Ven ray's Vroede Vaderen vergaderden Wat geven wij aan Jezns, onze Verlosser? Zaterdag 4 januari 1958 No 1 NEGEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG PEEL EN MAAS DRtJK EN UITGAVE FIRMA VAN^DEN MUNOKHOF WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN GROTESTRAAT 2S TELEFOON 612 Resoneert er nog iets in ons bij 't horen van Zijn Naam? Morgen vieren wij het feest van de Zoete Naam Jezus. Op de 8e dag na Zijn geboorte werd volgens de Joodse wet het goddelijk Kind besneden en ontving het de naam Jezus. Jezus betekent in de oor spronkelijke taal: „de Heer redt.' Reeds meerderen vóór Hem had den deze naam gedragen; de drager ervaji was meestal een leider, die het aardse geluk beoogde van het uitverkoren volk. Maar hier werd door de Vader in de hemel zelf deze naam Jezus gegeven aan Zijn mensgewordnn Zoon en nu worden in deze naam heil en verlossing besloten voor Joden en heidenen, voor levenden en doden, voor tijd en eeuwigheid. Zeifs in onze ontluisterde wereld, waar men aan zinloze namen en onherkenbare afkortingen van mooie namen de voorkeur geeft boven het zinrijke woord, hebben mamen nog niet geheel hun macht verloren. Voor wie liefheeft, zijn zij nog steeds toverklanken, die het hart in beroering brengen, want de naam roept de gehele persoonlijkheid van de geliefde voor de geest. Zo is de naam Jezus voor de vare gelovige het eenvoudigste en dadelijk aansprekende teken van Degene, die ons christenen boven alles dierbaar is. Het horen of lezen van dienaam moet niet alleen telkens onze liefde aanwakkeren voor Hem, die ons het uiterste heeft bemind en zich voor onze redding heeft overge leverd aan de smartelijkste dood, maar ook ons steeds weer met nieuwe hoop en vertrouwen vervul len. „Want er is aan de mensen geen andere naam onder de hemel ge geven, waarin wij moeten zalig worden." Ook or.ze wereld kan nergens anders redding vinden. Nu de mensen zo angstig zijn, omdat ze niet weten wat hun boven het hoofd hangt en ze niet meer weten waar zij het zoeken moeten, nu moesten zij, die toch in Jezus geloven, Hem ook dringender en dringender roepen bij Zijn eigen naam, opdat Jezus, de enige, die ons redden kan, hem bij de hand vat en veilig voert door de donkere tunnel van dit aardse leven, de hemelse zaligheid tegemoet. Een prinselijk woord. Maandag vieren wij het feest van de Verschijning des Heren of Drie koningen. Dit feest is een voortzetting van Kerstmis, of liever gezegd een ver dere bezinning op het Kerstgeheim. De liturgie ziet in het Kind van de kribbe niet alleen een sehouw- spel, dat ons vertedert en tot be kering opwekt. Zij ziet in het Kerstgeheim aller eerst de openbaring van God, die onder ons is verschenen, het licht, dat over ons Is opgegaan en tel kens opnieuw opgaat over de duis tere wereld, sinds Gods Zoon mens werd en voortaan een menselijk :e!aat dra&^-t en tot ons spreekt in menselijke taal. Als wij vol eerbied naderen tot het Kind en Zijn Moeder en wij in het offer der Mis de Heer aanbid den opZijn altaar en aan Zijn tafel ontvangen met een geloof even groot als dat der koningen, dan zal dat goddelijk licht ook in ons eigen hart opgaan en ons herstellen naar het beeld des Vaders. Want in de H. Kerk wordt deze verschijning van Gods Zoon onder ons telkens weer werkelijkheid, vooral in de viering van de H. Eucharistie. Niet door een sier werden we nu geleid naar de Verlosser, maar door ons geloof. De koningen had den wel een wonderbare ster ge zien, maar vonden slechts een Kind in doeken gewikkeld, hulpeloos en arm. Alleen door hun groot geloof gedreven, wierpen zij zich voor dit Kind neer en aanbaden het en bo den zij hun geschenken aan. Maar wat zullen wij het Kind - dan moeten aanbieden Kostbare geschenken kunnen wij niet geven. Hier denk ik aan de mooie toespraak, die Z.K.H. Prins Bernard hield bij de laatste Kerst viering in het palels te Soestdijk. Wij kunnen allemaal iets geven aan het goddelijk Kind, aan onze Heer Jezus, aldus de Prins. Want wat wij voor de minsten van de Zijnen doen, doen wij voor Jezus. We behoeven hen nog niet eens iets te geven van ons eigen bezit, als wij zelf niets kunnen missen. Zelfs als wij niets te missen hebber, kunnen wij onze naaste toch altijd nog liefde geven, begrip en waardering, een vriendelijk woord en vergiffenis schenken of de vrede herstellen als wij In on min met onze naaste leven. Liefste voor onze naaste is het mooiste geschenk dat wij Jezus kunnen aanbieden. Electrificatie weer eens ter sprake Accoord met plan tot watervoorziening in de Vredepeel Vrijdag werd dan de laatste raads vergadering van 1957 gehouden. Een jaar, zoals de Burgemeester in zijn afscheidswoord zei, dat vele moeilijkheden met zich bracht, vooral op financieel gebied, maar dat toch, desondanks, ook weer veel goeds voor onze gemeente in zich had geborgen. Een van die goede dingen was ongetwijfeld de nieuwe regeling, die B. en W. had ontworpen, om de kosten van de electrificatie voor verschillende Inwoners iets drage lijker te maken door een grotere subsidie. Zoals bekend, gaf de gemeente in het verleden 50 pet. van de zg. uitbreidingskosten als subsidie met een maximum van f 250.Sinds dat besluit genomen werd, zijn niet alleen de aansluitingskosten sterk gestegen, maar de gevallen, die thans nog aan stroom geholpen moeten worden, brengen dergelijke grote bijkomende kosten met zich als b.v. nieuwe netten en transfor matoren, dat deze f 250.feitelijk veel te laag zijn. Intussen Is echter de bestedingsbeperking haar gren zen komen stellen, zodat dus een voorzichtig laveren geboden was bij de opstelling van de nieuwe regeling. Want wat zal Ged. Staten er van zeggen? B. en W. schenen zeker te zijn, dat de door haar ge noemde cijfers die goedkeuring zouden verwerven. Deze hielden dan in, dat zij die tot f 750.— aansluitingskosten zou den moeten betalen, 50 pet. kunnen krijgen als gemeentelijke subsidie tot een maximum van f 250.—. Waarvan de aansluitingskosten f 750.tot f 1250.bedragen krijgen f 300.—, van f 1250.— tot f 1500.krijgen r 350.van f 1500 tot f 1750.krijgen f 400 en van f 1750.en hoger f 500. Bovendien stelde B. en W., dat hiermede nog niet alle gevallen geholpen zouden worden, maar voor hen, die nog hoger kwamen, zou een aparte regeling gevonden moeten worden. NIET ACCOORD Hoewel de raad in het algemeen zeer tevreden was over dit blijk van medeleven met de „stroom lozen" ging WISMANS over tot het offensief. Aan de hand van cijfers toonde hy aan, dat deze regeling niet voldoende soulaas bood. De bewoners van de Zwarte Klef moeten voor hun aansluiting f 1500.betalen. Ze zullen volgens de nieuwe regeling f 400.subsidie krijgen, wat betekent, dat ze zelf nog 1 1100. bij moeten dragen. Hoe wi lien lie mensen dat kunnen ODEN HOVEN was de mening toegedaan, dat men nog even ver dan vroeger is. Het is en blijft teveel. STEEGHS wees er op, dat met die f 1100.nog lang niet alles is betaald. Dan komen nog de eigen voorzieningen, de aanleg van leiding in huis en de armaturen. Spreker meende, dat deze subsidies te laag waïen. Hij kon begrip hebben voor het standpunt van B. en W., die bang zijn voor het rode potlood van Ged. Staten, maar volgens hem zouden die geen bezwaren maken tegen een verhoogde subsi die, die hij gemakshalve op f 500. voor allen stelde. VAN HAAREN ging nog verder en vroeg waarom men feitelijk de mensen niet de helft van de aan sluitingskosten als subsidie gaf. WAT DOET DE PLEM Fr. JANSSEN had wel gehoord, hoe met alle waardering voor het voorstel de raad schijnbaar niets anders wist te doen, dan wat te loven en te bieden. De een wil het nog beter maken als de ander en dat allemaal maar uit de ge meentekas, die toch al geen geld heeft. Hij bleef bij zijn reeds vroe ger verkondigde stelling, dat het niet de gemeentekas is, die hier voor op dient te komen, maar de PLEM zelf, omdat deze via al haar aansluitingen de onrendabele kosten veel beter dragen kan dan een gemeente. Zij kan via een verho ging van de stroomprijs al die gevallen heel wat beter oplossen. Als zij pretendeert te zijn de pro vinciale electriclteit-maatschappij met een monopolie-positie, dan heeft zij de plicht voor de onren dabele aansluitingen op te komen en niet de gemeente. En daarom kan hij met alle respect voor de nieuwe regeling, hier maar moeilijk accoord mee gaan, omdat z.i. de zaken principieel onjuist gesteld worden. v.d. STERREN wees er op, dat de PLEM al bijdragen geeft, hoe wel ze dit soms eigenaardig doet. Zo zouden eerst in Oirlo een be paald aantal aansluitingen f 9000.— gaan kosten. Er zaten goede han delaren bij, want na verloop van tijd kostte het maar f 4500.—. In deze PLEM-bijdragen is du3 schijn baar geen vaste lrjn "te vinden. Dr. VERAART was ook de mening toegedaan, dat de PLEM een die nende taak had in deze en dat vele moeilijkheden, ook voor andere gemeenten zouden zijn opgelost, indien zij zich hier meer van be wust was. De VOORZITTER bepaalde zich in zijn antwoord er op te wijzen, dat de PLEM thans reeds grote kosten voor zich neemt. De grote top van de onrendabele kosten neemt zij al voor haar rekening. Inderdaad gaan al langer hoe meer stemmen op, dat de zaak principieel echter helemaal bij de PLEM thuis hoort en men is hierover al lang aan het praten. Of hier een oplos sing gevonden wordt, is momen teel nog moeilijk te zeggen. Maar voor dat het zo ver is, moeten ook de mensen geholpen worden, die stroom willen. Daartoe dan deze regeling, die z.i. wel de top aan geeft, tot welke de gemeente op dit moment gaan kan. Want Inder daad zijn B. en W. bang dat Ged. Staten onherroepelijk het rode potlood gaan gebruiken als de cijfers veranderd worden, terwijl niemand er bij zegt, hoe de ge meente aan geld moet komen. Worden de tijden beter, dan zal B. en W. zeker met een betere re geling komen, maar z.i. is de nu aangebodene, de enige mogelijkheid om verder te kunnen werken. WISMANS was het daar niet mee eens. Hij had de gevallen eens be keken. Zwarte Klef kost per aan sluiting f 1.490,Oirlo heeft 4 ge vallen van f 1.200, de rest gaat zelfs boven de f 3.000; Daland kost f 2.840, per aansluiting, de meeste gevallen worden met deze regeling toch al niet geholpen, daar moet al een andere oplossing voor gevonden worden. Alleen de Zwarte Klef kan er voordeel van hebben, indien de subsidie opgetrokken wordt tot f 500, zodat deze mensen zelf nog een f 900 te fourneren hebben waar voor dan eventueel een Stichting in het leven geroepen kan worden. Daarna ontspon zich een heel debat over hoe dan wel de nieuwe regeling moest zijn. Wilde een deel van de raad f 900 eigen geld als, norm stellen, een ander deel wilde een regeling naar draagkracht, ter wijl een ander deel de f 500 sub sidie als hoogste ideaal stelde. De VOORZITTER wees er echter voortdurend op, dat het geld hier voor onmogelijk te vinden is, maar STEEGHS stelde bv., dat Ged. Sta ten zoveel sociaal gevoel diende te hebben, dat zij zelf in zou zien, dat de voorgestelde cijfers voor de meeste mensen nog niet voldoende hulp boden. Kortom men gaf aan alle kanten geen krimp en tenslotte bleek, dat men nog het meest voelde voor de f 900 eigen geld-regeling. B. en W. namen hun voorstel terug en zouden aan de hand van die f 900 een nieuwe regeling pro beren op te stellen. Het slotwoord van de VOORZIT TER, die betoogde, dat men aan een half ei meer heeft dan aan een lege dop, doet echter daarvan weinig goeds verwachten. GRONDAANKOPEN De aankoop van grond van P. Camps in Oostrum ad f 987,20, voor de uitvoering van het uitbreidings plan In Oostrum, ging zonder meer onder de hamer door. Bovendien kreeg deze verkoper f 895,20 In komsten-schade. Die inkomsten-schade was in het volgende geval oorzaak van enkele opmerkingen. Voor hetzelfde doel nl., werd van J. Linders 1622 m2 ge kocht ad f 1,10 per m2. Voor de aanwezige opstand kreeg hij boven dien f 1000; en voor inkomsten- schade f 5021,27. Van der STERREN vroeg, hoe men toch aan dit laatste cijfer kwam. Hij moest de boer nog tegenkomen die van een dergelijk klein stukje grond een dergelijk Inkomen kon halen. De tegenstelling tussen Camps en Linders is wel zeer hoog. Ook STEEGHS vond deze cijfers fenomenaal hoog. De VOORZITTER betoogde, dat de rijkslandbouwconsulent als des kundige deze prijzen vaststelde. Op dit stukje grond stonden niet alleen vruchtbomen, maar werden ook kippen en varkens gehouden en dit alles had tot een dergelijke schade post aanleiding gegeven. Hoewel STEEGHS en vd. STER REN bij hun bezwaren bleven, bleek de raad er verder weinig voor te voelen, de deskundigheid der schat ters nader te bekijken en ging ook dit voorstel onder de hamer door. De grondverkoop aan P. Arts, Kruitweg, die een eenmaal ont eigend stukje terug kan kopen, kreeg zonder meer een gunstige beslissing van de raad. De grondruil met het R.K. kerk bestuur in Leunen voor de bouw van woningwetwoningen, kreeg ook zonder meer het fiat. VUILNISBELTEN Doordat in de jongste raadsver gaderingen een enkele maal ge sproken is over de vuilnisbelt In Oirlo, is Maastricht wakker ge worden en heeft gevraagd waar de gemeentelijke aanvrage was voor deze vuilnisbelt, waarvoor verlof ir» Maastricht moet worden aange vraagd, reden waarom nu het voor stel kwam, zulks alsnog te doen en dan ook tevens voor de belt in Veltum. Niemand had natuurlijk bezwaren, maar v.d. STERREN vroeg, of men niet voor fatsoenlijke afrastering rond die van Oirlo zorgen kon, wat werd toegezegd. MAAS toonde zich plotseling fel tegenstander van de belt ln Veltum, die daar Z.i. volkomen verkeerd ligt, vlak bij de hulzen en vlak bij de kom. Maar achter de groene tafel wenste men hier verder niet op in te gaan, waarschijnlijk dacht men: gedane zaken nemen geen keer, en dus bleef het verder stil. WAARBORGSOMMEN De raad moest in een volgend voorstel, enkele Indertijd genomen raadsbesluiten terugnemen. Het be trof hier grondverkopen aan aspi rant-bouwers, die echter deze grond niet nodig hadden, omdat ze op andere wijze geslaagd zijn. Fr. JANSSEN vond dat allemaal mooi en wel, maar andere liefheb bers voor die gronden, hebben nu twee jaar moeten wachten of ge noegen moeten nemen met wat anders. Hij vond het weinig stijlvol, al zullen de meesten natuurlijk wel een geldige reden hebben. Hij zou er voor zijn, om van der gelijke aspirant-kopers bij de eerste aanvrage een waarborgsom te eisen, die niet terug betaald wordt, indien de verkoop niet doorgaat. De VOORZITTER voelde hier wel wat voor en wilde zelfs nog de ter mijn waar binnen op de stukken grond gebouwd moest worden, terug brengen van 2 opl jaar, maar hier mede kon Fr. Janssen nu weer niet accoord gaan, omdat die uit eigen ervaring vertellen kon, dat voor bereiding voor eventuele bouw soms maanden en maanden kunnen kos ten, zodat een jaar wel wat kort is. Daarop besloot de raad con araore, om voortaan de waarborgsom als els te stellen, bij eventuele grond verkopen voor woningbouw. De raad gaf verder toestemming, af te wijken van de algemene politie verordening, waardoor personen beneden de 18 jaar ook naar de bioscoop mogen, Indien de film daartoe geschikt is. En eveneens gaf ze B. en W. ver lof om ln 1958 hakhout en dun- ningshout te verkopen. BOSSEN EN GELD STEEGHS wilde naar aanleiding van dit laatste punt echter wel een opmerking maken. Nu de gemeente zo arm was, was het misschien beter om ee<s wat meer te kappen in de gemeentebossen. Z.i. waren verschillende bossen kaprljp en die brengen toch altijd een behoorlijk centje in de la. De VOORZITTER was daar ook van overtuigd, maar of dat het sein voor bomen-kap moest worden zou hij niet graag beweren. Staatsbosbeheer heeft hiervoor de zorg en doet alles om een zo goed mogelijke opbouw der bossen te verkrijgen, zodat het grootst mogelijk rendement wordt opge bracht en dit gelijkelijk verdeeld over de jaren heen, zodat niet een jaar alles en het ander niets In de gemeentepot komt. Die goede regeling moet men nu niet door kruisen met een soort va-banque- politiek. DE PLOEGENDE BOER In 1958 wil men komen tot een behoorlijke eigendomsadministratie, omdat men nu feitelijk niet goed weet wat nu wel en wat geen eigendom ls van de gemeente. Er blijken zo links en rechts nog al eens kleine stukjes te liggen, die dan misschien beter verkocht kun nen worden of geruild. De raad had er natuurlijk vrede mee, maar stelde bij monde van v.d. STERREN de vraag, hoe het toch mogelijk ls, dat al deze stuk jes zo verdwaald zijn. De VOORZITTER wist geen andere oplossing, dan dat deze stukken vroeger bi] andere ge meentelijke percelen hebben ge hoord, waarover de maar steeds voortploegende boer ook zijn voren getrokken heeft en die van iiever- lee in het vergeetboek zijn geraakt. Daarom is deze administratie wel dringend gewenst, omdat er nu dikwijls alle mogelijke complicaties uit voortkomen. De verhuur van de woning Wil- helminastraat 3 aan een gemeente arbeider ontlokte enig commentaar. ODENHOVEN had gedacht, dat men deze woning wel op zou rui men, waarop Weth. VAN BOVEN r.og eens nadrukkelijk wees op het groot aantal woningzoekenden. Nu de gemeente deze woning nog niet nodig heeft, zou het zonde zijn om ze af te breken. Daar kon ODENHOVEN mee accoord gaan, maar hij vroeg zich wel af, of dat dit inhield, dat ze dan maar opgeknapt moest worden, wat toch ook geld kost. Weth. WINTELS vertelde, dat eventuele herstellingen aangebracht werden door de huurder zelf en dat die de gemeente geen geld kosten. DE BRUIJN had er vrede mee. maar zou toch liever geen 6-jarig contract hebben, zoals werd voor gesteld, waarop besloten werd er een Jaar-op-jaar contract van te maken. En nu men dan toch ln de Veld- straat beland was, werd natuurlijk even gesproken over de winkel plannen. VAN HAAREN wees er op, dat Helden een gemeenschapshuls gaat bouwen, waaronder winkels in komen. Dit zou voor Venray mis schien ook de oplossing zijn. Dan kunnen ên winkels èn gemeen schapshuis nog gecombineerd wor den ln één straat. VOORZITTER wees er op, dat dit ter competitie is van het kerk bestuur, maar in leder geval zou het Heidense experiment de moeite van het bestuderen waard zijn. SCHOLEN Nadat de marktgeldenverorde- ning opnieuw was vastgesteld voor 1958 kwamen de scholen aan de beurt. De Kleuterschool St. Agnes kreeg de gevraagde exploitatie vergoeding over 1957, maar bij het verzoek om f 1237.55 toe te ken nen aan de meisjesschool St. Clara voor de verlichtingsornamenten, gromde de raad. De lampen bleken er al te hangen, zodat het hele verzoek als mosterd na de maaltijd kwam, hetgee i men niet bepaald „chique" noemde. De Ilensenius- school kreeg tenslotte f 1270.60 om leermiddelen te kopen. STEUN AAN INDUSTRIE De bouw van de fabriek voor de N.V. INALFA is indertijd mogelijk geworden omdat de raad een flinke hypotheek verleende, waarvan in middels reeds een deel is afgelost. Met de uitbreiding van deze fabriek ondervindt men moeilijkheden, daar de gemeente wegens geldgebrek de daarvoor benodigde gelden niet ter beschikking kan stellen. Daarom ls er nu de vraag of de gemeente garant wil blijven voor een te sluiten lening, die dient om deze nieuwbouw te financieren. De raad ging daar mee accoord. Bij de uitbreiding van de BLITTA- hal ligt de zaak nog moeilijker. Deze hal is eigendom van de ge meente en men heeft indertijd al moeite genoeg gehad om de beno digde gelden voor de gewenste uitbreiding bij elkaar te krijgen. Nu men met die uitbreiding bezig is, ls de Arbeidsinspectie gekomen met op- en aanmerkingen, die tot oorzaak hebben, dat de bouw iets gewijzigd moet worden, De kosten hiervan bedragen f 6500.De gemeente heeft hiervoor geen geld, maar wil nu het geld lenen van de Fa. Franssen, die dit heeft aange boden. De raad bromde, dat men beter eerst de plannen aan de Arbeids inspectie voor had kunnen leggen, waardoor dergelijke minder pret tige verrassingen voorkomen waren, maar aangezien gedane zaken moeilijk te veranderen zijn, ging men er mee accoord. Evenals men er mee accoord ging, dat de kas geldleningen opgetrokken worden tot het voor de gemeente Venray van hogerhand toegestane bedrag van f 780.000.—. In Peelplan-Zuid heeft men in dertijd een kavel peelgrond ver kocht, waarop de bouwplaats niet in orde was. Dat wist men niet, maar toen men met de bouw bezig was bleek, dat hij extra zware funderingen moest leggen, wilde hij vaste grond krijgen. Dat is voor die boer een zware dobber geweest, waarvoor men hem moeilijk op kan laten komen. B. en W. stelde dan voor die extra-kosten voor rekening van de gemeente te nemen. DE BRUIJN wilde dan toch wel eens weten, wie hier feitelijk schuld had. WISMANS legde uit, dat er van schuld moeilijk gesproken kan worden. Onder de bouwplaats blijkt een veenlaag gezeten te hebben, die door de Grontmy eruit gehaald is. De ondergrond echter is der mate „rot" gebleken, dat extra voorzieningen nodig waren, om van het water af te komen. Dit was niet te voorzien, maar zou tot oor zaak hebben dat deze boer t.o.v. de andere kopers van dergelijke kavels voor veel grotere uitgaven wordt gezet. Met deze uitleg nam de raad vrede en ging ook dit voorstel ongehinderd onder de hamer door. VREDEPEEL. We hebben in ons vorig nummer uitvoerig uiteen gezet, welke plan nen men heeft om in de toekomst de watervoorziening voor de gron den in de Vredepeel te regelen, welke mogelijkheden en moeilijk heden zich daarbijjvoordoen en hoe men deze denkt te regelen. In 't kort komt 't hierop neer, dat men van het gehele Vrede- peelgebied een proef object gaat maken voor de verbetering van de watervoorzieningen, waarbij men zich voorstelt leidingen aan te leg gen naar de verschillende kavels, waaruit de boeren water kunnen krijgen voor hun beregeningsinstal lages. Een deel der kosten zullen door 't rijk, een ander deel door de ge meente en een deel door de boer zelf gedragen moeten worden. vd. STERREN had alle respeot voor dit plan, wat door landbouw deskundigen is klaar gemaakt. Hij vroeg zich echter af, of de bewo ners van de Vredepeel nu wel de noodzaak van dit alles zullen in zien, temeer daar de meesten van hen toch al op zware lasten zitten, lasten, die nu nog vermeerderd worden, zeker in 't begin. HIJ hoopt dat de resultaten, welke de te stichten proefboerderijen zouden laten zien, een duidelijk beeld zou den geven van 't voordeel der regeling. Fr. JANSSEN moest erkennen geen deskundige te zijn, die de merites van dit plan beoordelen kan. De uitvoerige toelichtingen had hij gelezen (zie ons blad van vorige week) maar toen waren hem toch wel vragen gerezen, die waar schijnlijk hun grond vonden in zijn ondeskundigheid, maar die hij toch graag opgelost zag: Waarom heeft men dit alles niet direct bij de ontginning van de Vredepeel ter sprake en ter uit voering gebracht. Nu komen extra kosten op de toch al zware lasten der boeren. Er Is bem gebleken, dat er fei telijk twee systemen zijn, t.w. be regening en infiltratie. Wat nu 't beste is, weet men feitelijk nog niet, reden waarom men bv. de proefboerderijen in de Peel gaat bouwen. Nu wacht men echter de resul taten niet af van deze boerderijen, neen, men begint nu aan de Vre depeel. Worden de boeren daar niet teveel als proefkonijn gebruikt? HOUBLN kon zich met dit plan wel verenigen, maar vreest, dat de betrokkenen zelf niet zo enthou siast zullen zijn. Hoe zullen die mensen daar tegenover staan. Zijn inziens zal men terdege een goede voorlichting moeten geven. De VOORZITTER wees in zijn antwoord er op, dat dit Vredepeel- object inderdaad proefterreln is voor de toekomstige waterregeling in heel Noord- en Midden-Limburg. Z.i. moeten de boeren deze kansen aangrijpen, omdat zij, juist omdat het proefobject alle denkbare hulp en steun zullen krijgen. Dat men dit niet direct bij de ontginning gedaan heeft, vindt al leen zijn oorzak omdat men toen niet wist wat men nu wel weet. Of men infiltratie of beregening toe moet passen, is inderdaad een vraagstuk, maar in de Vredepeel is beregening ontegenzeggelijk het beste, volgens de deskundigen. Daarom besloot men in groter verband, dan bijv. op óén boerderij dit object op te zetten. Er zullen offers gevraagd worden maar om reeds op voorhand ta zeggen, dat er extra zware lasten op de boeren gelegd zuilen worden, lijkt spreker voorbarig. De finantiële opzet van dit alles moet nog bekeken worden, waarbij men van de stelling uitgaat, dat het rijk steun verlenen zal en de boer naar rato hij voordelen van deze regeling heeft, bij zal dienen te dragen in de kosten. Het zal logisch zijn, dat men een dergelijke opzet niet op voorhand maar zwaar genoeg zal maken, want dan vindt men geen enkele liefhebber. Dit zal dan nog toe- komst-muziek zijn. Het gaat nu alleen om de vraag of men inder daad aan dit plan zal gaan begin nen, de uitvoering met zijn speci fieke problemen komt later wel ter sprake, aldus de Voorzitter. Daartoe besloot de raad dan ook In principe. RONDVRAAG. ODENHOVEN opende de rond vraag met te informeren wat er nu feitelijk gebeurde met de woning aan de Landbouwschool en hoe 't mogelijk was, dat daar een schuur gebouwd ls, waar men asbestplaten als dakbedekking gebruikte, terwijl dit voor alle Inwoners verboden is. De woning was, aldus de VOOR ZITTER, verhuurd aan de school en hierin wordt les gegeven. Van 't schuurtje met asbest wist men niets af, maar zal onderzocht wor den.

Peel en Maas | 1958 | | pagina 1