Venrays Mannenkoor in 't goud. Groot Jubileum-concert Venray's Mannenkoor 50-jarig bestaan LIMBURGS SYMPH0NIE-0RKEST VENRAYS MANNENKOOR en L.S.0. Oudheidkundige mededelingen Zaterdag 6 februari 1960 No 6 EEN EN TACHTIGSTE JAARGANG MAAS DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCRHOF WFPKRT AH VOOR VFNRAY PN OM^TRPKPN ADVERTENTIEPRIJS 8 ©t. per m.mABOJTNEMENTS- GROTESRAAT 28 VENRAY TELEF. 1512 GIRO 150652 VV Cilul&DLAU V VJUl\ V£il^I\AI Cfiv UIVIO 1 ilCrlVull PRIJS PER KWARTAAL 1.40 BUITEN VENRAY f 1.60 Venrays Mannenkoor gaat haar gouden bestaansfeest vieren. Men doet dat met een grootse receptie op morgen zondag 7 febr. nadat in de St. Petrus Banden de plechtige hoogmis door het koor is opgeluisterd. Een hoogmis die wordt opgedragen voor de levende en overleden leden van het koor. Men doet dat ook met groot galaconcert in diezelfde Petrus Banden op zondag 14 febr., waarin behalve dit gouden koor het Limburgs Symphonie-or- kest, o.l.v. André Rieu en de solisten Roos Boelsma alt, E. Rijs, bariton en J. Doumen, tenor, meewerken. Met recht dus een gala concert, dat een fraaie afsluiting vormt van 50 jaren mannen- zang in Venray. Een halve eeuw, waarin men door middel van de zang gestreefd heeft om te komen tot de culturele verheffing van niet alleen de leden maar van onze gehele gemeenschap. Een halve eeuw, met zijn hoogtepunten en tegenslagen, in het verenigingsleven, met zijn ups en downs in de toch altijd behoorlijke prestaties van dit koor. Daar door 't oorlogsgeweld alle bescheiden van 't Mannenkoor teloor zijn gegaan, is 't moeilijk een ge detailleerde geschiedenis van deze vereniging te schrijven vanaf hare oprichting. Bij gelegenheid van het 40-jarig bestaan heeft men de toen nog in le ven zijnde personen, die bij de op- richting en de eerste jaren daarna lid van het koor waren, nog eens bijeen gehaald. Men heeft ze eens laten praten en vertellen en daarvan zijn toen aantekeningen gemaakt. Zo is 't ons mogelijk toch in grote lijnen iets van 't ontstaan en het le ven van Venrays Mannenkoor op schrift te stellen. KAARTERS WORDEN ZANGERS Venrays Mannenkoor is ontstaan uit een kaartclub genaamd „Harte Vrouw". Deze kaartclub was gevestigd in café Leonard Verbeek in de Hoen derstraat te Venray. Eerst een klein aantal leden tellende, groeide deze club uit tot boven de 20 leden. En zoals 't thans in Venray nog is, was 't toen ook gebruikelijk jaar lijks een feestavond te houden. Dit was dan een gezellige avond, die be gon met een etentje. Na de inwendige mens versterkt te hebben, werd de avond verder in gezelligheid doorgebracht onder 't nuttigen van een glaasje bier of een borreltje. Onder de leden waren er, die een komische voordracht ten beste ga ven en hoe kan het anders, er werd ook lustig gezongen. Bij deze „kunstuitingen" bleek, dat er verscheidene leden beschikten over een goede stem. Het plan werd dan ook geopperd een zangvereni ging te stichten. Dit plan vond alge mene bijval en gedachtig 't spreek woord: „Men moet het ijzer smeden als het heet is", werd maar direct tot oprichting besloten. De initiatiefnemers waren de he ren: P. Schols, Verbeek, Thuyls van de Hiept en M. van Aarsen. Deze heren lieten er geen gras over groeien maar togen aanstonds aan 't werk. 20 December 1909 werd toen Ven rays Mannenkoor opgericht. Een di recteur was spoedig gevonden. De heer A. Pennartz toentertijd orga nist in de Parochiekerk St. Petrus Banden toonde zich, daartoe aange zocht aanstonds bereid de leiding van het nieuwbakken koor op zich te ne men. Een repetitielokaal was be schikbaar in café Leonard Verbeek. In 1910 begonnen de repetities en Venray was een vereniging rijker. Natuurlijk ging daarna 't verlan gen uit naar een vaandel, want wat is een vereniging zonder vaandel? 't Is een schip zonder vlag. Voornoemde initiatiefnemers wis ten ook hierop raad. Zij hielden een collecte bij diverse muziekvrienden en spoedig was een bedrag bij el kaar, waarvoor zij een vaandel lieten vervaardigen. Hoe snel alles iri 't werk ging moge blijken uit het feit, dat reeds in 1910 de wijding van het nieuwe vaandel plaats vond. Dit vaandel, dat dus nu 50-jaren oud is, heeft intussen, zijn beste dagen, mede door de oorlog, gehad. Daarom is een van de hoogte pun ten van het gouden feest het aanbie den van een nieuw vaandel. En wie waren nu de eerste be- stuurderen van Venrays Mannen koor? Blijkens een foto-copie van de Ko ninklijke goedkeuring der Statuten die gedateerd is 1 mei 1911 waren dat de volgende heren: Albert Martens, voorzitter; P. Claassen, ondervoorzitter; J. Theeuwissen, secretaris; A. Pennartz,- directeur. De Statuten, waarop 1 mei 1911 de Koninklijke goedkeuring werd verkregen, werden vastgesteld in 'n algemene vergaderng der vereni ging, die gehouden werd 11 januari 1911. ZIJ DIE DIRIGEERDEN De namen in chronologische volg orde der directeuren zijn: A. Pennartz P. Brull P. Buck H. Welting Paul Ku ij pers Constant Dietz J. Schambergen Jacques Janssen J. Timp De eerste directeur A. Pennartz is in 1912 naar Amerika vertrok ken, waar hij thans nog een gevierd musicus en organist is. Zijn we goed ingelicht dan leeft de heer Pennartz nog en is hij on langs nog eens op bezoek geweest in Venray. Er is reeds spoedig na de oprich ting besloten elk jaar een uitvoering te geven en wel op 8 dec.. Zulk een uitvoering bestond uit zang en to neel. De komische voordrachten prijkten ook steeds op het program ma. De eerste uitvoering werd ge geven in 1912 in de Muziekzaal „Eu terpe" aan de Schoolstraat. Onder de daarop volgende uitvoe ringen dient nog bijzondere vermel ding de operette: „Schinderhannes" van Emile Seipgens opera Comique, in Maastrichts dialect tot operette omgewerkt door Olterdissen. Deze was door de heren Paul Kuijpersen Pierre Goorén omgezet in Venrays dialect. Dat deze operette bij 't publiek in de smaak viel moge blijken uit het feit, dat ze vijf keer werd opgevoerd en steeds volle zalen trok. De eerste opvoerig hiervan vond plaats in 1920. Daarna twee keer in 1921, nl. op 2e Paasdag en kermis zondag en vervolgens op 11 en 12 december 1937. Nadat 8 december als verplichte feestdag was vervallen, werd als vaste dag voor de uitvoeringen be paald de zondag na 8 december. CONCOURSEN EN SUCCESSEN Het eerste concours, waaraan door Venrays Mannenkoor werd deelge nomen, was te Tilburg in 1924 onder directeur H. Welting en de president W. Winters. In 1927 behaalde het koor onder H. Welting in de 2e afdeling de 2e prijs te Zetten. In 1937 toog Venrays Mannenkoor met 27 leden naar Heel. Ook toen was de heer Welting directeur. De namen der leden, die daar naar toe gingen, willen we even in deze beknopte geschiedenis vastleggen: C. van Kemenade, voorzitter; H. Oudenhoven, secretaris; K. Wijnen, J. Muis (die van de oprichting af lid was), Fr. Schaeffers, P. Kersten, M. Michels, P. Janssen, J. Lichteveld, P. Kruijssen, M. van Opbergen, H. Sij- bers, B. Drent, W. Pouwels, K. Truyen, A. Lemmens, L. Vollenberg. J. Hendriks, H. v. Boven, A. Sijbers, L. Cremers, P. Oudenhoven, J. Arts, J. Trommaer, G. Aarts en P. Sie- bers. Voordien was de belangstellng gering, dat men besloot de repetities tijdelijk te staken, totdat er kans was het slapende koor weer tot nieuw leven te wekken. Zoals in 1937 dan blijkt was men over de slaap periode heen. In 1941 werd de heer Th. Jaeger beschermheer der vereniging en Dr. Hoyng ere-voor^itter. Directeur was toen Welting. 23 juli 1941 werd heer K. Wijnen voorzitter en telde de vereniging 37 werkende leden. In maart 1942 werden de repetities gestaakt om de maatregelen en voorschriften der Kultuurkamer te ontgaan. NA DE BEVRIJDING Na de bevrijding, in 1945, begon men weer, onder leiding van direc teur Jacques Janssen, met de repe tities met ca. 50 leden. Halfvasten 1946 werd een uitvoe ring gegeven in de toneelzaal van Huize Servatius. In dit jaar werd de heer Gooren President. 23 November 1946 werd deelgeno men aan een zangersconcours van het Mannenkoor der Delftse nijver heid en wel in de 2e afdeling met 63 leden. Het succes was de le prijs met lof der jury met 378 punten en de directeursprijs. 23 Mei 1948 werd op 't zangers- concours van het Gemengd Koor „Oefening baart kunst" te Amster dam de le prijs behaald in de le afdeling. Aantal leden 60. 31 Juli 1949 wist het Mannenkoor op 't concours van de R.K. zangver eniging „Adolf Kolping" te Nijme gen de le prijs te bemachtigen in de afdeling Uitmuntendheid. Dan is er tenslotte nog het berei ken van de Superieure afdeling, eveneens in Nijmegen in 1954, waar mede dan de kroon op het werk wordt gezet. In 1955 treedt de heer Gooren te rug, om plaats te maken voor een jongere president, de heer Tillemans, onder wiens leiding het koor nieuwe wegen en nieuwe vormen gaat zoe ken. Op de allereerste plaats krijgt men de aansluiting bij het Kon. Neder lands Zangersverbond, waarmede de tijd van de „wilde concoursen" met hun al of niet „wilde" puntentoe kenning, geregeld wordt. In 1958 wordt de heer J. Timp als koorleider benoemd, die het lang zaam, maar zeker groeiende koor 'n geheel nieuw programma laat bren gen. Er worden contacten gelegd met de duitse koren uit Krefeld en Her- zenbrock en de opluistering van de H. Mis in de Maximilian-kirche in Dusseldorf, trok nog zeer onlangs grote belangstelling. Het bijna 90 leden tellende koor wordt nu zondag 14 febr. voor de grootse opgave gesteld met solisten en orkest een uitvoering te brengen in onze Petrus Banden, een uitvoe ring, die niet alleen de bekroning zal zijn van een halve eeuw man- nenzang, maar tevens een nieuw be gin zal zijn; die niet alleen de tech nische kundigheid van dit koor zal tonen, maar ook zal tonen dat het Mannenkoor de op zich genomen taak om de gemeenschap door zijn zang op een hoger cultureel plan te brengen, ook heden ten dage nog volop tot gelding brengt. Behalve beoefening van de zang kunst en toneel heeft Venrays Man nenkoor vanaf zijn oprichting steeds belangeloos zijn medewerking ver leend tot opluistering van belang rijke feesten, o.a. alle nationale feestdagen en feesten van 't Konink lijke Huis, Dodenherdenkingen enz. En na de bevrijding werd besloten om, ook een pas gewijde Priester, op de dag dat hij in zijn parochie de eerste H. Mis opdroeg, een ovatie te brengen. Dus U ziet, Venays Mannenkoor leefde mee met alles wat in> Venray op enig terrein van belang gebeurde en heeft daardoor een algemene sympathie verworven en ook ver diend. Het blijve zo! Laten we tot slot nog even ver melden: De Presidenten, die in de 50 jaren van 't bestaan van Venrays Mannen koor de Voorzittershamer hanteer den waren: Albert Martens P. Claassens Vincent Pij Is W. Winters C. van Kemenade K. Wijnen P. Gooren J. Tillemans De namen van de heren, die in 't jaar der oprichting en 't jaar daarna lid waren en nog in leven zijn lui den, voorzover ons bekend: M. Reijnders, J. vd. Munckhof, Th. Wintels. bij gelegenheid van het van in de kerk van Sl. Petrus Banden te Venray op zondag 14 februari 1960 met medewerking van o.l.v. André Rieu dat o.m. uitvoert: Figaro's Hochzeit Mozart Bloemenwals uit de Notenkrakerssuite Tschaikows^y Carnaval Remain Berlioz La Forza del destino Verdi o.l.v. J. Timp Gevangenenkoor uit Fidelio Beethoven Dies Irea Perosi Alt-Rhapsodie Brahms met solistische medewerking van: ROOS BOELSMA, alt J. DOUMEN tenor E. RIJS bariton daarnaast worden door het VENRAYS MANNENKOOR nog verschilt, nummers k capella gebracht. ENTREEMiddenschip f 3.75; Zijbeuk f 0.75 incl. programmaboekje en plaatsbespreken Aanvang half acht namiddag VOORVERKOOPBoekhandel van den Munckhof, Grotestraat 28, Venray, Tel. 04780-1512 en op de dag der uitvoering van 19.00-19.30 onder de Boog, bij de ingang van de kerk. 'n NEDERZETTING UIT DE geloogd wordt waardoor de kalk URNENTIJD TE LEUNEN jJJSJd UltgeSp0eld en de grond ver" Door de grote archaeologische be drijvigheid van enkele leden van de Venray se Oudheidkundige Kring is allerwegen de kennis van de Ven- sayse voorgeschiedenis met spron gen vooruit gegaan. De ene verrassing volgt de andere op. Een arsenaal van gegevens en vondsten, waaruit onze voorgeschie denis moet worden opgebouwd is in middels verzameld en naar de Rijks dienst voor het Oudheidkundig Bo demonderzoek te Amersfoort opge zonden, om wat de gegevens betreft te worden opgenomen in het docu- mentatie-archief. De vondsten wor den daar aan een nauwkeurig on derzoek onderworpen en de talloze vindplaatsen der diverse culturen in kaart gebracht. De voornaamste gevonden voor werpen worden in tekening gebracht of gefotografeerd. Een enorm werk, dat veel tijd ver eist, maar dan ook wetenschappelijk verantwoord is. Alvorens vindplaats en vondst omstandigheden van de voorhistori sche vondst te Leunen te vermelden iets over de Ijzertijd 500 begin onzer jaartelling). De term Ijzertijd zou wellicht aanleiding kunnen geven tot een misverstand, want het is volstrekt niet zo, dat in die tijd eensklaps het brons door ijzer werd vervangen. Het ijzer was n.k in verschillende opzichten minderwaardig ten op zichte van brons. Buitengewoon bezwaarlijk was 't snelle roesten in 't ondertussen veel vochtiger geworden klimaat. Een betere naam voor Ijzertijd zou wellicht de Urnenveldtijd zijn. Tengevolge van de verandering der heersende Oostelijke en Noor delijke windrichting in een Westen wind namen bewolking en regenval belangrijk toe. De voortdurende hevige regenval heeft tengevolge, dat de bodem uit- In deze periode ontstonden in de Gemeente Venray en elders de uit gestrekte heidevlakten met hun loodzand en oerbanken. Voor de' boer betekent dit natuur lijk een ramp, want deze heidevel den konden slechts gebruikt worden om er schapen op te houden. Ook de kwaliteit van de nog bruikbare akkerbodem liep sterk achteruit. Dit had tengevolge, dat er betrek kelijk grote materiële armoede ging heersen en de bewoners deze stre ken waren dan ook arme landbou wers. Zelfs in de volle Ijzertijd bleven ijzeren voorwerpen uiterst zeldzaam. Er was vrijwel geen handel met aangrenzende streken, om maar te zwijgen van handel met veraf ge legen gebieden. Over de begrafenisritus der Ur nenveldtijd is bekend, dat de doden gecremeerd werden. De crematieres- ten werden in urnen in lage heu veltjes bijgezet, die tesamen 'n z.g. Urnenveld vormden. Wat de nederzettingen of bewo- ningsplaatsen uit die tijd betreft, hiervan weet men nog maar weinig. Sporen van nederzettingen waren tot heden in de Gemeente nog schaars, totdat enige tijd geleden te Leunen 'n interessante vondst aan het licht kwam, die aanleiding gaf om 'n nederzetting uit de Urnen veldtijd te ontdekken. Op 9-12-59 werden bij de aanleg van de nieuwe verbindingsweg Vel- tum-Leunen ten Z.O. van de St. Pe trusmolen, door de arbeider G.H. op 'n diepte van± 1 meter onder het maaiveld 'n groot aantal Urnen- scherven opgegraven. De meeste der scherven zijn ruw- wandig, enkele zijn versierd aan de bovenkant en hebben vingertoppen indrukken. Bij een persoonlijk onderzoek van Conservator Dr. Modderman kwam vast te staan, dat het hier 'n z.g. praehistorische afvalkuil betrof. De vele hierin gevonden scherven werden door hem gedateerd van 650 tot 150 jaar vóór Christus en zij zijn om vele redenen belangrijk, daar zij aawijzingen verschaffen van een in de onmiddellijke nabijheid liggende nederzetting of bewoning Deze nederzetting ligt daar even eens 1 meter onder het maai veld en kan wellicht interessante en belangrijke gegevens en vondsten op leveren. Gezien de ligging van het bewuste terrein, hadden wij reeds eerder vermoedens dat bij de wegaanleg, welke de rand van het hoge veld doorsnijdt, praehistorische vondsten verwacht konden worden. Dank zij de welwillende medewer king der opzichters en arbeiders van de wegenbouwmy V., zijn wij erin geslaagd belangrijke gegevens uit dit gebied van Venray te verzame len. Wanneer straks de bovengenoem de weg via het Brukske en Oostrum zal doorgetrokken worden naar de Wanssumseweg zal de rand van het Venrayse veld doorsneden worden. Ook hier verwachten wij vondsten temeer daar bij de nieuwbouw ach ter 't Patersklooster de reeds eerder beschreven urn door prof. Dr. Edel man en andere umenscherven (be- woningsaardewerk) er op wijzen, dat reeds in de Urnenveldtijd het Ven rayse Veld of Venray Zuid bewoond moet zijn geweest. 1IET WEDERVINDEN VAN 4 VUURSTENEN NEOLITISCHE BIJLEN Inmiddels konden weer vier vuur stenen bijlen uit het Jongsteentijd perk opgespoord worden. Dank zij de medewerking van de heer A. v. St. te Veulen, welke deze bijl -in bruikleen afstond aan het Oudheidkundig museum alhier, is de Oudh. kring in 't bezit gekomen van een prachtige bijl, (geheel gepolijst), welke 17 jaar geleden bij ploegen op het Veulen werd aangetroffen. Deze bijl, lichtbruin van kleur en met afmetingen van 17 x 7 en 3,1 is een der mooiste exemplaren welke tot heden onder Venray gevonden werd. De heer B., Zandhoek-Oirlo was zo vriendelijk ons twee bijlen te schenken, welke eveneens 'n vijf tiental jaren geleden aangetroffen werden op 'n perceel ten Westen van de z.g. Rosakker te Oirlo. Op deze akker lag vroeger een ur nenveld, welke bij ontginningswerk zaamheden totaal werd verwoest. In het Rijksmuseum te Leiden bevindt zich 'n bijl welke bij genoemde werkzaamheden te voorschijn kwam. Van een in de nabijheid geleegen veld bezit de Oudheidkundige kring van Venray eveneens twee vuurste- bijlen. Deze streek (Hoogriebroek-„Ros- akker-Boddebroek") blijkt, gezien de zes bijlen welke daar werden te ruggevonden, in de Jongsteentijd (3000-1800 jaren vóór Christus) vrij intensief bewoond te zijn geweest. Een van de hierboven beschreven bijl heeft een opvallende gelijkenis met 'n reeds jaren geleden -gevon den bijl-type, dat op het Schoor aan het licht kwam. Mogelijk kan bij deze twee bijlen van een typologische verwantschap gesproken worden. Vierde bijl alhoewel verloren ge raakt, werd geruime tijd geleden op ,,'t Kustert" gevonden en wel door de heer J. v. D. te Heide. ,,'t Kustert" is 'n oude veldnaam, het terrein ligt ongeveer tussen Steegsbroek en Wevex-slo. Deze bijl was gebroken en bezat een scherp snijvlak. Het opsporen van praehistorische bijlen is voor enkele leden der Oud heidkundige kring een bijzondere aangelegenheid geweest. Vermeldenswaard is, dat in een betrekkelijk korte tijd van 34 ja ren de vindplaatsen, vondstomstan- iigheden, de terminatie etc. werden verzameld van dertig voorhistori sche bijlen, alle uit de gemeente tfenray. De meest belangrijke vondst daar uit is wel de ontdekking op de Bos huizen. Thans staat definitief vast dat het bijltje aldaar aangetroffen de res pectabele ouderdom bezit van 40.000 jaren oud. (Moustérien). Dit werd vastgesteld bij 'n nauw keurig onderzoek door de Rijks dienst voor het Oudheidkundig Bo demonderzoek, welke in het bezit is van vergelijkingsmateriaal uit Frankrijk. Gebleken is, dat de Bos- huizenvondst volkomen identiek is met het Frans Moustérien-type Dit bijltje is dus tot heden het oudste voorwerp wat in de gemeente Venray is opgespoord en wat door mensenhanden is vervaardigd. TJONGERVONDSTEN (10.000- 9.000 VOOR CHRISTUS Bij de onlangs gehouden studie dagen van de R.O.B. te Amersfoort, .verden 'n groot aantal vuursteen artefacten, welke ter determinatie waren meegenomen, gedateerd uit de Tjongercultuur. (Zoals reeds gemeld ook aange troffen te Merselo). Bovengenoemde artefacten werden te Oirlo ontdekt en moeten dus eveneens tot de Oudsteentijd ge rangschikt worden. Dus ook Oirlo, waar ontegenzeg gelijk tot heden de meeste voorhis torische vindplaatsen voorkomen,

Peel en Maas | 1960 | | pagina 1