%E
De weg van
Venray's huisafval
zien wat gij ziet!
Brief uit Ilja Formosa
Méér hoffelijkheid
Een grootteken verscheen
aan de hemel...
Venrays natuurschoon
Stichting Jmm
Trienden Nederland"
Zaterdag 16 augustus 1958 No 33
NEGEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
1 PEEL EN MAAS
CONFECTIE VAI
DRÜK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF WPFTIfRT K VnHP 17PMDAV TaIM fYlUIQTI? PTTT7M ADVERTENTIE-PRIJS: 8 ct. perm.m. ABONNEMENTS-
QBOTESTBAAT 28 TELEFOON 512 GIBO 150052 V \J\JM\ V ErllAri I Juli VJ'lYAO 1 l\ulVmi PRIJS PEB KWARTAAL f 1.40 BUITEN VENRAY f 1.60
Trouw iedere week komt de
vuilniswagen tweemaal de gereed
staande vuilnisemmers ledigen.
1450 emmers, die het huisvuil in
zich bergen van een halve week
van de meer dan 1000 mensen,
welke op de vuilnisdienst zijn aan
gesloten en voor gemiddeld een
tientje per jaar deze afval gemak
kelijk en voordelig kwijt raken.
Wat er dan verder mee gebeurt,
laat ons feitelijk koud.
We interesseren ons er niet voor
en menigeen zou niet weten waar
ze met die afval naar toe gaan,
sinds de vuilnisbelt aan het indus
trieterrein verdwenen is.
Toen bij het uitzetten van het
plan in hoofdzaken de oude vuil
nisbelt moest verdwijnen, heeft men
achter Veltum een 3 ha groot stuk
gereed gemaakt voor Venrays af
val.
Daar wordt nu het huisvuil, dat
behalve keukenafval uit 1000 en 1
artikel bestaat, netjes gelost en
men schat, dat alleen al uit de
emmers per jaar 1500 ton, of ruim
anderhalf millioen kilo per jaar,
daar wordt gedeponeerd.
De gestorte hopen worden zo snel
mogelijk met aarde afgedekt om de
stank, het bezoek van ratten en
vliegen tegen te gaan en bovendien
de wagens de gelegenheid te geven
weer verder te rijden op dit terrein.
Nu komen dus steeds meer hopen
naast elkaar te liggen en het ter
rein wordt daardoor netjes opge
hoogd. Zo zit men nu ruim 5 meter
boven het oude niveau.
Geen brood meer
Voordat het zand er overheen
komt, wordt het huisvuil ook nog
zoveel mogelijk gesorteerd. IJzer,
blik en dergelijk spul wordt er zo
veel mogelijk uit verwijderd even
als grote stenen.
Kwam het enkele jaren geleden
nog voor dat men veel oud brood
(soms zelfs hele broden) bedorven
vlees, kaas en groenten hieruit
moest halen, tegenwoordig is dat
niet meer. Veel van dit gaat naar
verschillende varkenshouders, ter
wijl men verder de indruk heeft,
dat men ook met deze etenswaren
wat zuinig is geworden.
Tegen het optreden van ratten
wordt zoveel mogelijk gewaakt, er
wordt voldoende gif gestrooid, maar
de dieren komen gewoonlijk uit de
vreemde naar de belt.
Van wat op de belt te vinden is,
komt 20 pet ongeveer van het zgn.
huisvuil, het overigé is puin, afval
e.d. dat van bouwwerken etc. af
komt en waarvan vooral het puin
hier wordt opgeslagen tot het ge
bruikt kan worden voor aanleg of
vernieuwing van wegen.
Mocht men denken dat. een der
gelijke belt nog al eens volraakt,
de vaklui ?ijn er voor de eerste 10
jaren gerust op. Het blijkt dat veel
van het gestorte vanzelf verteert
en men heeft zelfs van blikken
groentebussen e.d. na drie, vier
jaren geen sporen meer terug ge
vonden. Het is allemaal verteerd en
verdwenen.
De compost-waarde van een en
ander blijkt echter gering te zijn.
Dat zou vermoedelijk verbeteren in
dien men te doen had met alleen
maar keukenafval, maar in de
afvalemmers hier verschijnt heel
wat meer dan alleen maar keuken
afval en dat spul zou dan helemaal
uitgezift moeten worden en wat
dies meer zij, zodat een ander veel
te kostbaar gaat worden.
De grond is nu goed geschikt
voor bosbouw en zozal men als men
even verder in het jaar is de eerste
stukken bos gaan aanplanten, die
zo niet alleen Venrays bosbezit
vergroten, maar bovendien de hele
belt nog meer zal afsluiten van de
bewoonde wereld, die nu eenmaal
niet graag met haar afval gecon
fronteerd wordt.
Compost
Men schijnt bovendien weinig in
teresse te hebben in compost, want
bv. op de vloeivelden kan men het
spul niet kwijt. Zoals bekend komt
alles wat door Venrays riolering
komt,.uiteindelijk terecht op het
vloeiveld, drie grote bassins achter
het industrieterrein. Wie het zwarte
vieze water uit de stamriool ziet
komen, vraagt zich hoe dit nog ooit
helder te krijgen is.
De bassins weten er wel raad
mee, want hierin wordt het water
via alle mogelijke dammen een
lange weg geleid, waarin het net
jes zijn bezinksel achterlaat en ook
een bacteriologische en chemische
reiniging ondergaat, zodat het als
het uit de bassins komt practisch
helder is. De 1,5 km lange eigen
beek zorgt tenslotte voor een alge
hele zuivering, zodat het riolering-
water rein en gezuiverd tenslotte
in de waterlossing komt.
Het besinksel wat achterblijft is
mede door de bacteriologische in
werking prima compost, maar men
wil het niet, omdat het onkruid
hierin welig tiert, zodat men moeite
heeft met wieden e.d. meer. Het
blijft dus liggen, maar ook hier
zorgt de natuur voor een geruisloze
oplossing.
Na verloop van tijd blijkt het
namelijk te verdwijnen, als zon en
lucht er lang genoeg mee gespeeld
hebben.
Zo gaat dus het Venrayse vuil
een veelal ongekende en dikwijls
geruisloze weg. Het zorgt voor de
nieuwe bossen en compost en 1500
ton vuil vervullen zo nog hun taak!
12e Zondag na Pinksteren
Al te bekend is de betekenis van
de mooie gelijkenis van de barm
hartige Samaritaan, waarover wij
morgen in het Evangelie horen.
Het gaat over het voornaamste ge
bod van het christendom: dat wij
barmhartige naastenliefde moeten
beoefenen jegens iedereen die onze
hulp nodig heeft.
Wij weten het zo goed, en toch
is er nauwelijks een gebod, dat door
de christenen doorgaans zo slecht
wordt onderhouden als juist dit.
Wij zijn dikwijls allesbehalve een
barmhartige Samaritaan ook een
uitbeelding zien van wat Christus
heeft gedaan en nog doet voor het
ongelukkige mensdom. Reeds de
kerkelijke schrijvers uit de eerste
eeuwen zagen in de barmhartige
Samaritaan het beeld van de Ver
losser getekend.
De Zoon van God is van ds hemel
naar onze aarde neergedaald en
vond op Zijn levensweg het arme
mensdom, dat door de duivel was
beroofd van de bovennatuurlijke
goederen en door de zonde met diepe
wonden was geslagen.
De priesters en levieten van het
Oude Verbond waren niet in staat
geweest de gevallen mensheid te
redden en tot het leven van de
genade terug te roepen. Toen kwam
Christus als een barmhartige Sa
maritaan naar" ons toe.
Met een waarlijk goddelijke liefde
heeft Hij de wonden verbonden, en
door de offers, die Hij ter redding
van het gekwetste mensdom bracht,
zich de bezorgde evennaaste ge
toond.
En nog dagelijks buigt Hij Zich
vol medelijden over ons neer, om
in de heilige Sacramenten onze
verwondingen te genezen en ons
het leven te schenken. Olie en wijn
zijn n.l. zinnebeelden van de Sacra
menten, vooral van het Doopsel en
de H. Eucharistie.
Na die eerste zorgen aan de on
gelukkige mensheid gewijd te heb
ben, keerde Hij weer terug naar
Zijn Vader in de hemel. Hij gaf de
verdere verzorging van de zieke
mensheid over aan de waard van
de Tierberg, dat is aan de priesters
van de Kerk. De Kerk moet het
werk van de barmhartige Samari
taan aan de mensheid voortzetten
tot Christus' wederkomst, op het
einde der tijden.
Zo is Christus de barmhartige Sa
maritaan. Naar hem hebben de
Profeten en koningen van het Oude
Verbond verlangd. Naar Hem heeft
de onverloste mensheid steeds vol
verwachting uitgezien.
Maar alleen aan ons, die tot
Christus' Kerk behoren, is het ge
geven de barmhartige Samaritaan,
Christus, de enige Verlosser, ons
heil en ons leven, te zien en te
horen. Namelijk in de Kerk zien en
horen wij Christus. Wij zien Hem
in Zijn plaatsbekleders, de Paus, de
Bisschoppen en de priesters. Door
hun bediening, vooral door het toe
dienen van de Sacramenten en de
verkondiging van het woord Gods,
blijft Christus in ons midden Zijn
heilzaam werk voortzetten.
Wat Christus tot Zijn leerlingen
zei, geldt ook voor ons: „Gelukkig
de ogen die zien wat gij ziet". De
priester van het Nieuwe Verbond
is krachtens zijn heilige Wijding
een andere Christus.
Eigenlijk is het niet de priester,
die ons het brood en de wijn in de
H. Mis de woorden spreekt: „Dit
is Mijn Lichaam, Dit is Mijn Bloed",
Neen, het Is Christus zelf. De
priester is voor Christus als een
instrument.
Door middel van de priester aan
het altaar en op de preekstoel giet
Christus, de barmhartige Samari
taan, elke zondag in de H. Mis olie
en wijn in de wonden van mijn ziel
die door de zonde daaraan weer
werden toegebracht. Die olie en
wijn zijn hier de olie van het woord
Gods in de Voor-mis, en de wijn
van de H. Eucharistie in de Offer-
mis.
Zo kunnen wij elke zondag ge
nezen en gesterkt uit de Zondags
mis komen, als wij ons tenminste
ook door Christus, de barmhartige
Samaritaan, willen laten genezen
en verzorgen.
Ja, gelukkig de ogen die zien wat
wij zien!
Aan de inwoners van Venray
en omgeving
Mag ik zomaar even binnenko
men Zonder bellen, zonder voeten
vegen, zelfs zonder handje wisselen,
zomaar via Peel en Maas?
Wat 'n bof zo'n weekbladIn één
ruk bestrijk ik daarmee 't Brukske
en de Hiept, Lull en Veltum, de
oude vertrouwde straatjes en de
feestelijke wijken van het nieuwe
Venray, en overal oude. bekenden.
Want al ken ik niet eens uw naam
of uw uiterlijk, enkel uw zacht-
fluisterende stem zou mij vandaag
nog welbekend toeklinken.
Aan al deze bekenden een vrien-
dengroet. En dit ook namens mijn
reisgenoot P. Artemius Huls, die in
Japan nog maar amper de kachel
kan missen, terwijl de hitte mij al
emmers zuurstof heeft gekost.
Waar ik eigenlijk terecht geko
men ben In China, hoe kan het
andersOp het eiland Formosa,
de laatste provincie van het vrije
China. Tegenwoordig noemen ze
dit eiland Taiwan. „Tai" betekent
„terras"; en „wan" betekent „ge
welfd".
Heel dit eiland, ruim zo groot
als Nederland en minstens even
dicht bevolkt, bestaat uit terrassen,
vol suikerriet en rijstvelden, bam
boe- en bananenbeplanting. Tot
hoog in de bergen (velen meer dan
3000 M) is alles dichtbegroeid en
eeuwig groen. In 'n soort halve
maanvorm ligt deze kleine wereld
ruggelings met zijn steile rotsen
tegen de Stille Zuidzee. Waaraan
die zee zijn naam ontleent is mij
'n raadsel. In de afgelopen veertien
dagen zijn er 'n drietal typhoons
gepasseerd, die al even schrik
wekkend waren als de februari
storm van '53. De eerste typhoon
„Winnie" kregen wij op ons dak;
hoevelen tegelijkertijd het dak op
hun hoofd kregen mag de hemel
weten, 'n Heel district (Hoa-lien)
is tot nu toe maar enkel bereik
baar met vliegtuigen. De tweede
typhoon („Alice") heeft dezer dagen
zijn (haar?) krachten botgevierd
op Japan.
De halve maan-vorm van For
mosa doet ons denken aan het
sprookjeseiland Utopia van de H.
Thomas More. Maar behalve met
sprookjes hebben we hier blijkbaar
ook van doen met de keiharde
werkelijkheid.
Ons volkje bestaat uit drie totaal
onderscheiden groeperingen. Enige
miljoenen vluchtelingen, waaronder
veel soldatenvolk van het Vaste
land; dan de Taiwanese bevolking,
die het leeuwenaandeel vormt en
enkele eeuwen geleden vanuit om
liggende gebieden dit eiland heeft
bezet (om o.a. de Hollanders te
verdrijven!) En eindelijk in de ber
gen een tiental, ietwat gecultiveer
de Papoea-stammen.
De eerste twee groepen hebben
wel dezelfde schrijftaal, maar een
heel verschillende spreektaal.
De laatsten, de primitieven, ken
nen hier en daar wat Japans, maar
behelpen zich over 't algemeen met
een spreektaal, die verschillend is
voor elke stam. Een schrijftaal
hebben ze nog niet.
Wat de talen betreft, kan ik wel
voorlopig vooruit met mijn vrije
tijd. Ik heb 't in zoverre getroffen
dat mijn parochie bestaat uit sol-
datenfamilies, gekomen van het
vasteland.
Daarom is het zaak eerst mijn
geheugen op te frissen in de man-
darijnse taal. Elke dag van die
„aarige mennekes" tekenen, lezen,
luisteren en dan.... zelf nog vaak
met de mond vol tanden staan.
U zegt: „zo'n missionarisleven
blijft toch een avontuur!". Dank je
de koekoek, anders was er geen
kunst aan. En was dat niet een
zekere heer Bommel, die de heel
schrandere opmerking maakte
mijn goede vader zei altijd, jonge,
je hebt het zelf gewild!
En zijn er nu al Christenen op
Formosa, vraagt U.
Ja, uit alle drie bevolkingsgroe
pen. Een jaar of tien geleden waren
er zegge en schrijve een vijfduizend
nu meer dan honderdduizend.
Maar bij zo'n snel opkomend
christendom kunnen de kinderziek
ten en de groeikrarapen niet uit
blijven.
Omdat de vluchtelingen hier op
treden als de heersers van het
gewest, is de verhouding tussen de
groepen onderling allesbehalve nog
vriendschappelijk.
De heidenen zijn fanatieker dan
ooit te voren. In heel 't grote China
heb ik niet zoveel heidense tempels
gezien als op dit verloren eiland.
De protestanten preken hier een
godsdienst van zeventig tot tachtig
verschillende belijdenissen. Temeer
omdat de Amerikaanse dollar er
achter staat, schept dit een sfeer
van verwarring.
Tegelijkertijd wordt in alle toon
aarden het materialisme bezongen
via radio, onderwijs, lectuur en
overvolle bioscopen.
Tenslotte is er het ontstellend
gebrek aan krachten voor de mis
sionering.
Zo staan de zaken en zo zie ik
het nieuwe China, mijn tweede va
derland. Met bezorgdheid vraag ik
me af, of de tijd van de oogst niet
nutteloos zal verstrijken?
Misschien heeft U het ook voor
een goed deel in handen!
Dit was Ilja Formosa in vogel
vlucht. Maar vind U het de moeite
waard om deze missie in uw in
tenties in te sluiten?
Doe het dan, van stonde af aan,
ter liefde Gods.
U allen oprechten dank en de
vrede in Christo!
Pater Claudianus
van Veldhuizen o.f.m.
BÏijkei
ijkens onlangs gepubliceerde
cijfers van het Centraal Bureau
voor de Statistiek, hebben zich in
ons land in 1957 in totaal 133.608
verkeersongevallen voorgedaan,
waarvan 1687 met dodelijke afloop.
Voorts werden in genoemd jaar
23,327 personen zwaar en 16.049
licht gewond. Nuchtere cijfers, die
evenwel veel stof tot nadenken
geven.
Natuurlijk zal het nooit mogelijk
zijn het ongevallen- en daarmee
het doden- en gewondencijfer tot
nul te reduceren. Zolang er sprake
is van verkeer, is er ook sprake
van elkaar verkeerd begrijpen, ver
slapping van de aandacht van de
verkeersdeelnemers, plotseling wei
gerende remmen of een klapband
en al deze en nog talloze andere
oorzaken kunnen tot gevolg heb
ben dat er een verkeersongeluk
ontstaat.
Bij het lezen van bovengenoemde
cijfers is men onwillekeurig geneigd
zich af te vragen, hoeveel van deze
ongevallen en hoeveel van hét leed
dat hierdoor in duizenden gezinnen
is gebracht, vermeden had kunnen
worden, wanneer de verkeersdeel
nemers wat meer aandacht voor
hun aandeel in het verkeerssamen-
spel hadden gehad. Inderdaad zou
op deze manier heel wat ellende
bespaard zijn. Maar.... er is een
punt, dat nog belangrijker is dan
oplettendheid en strikte naleving
van de verkeersvoorschriften, n.l.
het aan de dag leggen van wat
meer hoffelijkheid.
Machtsgevoel?
Het blijkt dat sommige in de
gewone dagelijkse - omgang zeer
hoffelijke mensen zodra ze plaats
hebben genomen achter het stuur
van een auto of op het zadel van
een scooter of bromfiets, plotseling
alle hoffelijkheid geheel kwijt zijn
en of deze plaats heeft moeten
maken voor een autoritair en ge
vaarlijk optreden.
Het is een bekend verschijnsel,
dat het gevoel een gemotoriseerd
voertuig te besturen baas te
zijn over eigen snelheid en zijn
eigen weg te kunnen kiezen op
sommigen een gevaarlijke uitwer
king heeft, een omstandigheid
waarmee bij het beslissen over de
vraag of de betrokkene wel of
niet in het bezit moet worden
gesteld van een rijbewijs, geen
rekening wordt gehouden.
Als weggebruiker echter doet
men er verstandig aan er wél reke
ning mee te houden. Wanneer een
ander zich in het verkeer wat
minder hoffelijk gedraagt dan u
dat wenst, laat dat dan nooit een
reden zijn ook uw hoffelijkheid
over boord te gooien. De bekende
slagzin „Wees een heer in het
verkeer" geeft dit met enkele
woorden duidelijk aan.
Zij weten niet beter u wel
Wanneer een ander zich niet als
heer gedraagt en dat gebeurt
helaas maar al te vaak blijft u
dat dan wèl, dan is er al veel ge
wonnen. En als die fietser of brom
fietser zich dan met alle geweld
nog net voor uw auto langs meent
te moeten wringen, welnu, laat
hem dan zijn gang gaan, rem zo
nodig even bij en wees ervan over
tuigd dat de goede man niet beter
weet.
Dit is de enige weg om de veilig
heid van het verkeer te verhogen.
Kennis en naleving van de ver
keersregels is zeer belangrijk, maar
het op het juiste moment tonen
over verkeersfatsoen te beschikken,
afstand te doen van het recht, dat
de verkeerswetgeving misschien
toekent, is nog oneindig veel be
langrijker.
Wanneer iedere weggebruiker
wat meer waarde zou toekennen
aan het betonen van meer hoffelijk
heid in het verkeer, dan zou het
ongevallencijfer met sprongen
omlaag gaan. Wie daarvan over
tuigd ls en daar naar weet te
handelen, levert een belangrijke
bijdrage aan de verkeersveiligheid.
Ruim 133.000 ongevallen met bijna
1700 doden en 40.000 gewonden is
te veel beangstigend veel en
het is de plicht van elke wegge-
De revolutie in Irak en de oor
logsdreiging in het Midden-Oosten
hebben bij ons heel wat onrust
verwekt. Als dat maar geen nieuwe
wereldoorlog wordt?
Toch blijven de meeste mensen
er tamelijk onverschillig onder.
„Wat zou je er ook druk omgaan
maken? Als dit op een nieuwe
wereldoorlog uitdraait, kun je het
toch niet tegenhouden"
Anderen geloven niet, dat er nog
oorlog komt.
De Heilige Vader ziet evenwel de
toekomst donker in. Hij heeft een
encycliek geschreven over de drei
gende gevaren. Hij wil de christe
nen wekken uit hun valse gerust
heid.
Er is immers helemaal geen
vrede in de wereld. Daar zorgt
Rusland wel voor door zijn gestook
overal, al roepen de communisten
nog zo hard, dat zij voor de wereld
vrede werken.
De Heilige Vader herinnert ons,
die ons hier zo veilig voelen, aan
de grote verdrukking, die de Kerk
achter „het IJzeren Gordijn" nog
altijd te verduren heeft van het
communistisch regiem.
Het mag ons toch niet onver
schillig laten, dat zovele bisschop
pen, priesters en gelovigen daar
nog steeds de ergste kwellingen
en plagerijen moeten ondergaan.
Het communisme blijft nog altijd
onze grootste vijand. Het heeft al
een groot deel van de mensheid in
zijn klauwen. En wie zegt ons, dat
wij hier ervan bevrijd zullen blij
ven?
De Heilige Vader richt zich dan
ook tot allen, die in doffe berusting
zich bij die ellendige toestand in
de wereld neerleggen of die menen
dat wij er toch machteloos tegen
over staan. De hemel kan hier
immers uitkomst schenken.
Maar dan zullen wij ook de
hemel moeten bestormen met onze
vurige gebeden.
En wij christenen zullen God, die
door de wereld zo wordt gehoond
en getart, moeten verzoenen, door
dat ieder voor zich oprecht naar
levensvernieuwing gaat streven.
Als wij zo tevreden zijn over ons
zelf, die toch nog zo weinig het
Godsrijk en zijn gerechtigheid zoe
ken, staan ons misschien nog ergere
dingen te wachten.
Kon er bijv. niet meer liefde zijn
onder ons christenen?
De Paus heeft alle gelovigen op
geroepen tot gebed en tot levens
vernieuwing. De Heilige Vader
heeft het grootste vertrouwen in
de tussenkomst van Maria, de Ko
ningin des hemels.
Er verscheen een groot teken
aan de hemel. Een Vrouw nl. die
bekleed was met de zon en de
maan onder haar voeten had. Om
haar hoofd droeg zij een kroon
van twaalf sterren (Introïtus van
15 augustus).
Dat is Maria, die met lichaam en
ziel in de hemel werd opgenomen,
zo machtig door haar moederlijke
voorspraak bij Christus haar Zoon
en zo bezorgd voor het welzijn
van ons, haar kinderen op aarde.
Maar dat vertrouwen in Maria
zal dan alleen niet beschaamd wor
den als wij gelovigen tenminste
ons best doen om te leven, zoals
Christus haar Zoon, ons dat in het
Evangelie leert.
En als wij dan met des te hef
tiger aandrang tot Maria bidden,
mogen wij zeker verwachten, dat
haar Zoon zich zal laten verbidden
en wij weldra zullen mogen uitroe
pen: „De Heer heeft de scepter van
de bozen gebroken. De aarde is nu
in vrede en in rust".
We denken hier vooral aan de
macht van het communisme, dat
hopelijk eenmaal ineen zal stor
ten. Dan zal ook de Kerk weer
overal in volledige vrijheid haar
zending in de wereld kunnen ver
vullen tot het waarachtige welzijn
van de mensen.
Als wij christenen, luisterend
naar de Heilige Vader, nu met
aandrang bidden en ons oprecht
tot Gód en Christus bekeren, zul
len wij ondervinden, dat Maria nog
altijd de machtige Maagd is, die
met haar voet de kc - *"~x
duivels serpent verplette
Wie, vooral in het centrum van
onze gemeente deze zomer rond
wandelt, moet eerlijk zeggen, dat
de plantsoentjes en borders er
keurig bijliggen.
Overal groen, met een keur van
bloemen, keurig onderhouden en
aardig aangelegd. Tuinman van der
Putten en zijn mannen hebben eer
van hun werk en al menigmaal
een loftuiting mogen horen.
Een gelukkig verschijnsel is, dat
ook het publiek meer en meer dit
werk gaat waarderen en zo zijn de
vele klachten, ook in dit blad, dit
jaar een heel stuk minder gewor
den. Ook de jeugd let mede op
instignatie der ouders en leraren
van de scholen wat beter op en
vernielt lang zo veel niet meer dan
het vorige jaar.
Het initiatief wat de gemeente
nam bij de Prinses Margrietstraat,
waar ze de bewoners een maaima-
chine gaf en verder geheel de ver
zorging van het daar liggend plant
soentje in handen gaf, is 'n mooi
voorbeeld geworden voor andere
straten. Hier hebben de ouderen er
werkelijk alle zorg aan besteed en
de uitkomst is navenant.
Andere straten 2ijn ook al eens
met de gemeente gaan praten en
wellicht wordt hier eenzelfde op
lossing gevonden.
Men is dus op alle fronten op de
goede weg, wat niet wil zeggen,
dat er geen wensen meer zijn.
We denken bijv. de Hoebertweg
waar men karrevrachten onkruid
uit de groenstroken heeft gehaald,
maar verder niets gebeurd.
We denken aan een lege en kale
Langstraat, waar de noodzaak van
parkeerstroken nu wel niet zo ge
weldig groot is gebleken als inder
tijd werd voorgesteld en waar ver
schillende bewoners al vragen of
die zandvlakten zo links en rechts
ook niet eens kunnen opgefleurd
worden, niet alléén voor de Lang
straat zelf, maar ook om de entree
onzer gemeente wat aardiger te
maken.
We denken aan de stoep bij de
Leeszaal, die afsteekt bij de overi
gens keurig verzorgde Paterslaan.
Dit moderne gebouw heeft een al
lerminst fraai entree en de leeszaal
kan er een stuk aardiger van
worden.
We denken aan de woningen
langs de Maasheseweg, waar nu
een stuk bijgekomen is, waarmee
verschillende bewoners kennelijk
geen goede raad weten. Er is dus
werk genoeg aan de winkel.
Wij hebben vorig jaar reeds in
bruiker al datgene te doen wat in
zijn vermogen ligt om deze cijfers
omlaag te brengen. Hoffelijkheid
is daarbij een zeer voorname factor.
de begroting kunnen lezen, dat de
bestedingsbeperking juist op het
gebied van „stadsverfraaiing" zeer
ernstig heeft toegeslagen, wat te
betreuren is.
Ook in Venray zijn voorbeelden
te vinden van kleurloosheid en ook
smaakloosheid rond woningbouw en
met deze bestedingsbeperking loopt
men het gevaar wederom diezelfde
weg te gaan.
Moge men alsnog een weg weten
te vinden om niet alleen het be
staande te behouden, maar ook nog
te kunnen uitbreiden, opdat groen
en fleurigheid inderdaad cachet
moge geven aan onze gemeente.
Ongeveer een jaar geleden hebt
U in dit blad kunnen lezen over
het werk van Abbé Pierre in Ne
derland. De meesten onder Uzullen
ongetwijfeld al eerder van deze
Franse priester gehoord hebben en
hem al eens afgebeeld gezien heb
ben temidden van de armsten der
armen en van de daklozen, want
dat is Abbé Pierre, „de apostel der
daklozen".
In Frankrijk bestaat een gemeen
schap van mannen, vrouwen, jon
gens en meisjes, die Abbé Pierre
helpen en steunen in zijn bijna on
menselijke zware arbeid.
Daar zijn bv. mannen en jongens
onder, die 's morgens naar de vuil
nisbelt trekken om lompen, ijzer
enz. te gaan sorteren om op deze
manier geld bij elkaar te brengen
voor het bouwen van huizen, waar
weer daklozen in ondergebracht
kunnen worden.
Dit zijn de voddenrapers van
Emmaüs, zoals ook één van de
boeken van Abbé Pierre getiteld
is.
Iedereen weet, dat de nood overal
groot is en dat vele landen armoe
en gebrek lijden, maar als men
weet, dat er in Parijs jaarlijks
honderden kinderen sterven aan
longontsteking, omdat deze kin
deren geboren worden in een uit
gegraven stukje grond, waar over
heen een dekzeil gespannen is, dan
moet men bij deze en nog veel
ergere feiten toch even stilstaan
en zeggen, ja, wij die nog een huis
en voedsel en kleren hebben, wij
moeten bulten al het andere nog,
hier helpen.
Wij mogen niet toezien, hier moet
onze naastenliefde getoond worden
door daden.
Zoals die gemeenschap van Abbé
Pierre in Frankrijk, zo heef c ook
ieder land ook weer zijn vereniging
van naaste medewerkers en Neder
land natuurlijk ook.
Deze vereniging heeft hier de