidsbepalingen is gedaald, wor den veel ongevallen voorkomen en zijn, omdat de kracht van de bot sing door de lagere snelheid gerin ger is, de gevolgen van botsingen minder ernstig. Ook enkele typen van ongevallen komen thans minder voor dan vroeger: auto's slaan bij kruisingen minder over de kop, er rijden minder auto's tegen trams, enz. En omdat de snelheid binnen de bebouwde kommen genivelleerd is, behoren (riskante) inhaalmanoeu vres tot de uitzonderingen, waar door tal van ongelukken voorkomen worden. In tegenstelling tot wat velen in dertijd meenden, heeft de invoering van de maximum-snelheid de vlot heid van de verkeersafwisseling niet nadelig beïnvloed. Integendeel zelfs. Het optreden van stagnaties bij ver keerslichten waarvan er steeds meer komen wordt voorkomen, doordat het verkeer homogener ge worden is. Ook hebben de maxi mum snelheidsbepalingen de invoe ring van de anderhalf jaar geleden van kracht geworden voetgangers regeling gemakkelijker, beter pas send in het algemene verkeersbeeld gemaakt.

Peel en Maas | 1963 | | pagina 9