Yenrays jeugd danst...!
Ontwikkeling en
ontspanning in Venray
Politierechter
Uit Peel en Haas
Geestelijk artikel
Ingezonden
Vrijdag 20 oktober 1961 No. 42
Twee en tachtigste jaargang
PEEL EN MAAS
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 1050652 WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN 'E.'Z
ABONNEMENT» -
(buiten Venray 1.75)
Een, twee, drieBeter aansluiten dames
Jeanne van Rooy, de bekende danslerares, leidt met vaste band
de eerste schreden van de dansleerlingen op het parket van
Prinsenhof
Het is er druk in deze stemmingsvolle zaal en het is opmerkelijk
hoeveel meisjes de kans aangrijpen om via deze door het ouder
comité geschapen mogelijkheid, goed dansen te leren.
Men kan het aan de inschrijftafel niet af, zoveel liefhebbers zijn
er
Een, twee, drie
Terwijl de danslerares haar aan
wijzingen geeft, peinst men over dit
alles even na
Het was in 1939 dat voor het eerst
in Venrays geschiedenis er behalve
op de kermisdagen ook nog op een
andere tijd gedanst mocht worden
nl. met de vastelaovend. Een ge
beurtenis, die alleen de moeite
waard scheen om vastelaovend ge
organiseerd te vieren.
De 5 oorlogsjaren daarna deden
dat alles weer teniet en het was
1946 voordat er en met de kermis en
met vastelaovendmaandag en -dins
dag weer gedanst kon worden.
Voordien moest de jeugd maar
zien dat ze dansen leerde. Hier of
daar op een schuur, hier of daar op
een kermis achteraf. Slechts een
enkeling had de euvele moed een
cursus te gaan volgen in Boxmeer
of in Venlo.
Dat dansen werd feitelijk be
schouwd als' n noodzakelijk kwaad,
De overheid moest de oude traditie
van het kermis-dansen handhaven,
daar kon ze moeilijk onderuit, maar
meer gelegenheid tot dansen geven
was taboeWaarom kon feitelijk
niemand zeggen. Zelfs mijnheer
pastoor niet, die feitelijk traditie
getrouw tegen dansen moest zijn en
het dus ook dikwijls was.
Zeker zijn verschillende dingen, die
tegen dansen pleitten.
Overvolle tenten, waar ook nog
flink gedronken werd. Weinig be
grip van de schoonheid van de dans,
die dikwijls door de jongelui alleen
gezien werd als een manier om eens
bij elkaar te kunnen komen en te
zijn. en niet te vergeten de terug
weg naar huis, die dikwijls veel
langer duurde, dan strikt noodza
kelijk was.
NA DE OORLOG
beleefden we een uitbarsting van
danswoede, alsof de hele jeugd 5
jaren in wilde halen. Het feit, dat
de bevrijders er ook zo over dachten
was er oorzaak van dat er
plotseling veel meer gedanst werd
dan vroeger.
Toen er weer wat meer normale tij
den waren aangebroken hadden de-
trokken autoriten handenvol werk
om de teugels weer wat strakker
aan te halen. Dat bleek echter niet
zo heel gemakkelijk.
De jeugd had de dans leren ken
nen als een zeer gewilde ontspan
ningsmogelijkheid en had, door wat
voor oorzaken ook, begrepen, dat
dansen ook iets fraais, iets moois
kan zijn, dat vooral de jeugd aan
spreekt
En zo zagen we telkens opnieuw
pogingen om nog meer dansen te
krijgen dan alleen met een kermis
en met een vastelaovend. Welnu, we
weten allen, dat dit zij het lang
zamerhand gelukt is.
De dansvrijheid kwam er en
maakte meteen een einde aan de
danswoede. De overheid vierde lang
zaam maar zeker de teugels en de
jeugd profiteerde hiervan
CURSUS
Aanvankelijk nog op de oude
wijze. Men moest hier of daar maar
eens een partner vinden, die zijn te
nen wou riskeren om je de eerste
grondbeginselen bij te brengen en
dan was men klaar.
Het is echter veelzeggend dat een
jeugdcomité in 1953 al zag, dat wil
de men het dansen tot een werke-
lijg degelijk goed amusement hou
den, dat er dan een behoorlijke op
leiding noodzakelijk was en is
Zij hebben de spits afgebeten en
zijn er in geslaagd inderdaad in
Venray een danscursus te organise
ren, die van het begin af aan grote
belangstelling kreeg. De jeugd wilde
dansen en wat meer zegt, wilde
goed dansen.
Zo zijn die jaarlijkse cursussen
uitgegroeid tot een traditie, die
ieder jaar opnieuw vele jeugdigen
trekt
We geloven dat hiermede een best
initiatief is genomen. Een initiatief,
waar jong en oud op velerlei ter
rein voordelen aan heeft.
Want men komt het nog te veel
tegen in onze dansgelegenheden, dat
de jongelui niet alleen niet kunnen
dansen (al probeert men dat wel te
verbergen achter swingen enz. enz.)
maar dat ze zelfs de meest elemen
taire fatsoensregels niet in acht ne
men. Dikwijls alleen omdat ze ze
niet kennen.
De keren dat een meisje ten dans
genodigd wordt met een priemende
wijsvinger en de uitroep: Heéj geéj,
komen nog al eens voor
Over het dansen zelf zullen we
dan maar niet praten. In deze cur
sussen wordt ook daaraan alle aan
dacht besteed en weet zowel de jon
gen als het meisje hoe het hoort
voor na en onder het dansen
Ja, dat dansenWie de jeugd
bezig ziet in alle ijver en toewij
ding de eerste foxtrot-pasjes te
leren, vraagt zich af of ze het vol
zullen houden en niet van verveling
gaan rennen. Want ze hebben alle
maal al eens een keer gedanst. Stie-
kum of thuis en gewoonlijk hebben
ze het dan ook nog verkeerd aange
leerd ook. Dat moet er eerst weer
uit voor men verder kan
Maar wie een paar maanden la
ter terugkomt en deze leerlingen
niet alleen de fox-trot, maar ook de
wals, de engelse wals, de mambo,
de cha-cha-cha, calypso en natuur
lijk de tango ziet dansen, die merkt,
dat ze volgehouden hebben. En die
merkt ook, dat aan zijn eigen er
gens geleerde danspassen nog
wel het een en ander ontbreekt.
Vorig jaar is er een amateur-test
geweest, waarop men diploma
dansen ook in fox-trot,tango en
Engelse wals. Dat was een plezier
om die leerlingen bezig te zien en
heden ten dage haalt men ze in
iedere dansgelegenheid zo uit al
die dansers. Ze vallen op door hun
beschaafd en sierlijk dansen....
DE OUDE DANSEN
Men kan het betreuren, dat zij
geen polka's mazurka's meer leren,
de dansen van vroeger. Maar de
nieuwe tijd vraagt andere dansen
en zij zijn mits goed gedanst
ook voor ouderen best om aan te
zien en zelfs om ze zelf te dansen.
De cursus, die men eenmaal eens
gehouden heeft voor gehuwden was
een groot succes en velen betreuren
het, dat men met deze cursus niet
is doorgegaan.
Gelukkig wordt op deze cursus
geen swing geleerd of wat daar
voor door moet gaan. Dit noemen
wij beslist geen dansen meer,
maar een soort rugby, wat geen
enkele dansliefhebber bevredigen
zal en wat bovendien o.i. ook de
zo nodige feestelijke stemming op
iedere dansvloer kapot rabouwt.
15-JARIGEN
Dan hebben verschillende oude
ren met enige verbazing in ons blad
kunn enlezen, dat voor de nieuwe
cursus ook 15-jarigen deel kunnen
nemen.
Met de leeftijdsgrens van 18 jaren
is men al een beetje aan het smok
kelen geweest met de Instuif, die
ook voor 17-jarigen in hun bals het
dansen mogelijk maken. Maar nu
zijn dan zelfs de meisjes van 15 ja
ren aan de beurt. „Waar moet dat
naar toezo vraagt menig
ouder zich af.
Het oudercomité van onze ver
kenners, da sinds enkele jaren de
organisatie van deze danscursus-
sen van de jeugdverenigingen heeft
overgenomen, heeft een dergelijk
besluit natuurlijk niet zonder meer
genomen. Daar is het nodige over
leg over geweest en men kan hun
argumenten billijken.
Het is een bekend feit, dat meis
jes eerder „rijp" zijn voor het dan
sen als jongens.
Terwijl de 15-jarige jongen nog in
de verste verte niet aan dansen
denkt smokkelt zich een 15-jarig
meisje nog wel eens een dansgele
genheid binnen.
Het is algemeen bekend, dat de
keren, dat er dansen is nog al heel
wat 15-jarigen ergens binnen zitten.
Ze horen echter in een dansgele
genheid niet thuis. Al hebben ze
nog zo'n zin in dansen, het leeftijds
verschil is nog te groot en terecht
worden ze, als ze gesnapt worden,
op straat gezet.
Bij de nieuwe danscursus-opgave,
die vanaf 16 jaren geldt, bleek ook
weer dat zich verschillende 15^-ja-
rigen onder de meer dan 200opgaven
hadden gesmokkeld. Kinderen dus,
die van hun ouders verlof gekregen
hadden om de cursus te volgen
Men heeft toen eens zijn licht op
gestoken in andere plaatsen endaar
bleek het helemaal niet vreemd te
zijn, dat voor 15-jarige meisjes
danscursussen worden georgani
seerd.
Het oudercomité is met al die ge
gevens eens ter bevoegder plaatse
gaan praten en de gevolgen kent
men; ook Venray heeft zijn dans
cursus voor 15-jarige meisjes.
Men kan deze meisjes echter niet
leren dansen, zonder het geleerde1
in praktijk te brengen. Welnu ook
hiervoor is gezorgd. Iedere maand
zal apart voor deze meisjes een
bal worden georganiseerd, dat on
der leiding staat van het ouder
comité dat hiervoor de verant
woordelijkheid draagt
Zo groeit Venray ook wat dansen
betreftde tijd lijkt ons niet
meer veraf, dat zelfs met een
Verschillende plaatsen in onze buurt hebben hun culturele win-
terprogramma's bekend gemaakt. Programma's die terecht de
aandachtt vragen omdat zij toneelstuukken brengen door goede
en bekende gezelschappen, deskundige sprekers laten horen en
een goed orkest laten optreden. Oploo, Deume, Boxmeer, Horst,
Cuyckhet zijn zo maar wat namen uit een veelheid, die ver
rassend is.
Niet ontkend kan worden, dat
Venray hierbij maar een zeer po
vere indruk maakt. Zo zij al indruk
maakt is het omdat een enkel kerk
dorp toch de moed heeft opgebracht
om voor eigen plaats en eigen om
geving een cultureel winterpro-
gramma op stapel te zetten, toch
aandacht verdient.
Maar over het algemeen gespro
ken, moet men ervaren, dat Venray
schijnbaar het moede hoofd in de
schoot heeft gelegd en er verder
voor past op cultureel gebied ook
nog maar iets te organiseren.
HOE KOMT DAT
Het antwoord op die vragen is te
vinden in de teleurstelling, die men
enkele jaren geleden heeft opge
daan.
Er was een O. en O. dat jarenlang
een grote rol heeft gespeeld in het
winterprogramma van onze ge
meente.
Maar de groei van Venray was
niet evenredig met de groei van dit
O. en O. Integendeel zelfs. Hoe gro
ter Venray werd, des te minder ani
mo was er bij de ingezetenen om lid
te worden van deze organisatie, die
als doelstelling had het culturele
leven van Venray op hoger plan te
brengen.
De belangstelling werd minder,
ondanks het feit, dat ieder lid een
grote zeggenschap had in de samen
stelling van het programma en on
danks het feit, dat we hier alleen
practisch le rangs artiesten en spre
kers zagen optreden
Aan de prijs kan het niet gelegen
hebben, want voor een tientje per
seizoen kreeg men 5-6 avonden aan
geboden.
Waaraan dan wel. Men zocht de
schuld bij radio en televisie, bij het
pocketboek en de betere verbindin
gen naar elders, die schouwburgen
concerten en andere culturele
evenementen niet meer zo onbereik
baar maken als voor 50 jaren terug.
Maar wat er van zij, op een gege
ven ogenblik is O. en O. zo niet ter
ziele dan toch wel te rusten gegaan.
En van deze rust is ze nog nimmer
teruggekeerd
Ze werkt bij de jeugd, waavoorze
schoolconcerten verzorgt, om zo via
de opgroeiende jeugd later weer
beter contact te krijgen met de
ouderen.
Een moeilijke en lange opgave,
waarvan de resultaten gezien de be
langstelling nu wel de moeite waard
is, maar nog afgewacht moet wor
den of ze ook later resultaat zal
hebben
EIGEN GEZELSCHAPPEN
Trouwens ook onze eigen toneel
clubs, harmonieën, fanfares en mu
ziekgezelschappen de culturele
verenigingen van onze gemeente
zijn bepaald niet tevreden over de
belangstelling die zij krijgen.
Ligt het op de kerkdorpen nog
iets gunstiger dan in het centrum,
over het algemeen wordt geklaagd.
Geklaagd over daadwerkelijke hulp,
over actief meedoen en over de be
langstelling.
Met veel ijver en toewijding werkt
men in deze verenigingen aan een
rechtstreekse deelname aan onze
cultuur, maar het aantal is te klein,
de belangstelling dikwijls te gering.
Dat animeert natuurlijk niet, te
meer waar juist zij, die hierbij van
wege hun opvoeding of plaats in de
samenleving een voorbeeld moeten
geven, al te dikwijls schitteren door
afwezigheid
Nu is het zeker waar, dat de mo
gelijkheden dikwijls o.a. door zaal
gebrek beperkt zijn, maar zelfs
daar, waar die volop aanwezig is,
komen ook klachten.
Radio, televisie en film maken het
publiek zo verwend, dat men deze
culturele bedrijvigheid niet zelden
onvoldoende waardeert.
NIET HOOPVOL
Dit alles geeft bepaald geen hoop
vol beeld, voor een toekomst, waar
in we hopenlijk eens de trotse be-
maandbal niet meer wordt volstaan.
Er is dus in de afgelopen jaren
ook op dit terrein veel verandert.
Maar het feit dat al die jaren door
meer dan 150-200 jonge mensen zich
opgaven voor iedere danscursus, be
wijst toch wel dat de jeugd dit dan
sen als een beschaafd en fijn amu
sement en ontspanning wil houden.
En dat geeft ook die burger mped,
die vreest, dat door al deze dans
partijen voor het overige vereni
gingsleven tijd noch belangstelling
meer overblijft
zitters zullen zijn van een cultu
reel centrum.
Dat het anders kan is in het ver
leden gebleken toen O. en O. volle
zalen wisten te trekken en onze
eigen culturele verenigingen geen
reden tot klagen hadden.
Dat het anders kan bewijzen ook
de programma's die andere plaatsen
in onze eigen omgeving thans weer
aankondigen.
Voor dit seizoen is het al weer
veel te laat, maar desondanks kan
alsnog gepoogd worden om iets te
bereiken.
Men zal alles in het werk moeten
stellen om de verflauwde belang
stelling weer te doen opleven. Alles
moeten doen om de wagen, die in
het zand is blijven steken, weer op
gang te brengen. Oi.. zijn de moge
lijkheden daartoe niet uitgeput
Wat onze eigen culturele vereni
gingen berteft, geloven we dat veel
gedaan kan worden met het komen
de nieuwe subsidie-beleid.
Het bedrag wat de gemeente Ven
ray geeft aan ons eigen cultureel
leven in de vorm van subsidies
geeft, is beslist niet weinig.
Er wordt steun gegeven aan onze
muziekgezelschappen, die op hun
beurt weer met opbare concerten,
die steun tot gelding brengen.
Er wordt steun gegeven aan onze
koren en aan een bepaalde toneel
vereniging. Maar anderen zijn uit
gesloten.
Geven muziekgezelschappen, ko
ren of toneelclubs een uitvoering
dan gaat een deel van de verdiens
ten terug naar de gemeente via de
vermakelijkheidsbelasting.
Hier zit o.i. een tegenspraak in.
Al te dikwijls zijn deze culturele
verenigingen met deze subsidies al
te weinig gebaat. We krijgen dan
fancy-fairs, loterijen en andere ac
ties om geld binnen te krijgen.
Met dit geld zal iedere vereniging
pogen om iets extra's te brengen,
om iets te brengen, dat het door te
levisie en andere communicatie
middelen verwende publiek, toch
naar de uitvoering trekt. Maar een
deel van de zo nodige opbrengst
wordt afgeroomd door de vermake
lijkheidsbelasting, die op zijn beurt
weer niet geheven wordt van een
z.g. culturele film
-aapuo qCqiaoui .xaaz uaa si
werp, maar wat op andere plaatsen
kan, moet ook hier kunnen. Willen
we een actief cultureel leven in
onze gemeente, dan moeten we die
paar mensen, die hier hun kostbare
tijd en moeite aan geven, ook daad
werkelijk als gemeenschap steunen.
Als in een gemeente als Deurne
plannen worden beraamd om te ko
men tot een culturele prijs van be
duiding voor die plaatselijke cultu
rele vereniging, die de beste presta
tie in een bepaald jaar levert, dan
blijkt, dat men op andere plaatsen
dit onderwerp niet zo maar langs
zich neer legt, maar actief poogt om
hier een bevredigende oplossing te
brengen.
Nu men in Venray de subsidie
kwestie weer ter sprake brengt, kan
meteen eens bekeken worden of
hierin niet voor een deel de oplos
sing ligt van vele moeilijkheden.
En daarbij zal o.i. ook de verma
kelijkheidsbelasting-verordening in
dit opzicht ook onder de loupe ge
nomen worden
Van het publiek kan en mag ver
wacht worden, dat ook zij meer be
langstelling op weet te brengen
voor dit cultureel gebeuren, al ver
helen we niet, dat ook hiervoor nog
veel, veel werk verzet moet worden.
GEEN TE HOOP GEDREVEN
KUDDE, NOCH MET LEGE
HANDEN
Een paar weken geleden heeft 'n
regent van een seminarie het woord
gevoerd op een vergadering van de
Nederlandse Bond voor Sexuele
Hervorming, die vroeger meer be
kend en berucht was als de Neo-
malthusiaanse Bond.
Die priester sprak daan nota bene
ter gelegenheid van een vrij onbe
nullig jubileum, nl. het 15-jarig be
staan.
Voor de oorlog was zo iets on
denkbaar. Stelt u voor: een katho
liek priester zou op een vergadering
spreken van zulk een duivelse or
ganisatie.
Wat is er dan toch in ons en rond
ons veranderd, dat zulke dingen nu
wel mogelijk zijn?
Vooreerst is er in onze eigen ka
tholieke wereld een veel grotere
openheid ontstaan, iets waarop het
Mandement van 1954 heel duidelijk
heeft aangedrongen. Wij hebben de
vensters naar buiten wijder open
gegooid.
Het onmiddellijke voordeel daar
van is geweest, dat wij twee din
gen hebben leren zien: ten eerste,
dat de niet-christen toch niet zo'n
boosaardig mens is als men hem ons
vaak uit angst afschilderde en ten
tweede, dat wij christen of geen
christen, mensen zijn op-zoek.
Op zoek naar wat?
Naar het geluk, naar het juiste
handelen?
Zelfs naar het goddelijke.
Er is een tweede ding grondig
aan ons veranderd. Wij hebben als
christenen en als katholieken er
eindelijk lucht van gekregen, dat
we in de wereld van vandaag niet
als een te hoop gedreven kudde
schapen zijn gesteld, maar als een
stuk gist, als een vat zout.
Met dat gist en met dat zout moet
iets gedaan worden in de wereld, in
de wereld van vandaag en in die
van morgen.
Wij staan in deze wereld niet als
mensen met lege briefjes, maar met
een welomschreven opdracht. En
wel zo, dat ons te zijner tijd ook re
kenschap van ons doen en laten zal
worden gevraagd, vooral hoe we die
opdracht vervuld hebben.
Wat we op onze schouders gelegd
gekregen hebben is: gestalte te ge
ven aan de wereld van nu, vooral
de jeugd, dus aan de wereld van
morgen.
Niemand moet zich er dus over
verwonderen, dat een priester zich
op een vergadering van een Bond
voor Sexuele Hervormingen ver
toont.
Het is juist gewoon, dat hij daar
mensen, die met ons zoeken naar 't
goede, die waarschijnlijk de zaak
bij het verkeerde eind hebben en
toch ook niet helemaal ermee tevre
den zijn, eens vertelt van onze op
vatting. En die ook bekent, dat wij
katholieken de zaken ook wel eens
scheefgetrokken hebben. Maar die
vooral onze opvatting uiteenzet.
Onze opvatting? Het is die van de
Kerk, welke van Christus de waar
heid ontvangen heeft.
Men moet het nu ook spoedig heel
gewoon gaan vinden, dat overal
waar de niet-christelijke en niet-
katholieke wereld beraadslaagt over
eigentijdse vraagstukken, niet al
leen de priester, maar ook de leek
„getuigt".
De keerzijde van deze tijd immers
is, dat wij naar een getuigend ge
loof uitgroeien.
Daar zaten ze, de beide mannen,
rustig en gezellig bij hun zoveelste
glaasje. De gezelligheid was eigen
lijk de oorzaak van alles.
Daardoor waren ze in het café
blijven plakken, terwijl de ene bor
rel de andere volgde.
Zoals het in zo'n geval gebruike
lijk is, begon het in hun hoofden
wat wazig te worden en met schrik
telden ze de streepjes op het bier
viltje.
Achter op een enveloppe bereken
den ze hoeveel ze zouden moeten
betalen. Een tikkeltje ontnuchterd,
beseften ze, dat ze meer geconsu
meerd hadden dan het kapitaal in
de gezamenlijke portemonnees be
droeg.
Nuchtere mannen zouden naar de
caféhouder zijn gegaan om dat
ronduit te bekennen. Maar deze
mannen waren niet nuchter. Zij wa
ren net in die toestand waarin de
mens zich verbeeldt buitengewoon
sluw en helder te kunnen denken.
En dat is hun noodlot geworden.
Zij besloten een uitvlucht te be
denken om zonder betaling weg te
kunnen komen. Als die smoes goed
was, dachten ze, was alles in orde.
Ze bestelden er nog maar een van
wege het lumineuze idee, en ook om
de fantasie wat aan het werk te
zetten.
Een goed verhaal is goud waard!
Maar hoe kom je op hei juiste tijd
stip aan het juiste smoesje? Dat is
het probleem.
Om beurten deden de beide man
nen een voorstel. Tot ze op het de
finitieve plan kwamen, dat de op
lossing zou moeten brengen. Ze be
sloten ruzie te gaan maken samen.
Dan zouden ze allerlei bedreigingen
aan elkanders adres uitend naar
buiten gaan. En buiten zouden ze de
fiets pakken en naar huis peddelen.
Om alles vlot te laten verlopen,
bestelden ze er nog eentje. En on
dertussen begonnen ze luidkeels te
gen elkaar te schelden, zodat ze de
aandacht van de overige cafébezoe
kers trokken. Tenslotte riep de een:
,Dat laat ik me niet zeggen! Kom
maar eens mee naar buiten als je
durft. Dan zullen we eens even af
rekenen!"
Aldus draafden de vrienden tie
rend achtetr elkaar aan naar buiten.
Maar niet om af te rekenen.
Zij hadden hun rol echter zo na
tuurlijk gespeeld, dat de caféhouder
en de andere bezoekers ongerust
mee gingen. En ook de buurtbewo
ners gingen zich er mee bemoeien.
Van op de fiets kon geen sprake
zijn. Hoe graag de mannen het ook
gewild hadden. Ze hadden hun spel
iets te echt gespeeld. Er zat dus
niets anders op, dan ten aanschou-
we van de toegestroomde massa met
elkaar op de vuist te gaan.
Buurtgenoten kwamen de vech
tenden scheiden. Maar zij deden
hun vredelievende plicht wel wat te
hardhandig, waardoor de vrienden
echt gebelgd raakten.
De aanvankelijk schertsend be
doelde klappengeverij werd nu in
het ernstige genre voortgezet, met
als gevolg, dat enkele behulpzame
vredestichters met een gezwollen
oog huiswaarts keerden.
In de verwarring van het moment
heeft de caféhouder werkelijk ver
geten naar het geld van de borrels
te vragen.
Wat dat betreft was de list gelukt,
maar wegens mishandeling moesten
de vrienden enige tientjes boete be
talen, waardoor het nog een dure
avond werd, duurder dan de reke
ning van de caféhouder geweest zou
zijn
VERLICHTING TE LEUNEN
Behalve de geboren en getogen
bewoner van Leunen, zal iedereen
zich verheugen over de nieuwe ver
lichting vanaf 't kruispunt Deurne-
seweg-Leunseweg tot de kom van
Leunen.
Is het niet jammer, dat men niet
meteen deze verlichting doortrekt
tot aan het nieuwe kruispunt met
de Veulenseweg?
Het klinkt misschien wat begerig,
maar tot daar is nog altijd een be
hoorlijke bebouwing om van de
bochten maar niet te spreken, ter
wijl men nu toch eenmaal aan het
werk is.
H.W.
Redactie: In de laatste raadsver
gadering is duidelijk gesteld gewor
den, dat de Commissie van Open
bare Werken, die zulke uitbreidin
gen te beoordelen krijgt, deze wens
ook had, maar dat die jammer ge
noeg niet door de PLEM vervuld
kon worden.
Voor de heer Ponjee was zulks
nog aanleiding te zeggen, dat B. en
W. dit toch ook hadden moeten zien
en reeds bij de eerste besprekingen
bij de PLEM naar voren hadden
moeten brengen. Toen het bij de
Commissie kwam, was het te laat.
Hier had eerder overleg moeten
plaats hebbenWe geloven dat
dit duidelijk genoeg is.
De PLEM deelde desgevraagd
mee, dat een en ander verband
houdt met kabelaanleg en transfor
mators en wat dies meer zij
van 11 oktober 1911
Volgende week zondagavond
zal alhier in de St. Petrus Banden
de hernieuwing der Missie geopend
worden.
Op de maandag gehouden vee
markt was de handel in biggen
slecht. Men betaalde slechts van 3
tot 5 gulden per stuk en de aanvoer
werd lang niet verkocht.
Uit het jaarverslag van het zie
kenfonds „St. Ludovicus" bleek dat
deze thans in kas heeft de som van
1.060.
De dief, die „in de gauwigheid"
tussen 12-1 uur vier offerbussen
forceerde in de kapel te Oostrum, is
wel onvoldaan heengegaan, want al
deze bussen waren net daags te vo
ren gelicht.
Zondagmiddag om half 2 daal
de Oirlo een luchtballon neer, be
mand met drie leden der vereniging
voor luchtscheepvaart te Essen. Zij
hadden een hoogte van 2000 m. be
reikt en waren om 11 uur te Gelsen-
kerchen opgestegen.
Wekelijks worden te Oeffeit
grote partijen rund- en varkens
vlees naar Zwitserland verzonden.
Verleden week werden daar 1174
stuks varkens en koeien geslacht.
In de week van 13 tot 20 okto
ber 1911 zijn geboren: Johannes W.
M. van de Pasch; Maria P. Relouw;
Hubertus W. Buissen; Peter J.L.
van Rijswijck.
van 31 oktober 1936
Bouwvergunning werd ver
leend aan M.A. Vervoort te Oirlo,
tot het bouwen van een woonhuis
aldaar en aan de Eerw. Broeders
van Liefde tot het bouwen van een
transformatiehuisje aan de Wans-
sumseweg.
Het St. Antonius-patronaat, dat
vanaf de oprichting in 1912 onder
directie stond van de Eerw. Paters,
is thans officieel overgegaan aan de
parochie. Het Directeurschap zal nu
worden waargenomen door kape
laan Kuepers.
Aanbesteed werd het timmer
werk van een dubbele woning voor
M. Arts, Maashezerweg. Er waren