Oostriim en zijn kerkschatten
Van wasketel tot
kookkast.
ïï&ïj&x™™sssfïïsss weekblad voor venray en omstreken
10 jarig bestaan van de aid. Venray van het
Nederlandse R00DE KRUIS
Twee unieke objecten voor
de watertoevoer in Brabant
St. Liduina
Zaterdag 11 mei 1957 No 19
ACHT EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
CONFECTIE VAI
m
40 donors van de bloedtransfusiedienst
werden onderscheiden
Het was maandag druk in zaal
Verheugen, waar de afd. Venray
van het Nederlandse Roode Kruis,
haar 10-jarig bestaan vierde.
Deze afdeling, voortgekomen uit
een sectie van de reeds lang ter
ziele zijnde vereniging Venray Voor
uit, mag zich in een gestadige groei
verheugen en telt thans 1615 leden.
Uit de „oude garde" die destijds
de oprichting meemaakten zijn nog
2 personen actief werkzaam, n.l. de
heer E. Bartels, als penningmeester
en Dr Oosterbaan. als hoofd van de
Roode Kruis-colonne. Beiden moch
ten vanwege het hoofdbestuur, uit
hande van de heer Burgemeester,
een medaille voor 10 jaar trouwe
dienst ontvangen.
Waarnemend voorzitter, J. Colsen,
belichtte in zijn openingswoord de
diverse taken van de plaatselijke
afdeling en vestigde zeer speciaal
de aandacht op de bloedtransfusie
dienst en de Roode Kruis-colonne,
welke nog gaarne nieuwe leden
aannemen. De colonne telt thans 40
leden, doch hoopt binnenkort een
uitbreiding tot 60 leden te kunnen
bewerken.
Dr. Oosterbaan hield een korte
lezing over de bloedtransfusiedienst,
waarna de heer Burgemeester over
ging tot het uitreiken van de Dr.
Landsteiner-onderscheidingen aan
40 donors van de bloedtransfusie
dienst.
Zoals men weet, worden deze
onderscheidingen verleend aan hen
die minstens 5 maal bloed gegeven
hebben (penning) en aan hen die
zich minstens 15 maal hiervoor ter
beschikking stelden (plaquette).
Interessant is het hierbij te ver
melden, dat in Venray in 1956 278
bloedtransfusies werden behandeld.
Begrijpelijk is het dus, dat men
over een groot aantal donors moet
beschikken, mede gezien de diverse
verschillende bloedgroepen. Venray
mag dan ook trots zijn, dat vele
van haar inwoners zich geheel vrij
willig en belangeloos hiervoor heb
ben aangemeld, om dikwijls op de
onmogelijkste tijden te worden
opgeroepen teneinde het leven van
een evenmens te kunnen redden.
Het is weer meimaand, zij het
dan met sneeuw en hagel.
En deze maand, zo toegewijd aan
de Moeder Gods, spoort vele Ven-
rayse mensen weer aan om Onze
Lieve Vrouw van Oostrum, met een
bezoek te vereren.
De Behoudenis der Kranken, onder
welke eretitel Zij in Oostrum wordt
vereerd, is bijzonder geliefd in het
Noord-Limburgse land en de vele
processie- en andere kaarsen, die
in deze genadekapel stil branden
voor het kleine houten beeldje, tonen
dat wel overduidelijk.
Misschien, dat men zich bij zulk
een bezoek realiseert, dat de legen
de vertelt, hoe in het midden der
14e eeuw een boer dit kleine beeldje
op zijn akker vond en daaibij een
stem hoorde, die zei: „Hier wil ik
rusten". De man nam het beeldje
mee naar huis en beloofde inder
daad een kapelletje te zullen bou
wen op de plek waar hij het beeldje
op de vlasakker gevonden had, in
dien diezelfde vlasakker goede
vruchten voort zou brengtn.
Als dan die boer de volgende
morgen zijn vlasakker in volle en
overvloedige bloei ziet staan, ver
vult hij zijn belofte en heeft de
Behoudenis der Kranken, Haar rust
plaats in Oostrum gevonden.
Wat er van waar is, is natuurlijk
moeilijk te achterhalen, maar feit
is, dat rond 1400 de oude kronieken
al vermelden, dat er in Oostrum
een kapel is, waar Maria bijzonder
wordt vereerd.
Uit het feit, dat sindsdien deze
Mariaverering eerder toe- dan af
genomen is, mag men concluderen,
viat Maria ook hier weer Haar bij
zondere gunsten rijkelijk heeft uit
gedeeld en nog immer uitdeelt.
We willen echter de bezoeker van
dit Mariale genadeoord nog op
enkele andere dingen wijzen.
Toen in 1935 de oude kapel door
de groei der parochie moest wor
den uitgebreid, stond men voor een
moelijke keuze. Ofwel een geheel
nieuwe kerk bouwen en de oude
afbreken, oiwel een nieuwe kerk
bouwen en de oude kapel laten be
staan.
In dit laatste geval zou er dus
een aparte kapel gekomen zijn voor
de processies, zoals men dat bv. in
Kevelaer kent en zou de kerk uit
sluitend voor het parochiewerk zijn
bestemd. Men heeft uiteindelijk een
compromis gevonden door recht
hoekig op het schip van de oude
kapel een nieuw schip te bouwen,
waardoor dus de kapel bij de nieuwe
kerk bleef.
Toen dit besluit eenmaal gevallen
was, deden zich verschillende pro
blemen voor. Een der grootste was
wel, hoe het kleine Mariabeeldje in
het oude priesterkoor der kapel een
waardige en aanvaardbare plaats
te geven.
Niemand minder dan een stel der
beste kunstenaars van Nederland,
de Gebr. Brom uit Utrecht, kregen
de opdracht om dit probleem op
te lossen.
Men weet waarschijnlijk uit eigen
ervaring, op welk een sublieme
wijze dit is geschied. Het kleine
beeldje is op een expositie-troon
geplaatst, die de ruimte van het oude
KEN UW EIGEN INDUSTRIE. 5.
koor op prachtige wijze vult en als
vanzelf de blik van de bezoeker
trekt naar dat stralende middelpunt,
het beeldje van de Moeder Gods.
De in koper gedreven zijluiken,
waarin tientallen engelen het Mag
nificat zingen en Jezus Moeder hun
lof toejubelen, getuigt nietalleen van
groot meesterschap, maar brengen
de bezoeker er toe als het ware
mee in te stemmen, mee te loven
en te prijzen.
Doch hier niet alleen, ook in de kerk
zelf hebben de Gebr. Brom, prach
tig werk verricht.
Als we nu lezen, dat onlangs de
nieuwe Communiebanken in ge
bruik zijn genomen, dan is dit geen
op zichzelf staand geval, maar weer
een etappe meer in de uiteindelijke
verfraaiing der kerk.
Toen het nieuwe priesterkoor nog
in de steigers stond, zijn de Gebr.
Brom uitgenodigd, hebben een paar
krabbels gemaakt en nu bijna
twintig jaren later zijn die krab
bels practisch verwezenlijkt ge
worden.
De oorlog met de grote verwoes
ting, ook in en van Oostrums kerk,
hebben het „verfraaiingswerk" heel
wat jaren achteruit geplaatst, maar
toch blijkt hier uit alles, dat men
enkele jaren niet telt, slechts be
wust, stap voor stap, niet alleen
een verantwoorde en kunstzinnige
kerkversiering heeft willen schep
pen, maar doelbewust ook hier weer
alles heeft geconcentreerd op dat
schone middelpunt, het altaar, waar
Christus Kruisoffer iedere dag op
nieuw op onbloedige wijze wordt
voltrokken.
Wie Oostrums priesterkoor be
kijkt, wordt als vanzelf gewezen
naar die prachtige beeldengroep
boven het hoogaltaar, waar Chris
tus hangt aan het Kruis. Daarheen
wijzende kandelaars, daarheen wijst
de expositie-troon, dat machtig stuk
koperwerk, waarvan men de finesses
jammer genoeg te weinig zien kan.
Van al deze stukken, hebben de
Gebr. Brom, ware kunstschatten
gemaakt.
Wie het tabernakel ziet, waarin
in email de Boodschap van de Engel
aan Maria is uitgebeeld, waant zich
terug in de middeleeuwen, toen
monniken met eindeloos geduld hun
miniaturen schilderden in hun ge
tijdenboeken.
Een rijkere versiering voor het
tabernakel kennen wij in deze con
treien niet. Maar alles toch ook
weer zo, dat het de aandacht van
de kerkbezoeker weer niet in die
mate opeist, dat hij alleen maar
kunstig gemaakte dingen ziet, in
tegendeel, zijn aandacht als vanzelf
richt op het wezenlijke, het Offer
van Christus.
Zo is het met de preekstoelen, zo
is het met de onlangs geplaatste
Communiebanken, die ook op zich
weer een apart kunststuk zijn, waar
in Leo Brom, voor de zoveelste
maal alleen al in deze kerk
zijn groot meesterschap heeft be
wezen.
Pracht smeedwerk in brons, dat
uitstekend aansluit bij de preek
stoelen. waarin de geel-koperen em
blemen de aandacht van de bezoe
ker richten op de heilige handeling,
In Blerick woonde een goede vijf
en twintig jaren geleden een lasser-
bankwerker, die als twintig-jarige
jongeman zijn vak geleerd had in
de harde praktijk van die dagen.
Zo was hij werkzaam geweest in
in verschillende bedrijven in binnen-
en buitenland. Daar had hij ook
o.a. tentoonstellingen gezien, die op
zijn vak betrekking hadden. Daar
van was hem één ding bijgebleven,
nml. pogingen die men in het
buitenland ondernam om te komen
tot een nieuw systeem om vee-
voedsel te koken.
De oude ijzeren „sopketel" was
niet economisch genoeg. Daar ging
te veel van de warmte verloren.
Het waren buitenlanders, die in
die dagen een nieuw systeem gin
gen brengen, door de warmte méér
teisoleren en een groter rendement
te geven.
Zo kijkend op die tentoonstelling,
had de jonge vakman van die
schone dromen, om dit systeem te
vervolmaken en verder toe te gaan
passen, zoals bijv. in slagerijen en
andere zaken.
Voorlopig kwam van deze dag
dromerijen niets. Hij was werkzaam
op de Centrale Werkplaats van de
Ned. Spoorwegen en had het daar
druk genoeg. Tot op een gegeven
moment de buurvrouw zich ontval
len liet, dat ze hoognodig een nieuwe
wasketel nodig heeft.
Dan is daar de spontane belofte,
dat hij ervoor zal zorgen. Een goed
kope ketel en beter dan welke
ook
De buurvrouw wacht en wacht.
Ondertussen knoeit hij in de ach
terkeuken en krijgt ruzie met zijn
vrouw over de rommel. Telkens
en telkens opnieuw wordt er ge
tekend, worden er mallen gemaakt,
wordt er gepast en gemeten en dan
eindelijk is de ketel klaar. Moe,
maar voldaan schrijft hij op de
binnenwand van de nieuwe 'ketel:
„MULDERS -KETEL".
De eerste van de ruim
40.000 Mulders ketels
die sindsdien over Nederland, Bel
gië, Luxemburg, Frankrijk, Indo
nesië, West-Indië, Midden- en Zuid-
Afrika zijn verkocht.
Maar de jonge bankwerker wist
dit niet.... Omdat hij de mallen en
het materiaal toch had, werden er
meer ketels gemaakt. Eén in drie,
vier weken. Vrienden en kennissen
vroegen er naar, want de buur
vrouw stak haar lof over de zuinige
en handige ketel niet onder stoelen
en banken.
Na verloop van tijd werd er een
voor reclame aan de deur gezet en
prompt kwam er een briefje van
de Nederl. Spoorwegen, dat deze
handel niet geoorloofd was voor
een employé van deze spoorwegen.
Had hij toen geluk, dat hij als
arbeids-contractant niet onder die
bepalingen viel, later, als de crisis
jaren komen en de Spoorwegen
gaan bezuinigen, is het ook deze
arbeids-contractant die moet gaan
vertrekken.
Maar intussen heeft hij al een
betonnen hok achter in het tuintje
moeten plaatsen, om een wat ge
schikter werkplaats te kunnen
krijgen en is hij zelfs moeten ver
huizen naar een huis met een grote
garage als werkplaats.
Via een bevriende relatie kan hij
achter elkaar de ijzerconstructies
krqgenvoor 'n grote nieuwbouw, en
zo is hij practisch zelfstandig onder
nemer, voor hij het zelf weet.
Na een half jaar is het werk ge
daan en begint de ketelfabricage
weer. Eerst alleen, dan met een
die hier wordt voltrokken. Ware
meesterstukjes zijn het, deze mi
niatuurtjes.
We zien de symbolische voor
stellingen der H. Communie. Het
dorstige hert, de pelikaan, die zich
zelf opoffert voor zijn jongen, het
Lam Gods, de vis en de broden, de
fenix en de eenhoorn.
Ze dragen mede het teakhouten
blad en vormen een waardige af
sluiting van het Oostrums priester
koor.
We vinden weinig kerken in deze
streken, waar men grote kunste
naars ^dergelijke kansen heeft ge
geven. Kansen, die ze hebben ge
grepen en waaruit iets schoons is
ontstaan, dat aantoont, dat ook in
deze tijd iets moois en waardevols
nog immer gemaakt kan worden.
En die in dergelijke mate beant
woorden aan het doel, dat iedere
kerkversiering zich moet stellen, nl.
de aandacht der gelovigen te rich
ten op het middelpunt van iedere
kerk, het altaar.
Oostrum mag zich gelukkig prij
zen dergelijke kerkschatten de hare
te mogen noemen en zo mede een
voorbeeld te geven aan andere
parochies.
Het zal de bedevaartganger rijker
maken, hieraan ook eens wat meer
aandacht te schenken.
loopjongen. Later als hij met zijn
produkt de boer op moet, een knecht
bij.
Op de landbouwtentoonstellingen
in deze streken, ziet men de nieuwe
veevoeder-ketels staan en de vraag
neemt toe.
Dan komt er een reiziger bij en
meer personeel en uiteindelijk zit
men in de hanebalken van het huis
in Blerick. Men kan niet meer voor
of achteruit.
OOSTRUM
Als dan in 1937 'n oude fabriek
in Oostrum vrij komt, waagt Mul
ders de grote sprong, mede omdat
hij dan beter woont t.o.v. de boeren
bevolking, welke zijn rood-koperen
ketels moeten afnemen.
Aldra blijkt ook die ruimte te
klein en een grote loods wordt er
bijgebouwd.
Dagelijks verlaten meer ketels de
fabriek en men heeft ternauwer
nood tijd, om te experimenteren
met een ketel met roerinstallatie,
die aan het oude ideaal nieuwe ge
stalte moet geven.
De mobilisatie komt. Her en der
waarts in 't land liggen de soldaten,
die gevoed moeten worden. Dan
valt het oog op de gemakkelijk te
onderhouden en zuinige Mulders-
ketels en op een goede dag komt
het Rijksinkoopbureau aankloppen
in Oostrum, om over leveranties
aan het Nederlandse leger en andere
officiële instanties eens te praten...
Het is bij praten niet gebleven,
De nieuwe aluminium Muldersketel
voor de voedselbereiding was daar
van het resultaat en zelfs de inval
der Duitsers kon de fabricage niet
belemmeren.
Integendeel, nu de officiële in
stanties deze ketels hadden leren
kennen, werden ze voor jeugd
kampen etc. meer en graag ge
vraagd. Zo is men dan de oorlog
doorgekomen met veel moeilijk
heden en veel improvisatie.
Vlak voor het einde demonteerde
men de machines, uit angst, dat ze
naar Duitsland zouden worden ge
sleept. Dat was maar gelukkig,
want verschillende granaten ver
woestten woonhuis en fabriek.
Na de oorlog waren de moeilijk
heden nog groter. Er was bijna aan
geen materiaal te komen, er waren
geen kranen en andere kleine,
maar onontbeerlijke dingen, die men
vroeger van elders betrok; er
was zo goed als niets.
Maar in Oostrum gaf men het
gevecht niet gauw op. Kon men ze
niet krijgen, dan zelf maar gieten
en met een oude kachel begon men
te experimenteren.
De veilinghal in Oostrum werd
gehuurd voor opslag, de oude loods
gebruikt als werkplaats en toen men
het gieten wat onder de knie had,
werd de oude melkfabriek ineens
gieterij.
Als in Rotterdam 14 ton alimi-
nium liggen en de schepen niet ge
lost worden door de havenstaking
doet men het zelf, en zo improvi-
seerd men maar door. Men huurt
een oude danstent om ketels in op
te slaan en is al helemaal niet
meer verwonderd als dat ding op
een keer de lucht invliegt bij een
storm.
Maar de 1500 ketels voor de
Noord Oost Polder de eerste
grote na-oorlogse opdracht wordt
op tijd en goed uitgevoerd. Al zeg
gen de mensen van het Rijksinkoop
bureau later, dat zij dat helemaal
niet verwacht hadden. Want hoe
zou men aan spullen kunnen komen.
Maar de gieterij in de oude zuivel
fabriek in Oostrum bergt vele ge
heimen onder het zwarte giet-zand
en de ketels waren immers klaar.
20 Man personeel kunnen de op
drachten niet meer af. Als men op
een gegeven moment tot de ont
dekking komt, dat de mensen lan
ger dan een jaar op een Mulders
ketel moeten wachten valt het
grote besluit:
Dan maar een nieuwe fabriek
In 1948 werden de plannen opge
steld, einde 1949 werd begonnen
en einde 1950 verliet de eerste
MUVERO-ketel de nieuwe grootse
fabriek. Gauw verteld, maar niet
zo eenvoudig als men wel vermoed.
Dagen en nachten tekenwerk, dagen
en nachten planning.
Maar als in 1951 de fabriek offi
cieel wordt geopend, dan komen
uit binnen- en buitenland archi
tecten naar deze hal kijken, die zo
opmerkelijk is geconstrueerd en die
een unicum is in den lande.
Zo worden dan thans in deze
bijna 5000 m2 grote hal de MU VERO
ketels gemaakt. Er is veel aan ver
anderd. Want het eenvoudige ke
teltje van de buurvrouw heeft vele
en grote wijzigingen ondergaan.
Kijken we maar eens naar de
stookgelegenheid. Nu heeft men er
voor vaste brandstoffen, voor stads-
propaan en aard-gas, met oliestook
en electrische verwarming. De boer
draait 's avonds voor het naar bed
gaan het knopje om en 's morgens
is het veevoer gaar gestoomd.
Maar ook het oude ideaal is ver
wezenlijkt. Naast de ketels voor
voedselbereiding, is men begonnen
aan de slagers kookinstallatiebouw
en hele slagerijen verlaten kant en
klaar de MUVERO-fabrieken.
Dropketels, conservenketels, voor
practisch ieder product worden er
ketels vervaardigd. De soep wordt
er in gekookt, even goed als de
schoensmeer of als ijs. Voor ieder
product vervaardigt Muvero de
ketels, in rood koper, in aliminium
of in chroom-nikkelstaal, waar men
zich in spiegelen kan.
Het productie-programma toont
pastei-ovens, slagersketels die
prachtige combinaties kunnen vor
men, drukketels, mengbakken en
werktafels, koelbakken en gammel -
len.
En in een hoek is men de nieuws
te vinding aan het bouwen, de
prachtige kookkasten, waarin het
vlees in vochtige lucht wordt ge
kookt in een voortdurende constan
te warmte, geregeld door thermo
staten.
De 70 man personeel hebben het
er druk aan. Allen zijn opgeleid in
de fabriek, die haar eigen speci
fieke eisen stelt aan iedere vakman.
In alle onderdelen van het „ijzer
vak" wordt men hier onderwezen
en opgeleid en het doet goed, Ven-
rayse jongens de zware forceer-
banken en de moderne draaibanken
te zien bedienen, ze als vormers en
gieters bezig te zien. Er is personeel
tekort, om aan alle aanvragen on
middellijk te kunnen voldoen.
De totale liter-inhoud van de na
de bevrijding geleverde ketels over
schrijdt thans de 7.000.000 liter, ter
wijl aan totaal-gewicht sinds die
tijd ruim 12.000.000 kg aan ketels
werden vervoerd.
BUITENLAND.
Want niet alleen in het binnen
land heeft MUVERO een klinkende
naam. De vrachtwagens rijden per
jaar 10 maal de aardbol rond ofwel
400.000 km., om ook in het buiten
land Mulders ketels te brengen.
Op de grote tentoonstellingen in
Frankrijk, zowel in Parijs, Lyon,
Marseille als Lille en Nancy staan
MUVERO ketels en op het kantoor
hangen de prfjzen, die Mulders'
stand gewonnen heeft in Brussel,
Luxemburg en andere plaatsen.
Rechtstreeks export, die dit Ven-
rayse product tot ver in Europa
brengt. En men schrikt al niet
meer als een missie-bisschop op
vacantle eens even aankomt wip
pen, om te praten over leveranties
van ketels naar de missiegebieden
van Indonesië.
Want de zwartjes van Afrika
kennen deze ketels even goed, als
de mensen op de Ned. Antillen.
Missiehuizen en missionarissen
zijn onze beste vertegenwoordigers,
is het standpunt van de heer
Mulders.
Zo is ook hier uit het kleine, het
groote weer geboren!
Een trotse fabriek is gegroeid
uit het kleine bijkeukentje, een
goed product uit het wasketeltje
van de buurvrouw. Dank zij* grote
energie, de vaste wil om iets te
bereiken en een weinig geluk, wordt
Venrays naam thans mede hoog
gehouden door deze moderne fa
briek, waaruit gemiddeld twintig
ketels per dag de wijde wereld
worden ingezonden. Ketels, waaraan
Venray.se mensen hun werkkracht
en werklust hebben gegeven
uitgevoerd, waarbij ditmaal de
gronden volledig werden geëgali
seerd, om de infiltratie zo goed
mogelijk tot haar recht te laten
komen.
Weliswaar waren hierdoor de
kosten f 4000 per ha, doch niet
vergeten moet worden, dat practisch
nieuwe vruchtbare gronden zijn
ontstaan, omdat de oude akkers
niets waard waren.
Begenmeester
In Someren troffen we de enige
regenmeester van heel Nederland
aan, een man, die daarnaast nog
keurmeester is, doch krachtens
zijn exclusieve functie de pomp-
aggregaten bedient, de hydranten
opent en sluit, het regenschema
al naar de behoeften der boeren
opstelt en noteert, hoeveel water
door de grondgebruikers is afge
nomen. Het verplaatsen van de zij
leidingen en sproeiers geschiedt
door de grondgebruikers zelf.
Het betref t een strook oude bouw
land-zandgrond tussen het dorp
Someren en de Zuid-Willemsvaart,
die reeds vele honderden jaren in
cultuur is en vrijwel uitsluitend
voor graan teelt werd benut..
De droogtegevoeligheid van deze
grond is zeer groot en de ligging
ten opzichte van het kanaal bijzon
der ongunstig. Door de kunstmatige
beiegening, waai voor het water
50 tot 60 meter diep uit de grond
wordt gepompt waterontrekking
aan het kanaal bleek duurder en
minder practisch kon een ge
deelte van de akkers tot grasland
worden gemaakt, zodat het vee in
de nabijheid van de bedrijfsgebou
wen kan worden geweid.
Prima Grasland
Na de droge zomer van 1949 is
men daarmee begonnen. Een 35-tal
boeren en een tuinder vormden
toen een coöperatie. In 1955 was
nog 85 pet van de akkers met graan
bezet, doch vorig jaar is het bouw
plan rigoureus gewijzigd en vimt
men 10 tot 60 ha prima grasland.
De beregeningsinstallatle is daar
door reeds rendabel gemaaki en
het aantal koeien steeg in één jaar
tijds van 128 tot 167, terwijl intus
sen al twee melkmachines zijn aan
geschaft.
Deze week zal in Veldhoven een
tweede beregeningsinst^iiatie in
gebruik worden genomen en in
Leende, waar eenstreekvèrbeterings
plan in uitvoering is, wordt het
zelfde overwogen.
In studie is een automatische
kunstmatige beregenin g, die ook
's nachts in werking kan worden
gesteld.
Op eertijds droge gronden
grazen nu de koeien
Als methoden voor watertoevoer
werden in het rapport van de com
missie Waterbeheersing Noord-
Brabant, dat wij elders in dit blad
bespreken, o.a. genoemd beregening
en infiltratie
Beide systemen zijn reeds in Bra
bant op de drooggevoelige gronden
toegepast en hetgeen zowel in Wes
terhoven in de buurt van Valkens-
waard, waar in 1947 de eerste proef
met infiltratie werd genomen, als
in Someren met de eerste coöpe
ratieve beregening in den lande
gepresteerd wordt, kan uniek wor
den genoemd. De resultaten zijn
verrassend.
Haveroogst
Waar vóór de bevloeiing de gron
den in Wesrerhoven slechts 700 kg
haver per ha opleverden, wordt nu
7000 kg geoogt.
Begonnen werd met een perseel
van 50 ha. Er moest een waterlei
ding worden gemaakt en een klein
stuwtje in de aanwezige beek, die
het gebied dwars doorsnijdt en het
water van het Kempisch kanaal
ontvangt.
De resultaten van dit eerste ob
ject, dat op f 830 per ha kwam,
waren bijzonder gunstig, zodat in
1952 overgegaan tot infiltratie van
het „Ganzenbroek", een oppervlakte
van 58 ha waarvan de kosten f 1000
per ha bedroegen. Gekoppeld aan
dit object werd in 1956 een derde
Dekenale Afdeling VENRAY.
De kath. Invalidenbond „St. Li
duina" dekenale afd. Venray hield
in het Brouwershuis haar jaarver
gadering.
In het algemeen was 1956 voor
de afdeling een succesvol jaar ge
weest. De 50 leden namen zich voor
om in dit jaar een leden wervings
actie te ondernemen onder 't motto
„Ieder lid werft 1 lid".
Uit het verslag van de secreta
resse, Mej. Nelly van Dijk bleek,
dat de activiteiten zeer belangrijk
waren geweest.
Buiten de revalidatie in het al
gemeen, werden diverse problemen
opgelost voor vele leden afzonder
lijk. Er werd financieel genolpen
bij aanschaffing van vervoer en of
andere hulpmiddelen, terwijl in
nauwe samenwerking met het Ned.
Roode Kruis, afdeling Venray, ook
enige invaliden een boottocht on
dernamen door de Nederlandse wa
teren en anderen een week vacan
tle doorbrachten in het Henry Di-
nanthuis te Zeist.
Met voldoening werd er gewag
gemaakt van de geslaagde Poppen-
actie, welke de organisatie thans
in staat stelde enige invalidenwa-
gens aan te schaffen.
De heer F. Flinsenberg, penning
meester, liet eveneens een gunstig
geluid horen over de finantieele
positie van de bond.
Bij de bestuursverkiezing werd
het aftredende bestuurslid Flinsen
berg met algemene stemmen weer
in zijn functie herkozen.
Na nog het zomeruitstapje te
hebben besproken, sloot de heerE.
Bartels, voorzitter, de vergadering,
na nogmaals een beroep gedaan te
hebben op alle leden, om hun beste
krachten in te zetten tot grootma-
king van de organisatie en om te
helpen alle acties in 1957 te onder
nemen en volledig te doen slagen.
Nieuws uit
Venray en Omgeving
Bekendmaking
Burgemeester en wethouders van
Venray brengen ter openbare ken
nis, dat de wijziging van de veror
dening op de heffing van precario
rechten in de gemeente Venray,
vastgesteld bij besluit van de raad
van 4 december 1956, no. 850, bij
koninklijk besluit van 30 maart
1957, no. 18, is goedgekeurd.
Bedoeld besluit is voor eenieder
gedurende drie maanden ter secre
tarie ter lezing neergelegd en tegen
betaling der kosten verkrijgbaar
gesteld.
Venray, 24 april 1957.