Venrays bosbezii een
rijkdom
Gemeenteraad op excursie
Kapelaan van Leipsig pastoor
Wet op bestrij-
dingsmidden
Brandgevaar
SPORT
Ih^van Thiel, arts
X
Vrijdag 8 september 1961 No. 36
Twee en tachtigste jaargang
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE VAN DEN MUNCKHOF N.V. VENRAY WFFKRI AH VOflR VFNRAY FN HM^TRFIfFN ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per mm.
GROTESTRAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIRO 150652 VY CtlwllOL/iU V UUA V EtllixH I EriY UiVlO 1 I\EtlVlwil PRIJS PER KWARTAAL 1.50 (bu
ABONNEMENTS-
(buiten Venray 1.75)
„Motdikke wat is 't waermzei de nestor van de raad, de
heer Steeghs, toen de raad en zijn gasten zaterdag j.l. op excur
sie waren in Venrays gemeentebossen. En inderdaad de zon blik
kerde fel aan een blauwe hemel, alsof ze de schade van een
verregende vacantie ineens in wou halen. Maar onverdroten lie
ten de raadsleden zich leiden door de bosbouwkundig hoofd
ambtenaar bij 't Staatsbosbeheer de heer Goossens, die de heren
een goed overzicht gaf van Venrays bosbezit en wat er zo al ge
daan wordt om dit in stand te houden
GESCHIEDENIS
Er zijn zo'n 50 jaren voorbij sinds
onze gemeente besloot de z.g. slech
tere gronden te gaan bebossen.
Dat vond feitelijk zijn oorzaak in
een nieuwe rijksregeling, die het
mogelijk maakte om met renteloze
voorschotten van het Rijk ook ge
meentelijk bosbezit te vergroten of
op te zetten.
De Wethouder uit die dagen Hu-
bert Janssen, zag in deze rijksrege
ling een goede kans slechte stuk
ken grond uiteindelijk toch nog pro
ductief te maken en heeft toen alles
op alles gezet om ook in Venray
van gemeentewege tot bebossing te
komen.
Op het Vlakwater en de Ende
poel had de gemeente al wat bos
sen, maar de nieuwe Rijksregeling,
die mede moest zorgen, dat Neder
land zelf meer mijnhout zou gaan
produceren, gaf Venray grote kan
sen.
Inderdaad werd toen een contract
getekend voor de eerste 400 ha, die
dan later zouden uitgroeien tot de
1200 ha van vandaag aan de dag.
Venray heeft bijna 10% van zijn
grondgebied, ofwel 1431 ha, als
bos of voor'bos bestemd. Hiervan
zijn ruim 1203 ha bebost, 100 ha
is nog woeste grond (o.a. Paarde-
kop in Ysselsteyn), 45 ha is na
tuurterrein (Boshuizen en Vrede-
peel) en tenslotte zijn er 83 ha
boswegen.
Van de eerste bossen, die hoofd
zakelijk bestaan uit de grove den,
vinden we nog stukken nabij het
Zwartwater en de Ballonzuil.
Er is sinds die 50 jaren heel wat
veranderd. In menig opzicht. De op
excursie zijnde raadsleden hebben
dat met eigen ogen kunnen zien en
ook degenen, die deze unieke stuk
ken natuurschoon eens op hun ge
mak bekijken, hebben ervaren, dat
de bosbouw van nu wel heel wat
verschilt met die van 1910.
HOUTWINNING
Toen stond voorop de houtwin
ning. Een wereldoorlog was drei
gend en Nederland moest zorgen,
'dat het zich zelf onafhankelijk kon
maken, wat het mijnhout betreft.
Er werd dus met alle macht ge
streefd naar hout. Maar op de
slechte grond zo meende men
maar een boomsoort en dat was de
grove den.
Nu is dat op zich nog een betrek
kelijk goede boom, mits men zaad
betrekt van goede moederbomen,
zaad ook, dat tegen de nukken van
ons Nederlands klimaat kan.
Daar werd toendertijd echter niet
zo streng naar gekeken en kan het
gebeuren, dat men nu langs de nieu
wen Midden Peelweg door bossen
rijdt, die er nu niet bepaald „den
derend" bijstaan.
Ze zijn afkomstig van een partij
goedkoop Frans zaad, dat echter
tegen ons klimaat niet kon en
waarvan de afstamming een raad
sel was.
Men is later een heel stuk voor
zichtiger geworden, terwijl vlak
voor de laatste oorlog ook de eerste
proeven met andere boomsoorten
genomen werden.
Toen werden de corsikaanse den
geplant, 'n veel zwaardere en dich
tere boom, die veel rechter is dan
de grove den en bovendien meer
hout produceert.
Datzelfde kan men ook zeggen
van de Oostenrijkse den, terwijl
b.v. bij de brandtoren de eerste
douglas aanplantingen werden aan
gelegd, bossen, zoals men die in het
Zwarte Woud en elders in Duits
land wel ziet. Donkere zwarte bo
men, die kaarsrecht de lucht in
schieten en zeer mooie bossen vor
men.
Dat gebeurde dan in de tijd, dat
de eerste bossen kaprijp waren en
men in de gelukkige omstandigheid
was, dat men een z.g. „scherm" kon
laten staan. De nieuwe houtsoorten
n.l. zijn, zeker als jonge aanplant
gevoeliger voor nachtvorst en heb
ben bescherming nodig.
Die bescherming bieden de enkele
oudere dennen, die men op zo'n
perceel laat staan en die zorgen,
dat hun jongere broeders niet te
veel van de vorst te lijden hebben.
Daarnaast werd voor de oorlog
ook al wat meer afwisseling ge
bracht in het vrij eentonige dennen
bos aanzicht, door rand-beplantin-
gen van loofhout.
Dit gebeurde toen wel niet voor
het fraaiere gezicht, maar om de
humusvorming in het bos wat ge-
mengder en beter te maken.
DE OORLOG
Veel van het vooroorlogse bos
werk is door de oorlog verloren ge
gaan.
Bijna een derde deel werd ofwel
in oorlogsvordering gekapt, werd
kapotgeschoten of verbrandde (o.a.
door de beruchte brandplaatjes).
Het was de bosbouwkundig hoofd
ambtenaar de heer Goossens, die na
de bevrijding, een helereorganisatie
zou doorvoeren in ons gemeentelijk
bosbezit.
Bij de nieuwe herbeplanting werd
gebruik gemaakt van bovengenoem
de „nieuwere" soorten, terwijl in
geringere mate ook nog geplant: de
abis grandis, de thuya en te tsuga,
allemaal bomen, die behalve een
grotere hout-opbrengst ook een veel
afwisselender beeld in en van onze
bossen geven.
Naast herbeplanting vroeg de be
bossing van woeste grond na de
oorlog de aandacht.
Zo werd de Paardekop beplant en
het daartoe gereserveerde gedeelte
van de nieuw ontgonnen Vredepeel,
terwijl daarnaast ernstige pogingen
in het werk werden gesteld om via
een voorop gesteld bedrijfsplan te
komen tot een verantwoorde ver
jonging van onze bossen.
Dat is geen eenvoudige taak.
Want om een zo rendabel moge
lijk en economsich bosbeheer mo
gelijk te maken, moeten zowel de
leeftijdsopbouw als de bossamen-
stelling met elkaar overeen ko
men.
Dat is een werk van jaren.
Heeft de gemeente nu 47.500 m3
hout in haar bossen, men streeft
er naar om dit op te voeren tot
90.000 m3. En wel zodanig, dat er
van iedere leeftijdsklasse onge
veer een zelfde kwantum aanwe
zig is.
Zoals de papieren nu liggen, zal
men in 1990 zo ver zijn, dat dit
ideaal om en nabij bereikt is.
Het is dus inderdaad uitkijken
geblazen om een verantwoord be
drijfsplan op te zetten.
De raad heeft zich zaterdag j.l.
kunnen overtuigen, dat hieraan
ernstig gewerkt wordt, wat niet al
leen de gemeente meer geld op zal
leveren en reeds levert, maar ook
de recreatieve mogelijkheden in
onze gemeente een heel stuk groter
en beter maken.
Want het hoofddoel van vroeger:
de houtwinnig speelt nu al lang de
tweede viool. Het hoofddoel van nu
is de recreatie, die het bos biedt
Nu zijn wij Venrayers feitelijk
dom, want we moeten ons door an
deren laten leren welk een kost
baar bezit we voor recreatieve doel
einden hebben in onze bossen.
Onder de vacantie is het langs
de Midden Peelweg soms bar druk
geweest van mensen, die daar hun
wagen geparkeerd hebben en enze
bossen eens zijn ingewandeld.
Vreemdelingen, die hier een kans
zagen om een frisse neus te halen
en ons bosbezit schijnbaar meer
wisten te waarderen dan het gros
van Venrays bevolking.
Magnifieke stukken natuurschoon
liggen hier vlak bij huis en een
Hubert Janssen-park nabij de Bal
lonzuil, het gebied rond de nieuwe
brandtoren (om er maar enkele te
noemen) zijn onvergelijkbaar mooi.
Menig plaats zou deze unieke stuk
ken de zijne willen noemen
Waarom waarderen wij ze dan
niet meer
BOSBOUW
Dit geweldige stuk opbouwwerk
in ons Venrays bosbezit was on
mogelijk als wij in onze gemeente
niet een team bosarbeiders hadden,
dat met liefde en vakkennis zijn
grootse taak vervult.
Burgemeester Custers heeft dat
benadrukt, maar dat blijkt ook wel
uit alles, wat er gebeurd is en nog
dagelijks gebeurt.
Wie meent, dat bos-arbeid fei
telijk werk is voor ongeschoolden,
had de arbeiders Jacobs uit Merselo
en Zegers uit de Vredepeel aan de
gang moeten zien bij de schil- en
zaagmachine, die men tegenwoordig
gebruikt.
In een fantastisch tempo werden
de bomen hier gezaagd en geschild.
Met één blik hebben ze gezien wel
ke maten er uit te halen zijn, hoe
de boom zo voordelig mogelijk ge
zaagd kan worden en de stukken
waren al gesorteerd en wel, voordat
de argeloze bezoeker feitelijk in de
gaten had, wat er aan de hand was.
Of men ze nu aan deze schilmachi-
ne bezig ziet, ofwel met de in
genieuze uitsleepwagen of met de
veelzijdige pootmachine, uit alles
blijkt de grote vakkennis van deze
mensen en vooral de grote liefde
voor ons bosbezit.
Trouwens dit moet men alle man
nen meegeven die hierover de zorg
hebben: ze doen wat ze kunnen om
inderdaad Venrays bossen in alle
opzichten tot een rijk gevarieerd
bezit te maken van onze gemeen
schap. Een gemeenschap, die dit
jammer genoeg nog te weinig waar
deert.
De denneboeren van vroeger zijn
de bosbouwers van nu. Zij zorgen,
dat ons bosbezit ieder jaar met bij
na 3500 m3 aangroeien kan.
2000 m3 wordt hiervan gerooid,
waarvan 400 m3 ten goede komt als
boerengeriefhout voor de mensen
uit deze streek. De rest is mijnhout,
dat in alle breedten en lengten,
keurig geschild wordt afgeleverd.
Maar afgezien van deze in zich
belangrijke economische kant, iso.i.
nog belangrijker hun werk voor de
ontsluiting, verbetering en ver
fraaiing van dit rijke recreatie
gebied, dat vooral voor de toekomst
voor ons hele land van enorme be
tekenis wordt
De excursie van j.l. zaterdag heeft
dat alles nog eens overtuigend aan
getoond en de dank, die Burge
meester Custers bracht voor al dit
werk, aan al de mensen, die er bij
betrokken zijn, was dan ook van
harte gemeend.
Venray is zeer rijk, mede dank zij
hun werk.
Mogen wij dit alles dan ook meer
gaan waarderen
Door Z.H. Exc. Mgr. P. Moors is
benoemd tot pastoor aan de H. Mat-
thias-parochie te Weert de Zeer
Eerw. Heer P. v. Leipzig.
Dat betekent dat de Petrus Ban
den-parochie afscheid moet nemen
van een van zijn kapelaans, die 14
jaren lang in Venray heeft gewerkt.
Na zijn priesterwijding in 1939
werd deze in Tegelen geboren pries
ter benoemd in Roosteren, waar hij
2 jaren werkzaam was.
Dan werd hij benoemd in Neer,
waar hij 6 jaren kapelaan was.
In 1947 kreeg hij dan als stand
plaats Venray, waar hij midden in
het na-oorlogse opbouwwerk onder
Deken Berden veel heeft kunnen
doen. En Deken Loonen noemde
niet voor niets kapelaan van Leip
zig zijn rechterhand
Inderdaad heeft deze priester veel
voor zijn parochie en voor Venray
mogen doen. We denken speciaal
daarbij aan de mede-oprichting van
het Dekenaal Sociaal Charitatief
Centrum, waarvan hij Bisschoppe
lijk Commissaris was.
Dat de jeugd hem ter harte ging
hebben niet alleen de leden van
SVV kunnen merken, waarvan hij
geestelijk adviseur was, maar ook
de 18-jarigen, die hij jarenlang in
de cursus voor 18-jarigen hulp en
steun meegaf voor hun verder le
ven Trouwens als leger-aalmoeze-
nier hadden de jongens, waarover
hij gesteld was, veel met deze pries
ter op.
En dan ging zijn grote liefde uit
naar de KAB en de KAV, die mede
door zijn toedoen tot grote bloei, zo
wel innerlijk als uiterlijk kwamen.
De kader-opleiding evenals al
het andere hadden zijn bijzondere
zorg en men zal de figuur van Ka
pelaan van Leipzig ongaarne missen
cp de Credo Pugno bijeenkomsten
e.d.
Dat zal men trouwens op vele an
dere plaatsen ook. Want Kapelaan
van Leipzig maakte van zijn hart
geen moordkuil en vertelde precies
waar het op stond, waarbij hij im
mer open oog had voor de omstan
digheden en zich altijd optimistisch
toonde
Een stuk priesterleven laat hij
achter in een steeds groeiend Ven
ray. Een rijk stuk, waarin hij zijn
grote gaven van geest en hart im
mer heeft gegeven aan de hem toe
vertrouwden.
14 jaren is een lange tijd en daar
in is veel gebeurd.
Maar de Petrus Banden-parochie
kan de Weerter parochie alleen
maar feliciteren met deze benoe
ming en zal dankbaar blijven den
ken aan wat hij voor Venray heeft
gedaan.
Het is nu zover, dat de minister
van landbouw %en visserij en zijn
ambtgenoot van sociale zaken en
volksgezondheid een wet op de be
strijdingsmiddelen hebben ontwor
pen en aan de Tweede Kamer voor
gelegd.
De oude wet bestrijdingsmiddelen
en meststofffen 1947 en het daarop
gebaseerde bestrijdingsmiddel enbe-
sluit waren niet voldoende aange
past aan de sterke vooruitgang in
het gebruik van bestrijdingsmid
delen.
Behalve deze verouderde wetten
bestond er nog een landbouwveilig-
heidsbesluit en gaf ook de waren
wet nog voorschriften met betrek
king tot de bestrijdingsmiddelen.
Daarnaast gaf de plantenziekte-
wet in artikel 6 nog voorschriften
voor de wijze van toepassing.
Het bedoelde ontwerp heeft ten
doel een regeling te geven van het
gehele vraagstuk, waardoor dus de
geschetste bestaande onoverzichte
lijke wetgeving kan vervallen.
Bij aanvaarding van deze wet zal
het verboden zijn een bestrijdings
middel te verkopen, in voorraad te
hebben of te gebruiken, waarvan
niet blijkt, dat het ingevolge deze
wet is toegelaten.
We zouden dit de kern van de wet
kunnen noemen, waar alles om
draait. Een bestrijdingsmiddel
wordt slechts toegelaten, indien het
voldoet aan bij de in de Staatscou
rant bekend te maken beschikking
gegeven algemene voorschriften;
als met redelijke zekerheid mag
worden aangenomen, dat het middel
deugdelijk is voor het doel, waar
voor het bestemd is en indien bij
gebruik geen schadelijke nevenwer
kingen zullen optreden.
Dat is zeer belangrijk, daar dit de
land- of tuinbouw meer zekerheid
geeft wat de werking van het be
strijdingsmiddel betreft.
De toelating van een bestrijdings
middel kan worden aangevraagd
door de fabrikant, de importeur of
de handelaar.
Indien het middel wordt toegela
ten, wordt het aangetekend in een
register, waarvan afschrift is te
krijgen.
De toelating geschiedt voor hoog-
tens tien jaar. Beroep op de beslis
sing is mogelijk bij het college van
beroep voor het bedrijfsleven.
Gebruikers van bestrijdingsmid
delen moeten zijn voorzien van een
legitimatiebewijs.
Voor de handelaar is dit niet no
dig, maar wel voor de loonsproeiers,
individuele gebruikers enz.
Ieder is verplicht een zodanige
zorgvuldigheid en voorzichtigheid
ten aanzien van bestrijdingsmidde
len, resten daarvan en ledige ver
pakking in acht te nemen, dat geen
gevaar ontstaat voor mens en dier
en dat van planten, delen van plan
ten. grond of viswater, welke aan
anderen toebehoren, geen grotere
schade wordt toegebracht dan uit
het juiste gebruik van het middel
voortvloeit.
Dit gedeelte is zeer belangrijk,
daar hiertegen maar al te veel ge
zondigd wordt met alle nadelige,
soms dodelijke gevolgen hiervan.
Een bestrijdingsmiddelencommis
sie zal advies geven over de alge
mene voorschriften tot uitvoering
van deze wet.
De leden van deze commissie zul
len komen uit organisaties en in
stellingen, werkzaam op het gebied
van de industrie en de handel in
bestrijdingsmiddelen, de landbouw,
de landbouwambachten, de land
bouw- en de voedingsmiddelenin
dustrie, de jacht, de visserij en de
natuurbescherming, dus alle die be
lang hebben bij deze materie.
Verwacht wordt, dat de openbare
behandeling van deze wet nog dit
jaar zal plaats hebben.
Voor de bestaande bestrijdings
middelen is er 'n overgangsperiode
van 6 maanden, waarin ze na het
inwerkingtreden van de wet nog
kunnen worden verhandeld.
Behoudens misschien enkele wij
zigingen is er dus hoop dat deze
wet, die in een grote behoefte voor
ziet, spoedig in werking zal treden.
BRANDVEILIGHEID, HET
ZWAKKE PUNT OP MENIGE
BOERDERIJ
De invoer van de verbrandings
motor moge voor het landbouwbe
drijf vele voordelen hebben, er zijn
ook nadelen aan verbonden. Een
van de grootste nadelen is wel het
verhoogde brandgevaar, gezien de
veelal zeer brandbare voorraden.
Vooral op oudere boerderijen,
w&ar ook de opstallen zelf veelal
zeer brandbaar zijn door de houten
balken en zolders, het rieten dak
enz..
Nog een nadeel is de vaak zorge
loze en onvoorzichtige omgang met
bedoelde motoren, het roken enz.
Men vergeet zo vaak, dat er maar
een kleine vonk nodig is om de boel
in lichterlaaie te zetten.
De werkgroep „brandveiligheids-
zorg in boerderijen" heeft om hier
tegen te waarschuwen enkele pu
blicaties uitgegeven, waarin o.a. op
de volgende punten wordt gewezen.
Gebruik in een schuurruimte geen
trekker zonder speciale maatrege
len te nemen.
Een benzine-, petroleum- of die
selmotor voor rijdend gebruik, b.v.
een trekker, mag niet in een schuur
ruimte worden gebruikt, of deze
moet voorzien zijn van een speciaal
aangebrachte vonkenvanger. Deze
voorkomt het uitwerpen van von
ken uit de uitlaat.
Vergeet niet, dat ook de uitlaat
pijpen gevaar opleveren. Deze kun
nen zo heet worden, dat een daar
op vallende pluk hooi of stro met
een vlam vat.
Men mag daarom een motor bin
nenshuis nooit zonder toezicht laten
werken en elke boer moet zorgen
dat er steeds een blusmiddel bij de
hand is.
OPSLAG EN DAMPEN
Stationaire motoren dienen in 'n
brandvrije ruimte te worden opge
steld. De toegangsdeur naar deze
ruimte moet eveneens brandvrij
zijn.
Het bijvullen van verplaatsbare
motoren o.a. trekkers, met benzine,
petroleum of dieselolie e.d. moeten
op een brandveilige wijze worden
opgeslagen, o.a. in een tank. olie in
de grond, in elk geval buiten het
gebouw gelegen en waaruit dan de
vloeistof opgepompt kan worden.
Wanneer de vloeibare brandstof
in 'n brandvrije ruimte binnenshuis
is opgeslagen, dan dient deze ruim
te op vloerhoogte goed geventileerd
te zijn en wel rechtstreeks door
middel van roosters op de buiten
lucht, waardoor de zwaardere ben
zinedamp zich niet in het vertrek
kan ophopen, want anders kan er
een zeer explosief lucht-benzine-
mengsel ontstaan.
Wanneer b.v. een door een ver
brandingsmotor aangedreven hooi-
transporteur in een schuurruimte
wordt gebruikt, moet deze motor
speciaal beveiligd zijn.
Men moet dan niet alleen een
vonkevanger gebruiken, doch de ge
hele motor met uitlaat omgeven
door een kap van metaalgaas om te
voorkomen, dat hooi of stro hierop
vallen.
VERZEKERING EN BLUS
MIDDELEN
De stalling van trekkers e.d. mag
nooit in de schuurruimte of in een
stalgedeelte geschieden. Beter is 'n
vrijstaand schuurtje of wel een
brandveilig afgescheiden gedeelte
van schuur of stal.
Denk hierbij aan de eisen die een
brandverzekering stelt!
Wanneer dit vrijstaand schuur
tje van brandbaar materiaal, b.v.
hout is opgebouwd, dient dit op
minstens 15 meter van andere ge
bouwen geplaatst te zijn.
Wanneer, niettegenstaande alle
vcorzorgeen toch onverhoopt brand
in benzine of olie mochten ontstaan,
dan moet bedacht worden dat deze
niet met water kan worden geblust,
evenmin als een motorbrand.
Maak hiervoor gebruik van een
schuimblusapparaat of van zand.
Een goed blusapparaat is voor
zien van het rijkskeurmerk, dat be
staat uit een dubbele ovaal met de
lettters BZ en het keuringsnummer.
In elke motorstallingsruimte die
nen een dergelijk apparaat alsmede
een bak met minstens 50 liter schoon
zand aanwezig te zijn.
Veiligheid voor alles moet steeds
de leus zijn, want in de brand be
tekent: in de misère.
JUL1ANASINGEL41 'tekf. 1061 (K4780)
OOSTRUM-NIEUWS
Afgelopen zondag speelde ons le
elftal haar eerste wedstrijd voor de
kring-beker tegen BW 2.
Ondanks de invallers bleek ook
dit elftal zeer produktief te zijn, ge
tuige de 10-1 overwinning. Onze
jongens startten in een hoog tempo,
wat al spoedig resulteerde in een
tweetal doelpunten van resp. onze
linksbinnen en midvoor.
BW hierdoor aangeslagen wijzig
de haar opstelling, wat echter niet
het gewenste resultaat op zou le
veren. Na nog enkele fraaie doel
punten ging de rust in met een 60
voorsprong.
Na de thee deed ons elftal het
rustig aan, wat het zich kon ver
oorloven door deze ruime voor
sprong. Desondanks scoorden onze
voorwaartsen toch nog 4 doelpun
ten. Een kwartier voor het einde
wist BW door het benutten van 'n
vrij trap de eer toch nog te redden.
Zo zijn we dan heelhuids door deze
eerste bekerwedstrijd heen geko
men.
Zaterdag en zondag organiseerde
onze vereniging een jeugdtournooi
waaraan 6 B-elftallen en 5 A-elf
tallen deelnamen.
Bij de B-junioren bleek al spoe
dig, dat de strijd hoofdzakelijk ging
tussen Swolgen, Venray en Oos
trum. Oostrum werd uiteindelijk
winnaar, dankzij 2 overwinningen
en 3 gelijke spelen. Swolgen en
Venray eindigden gelijk, maar door
het benutten van de penaltys werd
Swolgen tweede en Venray derde.
Wanssum eindigde als no. 4 en
Merselo en Meterik deelden de vijf
de en zesde plaats.
Bij de A-junioren werd fel om
de ere-plaatsen gestreden. Na een
spannende strijd tussen Venray en
Wanssum, waarin Venray liet zien
dat het ook nog iets anders kan dan
voetballen, besliste Wanssum deze
wedstrijd in haar voordeel en werd
zodoende eerste.
In de wedstrijd Oostrum-Venray,
die Venray won met 10, nadat er
een zuiver doelpunt van Oostrum
door toedoen van de Venrayse
Igrensrechter was afgekeurd, viel
tevens de beslissing voor de tweede
en derde plaats.
De einduitslag werd: 1 Wanssum
7 punten; 2 Venray 6 punten (voor
lopig); 3 Oostrum 5 punten (voorlo
pig); 4 en 5 Meterik en Ysselsteyn 1
punt.
Mede dank zij het mooie weer
kunnen we op een geslaagd tour-
nooi terugzien.
Naar onze mening is hier geble
ken, dat de tournooien ook heden
ten dage nog wat te betekenen heb
ben in onze voetbalwereld. We ho
pen dan ook, dat dit in Oostrum 'n
traditie zal worden.
NIEUWS UIT VENRAY
EN OMGEVING
Zondagsdienst huisartsen
Vanaf zaterdagmiddag 4 uur tot
maandagmorgen 8 uur, wordt de
praktijk der huisartsen voor Venray
e.o. waargenomen door
Dr. W.J.A. BLOEMEN
Stationsweg 15 Telefoon 1465
Uitsluitend voor spoedgevallen 1
GROENE KRUIS
Donderdag a.a.:
Zuigelingen-bureau voor de kerk
dorpen.
ZONDAGSDIENST GROENE KRUIS
Zr. M. JANS
Overloon Tal. K 4788—262
ZIEKENAUTO
bel 04780-1592 b.g.g. 2116
afwezig dinsdag 12 sept.
Voor^gpeCdgevallen plaatsèïTcollegae
R.K. INSTUIF VENRAY
Nu er definitief een punt achter
de vakantie is gezet en de herfst
voor de deur staat, gaat de Instuif
haar aktiviteiten weer ontplooien.
Het komende seizoen zal enkele
veranderingen gaan brengen in 't
programma, zoals we dat tot nu toe
gewend waren. Het ligt in de lijn
der verwachtingen, dat er voortaan
ook instuifavonden op zondag zul
len plaats vinden. Ook zal er in de
toekomst meer aandacht besteed
worden aan culturele avonden, hoe
wel het dansen voorlopig de hoofd
schotel zal blijven vormen van het
Instuifprogramma. De details hier
over zullen alle nog gepubliceerd
worden.
Het nieuwe bestuur, dat uit en
door de Instuifleden zelf gekozen
wordt, zal op de derde Instuifavond
(in oktober) gevormd worden.
•sDe eerste Instuif-dansavond vindt
pïb^ts op zondag 17 sept. om 7 uur
in zaal Wilhelmina. Om lid te kun
nen worden van de Instuif is een
minimum leeftijd van 17 jaar ver
eist. De inschrijvingkosten bedra
gen 2,50 per jaar, terwijl de en
tree-kosten voorlopig 0,75 blijven.
40-JARIG JUBILEUM
Zondag 10 september zal de heer
Jos Nellen zijn 40-jarig jubileum
als koster op de Smakt herdenken.
De inwoners van dit kerkdorp en
de kloostergemeenschap der Paters
Ongeschoeide Carmelieten, hebben
besloten deze dag voor de jubilaris
tot een grootse feestdag te maken.
Om 10 uur zal er een plechtige H.
Mis uit dankbaarheid worden opge
dragen. Om half 2 begint dan de
receptie in het klooster, die wordt
opgeluisterd met zang en muziek.
De vele bekenden van koster Nel
len zullen zeker aanwezig zijn om
hem met dit jubileum geluk te wen
sen. Tot slot is er om 3 uur een
plechtig lof.