Veilig verkeer... 'n Vergeten hoofdstuk Uit Peel en Haas Het katholieke boek Politierechter Geslaagd Geestelijk artikel Ingezonden £0 wsuR/imjcfi gezond Vrijdag 30 juni 1961 No. 26 TWEE EN TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS GBOTESTKAAT 28 POSTBUS 1 TEL. 1512 GIBO 150652 WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN ABONNEMENT8- (buiten Venray 1.75) De feestklanken rond het gouden „Sint Anna" zijn nu weggeëbd. Er is uitbundig en terecht in alle kran ten gejubeld om deze „burcht van naastenliefde", die velen blijkbaar eerst nu als zodanig ontdekt heb ben! Er zijn vele honderden ter recep tie gekomen om hun oprechte ge lukwensen aan te bieden. Er zijn feestzittingen gehouden waar breed is uitgeweid over de verdiensten van dokters, zusters en verpleegsters op het gebied der ver zorging van de patiënten. Er wérd een prachtig gedenkboek uitge geven. Er is alle aandacht gewijd aan de gelukkige opbouw na de bijna totale verwoesting van de oorlog. Toch dunkt me, dat één hoofd stuk bij dat alles vergeten is: de zorg tussen al die beslommeringen door voor de cultuur, voor de schoonheid niet het minst ten bate der patiënten! De vorige Directeur Dr. Veraart, heeft van het begin af de aesthe- tische aankleding van deze „burcht" in zijn programma opgenomen, ter wijl uit alles blijkt, dat de nieuwe Directeur Dr. Kortman, zijn voor beeld wil volgen. En met welk re sultaat! De velen die ter receptie kwamen zijn de kapel voorbijgegaan, ze heb ben de binnenaankleding van de paviljoens niet gezien, de grandioze feestzaal lag buiten hun route. En toch wat zouden ze hier overal onverwachte ontdekkingen gedaan hebben! Het hoogtepunt is wel de kapel, waar grote meesters een totaal an der aanzicht aan geschonken heb ben. Daar zijn vooreerst de ma gistrale glas in loodramen van Eg- bert Dekkers boven het hoofdaltaar, 'n wonder van kleuren, waarin de voorstellingen gevat zijn: het laat ste Avondmaal, het Kruisoffer, de Verheerlijking op de berg Thabor, de Verrijzenis, de Nederdaling van de H. Geest over- en de Verschij ning aan de apostelen de instelling van de Biecht. Onweerstaanbaar trekken deze ramen de aandacht van de binnen tredende. Onder deze ramen bevindt zich het nieuwe hoogaltaar van Niel Steenbergen een onzer beste beeld houwers. In de tombe van zwart marmer staan in lichte natuursteen 'n reeks grote en kleine reliefs, die uiter aard slechts van dichtbij te be schouwen zijn, maar dit dan ook ten volle waard zijn, niet alleen ar tistiek maar ook om het prachtig iconographisch geheel. Typisch voor de kunstenaar is, dat hij ook alle aandacht geschon ken heeft aan de plaatsing der re- liefs. Zo vinden we aan de Epistel kant (de kant van de patiënten) voorstellingen betrekking hebben op het lijden van de christenziel, terwijl aan de Evangeliekant (de kant van het zusterkoor) de reliefs deugden uitbeelden, die betrekking hebben op de kloostergeloften. Boven het altaar zien we een bronzen kruis van de edelsmid Noyons, maar naar ontwerp van N. Steenbergen. De kruisvorm is uitgegroeid tot een anker, op de punten daarvan staan de figuren van Maria's Sint Johannes naast de gekruisigde Christus. Deze combinatie van vakman en kunstenaar heeft ook een klein maar zeer kunstwerkje voortge bracht in de beide engeltjes op de uiteinden van het dubbele hek, dat het priesterkoor afsluit. Op de achtermuren (van hoofd beuk en patiënten-dwarsschip heeft bovengenoemde Egbert Dekkers twee grote monumentale wandschil deringen aangebracht in de van hem bekende stijl: mede naar aan leiding van deze schilderingen werd hem in 1957 met algemene stemmen van de jury de Provinciale pry s van Noord-Brabant voor Beroepskunste naars toegekend! De (toeschouwer die niet ver trouwd is met het werk van deze kunstenaar zal op het eerste gezicht wat onwennig misschien wel afwij zend staan tegenover deze schilde rijen, waar de lijn en de kleur een meer zelfstandige functie hebben dan we gewoon zijn in de ons be kende realistische werken! De vakbladen waren zowel over 't werk van Dekkers als van Steen bergen vol lof! Nu onlangs is de kapel verrijkt met een nieuwe kruisweg van P. Renald Rats o.f.m., voor Venray geen onbekende meer. Hij vervaardigde indertijd ook de kruisweg in keramiek voor de kapel van het Lyceum. Zijn kruisweg in kleiner formaat voor een zuster- kapel trok op de Biennale te Salz burg sterk de aandacht en verwierf de hoogste lof! Ook hier in St. Anna zijn de staties van betrekkelijk klein for maat in keramiek uitgevoerd, maar hier stijgt de kunstenaar ver boven zijn vorig werk uit. Ofschoon klein van formaat en beperkt tot enkele figuren zijn deze staties van grootse allure. Door zeer bevoegde beoordelaars werden ze onlangs geprezen als de beste en mooiste kruiswegstaties in moderne stijl én wat de materiaal- behandeling betreft maar niet min der om de diepe bezinnig op het lij densmysterie. Tot zover over de kapel als het hoogtepunt. De kapel is buiten de godsdienstoefeningen voor iedereen voor iedereen toegankelijk. Maar hoeveel schoons valt daar buiten nog te bewonderen. De feestzaal b.v., 'n schepping van architect J.J. van Halteren, die ook de paviljoens en andere gebouwen ontwierp, is niet alleen beziens waardig als bouwwerk, maar ook op het gebied van binnenhuis architec tuur en aankleding kan men hier volop genieten! Bij het betreden van de hal valt direct op het geschenk der gezamen lijke doktoren: het grote schilderij van Pieter van Velzen, dat reeds op meerdere tentoonstellingen de aan dacht trok. Vanuit het feestgebouw krijgt men ook 'n staaltje te zien van zeer ge slaagde tuinaanleg. Bij het beschouwen van deze feesttempel zijn we ervan overtuigd dat ook andere kunsten als toneel en muziek de volle aandacht zal ge schonken worden, 'n Voorproefje ervan gaf reeds bij de officiële feestzitting het L.S.O. met een zeer geslaagde uitvoerng van 18e eeuwse muziek. En al zijn het dan geen originele kunstwerken, overal in hoofdge bouw en paviljoens vinden we een rijkdom van de beste kleurrepro- ducties naar beroemde meesters. Op elk gebied is het minderwaar dige en banale met zorg geweerd. Hebben de Directeuren hierbij misschien óók zo iets als een paeda- gogische therapie voor ogen gehad? In ieder geval zal men ver moeten zoeken om 'n soortgelijke of andere inrichting van zulk een omvang te vinden waar zo tot in alle opzich ten een gelukkige aandacht besteed werd aan het culturele aspect! En Venray kan er trots op zijn dit in zijn midden te mogen hebben! P. MART. BRIELS O.F.M. WAAROM KUNNEN ONZE KERKEN OVERDAG OP SLOT ZIJN? Dezer dagen kwam mij een brief onder ogen, die een Franse dominee geschreven heeft aan zijn Neder landse collega's, nadat hij een be zoek aan ons land had gebracht. De Franse dominee was vol lof over de protestantse kerkenbouw, zelfs over de uit de Middeleeuwen stammende kerken. Maar hij was er minder gesticht over, dat de mooie kerken bijna de hele week gesloten zijn. „Ik heb slechts drie mooie ker ken kunnen vinden, die open wa ren. Anderen moest ik gesloten vinden, ik kon er slechts tegen be taling in. Waarom zet u ze niet open? Allen zouden voelen, dat zij er welkom zijn en er iets kunnen ont dekken van het bijbelse geloof van onze kerk". Het heeft mij getroffen, dit van een protestantse dominee te horen en te lezen en ik heb direct aan onze kerken gedacht, aan de katho lieke kerken. Goddank is het nog niet zo ver, dat je hier, evenals in de St. Gu- dule te Brussel, entree moet beta len. De kerk is voor ons nog altijd een Godshuis, niet een museum, of schoon vele toeristen zich wel eens gedragen alsof dat wel het ge val is of zoals in de Sovjet-Unie. Maar dat sluiten van de kerken wekt toch ergens een gevoel van onbehagen. Natuurlijk neem ik aan, dat de meeste kerken gesloten worden ge houden omdat ongure bezoekers er maar al te makkelijk gebruik van kunnen maken hun slag te slaan. Offerblokken oefenen op sommigen nog altijd een onweer staanbare aantrekkingskracht uit. Maar de diepe reden ligt geloof ik toch bij ons katholieken zelf. Overdag vertonen we weinig nei ging ons een paar ogenblikken in een kerk terug te trekken voor ge bed. Er zijn vele oorzaken voor aan te wijzen: het hoog opgejaagd ar- beidstempo, de afstand, de nieuwe were opvatting over de liturgie als gemeenschapsbeleving van het ge loof en de gedevalueerde verering voor de tegenwoordigheid van Christus onder ons. En waar de gewone gelovigen weinig of geen belangstelling meer aan de dag leggen voor een korte aanbidding of overweging in Chris tus' nabijheid, daar gaan de pas toors liever tot de sluiting van de kerk over: dat laatste beetje risico behoeven ze tenslotte niet te ne men. Het is misschien toch een punt van overweging, waard om na te gaan, of wij met onze moderne en zeker verantwoorde liturgie-vierin gen, niet tegelijk een ander groot goed overboord gooien. Het persoonlijk gebed en de per soonlijke verhouding van de mens tot Christus is nog altijd en zal altijd blijven de basis van onze op gang naar God. Je kunt nog zo goed lid zijn van de gemeenschap, die de Kerk is, uiteindelijk staat iedere Christen op de dag van zijn dood alleen voor de God, die hem in deze we reld heeft geplaatst. En heel het leven lang deelt Christus Zijn genaden aan ieder van ons individueel uit. De Kerk is nooit een collectivi teit. Ondanks alle verschijnselen van massificatie blijft de heiliging van de Christen een zaak tussen God en hemzelf. van 8 juli 1911 Met goedkeuring van Z.D.H. de Bisschop van Roermond en de Z.E. Pastoor der parochie en op beider uitdrukkelijk verlangen, zal alhier een jongenspatronaat wor den opgericht en bestuurd worden door de Z.E. Paters Franciscanen. In hotel „De Zwaan" alhier, werd aanbesteed het slopen en op bouwen van een zakenhuis in de Grote straat voor rekening van de slager H. Kemps. Architect A.H. Martens. Ingeschreven werd door: Louis Wijnhoven voor 4732; Gebr. Oudenhoven voor 4597. Aan de laagste inschrijvers gegund. Dinsdag werd aanbesteed het opbouwen van een afgebrande wo ning van de Gez. Wientjes op de Kemp. Van de 5 inschrijvers was de hoogste Jac. van Dijck met 564, de laagste Mart. Jacobs met 530 aan wie het werk is gegund. Ten Raadhuize alhier werd aanbesteed het Joggen van een rio lering in de Hofstraat. Inschrijvers waren: P. Oudenhoven met 490 en Louis Wijnhoven met 410. Maandag opende de Fa. Wil lem Winters uit Vegchel een nieu we manufacturenzaak in de School straat alhier. De prachtige ope- nings-etalages zijn een kijkje over waard. Onder de kerkelijke diensten zagen we dat a.s. dinsdag 11 juli om 4 uur 's morgens in de parochie kerk de maaiersmis wordt opge dragen. van zaterdag 11 juli 1936 Waren de Studiedagen, geor ganiseerd door de secretariaten der Derde Orde vorige jaren te Weert, Tilburg en Handel dit jaar zullen deze te Venray gehouden worden en wel op 14, 15 en 16 aug. in de aula van het Gymnasium. Door de Gem. Arbeidsbeurs alhier zijn ruim 70 als werkloos in geschreven arbeiders tewerkgesteld in het landbouwbedrijf tijdens de oogsttijd. Morgen wordt alhier gevierd het 15-jarig bestaan van de kerk- korenbond der beide dekenaten Venray en Horst. Zondag 19 juli zal de Venray- se Ruiterclub „Ons Genoegen" voor de 20e keer de grote paardenrennen houden op het sportterrein aan de Leunseweg. Nu de meeste arbeiders zater dags vrij zijn wordt deze dag door velen „gevierd" als zondag. Daar bij komen ook voortaan de brui loften op zaterdag, waarvan de gevolgen in de nacht van zaterdag op zondag dan ook heel duidelijk hoorbaar zijn. De bruilofsgasten menen verplicht te zijn dan 's nachts door de straten te gaan lallen en zingen, tot „groot ver maak" van hen, die willen slapen. Voeg daarbij nog de talrijke half en heel dronken nozems, die tot 3 uur 's nachts onder heisspektakel hun rondjes rijden, waaronder ook Duitsers, dan begrijpt men wel, dat er in de kom „slecht" geslapen wordt. Enfin, gelukkig is de zon dag een rustdag en dat zal door die lui ook wel veel gerust moe ten worden. Bestaat er nog die oude versleten verordening „burengerucht". Of is hier nu eenmaal niets meer tegen te doen. EEN BURGERMAN, DIE NA 12 UUR 's NACHTS RUSTEN WIL VERKEER Zou er bij al de verkeersborden nog niet één geplaatst kunnen wor den met de richting-aanduiding Helmond-Venlo, aan de Juliana- singel bij Warenhuis Pouwels, zo ook bij Paterskerk. Dit zou het da gelijks en nachtelijk geharrewar en ongelukken in de kom voorkomen. Zo ook aan de Ambachtsschool. Wie kan dit veranderen? EEN INWONER lAKM -financteWac 1061 (K47Si Hoe men dieper kan doordringen in de betekenis van de H. Schrift Misschien ontgaat het de gemid delde lezer van het blad, dat er in onze dagen een stroom van lectuur verschijnt, die zich bezig houdt met de Bijbel. Toch is dat zo. En om begrijpelijke redenen. Want in de katholieke wereld is een verlangen losgeslagen, om zich intenser met het lezen van de H. Schrift bezig te houden. De bisschoppen zelf hebben daar toe aangespoord in hun Vasten brief, terwijl 't Binnenlands Apos- totaal ertoe over gegaan is huis aan huis de H. Schrift te koop aan te bieden. We zouden zeggen, dat dit wijst op een krasse verandering in de houding van de katholieken. Maar deze stroming onder gees telijken en gelovigen, doet zich van zelf de behoefte gevoelen, meer over de Bijbel te weten te komen. Let wel, wij beweren niet, dat het nodig is geleerde studies te maken, teneinde de H. Schrift met vrucht te kunnen lezen. Integen deel, haar taal is dikwijls zo een voudig en haar inhoud zo kernach tig, dat verreweg de meeste katho lieken al zeer groot profijt zullen trekken door simpelweg, zo maar eens te hooi en te gras erin te le zen. Het staat echter ook vast, dat heel veel passages een prachtige diepte krijgen, ook voor ons gees telijk leven, wanneer wij kennis nemen van talrijke eigenaardighe den en omstandigheden, die met het tot stand komen van de Bijbel te maken hebben. Tenslotte heeft de Bijbel ook iets historisch. Vandaar dat men haar dan ook vaak „Onze heilsge schiedenis" noemt. En daarom moet men zoveel wijze en geleerde pries ters dankbaar zijn, dat zij hun ken nis en ervaring ter beschikking stellen van de grote stroom van ge lovigen, die ook wel eens dieper in de bijbelse vragen willen binnen dringen. In de huidige literatuur geschiedt dat op verschillende manieren. Een van die manieren is gevolgd door de Benedictijn Celestin Charlier, die bij Romen en Zonen te Roer mond een prachtig werk liet ver schijnen „Bijbel lezen met de Kerk". In meer dan driehonderd uitste kend leesbare, tegelijk wetenschap pelijk hoogst verantwoorde blad zijden heeft hij ons toegelicht: over de bijbelstrijd binnen de Kerk, over de wetenschappelijke strijd van buiten af, over de geschiedenis van de bijbelse boeken en hun ver talingen. Over de uitleg, die de va ders eraan hebben gegeven enz. Maar het meest pakt ons de wijze handleiding die Charlier ons meegeeft teneinde te leren de bij bel te lezen zoals zij bedoeld is: 'n handleiding een veoorafbeelding van ons eigen dagelijks bestaan. Alle ingewikkelde problemen ten spijt blijft de H. Schrift het boek voor onze persoonlijke stichting en gnze opgang naar God. Het is geen wetenschap meer, het is wijsheid, die men hier ervaart. Wij krijgen door het boek een kijk op de bijbelse thema's. Merkwaardigerwijs heeft dezelf de uitgever nog een andere weg gevolgd om de lezende katholiek en ook de protestant als hij wil, 'n kijk te geven op wat de H. Schrift leert. Hij heeft een aantal belangrijke onderwerpen uit ons christelijk ge loof en dus uit de H. Schrift geno men en deze door deskundige pries ters laten toelichten. Dat zal voor vele katholieken het begrijpen van de Bijbel, of liever het dieper doordringen in de zin ervan, veel gemakkelijker maken. Er bestaat één gevaar; dat men nl. na deze boekjes te hebben ge lezen niet meer aan het lezen van de H. Schrift zelf toekomt. Dat dit gevaar reëel bestaat blijkt uit wat Celestin Charlier ergens zegt: „dat nl. niet één op de hon derd priesters en niet één op de duizend kloosterzusters ooit de. Bij bel geheel zal hebben gelezen". Hoe zal het dari met de gelovigen zijn? Dit gevaar signalerend moeten wij tegelijk erkennen, dat Romen prachtig pionierswerk verricht met zijn serie die getiteld is: De Bijbel over Reeds hebben wij de eerste boek jes besproken, die elk hoogstens honderd kleine, goedgedrukte pa gina's beslaan. Wij komen graag terug op de nieuwe serie, die handelt over: de prediking van het woord, over de christelijke eenheid, over het vol gen en navolgen van Christus en over twee zeer moeilijke onder werpen uit de H. Schrift: de we derkomst van Christus en het Pa radijs. Vooral deze laatste thema's, die zo belangrijk zijn en waarover wij zelfs in de preken zo zelden horen, vormen hoogst belangrijke perspec tieven in ons gewone bestaan. Zij zijn er de basis van. Vooral het werkje van pater drs H. de Baar C.M. vinden we bijzonder ge slaagd, beter dan het Paradijs van Hemelsoet. Maar ook de andere genoemde werken leveren prachtige stof om ons inzicht te geven. En steeds ver der gaat deze serie door, tot ver rassing hopen wij van vele katho lieken, vooral van jongeren. „Mijn geest is wel gewillig, edel achtbare, maar mijn vlees is zo zwak", klaagde de slager, toen hij zich in het verdachtenbankje had gewurmd. „U gebruikte anders nogal sterke uitdrukkingen", vond de rechter Want de slager had zich niet ont zien één zijner cliënten een zeurpiet een zanikerd en een oude blauw kous te noemen. De dame in kwes tie waardeerde deze vorm van ser vice geenszins. Zij stak de hoedepennen boos door het deksel, dat haar tegen zonne steek ;diende te beschermen en door het knotje, dat haar voor komen iets gestroomlijnds gaf en haastte zich naar de postcomman- dant om de slager te verklikken. De postcommandant schreef er enkele vellen over vol, het justi tiële apparaat zette zich in bewe ging en spuwde de boosaardige middenstander op het gewenste moment uit voor de groene tafel der vergelding. Daar werden de vieze woorden aan de openbaarheid prijsgegeven, toen de officier de dagvaarding voor droeg; voorzover men de term „voordragen" voor deze versnelde vorm van declamatie mag bezigen. „Ik ben opgeleid tot het uiterste, tot het alleruiterste, en meer dan dat", hijgde de slager, ^zenuwachtig slikkend. Ongetwijfeld dacht hij op dit moment: als mijn goede vader dit nog moest beleven! Doch hij vermande zich en begon af te geven op een regering, die de slager zelf op het fiscale hakblok legt en deskundig uitbeent. Klaar blijkelijk hoopte hij aldus de aan dacht af te leiden van de lelijke woorden. Maar de getuige, met de hoede- spelden als een miniatuur televisie antenne boven zich uitstekend, haastte zich de eed af te leggen „Ik voelde me toch zo geschokt. Ik heb zulke woorden nog nooit ge hoord", zei ze zedig voor zich kij kend, „ik kan er nog steeds niet goed van slapen". „Dan moet u het eens met een asperientje proberen", adviseerde de officier vol medegevoel. De gedagvaarde vleeshouwer echter begon nu zijn beklag te doen. De juffrouw wenste 's maan dags runderlapjes, te bezorgen vóór 12 uur. En dinsdag carbonade, maar vóór 12 uur. En 'swoendags ge hakt, maar vóór 12 uur. En elke donderdag ribstuk vóór 12 uur. En zaterdags biefstuk en ossehaas, zeer beslist vóór 12 uur. De slager bracht het niet vroeg genoeg. Ze belde de slager elke ochtend op, en elke dag vijf minuten vroe ger, zodat na een maand of drie, vier de telefoon 's morgens tegen 7 uur ratelde. Dat was de slager te bar, en hij bezigde teneinde raad de woorden, mondeling en in tegen woordigheid van de getuige. Dit laatste is geen dramatische bijzon derheid, maar een juridisch ver eiste. „Ja", zuchtte de rechter, „je mag nu eenmaal niet alles zeggen wat je denkt". „En het was nog op een zater dag. edelachtbare, een zaterdag die iedereen vrij heeft om zélf zijn vlees te kunnen halen!" „Al was 't op zondag", zei de officier, „dan mag het nóg niet ge zegd worden". En de slager kreeg een rijksdaalder boete om de les beter te onthouden. „Ik wil in hoger beroep, 't Heeft wel vier gulden aan telefoon ge kost!", kreet de juffrouw, die met haar hoedepennen het midden hield tussen een egel en een Indiaan, die de schop pakt om zijn strijdbijl op te graven. Maar getuigen hebben niet in ho ger beroep te gaan. Als die hun zin kregen, zou de minister van finan ciën niet weten waar hij met het geld van de boeten heen moest TWEEWIELER, LAAT ZIEN WAAR U HEEN WILT Er zijn op de weg lieden die in de figuurlijke én de letterlijke zin des woords niet goed weten waar ze heen willen. Of die en nu doelen we niet op de vergeetachtigen-te-goeder- trouw, want dat zijn we allemaal wel eens op z'n tijd wél weten waar ze heen willen, maar vinden dat een ander daar lekker niets mee te maken heeft. Of die het gewoon alleen maar een beetje gek vinden om je linker, laat staan je rechter arm eens flink uit te steken. Niet alleen maar een schuchter gebaar van ik-ga-de-eendjes voe ren. Neen, flink gestrekt de aim. Een hoek van 90 graden. Water pas En laat nu niemand zeggen, dat ook de automobilisten zich in dit opzicht wel eens aan domme din gen schuldig maken. Natuurlijk het is zo. Maar er be staat op zijn zachtst gezegd toch wel een flauw vermoeden, dat het niet of niet tijdig en duidelijk rich ting aangeven een euvel is waarbij de tweewielers er het slechtste op staan. Dat is in Duitsland ook geble ken bij een met de bekende Gründ- lichkeit uitgevoerd onderzoek van 22.814 richting veranderings-onge- lukken. Bij 21% hiervan ontstond het on geluk doordat de berijder van een bromfiets, motorfiets of scooter helemaal geen richting aangaf, bij 17,4% doordat hij 't wel deed maar niet tijdig of duidelijk genoeg. De bestuurders van personen auto's staken hierbij gunstig af met 10,4 resp. 13,7 pet. en nóg beter kwamen de bestuurders van vracht auto's uit de bus met 8,3 resp. 11 Vs. Genoeg van alle percentages. Cij fers zijn geduldig. Maar in het ver keer is men helaas alles be halve geduldig. Daar wordt niet ge wacht totdat men een duidelijk beeld heeft waar de ander „heen wil". Daarom een goede raad aan alle berijders van tweewielers: hoog op die arm. Links. Rechts. Horizontaal. Flink gestrekt. Zonder iemand in het ge zicht te slaan. Maar frank en vrij. Als ware het uw dagelijkse portie ochtendgymnastiek. Allemaal aan de vrije oefening op fiets en brom fiets. Gezond voor de armspieren. Veilig voor de rest van uw spie ren endie van achteren. Kortom: TIJDIG en DUIDELIJK. MATER AMABILISSCHOOL Het getuigschrift voor het eerste jaar ontvingen: Diny, Arts, Mia Arts, Riky Cor- nelissen, Maria Derikx, Anny De- rikx, Nelly Derikx, Venray; Mia v. Hoof en Mientje van Hoof, Yssel- steyn; Maria Hendrickx, Leunen; Ans de Krijger, Veulen; Mien Lit- jens Leunen; Nelly Rongen en Hen- ny Rongen Venray; Mia Steeghs, Oirlo; Helmy Swinkels, Venray; Jo Thijssen en Door Thijssen Merselo; Nelly van Vegchel, Venray; Ida Vervuurt en Mien Wilmsen, Leu nen; Gerry van Kempen, Venray; Diny van Arsen, Oostrum; Oda van Ass, Veltum; Anny v. Abel, Over- loon; Anny Boom, Venray; Jeanne Geurts Veltum; Jet Heidens Leu nen; Tony Jilissen, Overloon; Truus van Kempen en Mia Linders, Ven ray ;Mia Lemmen, Overloon; Mariet

Peel en Maas | 1961 | | pagina 5