De Spaanse dinifl waarde rond
in Nederland.
Venray's uitbreiding nu
andere kant op
de
Uit Peel en Maas
loor de piililierechlei
Op Maria hebben
techniek noch modeval
INGEZONDEN
Zaterdag 10 October 1959 No 41
TACHTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DE5I MUNCKHOF WpPKRI AD VOOR VFNRAY FN 01VÏ ^TRF K P1M ADVERTENTIEPRIJS 8 ct. per m.m ABONNEMENTS-
GROTESRAAT 28 VENRAY TELEF. 1512 GIRO 150652 VV V V-JV-FIX V I VJIYlO 1 I\ Cf JVC# IN PRIJS pER KWARTAAL 1.40 BUITEN VENRAY 1.60
Duizenden doden in nlet-oorlogvoerend land
Wanneer de herfst zijn intrede
doet in het land, is de weg voor
verkoudheid en griep weer vrij.
Als iemand zich „niet lekker" voelt
in deze tijd, wordt al gauw gezegd
dat hij wel griep „onder de leden"
zal hebben. Maar wat is griep?
Er zijn diverse soorten en over
aard en ontstaan van de ziekte(n)
blijven ook onder medici nog vele
vragen leven.
Enkele jaren geleden spoelde 'n
golf van griep over de wereld die
naar de plaats waar ze het eerst
werd geconstateerd, wel A-griep
werd genoemd. Hoewel er slacht
offers vielen, was het aantal do
den betrekkelijk gering. Dat is bij
griep-epidimieën in het verleden
soms heel anders geweest. Het
meest berucht was wel de „spaan-
se griep", die aan het eind van de
eerste wereldoorlog rondwaarde
door de landen van Europa en ook
in Nederland zo vele en vooral
jonge mensen ten grave sleepte.
Het was zomer 1918. Duizenden,
tienduizenden, honderdauizenuen
waren reeds gevallen ais siacntofiei
van de vreselijke wereldbrand, die
toen al vier jaar woedde.
Maar mocht het zo zijn, dat de ge
teisterde volken de langste tijd van
oorlogsgeweld en bloedvergieten
toen acnter de rug hadden spoedig
zou immers de wapenstilstand wor
den gesloten een andere, mogelijk
nog gevaarlijker vijand had inmid
dels de kop op gestoken.
Die vijand was de spaanse griep,
in het land van Sint Nicolaas 't eerst
was geconstateerd en „griep", omdat
„Spaans" genoemd, omdat de ziekte
de verschijnselen herinnerden aan
andere soorten van ziekte, die men
in het verleden reeds met die naam
had bestempeld.
DE EERSTE GRIEP-GOLF
De spaanse griep trok zich van de
neutraliteit nog minder aan dan de
grote mogenndneden van toen en nu.
Zo werden reeds begin augustus
ook in ons land de eerste gevallen
geconstateerd. Dat was in Zuid-Lim
burg en met name Vaals.
Te verklaren: hier woonden im
mers heel wat arbeiders, die in Duit
se fabrieken een werkkring hadden
gevonden. En waren in de loop van
de zomer vooral uit Duitsland niet
de geruchten tot ons land doorge
drongen over die gevreesde geheim
zinnige ziekte?
Met name de landen van centraal
Europa waren er aanvankelijk door
getroffen geweest.
Toen Limburg echter was aange
tast, duurde het slechts enkele da
gen, of in heel Nederland werden
gevallen van griep geconstateerd,
aanvankelijk sporadisch, maar al
spoedig in ruime mate. Met name de
garnizoensplaatsen werden getrof
fen. Gelukkig scheen de ziekte geen
kwaadaardig karakter te dragen.
Op 1 augustus althans was b.v.
Amsterdam nog geen enkel geval
met dodelijke afloop gemeld.
Toch bestond er een algemene
vrees voor de oprukkende griep en
die vrees werd gevoed door de tal
loze onrustbarende berichten uit het
buitenland. En kwaadaardig mocht
de ziekte op dat moment al niet zijn,
wijd verspreid was ze temeer.
Van 't personeel van de gemeente
tram in Amsterdam werden er ir
twaalf dagen tijds 800, d.w.z. een
vierde deel, aangetast door de griep.
En bij de Amsterdamse politie telde
men 195 absenten.
GEEN SLOTAKKOORD
Zo snel de ziekte echter bezit had
genomen van ons land, zo snel ver
dween ze ook weer. Begin septem
ber sprak een der dagbladen heel
poëtisch al van „de slotakkoorden
van een noodlotsymphonie".
Dat de zaak echter heel wat min
der poëtisch was dan deze uitdruk
king zou doen vermoeden en dat de
term „slotakkoord" op zijn minst
voorbarig moet worden genoemd,
zou spoedig blijken.
Iedereen in Nederland was gecon
centreerd op het einde van de oor
log, dat nu spoedig zou komen. De
voedselschaarste had weliswaar bij
lange na niet zulke katastrofale
vormen aangenomen als in de hon
gerwinter 1944-1945, maar overvloed
was er allerminst en wat er ter tafel
kwam, was dikwijls van inferieure
kwaliteit.
Het brood was slecht, de aard
appelen eigenlijk niet voor mense
lijke consumptie geschikt en 't (paar-
den)vlees heel moeilijk en dan nog
in minimale porties te krijgen. Voor
al bij de minder gesitueerden was
de toestand bepaald niet rooskleurig
en de weerstand van de gehele be
volking raakte steeds meer ver
zwakt.
DE ZWARTE NOVEMBER-
MAAND
Toen kwam in de loop van de
maand oktober de griep terug, maar
thans in verhevigde mate, als een
monster, dat zich bij de eerste aan
val zijn buit heeft zien ontgaan en
thans, van moordlust bezeten en mei
de angst des doods in zijn staart,
zich opnieuw werpt op zijn prooi.
En de tijd was goed gekozen, de
gure novembermaand, die altijd in
Nederland al zo veel slachtofers van
verkoudheid en longontsteking telde.
Penieiline en andere soortgelijke
preparaten waren er niet. Het volk
was weerloos, de doktoren stonden
machteloos.
Zo lang er geen complicaties bij
kwamen, was er meestal van direct
gevaar geen sprake, maar zodra de
griepaanval met een flinke longont
steking gepaard ging, moest men
maar afwachten hoe de uitslag van
de crisis op de gevreesde vierde dag
zou zijn, ten goede of ten kwade. In
dien ten kwade, dan betekende dit
de dood en het graf.
En voor velen was het ten kwade.
Van juli 1918 tot maart 1919 stier
ven er in ons land 18.769 personen
ten gevolge van de griep. En het
overgrote deel van de slachtoffers
viel in de zwarte novembermaand
van 1918: tien duizend zes honderd
zes en zeventig!
BRUINE PAARDEN
Wie door de griep werd aange
tast, voelde zich niet eerst een beet
je onwel, terwijl de ziekte langza
merhand in hevigheid toenam, neen,
het slachtoffer was plotseling door
en door ziek en indien onderweg
dikwijls niet eens in staat op de ge
bruikelijke wijze naar huis te gaan.
Werd deze griep niet gevolgd door
longontsteking, dan moest men
dankbaar zijn. Was dit wel het
val, dan zag het er voor de lijder
zeer ernstig uit. In veel gevallen
volgde de dood reeds na enkele,
soms zelfs al na twee of drie dagen.
Complete gezinnen lagen op bed,
zodat de doktoren dikwijls met de
huissleutel in hun zak liepen, ten
einde hun patiënten te kunnen be
zoeken. Voorzover die doktoren ten
minste niet zelf door de griep waren
aangetast, want ook dat kwam veel
vuldig voor. In Venray werden ver
schillende sterfgevallen geregis
treerd. Alleen al in Huize Servatius
ruim 70 patiënten, maar ook in kom
en kerkdorpen vielen vele slacht
offers.
SCHOOL EN BESMETTING
Onder de doktoren en in de kran
ten ontbrandde een felle strijd over
de vraag, of de spaanse griep een
besmettelijke ziekte was, ja dan wel
neen. Zo ja, moesten dan niet on
middellijk alle scholen worden ge
sloten?
Maar volgens Peel en Maas van
die dagen zouden verantwoordelijke
instanties zich met deze dooddoener
van de zaak hebben afgemaakt:
„Spaanse griep staat niet op het
lijstje van besmettelijke ziekten,
Daarom is er officieel niets aan de
hand". In elk geval was deze dienst
van oordeel, dat sluiting der scholen
alléén zin zou hebben, wanneer was
komen vast te staan, dat de kinde
ren thuis minder kans liepen om be
smet te worden dan op school.
In elk geval, de scholen werden
niet gesloten, behalve daar waar de
onderwijzers of het overgrote deel
van de leerlingen door ziekte waren
uitgevallen.
Intussen werd de toestand in de
hoofdstad des lands bepaald zorg
wekkend. 'Vele doktoren kwamen
zelf op bed te liggen." Verpleegsters
vielen uit door ziekte of uitputting.
En niet alleen in Amsterdam, maar
overal in het land stierven de men
sen bij tientallen, veel al in de bloei
van hun leven. En het juiste ver
weer tegen de verraderlijke ziekte
had men nog niet gevonden.
Hygiënische maatregelen werden
aanbevolen, grote vergaderingen en
verzamelingen van mensen afgera
den, ziekenbezoek hier en daar zelfs
verboden. Maar voor het overige
heeft men machteloos de epidemie
moeten laten uitwoeden. Dat is ook
gebeurd.
Maar in de sterftecurve van de
laatste vijftig jaren in Nederland
zijn er maar twee grote toppen: de
hongerwinter van 1944-1945 en de
griepepidemie van herfst 1918. En de
laatste top is nog hoger dan de
eerste.
van 2 oktober 1909
Zondag is alhier opgericht een
afdeling van het R.K. Secretariaat
van Post- en Telegraafbeambten.
Het voorlopig bestuur bestaat uit de
heren Piet de Wijze en Gerard Kus-
ters alhier.
van 9 oktober 1909
- Het nummeren der huizen in de
gehele gemeente wordt geraamd op
200, die van de kom op 150.
Donderdag werd in de Paters
kerk een plechtig Triduum geopend,
ter viering van het 700-jarig bestaan
der orde van St Franciscus.
van 3 oktober 1914
Maandag werd alhier de eerste
paardenmarkt gehouden.
Op de kermissen te Oirlo er
Castenray zullen dit jaar geen open
bare vermakelijkheden noch muziek
worden toegelaten evenmin als kra
men.
Woensdag bracht Z.K.H. Prins
Hendrik een bezoek aan de Rode
Kruisinrichting te Venray in het St.
Servatius en St Annagesticht.
van 6 oktober 1934
Morgen eindigt wederom de zo
mertijd. Men zette dus hedenavond
de klokken en uurwerken één uur
terug.
Dinsdag herdacht het echtpaar
Jos. Wijnhoven-Angenheyster alhier
de gouden bruiloft.
Dinsdag 30 okt. hoopt het echt
paar Theodor Verbeek en Marie
Slits de gouden bruiloft te vieren.
Maandag werd publiek ver
kocht het woonhuis, vroeger café en
beugelbaan van Jan Janssen aan het
Eind voor f 2.490.
Door de politie werden maan
dagavond 17 personen geverbali
seerd, wegens het niet rijden op het
rijwielpad Oostrum-Wanssum, doch
gebruik te maken van de grote weg.
Geen aardig slot van de Wanssumse
kermis.
De Duitsers alhier werkzaam,
werden aangezegd ons land te ver
laten. Een 12-tal vertrokken er uit
Venray.
Langzaam, bijna stapvoets, reed de
auto over de landelijke wegen. Twee
heren in de wagen genoten van het
natuurschoon, en tegelijk van de ra
dio. Uit de luidspreker klonk het
muziekwerk „Rode rozen", hetwelk
pleegt te worden voortgezet met
rode lippen en rode wijn.
De beide heren hebben de rode ro
zen geplukt nog voor zij tot volle
bloei waren gekomen. Zij hebben als
het ware de rode lippen en de rode
wijn niet afgewacht. Zij moesten die
versmaden, zodat zij als slachtoffers
van hun plicht mogen worden be
schouwd. Want zij genoten ambts
halve van de muziek. Zij waren be
zig een geheime zender op te sporen.
De P.T.T. koesterde het vermoeden
dat de rode rozen waren afgezonden
door een metselaar. Het peilapparaat
in de wagen toonde aan, dat zij ge
lijk hadden. De metselaar had in zijn
woning de geheime zender en de
overheid, in de gedaante van de bei
de ambtenaren, klopte dreigend op
de voordeur, nog voor de rode lip
pen en de dito wijn op de door de
componist voorgeschreven wijze wa
ren afgewerkt.
Het lied brak plotseling af. De
ambtenaren hoorden in de metse
laarswoning enig tumult van vallend
metaal, iemand verwijderde zich met
snelle doch schuldige tred, en aan
de achterkant van het huis werd
haastig een raam opengeschoven.
Even later werden zij minzaam bin-
nengenood.
En toen vonden zij daar de ge
heime zender, zult u denken. Maar
dan hebt u het mis. Er was een ra
diotoestel, er was een pick-up en er
was een versterker, alles zaken die
wel meer in metselaarswoningen
worden aangetroffen.
De metselaar zelf was er echter
niet. Hij kwam even later pas bin
nen. Hij was, naar hij vertelde, een
half uurtje weg geweest. En hij
toonde zich verrast over het onver
wachte bezoek.
De ambtenaren echter lieten zc
snel de moed niet zakken. Zij beza
gen de grammofoonplaat die op de
pick-up lag. En daarbij moesten zij
ervaren dat het lied „Rode rozen"
heette, en dat de pick-up ijlings was
stopgezet, ergens tussen de lippen en
de wijn in. Bovendien ontdekten zij
twee codensatoren, die bij een zen
dertje behoren.
Aan de versterker zat een draad
die er alleen maar aan behoort te
zitten als men zo'n apparaat ge
bruikt voor uitzendingen. En die
draad was ruw losgetrokken. Het
zendertje zelf, de oscillator zoals zij
dat noemen, was er niet. Maar het
raam aan de achterzijde stond op
verdachte wijze open.
Het vermoeden lag voor de hand.
dat de minzaam binnenkomende
metselaar enkele minuten tevoren
met schuldig geweten door het ach
terraam was ontsnapt met het zen
dertje in de hand. Hij verklaarde
echter pertinent dat hij niet uitge
zonden had. Hij was toch echt niet
thuis geweest, zei hij.
Helaas, de officier en de rechter
wilden hem niet geloven. Er werd
een maand gevangenisstraf geëist.
Het vonnis luidde drie weken, en de
zend-boel werd verbeurd verklaard.
De justitie kan in zulke gevallen
niet anders dan zware straffen op
leggen, omdat het licht- en scheep
vaartverkeer ernstige hinder onder
vindt van deze clandestiene zender
tjes, die zich niet aan hun golflengte
houden, maar links en rechts door
de ether zwiepen. Daar komen de
Wie het verslag van de plan-com
missie leest dat elders in dit blad
staat gepubliceerd wordt mis
schien aanvankelijk dol van alle
plannen, die hierin te voorschijn ko
men. Zeker waar het spreekt over
het hoofdzakenplan, het structuur
plan van west en daaraan verbonden
uitbreidingsplannen. Het klinkt alle
maal nog al zwaar en je loopt kans
door de bomen het bos niet meer te
zien.
Maar als men door heeft, dat het
verslag met een herziening van het
hoofdzaken-plan feitelijk een her
ziening nodig oordeelt van alles wat
tot heden in en rond de kom van
Venray tot stand is gebracht en men
verder leest, dat er over die uitbrei
dingsplannen met de stedebouwkun-
dige nog al het een en ander te doen
is dan merkt men toch wel dat er
iets aan het handje is, dat van het
grootste belang is voor Venrays toe
komst.
15 jaren geleden zorgden bommen
en granaten er voor, dat vooral de
kom van onze gemeente dringend
nodig gereviseerd moest worden. Een
revisie, die meteen aangegi'epen kon
worden om de dorpse ingeslotenheid
van diezelfde kom open te breken
en nieuwe uitbreidingsmogelijkhe
den, te scheppen. Daarvoor zijn toen
stedenbouwkundigen benoemd, die
dit probleem o.m. wetenschappelijk
hebben benaderd en in fraaie teke
ningen hebben vastgelegd.
Toen we die eerste tekeningen
onder onze neus kregen, is men on
willekeurig geschrokken, want er
werd zo links §n rechts bij al de af
braak die er al was, nog het nodige
afgebroken en de openheid deed
vreemd aan, na al die jaren en jaren,
waarin het dorp zo heerlijk ingeslo
ten had liggen dommelen.
Intussen zijn we vijftien jaren
verder en degenen, die al die tijd
Venray niet meer heeft gezien, wrijft
zich de ogen uit als hij de uitbrei
dingen ziet, die aan alle kanten,
vooral in de kom, getuigenis afleg
gen van een gestadige groei en bloei
van de eertijds betrekkelijk kleine
gemeenschap.
Nieuwe wijken, nieuwe straten,
nieuwe huizen, nieuwe scholen,
nieuwe winkels, nieuwe pleinen,
plantsoenen en groenstroken en
steeds maar rijzen steigers omhoog
voor nieuwe dingen, huizen, gebou
wen, scholen, zaken.
Hetzelfde beeld, al is het dan in
mindere mate en scheelt dat in het
ene kerkdorp voor het andere, zien
we ook op de kerkdorpen. Ook hier
een ongekende groei en bloei, een
ongekende uitbreiding die niemand
had verwacht. Zelfs de stedenbouw
kundigen niet. Want dat laatste kan
men duidelijk tussen de regels door
lezen van dit rapport: de plannen
die 1015 jaren geleden zijn opge
steld zijn achterhaald door de wer
kelijkheid. De straten zijn te eng en
men eist een andere verkeers
regeling.
De parochies moeten worden ge
splitst, maar er is met die situatie te
weinig rekening gehouden; waar een
busstation zou komen, komt nu een
schouwburg en in een villawijk komt
nu een busstation
Het industrieterrein is te klein ge
bleken en zo kunnen we door gaan.
Het toen opgezette plan (in hoofd
zaken), wat de grote lijnen aan gaf
voor Venrays ontwikkeling in de ko
mende 4050 jaren is in ternauwer
nood 10 jaren achterhaald en eist 'n
dringende revisie
Dat geeft toch wel te denken
Ook te denken geeft, dat we in dit
verslag ook zo tussen de regels
door kunnen lezen, dat men plan
West toch ander-s wil dan b.v. Oost.
En dat terwijl we plan Oost enkele
jaren geleden vol trots de bezoeker-
toonde, als een bewijs, dat men ook
in kleinere plaatsen van uitbreiding
en nieuwbouw iets aardigs en goeds
wist te maken.
De afwisseling in woningbouw, die
ondanks groenstroken, brede trot
toirs e.d. weer niet beantwoorden
aan de hedendaagse eisen van open
heid.
In het verslag blijkt dan ook dui
delijk, dat men in plan West, waar
van we enige jaren geleden al de
plannen publiceerden, diezelfde
plannen niet meer wenst. Daar moet
iets anders komen. Laten we over
dat „anders" intussen de vaklui maar
eens vechten. Want gevochten wordt
er.
De plan-commissie heeft gevraagd
om een structuurplan. Ze wil eerst
weten wat en hoe men plan West,
dus het gedeelte tussen Deurnese-
en Overloonseweg nu feitelijk wel in
wil delen. Ze wil waarschijnlijk eens
duidelijk uitgemaakt zien, waar b.v.
woningwetwoningen komen, waar
laatste tijd nog klachten bij van bui
tenlandse reddingsstations, omdat de
Nedei'landse geheime zenders ach-
tergx-ondgedruis veroorzaken.
Marconisten hebben een belang
rijke taak, waarvan mensenlevens
afhankelijk kunnen zijn. Zij hebben
tijdens hun werk allerminst behoef
te aan rode rozen, lippen of wijn.
en hoe de particuliex-e bouwer kan
sen krijgt, waar men scholen, kerken,
openbare gebouwen in die buurten
denkt te stichten, hoe een en ander
zal aansluiten bij het toekomstig re
creatie-oord op de Vier Uutersten
enz. enz.
En naar aanleiding daax-van wenst
het dan een onderverdeling van de
verschillende blokken in de z.g. uit
breidingsplannen. Blokken, waarvan
de verwezenlijking dan ter hand ge
nomen kan worden.
Ondanks afspraken aldus meldt 't
rappoi't, zxjn intussen wel twee nieu
we uxtbreidingspiannen ingediena
maar nog steeas geen structuurplan,
rietgeen zoveel wil zeggen, dat hei
tussen piancommissie en steden
bouwkundigen niet bepaald koek en
ei is. Wat op zichzelf zo erg niet is,
maar waardoor B. en W. wel in een
ietwat eigenaardige positie komt tt
zitten, want aan de ene kant heeii
zij een deskundige als adviseur in
de stedenbouwkunde i.e. de steden-
Douwkundxge, aan de andere kani
de raads-adviescommissie i.e. de
piancommissie
Nu maar afwachten wie het wint.
Het belangrijkste punt van deze
hele geschiedenis is, dat men in sa
menwerking met ETIL en Planolo
gische Dienst nu onderhand eens
gaat komen tot een soort toekomst
studie over Venray.
Weliswaar komt dit omdat men
met de industrialisatie feitelijk geen
goede raad meer weet, maar het een
nangt nauw aan het ander vast. En
wij voor ons geloven, dat afgezien
van de stedenbouwkundige indeling
der ontworpen uitbreidingsblokken -
het vorenstaande feitelijk zijn oor
zaak vindt in het feit, dat onvol
doende gegevens op alle mogelijke
terreinen ter beschikking staan.
Niemand heeft 10 jaren geleden
een dermate stormachtige ontwikke
ling van Venray durven voorspellen.
Zo zijn dan de plannen ook opge
steld. Maar die ontwikkeling is er
wel geweest en ze is bepaaldelijk
niet uit de lucht komen vallen. En
al had men zeker niet alles kunnen
voorspellen, veel wat nu onherroe
pelijk geworden is, had dan voor
komen kunnen worden.
Deze conclusie uit het rapport
stemt toch tot nadenken. We hebben
de nodige desillusies beleefd met het
sociologisch onderzoek indertijd.
Van 't eindelijk uitgekomen deel
rapport, waarvoor de gemeente Ven
ray alleen vijftienduizend harde gul
dens heeft neergeteld, is nog geen
mens wijzer geworden, omdat het
niet openbaar is geworden en veilig
't bureau ligt opgeborgen, omdat
het intussen reeds lang achterhaald
is, zoals zovele dingen zijn achter
haald, ook bij de wederopbouw en
uitbreiding van Venray. Men is dus
een tikkeltje kopschuw geworden
van dergelijke onderzoeken.
Maar nu blijkt toch wel hoe drin
gend nodig ze zijn wil men voor de
toekomst plannen kunnen opstellen,
die na 10 jaren niet verouderd blij
ken en achterhaald.
En deze conclusie lijkt ons wel
wat benauwd, als men dan ziet dat
desondanks toch maar uitbreidings
plannen worden gemaakt, terwijl
men nu evenmin als 15 jaren gele
den de zo broodnodige gegevens ter
beschikking had
tronen, van schreeuwende radio's en
kleuren-illustraties doet de stem van
de eeuwenoude lofprijzing van Maria
als een verademing aan. Want bo
ven al die technische vooruitgang
treft en trekt ons het wezen der din
gen, dat niet verandert.
De enige verandering, die als een
wezenlijke in de menselijke verhou
dingen tot stand gekomen is, is die,
waarbij Maria Moeder van God en
ook onze Moeder geworden is. Die
verhouding is aan geen mode-konin
gen of mannequins onderhevig. Zij
kan het ook niet zijn.
Lourdes toont voor de zoveelste
maal, hoe de christenwereld ook be
reid is deze eeuwig nieuwe figuur,
Maria, te eren en haar Moederschap
als een essentieel bestanddeel van
hte geloof tot levende werkelijkheid
te brengen.
Verschillende uwer zullen wel eens
in Lourdes zijn geweest en daar iets
hebben ervaren, wat nauwelijks on
der woorden te brengen is.
In Lourdes dan uit zich een stuk
van ons geloof, onze verering voor
de Moeder van Christus Onze Heer.
Het is soms net alsof de woorden
Moeder Maria" ons nog persoonlij
ker en intiemer aanspreken dan de
woorden Christus Onze Heer. Het is
alsof Maria ons als mens nog dichtei
nabij is dan Haar Zoon, die zowel
God als Mens is.
Waarvan het komt lijkt me moei
lijk te verklaren, maar het schijnt
mij zo toch wel te zijn.
Nu in Lourdes ervaart men, als
men er als pelgrim geruime tijd
hoeft doorgebracht, hoezeer de voor
spellingen van Maria, gedaan bij
haar bezoek aan haar nicht Elisa
beth, volkomen waar geworden zijn.
„Alle geslachten zullen mij zalig
prijzen". Heel het Magnificat trou
wens geeft de ziel der Mariaverering
weer. En juist in een genadeoord als
Lourdes leeft die ziel in volle glorie
uit.
Het Epistel van deze zondag, die
gewijd is aan het Moederschap van
Maria, sluit aan op die mentaliteit,
op die ziel onder Mariaverering.
Het stuk, dat ontleend is aan een
nog veel ouder geschrift, n.l. aan
het boek der Wijsheid, klinkt ons zo
weldadig in de oren. Het is alles
behalve ouderwets.
In deze tijd van motoren en elee-
DE VERKEERSREGELING
Mijnheer de Redacteur, ik moge
nog eenmaal en dan ook voor net
laatst terugkomen op de verkeers
regeling. nn wel naar aaniexuxng
v^an wat de weggebruiker vorige
week schreef en iiet raausiid Jans
sen in de laatste raadsvergadering
stelde. Ik meen te mogen zeggen,.aat
oeide heren van de sterling uk gaan:
veilig verkeer is nooctzatceujK.
uac is ook bij mij no. 1. Maar de
methode, waarop dit veilig verkeer
verkregen wordt, hierover mag men
in een democratiscne staat toen
rustig van mening verschillen. Ik
wil dan vaststeuen, dat de verkeers
politie in eerste opzet dit doei meen
de te kunnen bereiken door e_*n par-
Keerverbod in de hoofdstraten.
Dat was h.i. voldoende om het
noofddoel te bereiken, uat zij met de
latere voorstellen van de A.1M.W.B.
t.w. een-ricnting-verkeer aecoord
zijn gegaan is iogiscn, zij zouwaar-
scnijnnjk ook accoord gegaan zijn
met een totale omlegging van het
verkeer.
Maar volgens haar eerste mede
deling zou het verkeer in Venray
veilig geworden zijn door het parke
ren te verbieden. Temeer waar men
hier uitgezochte parkeerruimten
neeft midden in de kom.
Ondanks 't oordeel van deze vak
mensen, is men er de ANWB bij
gaan halen, die niets dan het veilig
verkeer en dan dat tussen haak
jes voornamelijk het veilige snel
verkeer. Maar rekening genouden
met belangen van de middenstand
heeft zij niet.
Nu kan men vertellen wat men
wil en men kan vergelijking gaan
trekken met welke plaats men wil,
daar waar het de mensen het ge
makkelijkst gemaakt wordt hun doel
te bereiken, daar zullen ze automa
tisch naar toe trekken. En aangezien
het de mensen moeilijk gemaakt
wordt in Venrays kom te komen, zal
men een en ander gemakkelijk gaan
merken.
Ik heb nog nergens gehoord of ge
lezen, waarom men niet de zeer ge
makkelijke en minder kostbare proef
niet genomen heeft om eens een
parkeerverbod op te leggen. En laat
men a.u.b. niet aankomen met een
enquete onder de middenstand, die
voor 80% tegen een parkeerverbod
zouden zijn. Het is logisch als men
een eigen wagen voor de deur kan
parkeren', dat men dan niet zal vra
gen om hem a.u.b. 50 m verder te
mogen plaatsen.
Als men in die enquete duidelijk
gesteld had waarom het ging: een
richting-verkeer met zijn conse
quenties of parkeerverbod, dSn zou
m.i. de uitslag heel anders zijn ge
weest. En wat de maximum snel
heid betreft, in de Patersstraat pas
seerden op vrijdag 2 oktober in 2
uren tijds; 92 wagens. Hiervan reden
er 21 meer dan 50 km per uur
We wachten rustig af, wat de toe
komst brengen zal, aldus is nu het
parool. Maar hoe, daar praat nie
mand over.
MIDDENSTANDER
Waarom uw onvriendelijke opmer
kingen. over de P.T.T. i.v.m. het af
snijden van de draadomroep. Als 'n
zakenman iets onrendabels heeft,
houdt hij er toch ook mee op?
S.H.
ANTWOORD DER REDACTIE:
De P.T.T. heeft in het jaar 1958 in
totaal (met inbegrip van de post
spaarbank) een zoete winst gemaakt
van 49.800.000 gulden, hetgeen „een
gunstig exploitatie-resultaat" wordt
genoemd, omdat het batig saldo
(zonder postspaarbank) in '57 slechts
een tiende deel daarvan beliep.
Met deze prachtige cijfers voor
ogen zou op staande voet het brief
port kunnen verlaagd worden van
12 op 10 cent. Of een korting kunnen
worden gegeven van 2 cent op elke
telexaansluiting. Of 14 cent in min
dering kunnen worden gebracht bij
elk interlokaal telefoongesprek. Of
6.25 mogen worden afgetrokken
op de telefoonnota van elk gevoerd
internationaal gesprek. Of een be
langrijke rente kunnen worden ge
geven voor al het geld, dat de post
giro beheert voor de rekeninghou
ders. Of 8,kunnen worden uit
gekeerd, voor iedere opgegeven tele
gram in dat boekjaar; dat zou de te
legraafdienst ook weer doen ople
ven. Of 52,60 mogen worden be
taald aan iedere aangeslotene op het
radio-distributienet als tegemoetko-