De Spaanse dinifl waarde rond in Nederland. Venray's uitbreiding nu andere kant op de Uit Peel en Maas loor de piililierechlei Op Maria hebben techniek noch modeval INGEZONDEN Zaterdag 10 October 1959 No 41 TACHTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DE5I MUNCKHOF WpPKRI AD VOOR VFNRAY FN 01VÏ ^TRF K P1M ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per m.m ABONNEMENTS- GROTESRAAT 28 VENRAY TELEF. 1512 GIRO 150652 VV V V-JV-FIX V I VJIYlO 1 I\ Cf JVC# IN PRIJS pER KWARTAAL 1.40 BUITEN VENRAY 1.60 Duizenden doden in nlet-oorlogvoerend land Wanneer de herfst zijn intrede doet in het land, is de weg voor verkoudheid en griep weer vrij. Als iemand zich „niet lekker" voelt in deze tijd, wordt al gauw gezegd dat hij wel griep „onder de leden" zal hebben. Maar wat is griep? Er zijn diverse soorten en over aard en ontstaan van de ziekte(n) blijven ook onder medici nog vele vragen leven. Enkele jaren geleden spoelde 'n golf van griep over de wereld die naar de plaats waar ze het eerst werd geconstateerd, wel A-griep werd genoemd. Hoewel er slacht offers vielen, was het aantal do den betrekkelijk gering. Dat is bij griep-epidimieën in het verleden soms heel anders geweest. Het meest berucht was wel de „spaan- se griep", die aan het eind van de eerste wereldoorlog rondwaarde door de landen van Europa en ook in Nederland zo vele en vooral jonge mensen ten grave sleepte. Het was zomer 1918. Duizenden, tienduizenden, honderdauizenuen waren reeds gevallen ais siacntofiei van de vreselijke wereldbrand, die toen al vier jaar woedde. Maar mocht het zo zijn, dat de ge teisterde volken de langste tijd van oorlogsgeweld en bloedvergieten toen acnter de rug hadden spoedig zou immers de wapenstilstand wor den gesloten een andere, mogelijk nog gevaarlijker vijand had inmid dels de kop op gestoken. Die vijand was de spaanse griep, in het land van Sint Nicolaas 't eerst was geconstateerd en „griep", omdat „Spaans" genoemd, omdat de ziekte de verschijnselen herinnerden aan andere soorten van ziekte, die men in het verleden reeds met die naam had bestempeld. DE EERSTE GRIEP-GOLF De spaanse griep trok zich van de neutraliteit nog minder aan dan de grote mogenndneden van toen en nu. Zo werden reeds begin augustus ook in ons land de eerste gevallen geconstateerd. Dat was in Zuid-Lim burg en met name Vaals. Te verklaren: hier woonden im mers heel wat arbeiders, die in Duit se fabrieken een werkkring hadden gevonden. En waren in de loop van de zomer vooral uit Duitsland niet de geruchten tot ons land doorge drongen over die gevreesde geheim zinnige ziekte? Met name de landen van centraal Europa waren er aanvankelijk door getroffen geweest. Toen Limburg echter was aange tast, duurde het slechts enkele da gen, of in heel Nederland werden gevallen van griep geconstateerd, aanvankelijk sporadisch, maar al spoedig in ruime mate. Met name de garnizoensplaatsen werden getrof fen. Gelukkig scheen de ziekte geen kwaadaardig karakter te dragen. Op 1 augustus althans was b.v. Amsterdam nog geen enkel geval met dodelijke afloop gemeld. Toch bestond er een algemene vrees voor de oprukkende griep en die vrees werd gevoed door de tal loze onrustbarende berichten uit het buitenland. En kwaadaardig mocht de ziekte op dat moment al niet zijn, wijd verspreid was ze temeer. Van 't personeel van de gemeente tram in Amsterdam werden er ir twaalf dagen tijds 800, d.w.z. een vierde deel, aangetast door de griep. En bij de Amsterdamse politie telde men 195 absenten. GEEN SLOTAKKOORD Zo snel de ziekte echter bezit had genomen van ons land, zo snel ver dween ze ook weer. Begin septem ber sprak een der dagbladen heel poëtisch al van „de slotakkoorden van een noodlotsymphonie". Dat de zaak echter heel wat min der poëtisch was dan deze uitdruk king zou doen vermoeden en dat de term „slotakkoord" op zijn minst voorbarig moet worden genoemd, zou spoedig blijken. Iedereen in Nederland was gecon centreerd op het einde van de oor log, dat nu spoedig zou komen. De voedselschaarste had weliswaar bij lange na niet zulke katastrofale vormen aangenomen als in de hon gerwinter 1944-1945, maar overvloed was er allerminst en wat er ter tafel kwam, was dikwijls van inferieure kwaliteit. Het brood was slecht, de aard appelen eigenlijk niet voor mense lijke consumptie geschikt en 't (paar- den)vlees heel moeilijk en dan nog in minimale porties te krijgen. Voor al bij de minder gesitueerden was de toestand bepaald niet rooskleurig en de weerstand van de gehele be volking raakte steeds meer ver zwakt. DE ZWARTE NOVEMBER- MAAND Toen kwam in de loop van de maand oktober de griep terug, maar thans in verhevigde mate, als een monster, dat zich bij de eerste aan val zijn buit heeft zien ontgaan en thans, van moordlust bezeten en mei de angst des doods in zijn staart, zich opnieuw werpt op zijn prooi. En de tijd was goed gekozen, de gure novembermaand, die altijd in Nederland al zo veel slachtofers van verkoudheid en longontsteking telde. Penieiline en andere soortgelijke preparaten waren er niet. Het volk was weerloos, de doktoren stonden machteloos. Zo lang er geen complicaties bij kwamen, was er meestal van direct gevaar geen sprake, maar zodra de griepaanval met een flinke longont steking gepaard ging, moest men maar afwachten hoe de uitslag van de crisis op de gevreesde vierde dag zou zijn, ten goede of ten kwade. In dien ten kwade, dan betekende dit de dood en het graf. En voor velen was het ten kwade. Van juli 1918 tot maart 1919 stier ven er in ons land 18.769 personen ten gevolge van de griep. En het overgrote deel van de slachtoffers viel in de zwarte novembermaand van 1918: tien duizend zes honderd zes en zeventig! BRUINE PAARDEN Wie door de griep werd aange tast, voelde zich niet eerst een beet je onwel, terwijl de ziekte langza merhand in hevigheid toenam, neen, het slachtoffer was plotseling door en door ziek en indien onderweg dikwijls niet eens in staat op de ge bruikelijke wijze naar huis te gaan. Werd deze griep niet gevolgd door longontsteking, dan moest men dankbaar zijn. Was dit wel het val, dan zag het er voor de lijder zeer ernstig uit. In veel gevallen volgde de dood reeds na enkele, soms zelfs al na twee of drie dagen. Complete gezinnen lagen op bed, zodat de doktoren dikwijls met de huissleutel in hun zak liepen, ten einde hun patiënten te kunnen be zoeken. Voorzover die doktoren ten minste niet zelf door de griep waren aangetast, want ook dat kwam veel vuldig voor. In Venray werden ver schillende sterfgevallen geregis treerd. Alleen al in Huize Servatius ruim 70 patiënten, maar ook in kom en kerkdorpen vielen vele slacht offers. SCHOOL EN BESMETTING Onder de doktoren en in de kran ten ontbrandde een felle strijd over de vraag, of de spaanse griep een besmettelijke ziekte was, ja dan wel neen. Zo ja, moesten dan niet on middellijk alle scholen worden ge sloten? Maar volgens Peel en Maas van die dagen zouden verantwoordelijke instanties zich met deze dooddoener van de zaak hebben afgemaakt: „Spaanse griep staat niet op het lijstje van besmettelijke ziekten, Daarom is er officieel niets aan de hand". In elk geval was deze dienst van oordeel, dat sluiting der scholen alléén zin zou hebben, wanneer was komen vast te staan, dat de kinde ren thuis minder kans liepen om be smet te worden dan op school. In elk geval, de scholen werden niet gesloten, behalve daar waar de onderwijzers of het overgrote deel van de leerlingen door ziekte waren uitgevallen. Intussen werd de toestand in de hoofdstad des lands bepaald zorg wekkend. 'Vele doktoren kwamen zelf op bed te liggen." Verpleegsters vielen uit door ziekte of uitputting. En niet alleen in Amsterdam, maar overal in het land stierven de men sen bij tientallen, veel al in de bloei van hun leven. En het juiste ver weer tegen de verraderlijke ziekte had men nog niet gevonden. Hygiënische maatregelen werden aanbevolen, grote vergaderingen en verzamelingen van mensen afgera den, ziekenbezoek hier en daar zelfs verboden. Maar voor het overige heeft men machteloos de epidemie moeten laten uitwoeden. Dat is ook gebeurd. Maar in de sterftecurve van de laatste vijftig jaren in Nederland zijn er maar twee grote toppen: de hongerwinter van 1944-1945 en de griepepidemie van herfst 1918. En de laatste top is nog hoger dan de eerste. van 2 oktober 1909 Zondag is alhier opgericht een afdeling van het R.K. Secretariaat van Post- en Telegraafbeambten. Het voorlopig bestuur bestaat uit de heren Piet de Wijze en Gerard Kus- ters alhier. van 9 oktober 1909 - Het nummeren der huizen in de gehele gemeente wordt geraamd op 200, die van de kom op 150. Donderdag werd in de Paters kerk een plechtig Triduum geopend, ter viering van het 700-jarig bestaan der orde van St Franciscus. van 3 oktober 1914 Maandag werd alhier de eerste paardenmarkt gehouden. Op de kermissen te Oirlo er Castenray zullen dit jaar geen open bare vermakelijkheden noch muziek worden toegelaten evenmin als kra men. Woensdag bracht Z.K.H. Prins Hendrik een bezoek aan de Rode Kruisinrichting te Venray in het St. Servatius en St Annagesticht. van 6 oktober 1934 Morgen eindigt wederom de zo mertijd. Men zette dus hedenavond de klokken en uurwerken één uur terug. Dinsdag herdacht het echtpaar Jos. Wijnhoven-Angenheyster alhier de gouden bruiloft. Dinsdag 30 okt. hoopt het echt paar Theodor Verbeek en Marie Slits de gouden bruiloft te vieren. Maandag werd publiek ver kocht het woonhuis, vroeger café en beugelbaan van Jan Janssen aan het Eind voor f 2.490. Door de politie werden maan dagavond 17 personen geverbali seerd, wegens het niet rijden op het rijwielpad Oostrum-Wanssum, doch gebruik te maken van de grote weg. Geen aardig slot van de Wanssumse kermis. De Duitsers alhier werkzaam, werden aangezegd ons land te ver laten. Een 12-tal vertrokken er uit Venray. Langzaam, bijna stapvoets, reed de auto over de landelijke wegen. Twee heren in de wagen genoten van het natuurschoon, en tegelijk van de ra dio. Uit de luidspreker klonk het muziekwerk „Rode rozen", hetwelk pleegt te worden voortgezet met rode lippen en rode wijn. De beide heren hebben de rode ro zen geplukt nog voor zij tot volle bloei waren gekomen. Zij hebben als het ware de rode lippen en de rode wijn niet afgewacht. Zij moesten die versmaden, zodat zij als slachtoffers van hun plicht mogen worden be schouwd. Want zij genoten ambts halve van de muziek. Zij waren be zig een geheime zender op te sporen. De P.T.T. koesterde het vermoeden dat de rode rozen waren afgezonden door een metselaar. Het peilapparaat in de wagen toonde aan, dat zij ge lijk hadden. De metselaar had in zijn woning de geheime zender en de overheid, in de gedaante van de bei de ambtenaren, klopte dreigend op de voordeur, nog voor de rode lip pen en de dito wijn op de door de componist voorgeschreven wijze wa ren afgewerkt. Het lied brak plotseling af. De ambtenaren hoorden in de metse laarswoning enig tumult van vallend metaal, iemand verwijderde zich met snelle doch schuldige tred, en aan de achterkant van het huis werd haastig een raam opengeschoven. Even later werden zij minzaam bin- nengenood. En toen vonden zij daar de ge heime zender, zult u denken. Maar dan hebt u het mis. Er was een ra diotoestel, er was een pick-up en er was een versterker, alles zaken die wel meer in metselaarswoningen worden aangetroffen. De metselaar zelf was er echter niet. Hij kwam even later pas bin nen. Hij was, naar hij vertelde, een half uurtje weg geweest. En hij toonde zich verrast over het onver wachte bezoek. De ambtenaren echter lieten zc snel de moed niet zakken. Zij beza gen de grammofoonplaat die op de pick-up lag. En daarbij moesten zij ervaren dat het lied „Rode rozen" heette, en dat de pick-up ijlings was stopgezet, ergens tussen de lippen en de wijn in. Bovendien ontdekten zij twee codensatoren, die bij een zen dertje behoren. Aan de versterker zat een draad die er alleen maar aan behoort te zitten als men zo'n apparaat ge bruikt voor uitzendingen. En die draad was ruw losgetrokken. Het zendertje zelf, de oscillator zoals zij dat noemen, was er niet. Maar het raam aan de achterzijde stond op verdachte wijze open. Het vermoeden lag voor de hand. dat de minzaam binnenkomende metselaar enkele minuten tevoren met schuldig geweten door het ach terraam was ontsnapt met het zen dertje in de hand. Hij verklaarde echter pertinent dat hij niet uitge zonden had. Hij was toch echt niet thuis geweest, zei hij. Helaas, de officier en de rechter wilden hem niet geloven. Er werd een maand gevangenisstraf geëist. Het vonnis luidde drie weken, en de zend-boel werd verbeurd verklaard. De justitie kan in zulke gevallen niet anders dan zware straffen op leggen, omdat het licht- en scheep vaartverkeer ernstige hinder onder vindt van deze clandestiene zender tjes, die zich niet aan hun golflengte houden, maar links en rechts door de ether zwiepen. Daar komen de Wie het verslag van de plan-com missie leest dat elders in dit blad staat gepubliceerd wordt mis schien aanvankelijk dol van alle plannen, die hierin te voorschijn ko men. Zeker waar het spreekt over het hoofdzakenplan, het structuur plan van west en daaraan verbonden uitbreidingsplannen. Het klinkt alle maal nog al zwaar en je loopt kans door de bomen het bos niet meer te zien. Maar als men door heeft, dat het verslag met een herziening van het hoofdzaken-plan feitelijk een her ziening nodig oordeelt van alles wat tot heden in en rond de kom van Venray tot stand is gebracht en men verder leest, dat er over die uitbrei dingsplannen met de stedebouwkun- dige nog al het een en ander te doen is dan merkt men toch wel dat er iets aan het handje is, dat van het grootste belang is voor Venrays toe komst. 15 jaren geleden zorgden bommen en granaten er voor, dat vooral de kom van onze gemeente dringend nodig gereviseerd moest worden. Een revisie, die meteen aangegi'epen kon worden om de dorpse ingeslotenheid van diezelfde kom open te breken en nieuwe uitbreidingsmogelijkhe den, te scheppen. Daarvoor zijn toen stedenbouwkundigen benoemd, die dit probleem o.m. wetenschappelijk hebben benaderd en in fraaie teke ningen hebben vastgelegd. Toen we die eerste tekeningen onder onze neus kregen, is men on willekeurig geschrokken, want er werd zo links §n rechts bij al de af braak die er al was, nog het nodige afgebroken en de openheid deed vreemd aan, na al die jaren en jaren, waarin het dorp zo heerlijk ingeslo ten had liggen dommelen. Intussen zijn we vijftien jaren verder en degenen, die al die tijd Venray niet meer heeft gezien, wrijft zich de ogen uit als hij de uitbrei dingen ziet, die aan alle kanten, vooral in de kom, getuigenis afleg gen van een gestadige groei en bloei van de eertijds betrekkelijk kleine gemeenschap. Nieuwe wijken, nieuwe straten, nieuwe huizen, nieuwe scholen, nieuwe winkels, nieuwe pleinen, plantsoenen en groenstroken en steeds maar rijzen steigers omhoog voor nieuwe dingen, huizen, gebou wen, scholen, zaken. Hetzelfde beeld, al is het dan in mindere mate en scheelt dat in het ene kerkdorp voor het andere, zien we ook op de kerkdorpen. Ook hier een ongekende groei en bloei, een ongekende uitbreiding die niemand had verwacht. Zelfs de stedenbouw kundigen niet. Want dat laatste kan men duidelijk tussen de regels door lezen van dit rapport: de plannen die 1015 jaren geleden zijn opge steld zijn achterhaald door de wer kelijkheid. De straten zijn te eng en men eist een andere verkeers regeling. De parochies moeten worden ge splitst, maar er is met die situatie te weinig rekening gehouden; waar een busstation zou komen, komt nu een schouwburg en in een villawijk komt nu een busstation Het industrieterrein is te klein ge bleken en zo kunnen we door gaan. Het toen opgezette plan (in hoofd zaken), wat de grote lijnen aan gaf voor Venrays ontwikkeling in de ko mende 4050 jaren is in ternauwer nood 10 jaren achterhaald en eist 'n dringende revisie Dat geeft toch wel te denken Ook te denken geeft, dat we in dit verslag ook zo tussen de regels door kunnen lezen, dat men plan West toch ander-s wil dan b.v. Oost. En dat terwijl we plan Oost enkele jaren geleden vol trots de bezoeker- toonde, als een bewijs, dat men ook in kleinere plaatsen van uitbreiding en nieuwbouw iets aardigs en goeds wist te maken. De afwisseling in woningbouw, die ondanks groenstroken, brede trot toirs e.d. weer niet beantwoorden aan de hedendaagse eisen van open heid. In het verslag blijkt dan ook dui delijk, dat men in plan West, waar van we enige jaren geleden al de plannen publiceerden, diezelfde plannen niet meer wenst. Daar moet iets anders komen. Laten we over dat „anders" intussen de vaklui maar eens vechten. Want gevochten wordt er. De plan-commissie heeft gevraagd om een structuurplan. Ze wil eerst weten wat en hoe men plan West, dus het gedeelte tussen Deurnese- en Overloonseweg nu feitelijk wel in wil delen. Ze wil waarschijnlijk eens duidelijk uitgemaakt zien, waar b.v. woningwetwoningen komen, waar laatste tijd nog klachten bij van bui tenlandse reddingsstations, omdat de Nedei'landse geheime zenders ach- tergx-ondgedruis veroorzaken. Marconisten hebben een belang rijke taak, waarvan mensenlevens afhankelijk kunnen zijn. Zij hebben tijdens hun werk allerminst behoef te aan rode rozen, lippen of wijn. en hoe de particuliex-e bouwer kan sen krijgt, waar men scholen, kerken, openbare gebouwen in die buurten denkt te stichten, hoe een en ander zal aansluiten bij het toekomstig re creatie-oord op de Vier Uutersten enz. enz. En naar aanleiding daax-van wenst het dan een onderverdeling van de verschillende blokken in de z.g. uit breidingsplannen. Blokken, waarvan de verwezenlijking dan ter hand ge nomen kan worden. Ondanks afspraken aldus meldt 't rappoi't, zxjn intussen wel twee nieu we uxtbreidingspiannen ingediena maar nog steeas geen structuurplan, rietgeen zoveel wil zeggen, dat hei tussen piancommissie en steden bouwkundigen niet bepaald koek en ei is. Wat op zichzelf zo erg niet is, maar waardoor B. en W. wel in een ietwat eigenaardige positie komt tt zitten, want aan de ene kant heeii zij een deskundige als adviseur in de stedenbouwkunde i.e. de steden- Douwkundxge, aan de andere kani de raads-adviescommissie i.e. de piancommissie Nu maar afwachten wie het wint. Het belangrijkste punt van deze hele geschiedenis is, dat men in sa menwerking met ETIL en Planolo gische Dienst nu onderhand eens gaat komen tot een soort toekomst studie over Venray. Weliswaar komt dit omdat men met de industrialisatie feitelijk geen goede raad meer weet, maar het een nangt nauw aan het ander vast. En wij voor ons geloven, dat afgezien van de stedenbouwkundige indeling der ontworpen uitbreidingsblokken - het vorenstaande feitelijk zijn oor zaak vindt in het feit, dat onvol doende gegevens op alle mogelijke terreinen ter beschikking staan. Niemand heeft 10 jaren geleden een dermate stormachtige ontwikke ling van Venray durven voorspellen. Zo zijn dan de plannen ook opge steld. Maar die ontwikkeling is er wel geweest en ze is bepaaldelijk niet uit de lucht komen vallen. En al had men zeker niet alles kunnen voorspellen, veel wat nu onherroe pelijk geworden is, had dan voor komen kunnen worden. Deze conclusie uit het rapport stemt toch tot nadenken. We hebben de nodige desillusies beleefd met het sociologisch onderzoek indertijd. Van 't eindelijk uitgekomen deel rapport, waarvoor de gemeente Ven ray alleen vijftienduizend harde gul dens heeft neergeteld, is nog geen mens wijzer geworden, omdat het niet openbaar is geworden en veilig 't bureau ligt opgeborgen, omdat het intussen reeds lang achterhaald is, zoals zovele dingen zijn achter haald, ook bij de wederopbouw en uitbreiding van Venray. Men is dus een tikkeltje kopschuw geworden van dergelijke onderzoeken. Maar nu blijkt toch wel hoe drin gend nodig ze zijn wil men voor de toekomst plannen kunnen opstellen, die na 10 jaren niet verouderd blij ken en achterhaald. En deze conclusie lijkt ons wel wat benauwd, als men dan ziet dat desondanks toch maar uitbreidings plannen worden gemaakt, terwijl men nu evenmin als 15 jaren gele den de zo broodnodige gegevens ter beschikking had tronen, van schreeuwende radio's en kleuren-illustraties doet de stem van de eeuwenoude lofprijzing van Maria als een verademing aan. Want bo ven al die technische vooruitgang treft en trekt ons het wezen der din gen, dat niet verandert. De enige verandering, die als een wezenlijke in de menselijke verhou dingen tot stand gekomen is, is die, waarbij Maria Moeder van God en ook onze Moeder geworden is. Die verhouding is aan geen mode-konin gen of mannequins onderhevig. Zij kan het ook niet zijn. Lourdes toont voor de zoveelste maal, hoe de christenwereld ook be reid is deze eeuwig nieuwe figuur, Maria, te eren en haar Moederschap als een essentieel bestanddeel van hte geloof tot levende werkelijkheid te brengen. Verschillende uwer zullen wel eens in Lourdes zijn geweest en daar iets hebben ervaren, wat nauwelijks on der woorden te brengen is. In Lourdes dan uit zich een stuk van ons geloof, onze verering voor de Moeder van Christus Onze Heer. Het is soms net alsof de woorden Moeder Maria" ons nog persoonlij ker en intiemer aanspreken dan de woorden Christus Onze Heer. Het is alsof Maria ons als mens nog dichtei nabij is dan Haar Zoon, die zowel God als Mens is. Waarvan het komt lijkt me moei lijk te verklaren, maar het schijnt mij zo toch wel te zijn. Nu in Lourdes ervaart men, als men er als pelgrim geruime tijd hoeft doorgebracht, hoezeer de voor spellingen van Maria, gedaan bij haar bezoek aan haar nicht Elisa beth, volkomen waar geworden zijn. „Alle geslachten zullen mij zalig prijzen". Heel het Magnificat trou wens geeft de ziel der Mariaverering weer. En juist in een genadeoord als Lourdes leeft die ziel in volle glorie uit. Het Epistel van deze zondag, die gewijd is aan het Moederschap van Maria, sluit aan op die mentaliteit, op die ziel onder Mariaverering. Het stuk, dat ontleend is aan een nog veel ouder geschrift, n.l. aan het boek der Wijsheid, klinkt ons zo weldadig in de oren. Het is alles behalve ouderwets. In deze tijd van motoren en elee- DE VERKEERSREGELING Mijnheer de Redacteur, ik moge nog eenmaal en dan ook voor net laatst terugkomen op de verkeers regeling. nn wel naar aaniexuxng v^an wat de weggebruiker vorige week schreef en iiet raausiid Jans sen in de laatste raadsvergadering stelde. Ik meen te mogen zeggen,.aat oeide heren van de sterling uk gaan: veilig verkeer is nooctzatceujK. uac is ook bij mij no. 1. Maar de methode, waarop dit veilig verkeer verkregen wordt, hierover mag men in een democratiscne staat toen rustig van mening verschillen. Ik wil dan vaststeuen, dat de verkeers politie in eerste opzet dit doei meen de te kunnen bereiken door e_*n par- Keerverbod in de hoofdstraten. Dat was h.i. voldoende om het noofddoel te bereiken, uat zij met de latere voorstellen van de A.1M.W.B. t.w. een-ricnting-verkeer aecoord zijn gegaan is iogiscn, zij zouwaar- scnijnnjk ook accoord gegaan zijn met een totale omlegging van het verkeer. Maar volgens haar eerste mede deling zou het verkeer in Venray veilig geworden zijn door het parke ren te verbieden. Temeer waar men hier uitgezochte parkeerruimten neeft midden in de kom. Ondanks 't oordeel van deze vak mensen, is men er de ANWB bij gaan halen, die niets dan het veilig verkeer en dan dat tussen haak jes voornamelijk het veilige snel verkeer. Maar rekening genouden met belangen van de middenstand heeft zij niet. Nu kan men vertellen wat men wil en men kan vergelijking gaan trekken met welke plaats men wil, daar waar het de mensen het ge makkelijkst gemaakt wordt hun doel te bereiken, daar zullen ze automa tisch naar toe trekken. En aangezien het de mensen moeilijk gemaakt wordt in Venrays kom te komen, zal men een en ander gemakkelijk gaan merken. Ik heb nog nergens gehoord of ge lezen, waarom men niet de zeer ge makkelijke en minder kostbare proef niet genomen heeft om eens een parkeerverbod op te leggen. En laat men a.u.b. niet aankomen met een enquete onder de middenstand, die voor 80% tegen een parkeerverbod zouden zijn. Het is logisch als men een eigen wagen voor de deur kan parkeren', dat men dan niet zal vra gen om hem a.u.b. 50 m verder te mogen plaatsen. Als men in die enquete duidelijk gesteld had waarom het ging: een richting-verkeer met zijn conse quenties of parkeerverbod, dSn zou m.i. de uitslag heel anders zijn ge weest. En wat de maximum snel heid betreft, in de Patersstraat pas seerden op vrijdag 2 oktober in 2 uren tijds; 92 wagens. Hiervan reden er 21 meer dan 50 km per uur We wachten rustig af, wat de toe komst brengen zal, aldus is nu het parool. Maar hoe, daar praat nie mand over. MIDDENSTANDER Waarom uw onvriendelijke opmer kingen. over de P.T.T. i.v.m. het af snijden van de draadomroep. Als 'n zakenman iets onrendabels heeft, houdt hij er toch ook mee op? S.H. ANTWOORD DER REDACTIE: De P.T.T. heeft in het jaar 1958 in totaal (met inbegrip van de post spaarbank) een zoete winst gemaakt van 49.800.000 gulden, hetgeen „een gunstig exploitatie-resultaat" wordt genoemd, omdat het batig saldo (zonder postspaarbank) in '57 slechts een tiende deel daarvan beliep. Met deze prachtige cijfers voor ogen zou op staande voet het brief port kunnen verlaagd worden van 12 op 10 cent. Of een korting kunnen worden gegeven van 2 cent op elke telexaansluiting. Of 14 cent in min dering kunnen worden gebracht bij elk interlokaal telefoongesprek. Of 6.25 mogen worden afgetrokken op de telefoonnota van elk gevoerd internationaal gesprek. Of een be langrijke rente kunnen worden ge geven voor al het geld, dat de post giro beheert voor de rekeninghou ders. Of 8,kunnen worden uit gekeerd, voor iedere opgegeven tele gram in dat boekjaar; dat zou de te legraafdienst ook weer doen ople ven. Of 52,60 mogen worden be taald aan iedere aangeslotene op het radio-distributienet als tegemoetko-

Peel en Maas | 1959 | | pagina 1