Gehuwde vrouw en de belasting Over de Vredepeel Geestelijk artikel Overpeinzingen Denk aan de nieuwe verkeers regeling op 1 november a.s. Assurantiekantoor VENRAY /éc JULIANASINGEL 41 Vrijdag 27 oktober 1961 No. 43 Twee en tachtigste jaargang PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF NV. VENRAY WFFFUT AH VOOR VRNRAY FN OMSTRFKPN ADVERTENTIEPRIJS 8 cl per mm ABONNEMENTS- GROTESTRAAT 28 POSTBUS! TEL. 1512 GIRO 1050652 V* UUILULriU v W WIV V LilIIVM 1 L*il\ UIVIO 1 IVLtlYLrll PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (buiten Venray f 1.75) De nieuwe voorstellen van de re gering ter verlichting van de fisca le positie der gehuwde vrouw zijn over 't algemeen gunstig ontvangen. Een derde van het arbeidsinko men der gehuwde vrouw zal in het algemeen belastingvrij worden ge laten met een minimum van 500 en een maximum van 2.000 per jaar. Deze regeling zal in het jaar 1962 in werking treden, waarbij ook gedacht is aan de vrouwen, die in de onderneming van haar man wer ken. Het inkomen, dat zij verdienen, wordt in het algemeen fictief op f 2.250 gesteld, zodat zij over 750 daarvan geen inkomstenbelasting behoeven te betalen. Slechts in uitzonderingsgevallen zal de aftrek lager kunnen wor den gesteld, terwijl naar mag wor den aangenomen dat de inspectie al spoedig accoord zal gaan met die aftrek van 750. Vergelijken wij deze nieuwe voor stellen met hetgeen in het verleden al in wetsontwerpen werd neerge legd, dan valt ons op dat nu een ruimer standpunt is ingenomen en dat deze regeling ook veel doelma tiger is. Voor de Nederlandse economie èn voor de werkende gehuwde vrouw is het te hopen dat zij spoedig wordt ingevoerd. DE EERSTE DIE MET EEN VOORSTEL KWAM Oud-minister Hofstra wilde in 1958 een regeling invoeren waarbij voor gehuwde vrouwen een aftrek werd verleend van maximaal 624 per jaar, uitgaande van 3 per dag wanneer de gehuwde vrouw ten minste vier uur achtereen werk zaamheden zou hebben verricht. Ten eerste was deze regeling praktisch niet uitvoerbaar, want hoe zou men in de praktijk kunnen na gaan wanneer er vier uren achter een werd gewerkt? En wanneer dan aan de voorwaar den was voldaan, bedroeg de aftrek nog maar 3 per dag. Deze regeling liep op niets uit. Hoewel over 't algemeen de arbeid apuqej ui mhoja apAvnqag ap uba en atelier niet moet worden toe gejuicht, vraagt de arbeidsmarkt dringend om inschakeling van meer gehuwde vrouwen. Maar afgezien daarvan, werken reeds jaar en dag echtgenoten van kleine zelfstandi gen in hun winkels en bedrijven. Dit bracht minister Zijlstra er toe, het bedrag van de maximum aftrek in 1960 reeds op 1.000 voor te stel len. Nu wordt het maximum 2.000. Dit is aanvaardbaar, omdat deze som als tegenwicht kan dienen voor de kosten van huishoudelijke hulp wanneer een vrouw een volle dag taak heeft in het arbeidsproces. HET BEGIN IS ER Royaal is de regeling niet, want een vrouw moet nog 6.000 verdie nen om de maximum-aftrek te krij gen. Mogelijk kan in de toekomst nog een verdergaande concessie worden tegemoet gezien, wanneer blijkt, dat de fiscale verlichting in derdaad succes heeft door een gro tere toeloop van gehuwde vrouwe lijke arbeidskrachten. Dan zullen er tevens nog termen gevonden kun nen worden om het minimum van 500 op te trekken naar 1.000. Maar er moeten ook nog wensen blijven! Duiken we even in de praktische toepassing, dan blijkt het dat de nieuwe wet een aanzienlijke be sparing kan brengen. Een echt paar, dat tot heden samen 4.500 verdient, betaalt nu 380 in komstenbelasting als het geen kinderen heeft. Wanneer de vrouw van dit inkomen 900 voor haar rekening neemt, zullen zij samen voortaan 83 belasting kunnen sparen. Dat is een korting van ruim 20%>! Een zelfstandige met twee kinde ren, waarvan de vrouw in de zaak werkt, betaalt nu van een zuiver in komen van 7.500, een bedrag van 647 aan belasting. Na invoering van de aftrek-rege ling behoeft deze man nog 514 aan de staat over te dragen. De vermin dering bedraagt 133 of ruim 20°/o! AANZIENLIJKE VERLICHTING De gegeven voorbeelden tonen aan, dat hier voor zelfstandigen 'n aanzienlijke verlichting van belas tingdruk wordt gebracht. Deze verlichting is niet alleen al jaren nodig geweest, maar o.i. ook noodzakelijk om de economische weerbaarheid van vele dragers van eigen-risico te versterken tegen over de groeiende kracht van het grootbedrijf. De regering heeft afgezien van 'n vermindering op basis van gemaak te kosten voor huishoudelijke hulp. Daarover behoeft echter niet ge treurd te worden. Het brengt op zijn minst weer veel controlewerk zaamheden met zich. De grondgedachte van de in komstenbelasting, dat de draag kracht van een echtpaar wordt be paald door het gezamenlijke inko men van de huwelijkspartners, is niet verlaten. De juridische zelfstandigheid van de gehuwde vrouw wordt fiscaal nog niet erkend. Op de duur zal stellig wel meer in die richting wor den gedacht, maar Rome is niet op één dag gebouwd. De betere regeling van de belas tingheffing voor gehuwde vrouwen wordt doorgetrokken naar het ter rein van loonbelasting. Hier zien wij, dat de heffing aan loonbelas ting veel geringer is dan het uit eindelijk te betalen bedrag. Menig echtpaar heeft al met een zuur gezicht een definitieve aanslag inkomstenbelasting voldaan, waar op niet meer gerekend was. GROEIEND LEGER WERK WILLIGEN Per 1 januari 1962 wil de staats secretaris nu voor gehuwde vrou wen een speciaal tarief invoeren van 15°/o belasting bij wijze van voorheffing, uiteraard nadat er re kening is gehouden met aftrekpos ten. Dit zal tot gevolg hebben, dat nabetalingen nu voor 't grootste deel achterwege kunnen blijven. Door deze regeling zal het werken van de gehuwde vrouw in veel bre der kring aan populariteit kunnen winnen, omdat dan gezegd zal kun nen worden, dat hetgeen „schoon" overblijft ook inderdaad verteer baar is. De regering zal er van uitgaan, dat door de nieuwe regeling vele duizenden aan het leger van ge huwde vrouwen in het arbeidspro ces zullen worden toegevoegd. Van 1947 tot 1959 steeg dit leger van 36.000 tot 86.000. Wij hopen, dat de overheid in haar opzet zal sla gen, maar wij pleiten voor een mis lukking daarvan wanneer dit ten koste zou moeten gaan van een goede gang van zaken in vele ge zinnen. Dat is het grote gevaar, ver bonden aan de bevordering van de arbeid der gehuwde vrouw buitens huis. De nieuwe belastingregeling voor gehuwde vrouwen is een stap voor uit naar gezonder toestanden in de belastingheffing. Laat de volksvertegenwoordiging haar snel accepteren, dan kan zij bij de algehele belastingherziening in de toekomst de resultaten peilen. De punten, die nog verbetering behoe ven, kunnen dan worden herzien. In de grote landelijke illustratie Panorama, dat tegenwoordig veel aandacht schenkt aan deze streek, heeft het zoveelste verhaal gestaan over de water-miserie in de Vrede peel. Afgezien van enkele onnauwkeu righeden (want het was geen staats secretaris, die de Vredepeel in ge bruik stelde maar Z. Excellentie Mi nister Mansholt himself) krijgt de lezer in den lande het verhaal voor geschoteld, dat ons blad en vele an der bladen al tot in den treure we reldkundig hebben gemaakt. Het verhaal namelijk van het stinkende drabbige peelwater, dat mens en dier daar gebruiken moeten, wan neer niet zuivelfabriek en militairen hulp hadden geboden en nog dage lijks hulp bieden. Men hoort weer het verhaal van de flesjes met „drop-water" die weken hebben staan te stinken op de vensterbank van het schoolgebouw als overtui gend bewijs dat in letterlijk geen enkel huis van de Vredepeel goed water tet vinden is. Niet alleen goed voor te drinken, maar zelfs ondeug delijk om in te wassen of te spoe len. Inderdaad kan men sappige stuk jes schrijven over het olievlies bo ven op het water, over de de aan slag, die het nalaat in potten en pannen, over de viezigheid, die men er in ziet zweven en zo meer. We kennen ze al tot in den treure en wat erger is, de bewoners van de Vredepeel zitten er nog dagelijks mee opgescheept. Men heeft geluk kig zij het dan met kosten en moeiten goed water, zolang de militairen zo bereidwillig zijn een tankwagen te plaatsen en de zui velfabriek de melkbussen met goed water gevuld retour levertMen heeft de moed intussen opgegeven, dat het nog ooit anders wordt, of worden zal. Men weet er alles van wat het be tekent ergens achter in de wereld neergezet te worden in een zgn. nieuwe ontginning. Vergat men in de oude ontginningen, nog wel eens een behoorlijke weg aan te leggen, hier vergat men het water. Bij de miljoenen die de Vredepeel-ontgin- ning kostte kon het bedrag voor waterleiding niet af. Dat kon wel voor het vliegveld, want als daar rot-water geweest was zou de Mi nister waarschijnlijk openlijk in de Kamer geïnterpelleerd zijn en zou het een schandaal van jewelste ge geven hebben. Nu zijn 't maar bra ve boeren, die rustig dagelijks naar de tankwagen wandelen en wier vrouwen bij het vele ongemak deze water-ellende wel op de koop toe nemen. Minister Mansholt zei bij de plech tige ingebruikstelling, toen men hem zo'n bakje onder zijn neus hield, dat het een openbaar schandaal was en dat dat moest veranderen. Minis ter Mansholt vertrok met geschen ken overladen en het water bleef brak. O, er zijn nog meer Excellenties geweest, die 't verschrikkelijk naar vonden daar in die Peel. Dat was Minister Klompé, die niet gedacht had, dat zulks in deze beschaafde wereld nog mogelijk was. En staats secretaris Schmelzer, die men een flesje water achterna bracht bij een officieel bezoek aan Venray. „Ver schrikkelijk" zei hij, en dat is in tussen alweer anderhalf jaar gele den. Er hebben er meer verschrikkelijk gezegd, zelfs onze minister-presi dent, die op doortocht hier graag 'n kijkje nam en neemt, want per slot van rekening is het mede zijn werk dat hier de zaak ontgonnen is. Maar dat water Leden van Ged. Staten, leden van Provinciale Staten en andere hoog heden zijn allemaal verschrikkelijk overtuigd van de verschrikking van dit water. Er is in de Staten een re geling ontworpen met een hele lan ge en ook een hele dure naam, maar dat zou dan de redding brengen Maar dat is ook al weer maanden geleden. De ambtelijke molens werken lang zaam, zeer langzaam soms, en zeker als ze met brave boeren te doen heb ben, die geen verkeersopstoppingen veroorzaken en niet met rieken als voorheen voor hun doodgewoon recht gaan vechten. Men is 't vech ten moe daar in de Vrej, want over al waar men komt vindt men het "een openbaar schandaal dat water en zegt men dat er hoogst-dringend 'wat aan gedaan moet worden, maar het is al bijna 7 jaren geleden dat de Vreej officieel geopend werd en al die tijd gebeurt er niets Een mens laat zich een of twee keer met een kluitje in het riet stu ren, maar men moet niet aan de gang blijven Misschien dat dit zoveelste ver haal in deze grote landelijke illu stratie, misschien dat dit kanker stuk nu eindelijk eens resultaat gaat hebben. Men kan dit schandaal niet eeuwig en altijd laten voortbestaan. Men kan niet ongestraft deze men sen maar altijd opnieuw met loze beloften naar een watertank laten wandelen. Het wordt tijd, de hoogste tijd zelfs, dat men nu daden gaat stel len. Dat men deze mensen verschaft goed drinkwater en bruikbaar was water. Water wat al zovele excel lenties en ander hoogwaardigheids bekleders beloofd hebben en wat 'n einde gaat maken aan veel onnodig werk en offers. Het wordt tijd, de hoogste tijd he ren „IK WAS FIJN MIJN HANDEN IN ONSCHULD" Dank zij moderne communicatie middelen, dank zij het enorme net van kranten, persbureaux, t.v. en radiostations over de hele wereld, zijn wij vrij plotseling op de hoogte gekomen van de ellendige toestand der Kerk in heel veel z.g. katholie ke landen. De zielenood is links en rechts voor ons reëel geworden in die zin, dat wij er ons bij betrok ken voelen. Door de moderne publiciteit heb ben we kennis kunnen nemen van de noden der Kerk in Afrika, Zuid- Amerika en Azië. En om maar dich ter bij huis te blijven, wij zien ook de enorme geloofsafval in Europa als een voldongen feit. Statistieken, verschaft door we tenschappelijke bureaux, soms zelfs door bureaux, die door de Kerk worden gesteund, stellen ons in eens de beangstigende nood voor ogen. Bij dit vaststellen is er een an der facet, dat ons ongerust maakt: het opdringen van het communisme. Dit mooie woord „opdringen" lijkt ons bedriegelijk .Want het feit, dat de communistische maat- maatschappijleer door grote massa's gretig als een redding wordt aan vaard, bewijst dat de christelijke geloofs- en maatschappijleer NIET geaccepteerd is. Dat is een feit, waarover wij als christenen ons ernstig bezorgd moeten maken. Bo vendien dwingt dit feit ons te zoe ken naar de oorzaak. Ligt de oorzaak van de grote ge loofsafval, van het opdringen van het communisme, van het niet-ac- cepteren van onze oplossing mis schien bij onszelf, bij de Kerk? Als leek lig je natuurlijk altijd in een heel gevaarlijke positie, wan neer je zoudt volhouden, dat de Kerk schuld heeft door nalatigheid of door onkunde. Want als je de Kerk van fouten beticht, wordt dat gelijk gesteld hetzij met een be schuldiging aan het adres van de bisschoppen hetzij met een aantas ten van de Kerk als Onbevlekte Bruid van Christus. Deze hardnekkige, verkeerde op vatting heeft maar al te veel kerk leden (en nu is de hele gemeen schap bedoeld) ertoe gebracht, de schuld voor misstanden uitsluitend op niet-leden, op zwakke broeders, of op tegenstanders te gooien. En al te vaak nemen wij christenen dan de houding aan van: „ik was mijn handen in onschuld". Alsof de hele christenheid, van gezagsdrager tot simpele gelovige, niet uit mensen bestaat ook met fouten, stommiteiten, ellendige ka raktereigenschappen. Alsof wij niet geneigd zijn af te schuiven, het wel te geloven. Christen of niet, wij zijn allemaal liever lui dan moe, afgunstig op een ander. Daaraan verandert Doopsel, noch Vormsel, noch Priesterwijding, noch Huwelijk iets. Wij zijn de gemeenschap van zon dige mensen, wel is waar gedoopt in Christus' Bloed, maar voort- sjouwend met de last van onze on volmaaktheid. En die is niet onaanzienlijk. Derhalve: Als de Kerk ergens blijkt te falen, gaat het niet aan de schuld bij voorbaat op anderen af te schuiven. De eerste vraag is: „Wat heeft aan ons gemankeerd?" DE NIEUWE KINDERBIJSLAG Men heeft kunnen kennis nemen van een openbare brief, die de Ka tholieke Volkspartij heeft geschre ven aan de Tweede Kamerfractie betreffende de nieuwe kinderbij slagwet. Zoals men weet heeft de nieuwe minister van Sociale Zaken de kin derbijslag voor zelfstandigen nu in gebracht in een wet. Hij rtacht thans de Kamer te bewegen, dit voorstel aan te nemen en een moei lijk stuk sociale voorziening defini tief op te lossen. Het wetsontwerp zoals het er nu ligt is een monstrum, waar weinig lijn in zit en zo veel mogelijk aan zeer uiteenlopende en vaak tegen strijdige wensen tegemoet komt. Is het dan niet mooi, niet recht lijnig gedacht, het is iets. Het is zelfs zodanig in elkaar ge knutseld, dat men er bij een andere politieke constellatie, gemakkelijk stukken uit kan lichten en veran deren. Dat de K.V.P., die altijd sterk is opgekomen voor de rechten van de zelfstandigen en vooral van de kleine zelfstandigen, bezwaren heeft, is volkomen logisch. De grens naar beneden van 3.500 is te gering en de grens naar boven van 12.000 wordt door geen enkel redelijk argument aanvaard baar gemaakt Wat nu te doen? Een regeringscrisis erom wagen? Wij geloven niet dat de Katho lieke Volkspartij het in deze om standigheden op een crisis zal laten aankomen. Het beste lijkt ons, dat men ondanks de grote bezwaren, het wetsontwerp voorlopig aanvaardt, om later de uitkeringen voor de zelfstandigen te verbeteren. ONZE PRIJSBEHEERSING Het is, geloven wij, niet zo moei lijk voor de huisvrouwen aan te to nen, dat de kosten van het levens onderhoud langzaam maar zeker stijgen. Van vele kanten mag men dan aandringen op het handhaven van de prijzen, de werkgevers en mid denstanders mogen dan plechtig verzekeren, dat men zich aan een vastprijzenstelsel wil houden, de mogelijkheden om te ontsnappen zijn legio. Er wordt met de prijzen geknoeid, dat staat vast. Nu blijkt helaas, dat een aantal bedrijven als kolenhandelaren, broodbakkers, melkboeren en an deren, geen kans hebben de prijzen De verhogen, zonder dat iedereen het merkt, zonder dat ook groot alarm wordt geslagen als dit toch zou gebeuren. Deze bedrijven zijn in verzet ge komen tegen het prijsbeleid en te gen de onoprechtheid van de ge maakte afspraken. Zij hebben onthuld, dat de ware oorzaak van de prijsstijging ligt in de stijging van lonen en andere kosten. Maar omdat deze groepen de prijzen niet kunnen verhogen, raken zij in de knel, moeten zij de meerkosten der productie uit eigen zak betalen. Het is goed, dat de Katholieke Middenstand op dit euvel de aan dacht gevestigd heeft. Te duidelijk is het nu geworden, dat de opwaartse beweging van de prijzen voortduurt, terwijl men of ficieel verkondigt dat zij stabiel blijven. Er moeten andere maatregelen komen dat is nu wel duidelijk. HUURVERHOGING 1 JULI 1962 PER De minister voor de Volkshuis vesting heeft ons nu ook nog ver rast met die mededeling, dat de huurverhoging volgend jaar zal doorgaan. Echter zal dit niet in april ge schieden, maar in juli. Daardoor valt zij samen met de belastingver laging. De mededelingen van de minister zijn vaag omtrent de vraag of com pensatie in de lonen zal worden ge geven. In ieder geval zal de verho ging toch wel bijzonder zwaar drukken op de werknemers met de lagere en matige inkomens, omdat juist zij al zeer hoge huren te beta len hebben. Teleurstellend is dat de minister alleen over „hele schrijnende ge vallen" wil nadenken. Deze huurverhoging heet officieel geen verband te houden met de be lastingverlaging. Toch ziet het er naar uit alsof de regering de uit breiding van de koopkracht, die per 1 juli 1962 een feit wordt, wil afro men door de huurverhoging. Uit economisch, we zouden haast zeggen uit bijna technisch stand punt is hier iets voor te zeggen. Maar uit sociaal oogpunt zou dat onaanvaardbaar zijn. Waar is immers, dat de belasting herzieningen eigenlijk niets anders zijn dan een rechttrekken van de achterstand, die de middel-inko mens hebben opgelopen door de langzame loonstijging gepaard met een progresieve zwaardere belas tingdruk. Die is in 5 jaar tijds heel sterk geworden. De huurverhoging zoals de rege ring die aankondigt zal dus niet zonder meer aanvaard kunnen wor den. Er dienen wel degelijk com pensaties naast komen te staan. Op 1 november a.s. gaat het nieu we samenspel tussen voetgangers en rijverkeer op de voetgangersover steekplaats in. Het komt er op aan dat het rij verkeer zijn plichten ten aanzien van de overstekende voetgangers stipt nakomt, terwijl de voetgangers moeten begrijpen, dat zij van hun voorrechten op gepaste wijze ge bruik dienen te maken. De gehele regeling valt of staat met de goede wil en voortdurende attentie van beide zijden. Een voetgangersoversteekplaats wordt altijd aangegeven door zebra- strepen. Het rijverkeer moet voetgangers, die zich op een zebra bevinden, on belemmerde doorgang verlenen. Met het oog op het uitzicht mag binnen een afstand van 5 meter voor een zebra niet worden stilgestaan (behalve natuurlijk om voetgangers voorrang te verlenen!) Politie, brandweer, ziekenauto's, uitvaartstoeten en militaire-colon- nes zijn vrijgesteld van de verplich ting om voetgangers voorrang te geven. De eerste drie alleen indien ze gebruik maken van tweetonige hoorn, bel of sirene en drietonige hoorn. De voetgangers dienen bij nade ring van een tot deze categorieën behorend voertuig, de zebra te verla ten. PLICHTEN VAN DE VOET GANGERS Voetgangers, die de rijweg of een rijwielpad oversteken, dienen dit op voorzichtige wijze en zonder node loze onderbreking te doen. Zij zijn verplicht daarbij gebruik te maken van de zebra's; het is verboden om binnen 30 meter van een zebra over te steken. Binnen 30 meter van een zebra mag wel worden overgestoken om een openbaar vervoermiddel te be reiken of het dichtstbijzijnde voet- Voor al uw verzekeringen Hypotheken 4Va Auto- motor- tractor- financiering (lage rente) Nadere inlichtingen zonder verplichting, op ons kantoor en bij onze medewerkers G. KOPPENS Kruitweg 2b Venray J. HOEX Westerthienweg 15 Oostrum M. BERTRAMS Pr. Bernhardstraat 70 Vènray pad. Men mag ook binnen 30 meter van een zebra oversteken indien men om bij de zebra te komeneerst een andere straat zou moeten over steken. Voor de voetgangers betekent dit samenspel dat zij: voor het betreden van de zebra moeten stilstaan en moeten uit kijken naar links, naar rechts en weer naar links en tijdens het oversteken moeten blijven uitkij ken; er rekening mee moeten houden, dat het rijverkeer enige afstand nodig heeft om tot stilstand te kunnen komen; bij voorkeur moeten oversteken in groepen (die op de zebra goed rechts houden!); onnodig één voor één oversteken veroorzaakt node loos oponthoud; het rijverkeer op zijn tijd ook een kans moeten geven; verkeersop stoppingen zijn óók voor voetgan gers onveilig. OVERSTEKEN BIJ KRUIS PUNTEN WAAR HET VER KEER GEREGELD WORDT Indien bij een kruispunt speciale voetgangerslichten aanwezig zijn (rood stop, groen er kan wor den overgestoken), dienen voetgan gers zich daaraan te houden. Indien geen speciale voetgangers lichten aanwezig zijn, mag alleen worden overgestoken, indien het verkeer in de straat, die men wil oversteken, stil staat. Bij verkeerslichten mag men nooit „dwars door het groene licht" lopen. OVERSTEKEN BIJ AVOND Ook bij avond moet het rijver keer de voetgangers onbelemmerde doorgang verlenen. Voetgangers dienen echter te bedenken dat de zebra bij avond en zeker als de weg nat is, zeer moeilijk te zien zijn ook al zijn ze schijnbaar goed verlicht. Ook de voetgangers zelf zijn in de regel zeer slecht zichtbaar omdat hun kleding het erop vallend licht vrijwel niet reflecteert. (Overigens, hoe lichter de kleding hoe beter). Het kan dus bijzonder gevaarlijk zijn bij avond zonder meer van zijn rechten gebruik te maken. Voetganger, overtuig u ervan of een naderend voertuig aanstalten maakt om u doorgang te verlenen. Steek in geval van twijfel NIET over. U kunt beter wat langer wachten om alle risico's te vermij den. NIEUWS UIT VENRAY EN OMGEVING Zondagsdienst huisartsen Vanaf zaterdagmiddag 4 uur tot maandagmorgen 8 uur, wordt de praktijk der huisartsen voor Venray e.o. waargenomen door Dr. VAN THIEL Patersstraat 30 Telefoon 1887 Uitsluitend voor spoedgevallen 1 GROENE KRUIS Donderdag a.s.: Zuigelingen-bureau voor de Kom. ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS Zr. Janssen, Kard. van Rossum- straat 4, tel. 1504. ZIEKENAUTO bel 04780-1592 b.g.g. 2116 BEKENDMAKING Burgemeester en wethouders van Venray maken bekend, dat op 2 ok tober 1961 is ingekomen een verzoek van Johannes Wilhelmus van Dijk, wonende te Oostrum-Venray, Mgr. Hansenstraat 29, om een tapvergun- ning voor de rechterbenedenvoor kamer groot 68.76 m2, van het pand Mgr. Hansenstraat 29;

Peel en Maas | 1961 | | pagina 1