THOMASSEN 12 mei de dag van moeder lil» HEER VAART ut onze mluaait Bekendmaking Economische samenuiekkinq Uit Peel en Haas Politierechter 10 (ll-o ijiCo po lp* V Geestelijk artikel VRIJDAG 3 MEI 1963 No. 18 VIER EN TACHTIGSTE JAARGANG ^PEEL EN MAASH DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY WFFFFÏ AH VOOR VF1MRAY FN HM^TRFÏCFN ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm. ABONNEMENTS- GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050652 IwClVDLAU V UVJi\ V ErillxA I Crlv V-/IV10 1 rVuIiCrll PRIJS PER KWARTAAL f 1.50 (buiten Venray f 1.75) Uit gegevens, die onlangs ter be schikking zijn gekomen, is gebleken dat de gemiddelde Nederlander op het ogenblik tamelijk tevreden is met de welvaartstoestand van ons land. Ongeveer 80 pet. van ons volk zou er wel vrede mee hebben en hoewel op de wijze waarop deze ge gevens verzameld en beoordeeld werden wel iets valt af te dingen, zal menn er toch niet zo ver naast zijn geweest. De sociale rust in ons land mag ook als een bewijs van die tevredenheid gelden. Vanzelfsprekend betekent dit niet dat ieder in gelijke mate tevreden is of dat er geen welvaartswensen meer zijn. Zo is het belangrijk dat meer dan de helft van ons volk de inkomensverschillen (nog) te groot achtte en dat nog maar een kwart van ons volk zich bij benadering met de bestaande welvaartsverde ling kan verenigen. Over het algemeen vinden wij on der jongeren de meesten, die met het hun toegemeten inkomen tevre den zijn. Geheel onbegrijpelijk is dit niet. Zij zijn het meest zelfbewust en zij willen stuk voor stuk een toe komst met een hoger inkomen ver overen. Dat wordt minder bij de leeftijdsklasse 35 en 45 jaar. De meesten van hen zijn nog wel tevre den met hun eigen welvaartspositie binnen het bestaande bestel, maar deze groep brengt de meeste voor standers voort van een verschuiving in de inkomensverdeling. MEER HAPPEN VAN DE KOEK In dit verband is het nuttig te zien naar de wijze waarop een verdere herverdeling van het inkomen tot stand gebracht kan worden. Daar naast is het in Europees verband van 't grootste belang om te zien hoe de welvaartspositie van de Ne derlanders is tegenover andere vol ken, omdat de ontwikkeling ook hier gaat in de richting van een zekere nivellering. De meest voorkomende wens in zake de verschuiving van inkomens is stellig die, waarbij het aandeel van de werknemers in de verdeling van de jaarlijks terugkerende in- komenskoek steeds groter wordt. In de laatste jaren is aan deze wens stellig tegemoet gekomen. Men berekende daartoe de stijging van de arbeidsproduktiviteit en men zorgde er dan voor dat de lonen en salarissen meer stegen dan de ge noemde produktiviteit. Zo is het mogelijk geweest dat van '59 tot en met 1962 de lonen en salarissen hun aandeel van de nationale inkomens- koek zagen stijgen van 68 tot 73 pet. Deze 5 pet. stijging is ten laste gekomen van de winstmarges. Uit deze winstmarges moeten de bespa ringen worden gevormd en de in vesteringen tot stand komen. STEEDS MEER BESPARINGEN Daartegenover staat dat het aan deel besparingen uit de looninko- mens steeds groter wordt, terwijl ook het verbruik van de overheid procentueel is terugslopen. De overheid heeft dus meer gespaard. Het is gebleken dat de geschetste inkomensverschuiving zonder grote schokken tot stand kan komen. In de naaste toekomst kan men verdere verschuivingen in de rich ting van het loon- en salarisinkomen verwachten. Komen de spaar- en investeringsaandelen in gevaar, dan volgt inflatie-invloed, die trouwens ook nog zijn partijtje meeblaast wanneer de prijzen gaan stijgen. Hoe is onze welvaartspositie te midden der andere volken van de E.E.G. De statistiek leert ons daar over dat het gemiddelde inkomen per hoofd per jaar in Nederland nog tot de laagste behoort van het wes teik deel van ons continent. In 1960 bedroeg dit inkomen 3055,-. Over hetzelfde jaar hadden onze zuiderburen een gemiddeld in komen van 3.755,-, onze oosterburen 3.675,-, de Fransen 3.644,- en al leen de Italianen waren onze min deren met 1.934,- per hoofd per jaar. Ook de Engelsen sloegen ons met 4.131,- en de Zweden boekten PLECHTIGE HERDENKING DER GESNEUVELDEN TE ODILIAPEEL M 'M I- lui iiUt i 1 11*$1 De Peelbond, de vereniging van oud-gemobiliseerden bij 11 2 R.I. houdt een reünie en plechtige her denking der gesneuvelden op zondag 5 mei 1963 te Odiliapeel (Uden). Het programa vermeldt o.m.: 11.30 uur: Plechtige H. Mis met assitentie voor de gesneuvelden en overleden leden. 12.45 uur: Herdenkingsplechtig heid bij het Monument. Na de plechtigheid wordt vertrok ken naar de vliegbasis Volkel al waar korte koffiepauze in het R.K. Militairtehuis De Wing. Het kaartje voor deelname moet voor 1 mei a.s. ingezonden zijn. zelfs 5.559,- gemiddeld per hoofd per jaar. WAAROM DAT VERSCHIL? Hoe zijn deze aanmerkelijke ver schillen te verklaren? In de eerste plaats moeten wij er rekening mee houden dat de nationale inkomens in elk land op andere wijze worden samengesteld. De hoogte van het Ne derlandse inkomen per hoofd wordt voorts gedrukt omdat er in ons land naar verhouding minder mensen als produktieven aan de vorming van het nationale inkomen meewerken. Het percentage werkende gehuw de vrouwen in Nederland is in ver houding met andere landen laag. De bevolkingsaanwas is hier sterk en er is dus een groot aantal kinderen, dat niet meewerkt. Het aantal ouden van dagen is groot omdat ons sterf tecijfer zo laag is. Daarnaast be schikken onze buurvolken over rui mer natuurlijke hulpbronnen. Ten slotte kan b.v. een verschil in leng te van militaire diensttijd ai spoedig van invloed zijn. In Italië bv. speelt de snelle uitbreiding van de bevol king ook een rol. Maken wij nu een vergelijking met vroeger jaren, dan zien wij wel dat Nederland bezig is de achter stand in te lopen. Wij kunnen dat vooral doen door de bouw van een hypermoderne industrie, die dus op zeer efficiënte wijze kan werken. WELVAART KAN STIJGEN Het is verheugend te constateren dat in Nederland door de vele diep teinvesteringen over weinige jaren een zeer modem industrieel appa raat zal zijn, in staat om elke con currentie het hoofd te bieden. Bo vendien is het te verwachten dat on ze voorsprong bij de snelle bevol kingsuitbreiding wel aanzienlijk zal afnemen. Ook het aantal gehuwde vrouwen in het arbeidsproces zal bij ons nog wel toenemen. Bij al deze factoren heb ben wij wenselijkheden er buiten gelaten en zuiver het oog laten val len op verwachtingen, die reëel voortspruiten uit de ontwikkeling der cijfers. Voegen wij samen met de tenden tie naar een verdergaande herverde ling van het nationale inkomen en de verwachte ontwikkeling van het inkomen per hoofd van de bevol king, dan mag hieruit worden ge concludeerd dat de welvaart in Ne derland in de eerstkomende jaren in verhouding meer kan en zal stij gen dan bij onze buurlanden. Van de praktische economische politiek zal het afhangen of wij daarbij nog in meer of mindere ma te een „goedkoopte-eiland" zullen kunnen blijven. HINDERWET Openbare kennisgeving verzoek om vergunning. Op de secretarie van de gemeente Venray ligt ter inzage een verzoek met bijdagen van het Bestuur LLTB Heide-Venray, Heidsemolen 2, om vergunning tot het oprichten van 'n benzinepompinstallatie aan de Heid semolen 2, kadastraal gemeente Ven ray, sectie D nr. 4031. Schriftelijke bezwaren tegen het verlenen van de vergunning kan eenieder gedurende tien dagen na dagtekening van deze bekendmaking inbrengen bij het gemeentebestuur, waar dit verzoek ter inzage ligt. De ingekomen bezwaarschriften worden mede ter inzage gelegd. Mondelinge bezwaren kan een ieder persoonlijk of bij gemachtigde inbrengen op een openbare zitting te houden op 6 mei 1963 om 11 uur in het gemeentehuis. Beroep tegen een beschikikng kan later o.a. slechts worden ingesteld door: a. een inwoner van een gemeen te waar deze openbare kennisgeving is geschied, mits hij in persoon of bij gemachtigde op de bovenbedoelde zitting is verschenen; b. een andere belanghebbende, mits hij binnen de gestelde termijn schriftelijk bezwaren heeft inge bracht. Venray, 22 april 1963. Burgemeester en wethouders van de gemeente Venray. Mr. M. M. L. G. M. CUSTERS, burgemeester. J. H. v. d. BOOM, loco-secretaris Wil het midden- en kleinbedrijf zich in de toekomst kunnen hand haven, dan zal het zijn kracht, meer dan tot nu toe is gebeurd, moeten zoeken in samenwerking. Samen werking op economisch terrein is mogelijk in velerlei vorm en op ver schillend terrein. Economische samenwerking moet dan ook niet beperkt blijven, tot de klassieke vormen van samenwer king, zoals inkoopcombinaties e.d., doch men zal ook moeten streven naar meer moderne uitingen van samengaan, zelfs over de branche- grenzen heen. Gelukkig zijn er al enige initiatieven genomen en zelfs gerealiseerd. Hierbij attenderen we op het winkelcentrum „De Crabbe- hof" te Dordrecht, een belangrijk initiatief van een aantal Dordtse middenstanders en op de Maat schappij tot exploitatie van het Zee bad Breskens. Breskens, dat indus trie-arm is geworden, wil door het aantreken van toeristen men is daarin al voor een goed deel ge slaagd een nieuwe bron van in komsten opbouwen. Niettegenstaande deze resultaten, menen wij er goed aan te doen, aan economische samenwerking in het midden- en kleinbedrijf enige aan dacht te besteden. Wellicht ter over tuiging van een aantal twijfelaars. Wij stellen hierbij nadrukkelijk voorop, dat wij geen enkele vorm van samenwerking in het bijzonder aanbevelen. Iedere geïnteresseerde ondernemer zal er goed aan doen, nauwgezet na te gaan, met inscha keling van deskundigen, die hij bij zijn organisatie en/of bij de rijks- middenstandsvoorlichtingsdienst kan vinden, wat in zijn geval de beste oplossing zou kunnen zijn. Uiteraard blijft nadien de verantwoordelijke beslissing altijd aan de ondernemer voorbehouden. Overwegingen met betrekking tot het geheel of gedeel telijk prijsgeven van zijn zelfstan digheid, zulen bij het nemen van een beslissing zeker een belangrijke rol moeten spelen. Wij menen, dat voor zover econo mische samenwerking leidt tot handhaving en verbetering van de positie van de middenstand in het algemeen, en van de betrokken on dernemer in het bijzonder, men po sitief kan staan tegenover economi sche samenwerking. Wij hebben eens gelezen, dat eco nomische samenwerking is begon nen in de crisistijd van de dertiger jaren. Het is dus ook hier, zoals bij zovele andere zaken, dat bijzondere (nood)-omstandigheden dwingen tot prestaties ,die voordien voor onmo gelijk werden gehouden. Er is nu weliswaar geen sprake van een crisistijd, doch wèl moet erop worden gewezen, dat de tijd van sleur en afwachten voorbij is. De middenstand zal ,door velen is daarop al gewezen, alle zeilen moe ten bijzetten, om geen terrein te verliezen. Op de ontwikkelingen in de laatste jaren behoeven we hierbij niet in te gaan. Die zijn aan iedere ondernemer, ook in het midden- en kleinbedrijf, bekend. DOEL Het doel van economische samen werking is het verkrijgen van eco nomische voordelen voor de samen werkende ondernemers. Oorspronke lijk ging het erom de concurrentie van de middenstands-ondernemers t.o.v. de ander bedrijfsvorm te be houden en/oft e versterken. Nadien werd economische samenwerking ook aangegaan, tot verbetering van de bedrijfsresultaten van de indivi duele ondernemer. Al samenwerken de, kan men grotere projecten onder handen nemen zonder dat men zijn zelfstandigheid geheel prijs geeft. HOE SAMENWERKEN? Zoals hiervoor reeds vermeld, kan er op verschillend gebied en in ve lerlei vorm worden samengewerkt. Bijvoorbeeld op het terrein van de inkoop, de verkoop, de produktie, de reclame, de financiering enz. Het zou ons te ver voeren op ieder van deze vormen uitvoerig in te gaan. Bovendien zijn er voor belangstel lende ondernemers mogelijkheden genoeg om de gewenste voorlichting te verkrijgen. In het algemeen stellen wij. dat het voor iedere ondernemer, zowel in de detailhandel als het ambacht en de dienstverlenende sector, zon der meer duidelijk moet zijn, dat samenbundeling van krachten „macht" betekent. Bij gezamenlijke massale in koop, kunnen lagere inkoopprijzen worden bedongen. Gezamenlijke re- clame-akties kunnen veel grootser worden opgezet dan individueel en daardoor meer effect sorteren. Gezamenlijk opereren maakt het mogelijk specialisten aan te trekken, waardoor meer kans op succes ont staat. Samenwerkende producenten, het is hiervoor reeds gezegd, kun nen grotere projecten onder handen nemen dan ieder van de deelnemers afzonderlijk. Een zeer belangrijke vorm van samenwerken willen wij niet on vermeld laten, nl. „bedrijfsvergelij- king". Hierbij gaat het erom, dat een aantal branchegenoten in clubver band op geregeled tijden bijeenkomt en dan bedrijfseconomische ervarin gen en cijfers uitwiselt. Zo'n discus sie is voor ieder van de deelnemers zeer leerzaam. Een conclusie mag dus zijn, dat economische samenwerking het de middenstands-ondernemers mogelijk maakt de voordelen van het groot bedrijf binnen hun bereik te bren gen, zonder verlies van de voorde len aan hun eigen bedrijfsvorm ver bonden. SAMEN WERKINGSKREDIET De rijksoverheid vindt samenwer king belangrijk. Daarom is door haar een „krediet voor economische samenwerking" in het leven geroe pen. De garantie die de overheid voor dit krediet geeft, maakt het mogelijk, dat samenwerkende onder nemers een rationelere bedrijfsopzet kunen financieren. Dit samenwer- kingskrediet kan zowel dienen voor financiering van investeringen (bv. aanschaffing van machines, uitbrei ding van bedrijfsruimte etc.) al9 voor het verstrekken van bedrijfskapi taal, (bv. ter financiering van voor raden en vorderingen). De krediet verstrekking moet in een redelijke verhouding staan tot het door de aanvragers reeds in hun onderne mingen geïnvesteerde eigen of op lange termijn aangetrokken vreemd geld. Enig kapitaal moet dus reeds ter beschikking staan, hetgeen dan kan dienen tot deelname in de fi nanciering, of tot het stellen van ze kerheid. Aan het .economisch sa- menwerkingskrediet" is geen limiet gesteld. De looptijd bedraagt maxi maal 10 jaar. De gebruikelijke de betrente en omzetprovisie worden aan de kredietnemers in rekening gebracht. Het krediet kan bij een van de kantoren van de Nederlandse Mid- denstandsbank N.V. worden aange vraagd. De gekozen vorm van sa menwerking moet tevoren door de Minister van Economische Zaken zijn goedgekeurd. Dit overzicht is niet volledig. Het bevat echter voldoende gegevens voor een eerste gedachtenbepaling. MOEDERS DAG VAN HET JAAR Zondag 12 mei is het weer Moe derdag. We zullen het de zaterdag er voor best kunnen merken. Aan vaders hand, of als het maar even kan alleen, zullen we de kleuters die dag langs de bloemenzakcn en lekkemyenwinkels zien flaneren. Met de spaarcentjes stevig in het knuistje .misschien druk delibere rend met vriendje of vriendinnetje zal na hoogst ernstig wikken en wegen de keus worden bepaald. Aan de kleuters zal het ook dit jaar niet liggen om Moederdag weer tot een hoogtijdag te maken in ons gezonde gezinsleven. Niet allemaal zullen ze iets gaan kopen. De wat grotere, handige kin deren zullen zelf iets maken voor moeder. Moeders hebben voor deze dag geen verlanglijstje. Maar och, de kinderen weten heus wel waar ze echt blij mee is. Ook kan een een voudig klein cadeautje, op een heel leuke manier versierd of verpakt worden. Zelfs een gewoon huishou delijk cadeautje wordt een apart presentje als er een fleurige, bloem rijke vresiering aan wordt beves tigd. Een kop en schotel kunnen heel gemakkelijk met bloemetjes worden opgevuld. Ook een klein schaaltje wordt met een bloemprikker, een paar voorjaarsbloempjes en waf tak jes groen, een feestelijk cadeautje. Ze willen allemaal iets voor moe der doen op die Moederdag. EN WAT MOET MOEDER DOEN? Zou het ook niet leuk zijn om moeder die dag eens helemaal niets te laten doen? Dat moeder die dag mag beginnen met uitslapen en ont bijt op bed en dat ze daarna volop de tijd krijgt zich heel op haar ge mak te kleden. Tegen de tijd dat ze beneden komt is de koffie klaar en zijn de kamers netjes opgeruimd. Met de hulp van vader kan er vast wel een gezellige eenvoudige maaltijd in elkaar worden gedraaid. Als het helemaal niet anders kan, zou moeder kunnen koken en de an deren tafeldekken en later afwassen Met al deze goede zorgen zijn moe ders blij, want heus, om moederdag te vieren hoeven er geen luxe en van zaterdag 10 mei 1913 Bij gelegenheid van de militaire oefeningen, te houden in de Peel van 30 juli tot 10 augustus, zullen aan het O verbroek en Veulen een 10-tal veldartilleristen met hunne paarden ingekwartierd worden. Van de elf leerlingen der Nor maalschool alhier, die deelnamen aan het examen voor onderwijzer te Arnhem, slaagden er twee, nl. de heren Janssen uit Merselo en Kers ten uit Maashees. De vraag naar paarden voor Duitsland, waardoor de legeruitbrei- ding voor dit jaar een tekort is van 27.000 paarden, blijkt zeer groot. Handelaars doen groote aankoo- pen tegen prijzen van 450,tot 650.per stuk. Men vindt reeds vele weilan den, welke door de emelten zijn kaal gevreten, die zich bij grote partijen in de weilanden ophouden. Men schrijft dit toe aan de verdelging der mollen, welke in de laatste herfst door de mollenvangers plaats had. 38 dienstplichtigen uit Venrty werden opgeroepen om in de a.s. zo mer onder de wapenen te komen vreselijke cadeaux gegeven te wor den. 'n Moeder begrijpt ook de goe de bedoeling van Jan, als hij met een grammofoonplaat aankomt, die hij eigenlijk zelf zo graag wil heb ben. Ze heeft toch daedlijk een ver ontschuldiging klaar voor het kind, dat het eigengemaakte cadeautje niet helemaal klaar kreeg? Degenen, die zeggen: „Och, Moe derdag, dat is een instelling van de winkeliers, daar doe ik niet aan mee", die hebben zeker ongelijk. Na tuurlijk spant de zakenman zich in deze tijd in. In verschillende bran ches is een belangrijk stuk aktivi- teit gericht op een goed verloop van deze verjaardag. Maar dat, is met Sinterklaas en Kerstmis toch ook zo? Maak er voor moeder een oer-ge- zellige dag van. Laat het haar dag zijn. Verwen en verzorg haar eens goed, de kans dat ze zich dat laat doen is er alleen die 12e mei. De laatste jaren kan men in toe nemende mate onder katholieken de verzuchting horen, dat in het ge loof vele zekerheden verdwenen zijn. Men hoort die verzuchting in vele toonaarden herhalen zoals: „alles staat op losse schroeven", „je weet niet meer waar je aan toe bent", „wat moet ik nog geloven of niet geloven". Nemen we een zeer praktisch voorbeeld. Een aantal heiligen werd van de liturgische kalender afgevoerd, om dat ze waarschijnlijk nooit bestaan hebben. Een ander voorbeeld: vroe ger waren de protestanten ketters, bezaten de katholieken alleen cie waarheid, maar tegenwoordig zijn 't mede-christenen, die een groot deel van de waarheid hebben, soms zelfs enige waarheden beter bewaard heben dan de katholieken. En wat staat er ten aanzien van bijbel en huwelijk al niet op losse schroeven! Kortom, de eenvoudige solide christen raakt de vaste koers kwijt, zijn zekerheid. Terecht sluiten voor aanstaande zielzorgers zich bij zulke uitlatingen aan, omdat zij hetzelfde bij de parochianen moeten vaststel len. Dit alles wijst erop hoe het Con cilie de Kerk aan het gisten ge bracht heeft, hoe een crisis ontstaan is, hoe vele oude zekerheden ter zij de worden gesteld als zekerheden, zonder dat daar nieuwe richtlijnen tegenover staan, om de gemeenschap houvast te schenken. Zonder te willen ontkennen, dat in derdaad heel veel stellingen .die ons als onomstotelijke waarheid zijn voorgehouden en geleerd, helemaal geen goddelijke, zelfs vaak geen menselijke of historische waarheden zijn zouden wij wel aandacht willen vragen voor hetgeen wèl als waar heid gebleven is. En dat is niet gering. Nemen wij maar eens het CREDO, door ons meestal verkort samengevat m de 12 artikelen van het geloof. Stellen wij daarnaast de zeven sacramenten, de apostolische opvolging der apos telen. Stellen wij daarnaast ook onze zending op aarde. Dit laatste voorbeeld brengt ons zelfs tot de ontdekking van nieuwe (of beter, vergeten) waarheden. Kar dinaal Suenens wilde b.v. de eerste katechismusvraag: „Waartoe zijn wij op aarde?" aldus geformuleerd zien: „Wij zijn op aarde om God te be minnen en te doen beminnen." Een ander nieuw aspect is de her ontdekking der H. Eucharistie als gemeenschapsviering en de Doop als een beleving der kerkgemeenschap. En welk een winst zit er nier in het centraal stellen van het Paasteesf, in plaats van Kerstmis? Die goede katholieken van de oude stempel lezen en horen wel van de De pers wreef zich in de handen, toen de blonde sukkelaar een maand gevangenisstraf kreeg. Na een einde loze zitting van allemaal gelijke za ken kwam daar eindelijk het ver haal van de dag te voorschijn. De ze verdachte was een keer of vier eerder veroordeeld. Tenslotte had men hem ter beschikking van de regering gesteld. Nu is het in die inrichtingen zo, dat patiënten die zich goed gedragen na verloop van tijd met proefverlof naar huis worden gestuurd. Proef verlof betekent dan, dat men hem meteen weer kan opbergen als er iets mis gaat. Zo'n proefverlof wordt dikwijls voorafgegaan door een paar proefneminkjes; korte vakanties, waarin zo'n man kans krijgt zich bij zijn omgeving aan te passen. Hij wordt dus niet op een kwade dag niet zo maar plompverloren uit de inrichting weggestuurd en in het gewone leven gezet. Deze man had met kerstmis een paar dagen vakantie gekregen. En wat deed hij in de kerstvakantie? Ging hij onder de kerstboom zitten om toepaselijke liederen te zingen en de huisgenoten te vergasten op moppen, die daar wèl kunnen wor den verteld? Neen. Hij ging er op uit .Hij leende een fiets, reed een flink eind weg, brak toen een kip penhok open en stal een half dozijn kippen. De volgende dag zat hij smullend de kerstmaaltijd te genie ten. Alle verheven gedachten wer den uitgebannen door het malse kip- peboutje. Maar de nasmaak was on prettig, want de politie kwam er achter, 't Boutje was nog niet he lemaal verteerd toen de man al weer achter de tralies van het Huis vrn Bewaring was verdwennen. U voelt wel hoe men van zoiets een leuk artikeltje kan schrijven. Zoiets van „Kaarsen op tafel, ge stolen kip op het bord." Maar het viel anders uit. De deurwaarder kende deze man van diverse beslag nemingen. „Een sukkelaar", zei hij meewarig, toen de zitting was afge lopen. „Een jongen, die zell's bij het B.L.O. niet kon meekomen. Die met vallen en opstaan door de wereld struikelde .Die trouwen ging en va der werd van twee kinderen. En die tenslotte in een inrichting werd op genomen omdat hij zich toch niet in de maatschapij konh nadhaven. Zijn vrouw bleef achter niet bei de kinderen. Een vrouw zonder strafblad, maar een, die het evenmin kon rooien in 'n samenleving, waar men bij de pinken moet zijn om er zonder kleerscheuren af te komen. In het najaar werd een van de kin deren ziek. Aanvankelijk liet het zich niet ernstig aanzien. Maar twee dagen later was het kindje in het ziekenhuis overleden. Daar kon die vrouw niet overheen. De dokter en de reclassering en iedereen bemoei de zich er mee. Daarop werd beslo ten dat men de man maar elk week end naar huis zou laten gaan. Hij was er eigenlijk nog niet aan toe. Hij was allerminst genezen, maar 't gezin was bezig kapot te gaan. Dus leek dit de enige oplossing. Met die weekends ging het wel goed. En in de kerstvakantie kreeg de man dus langer tijd om na te denken. Zevenentwintig gulden per week kreeg zijn vrouw aan onder steuning. Er moest een manteltje ko men voor het kind. Maar er was geen geld voor. Geen geld voor kle ren van zijn dochtertje? Neen. dacht de man, dat kan niet. Dan zal ik zor gen dat er geld komt. En hij ging weg en stal de kippen. De sukkel, zei de deurwaarder hoofdschuddend. En toen zat er echt geen leuk ver haal meer in. Daarom zuit u er In andere kranten weinig over lezen. «-iriaMBf De eerste indruk aanvechting der oude stellingen, welke hun zo vertrouwd waren. Maar ze hebben moeite het nieuwe het andere op te nemen. Soms zijn ze er zelf te oud voor, soms voelen ze apriori niets voor nieuwigheden; deels schuwen ze de moeite der om schakeling en deels falen mensen en middelen om het hun allemaal dui delijk te maken. Daarom is de onrust bij de gewone gelovigen geen slecht verschijnsel, waarover de leiders weer ongerust moeten zijn; het is een natuurlijke krisis, het proces der zuivering bin nen de Kerk, geleid door de H. Geest zelf.

Peel en Maas | 1963 | | pagina 5