Bezuinigen... maar waar?
Is een recreatie-oord nu wel
noodzakelijk
Het sleutelkind
Verbod lopen in
6oud - Good - Goad
Da bestrijding van de
Uit Pee! en Maas
m
tijd van bezinning
J.
VERHUUR
complete
gelegenheids
kleding
Zaterdag 23 maart 1957 No 12
ACHT EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
PEEL EN MAAS
DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN ADVERTENTIE PRWS: 8 ct. per ra.t^ ABONNEMENTS.
GROTESTRAAT 28 TELEFOON 512 GIRO 150652
PRIJS PER KWARTAAL I 1.40 BUITEN VENRAY f 1.60.
Het feit, dat bij de jongste be
grotingsbehandeling o.a. gevraagd
werd of er nu werkelijk geen grotere
belangen in Venray te behartigen
zijn, dan de stichting van een
recreatie-oord, toont o.i. aan, dat
er vele mensen zijn in onze ge
meente, die feitelijk menen, dat
een recreatie-oord een soort over
bodige luxe is.
We zullen de laatsten zijn, die
de stichting en de verwezenlijking
van'een recreatie-oord op het eerste
plan zouden willen schuiven en
erkennen graag, dat electrificatie,
woningbouw en wegenverbetering
belangrijker zijn. Maar om het een
te doen, behoeft men het andere
niet te laten. En het feit, dat B.
en W. ondanks de zorgelijke toe
stand der gemeente-financiën toch
de verwezenlijking van het recreatie
oord op de urgentielijst geplaatst
heeft, toont toch wel aan, dat dit
college begrip heeft voor het pro
bleem als zodanig. Dat alle inwo
ners onzer gemeente het zo zien,
wagen we mede aan de hand
van bovengenoemde uitlatingen
toch te betwijfelen.
Nu wordt het woord „probleem"
tegenwoordig nog al vlug in de
mond genomen, maar in dit geval
mag men toch wel van een pro
bleem gaan spreken. Het waarom
zullen we trachten aan te tonen.
RECREATIE
Wat is nu feitelijk recreatie
Onder dit vreemde woord ver
staan we de ontspanning van de
mens. Het leven van deze tijd is
niet meer zo gezapig, gezellig en
goedsmoeds ais een veertig, vijftig
jaren geleden, toen men bovendien
de ruimte nog had en niet ieder
moment zijn neus stootte tegen
een plaatje Verboden Toegang.
Het leven van tegenwoordig is
jachtig en nerveus, stelt zwaardere
en hogere eisen aan de mensen, die
nu in fabrieken, bedrijven en zaken
voortdurend op hun qui-vive moeten
zijn. Deze zwaardere eisen moeten
een tegenwicht krijgen en dat vindt
en zoekt men in de ontspanning.
Recreatie is in deze tijd, meer
dan ooit, een levensnoodzaak ge
worden. Hiervan is men zich, over
het algemeen genomen, wél be
wust. Waarvan men echter niet
overal de dwingende noodzaak
inziet, is, dat het in onze gecom-
pliseerde samenleving zo lang
zamerhand eis geworden is, dat de
mens gelegenheid heeft, rust en
afleiding te zoeken in de vrije
natuur, in een omgeving, welke
een andere sfeer ademt, dan die
van „het bedrijf" of van „het ver
keer" of van „het probleem". Een
dergelijke rustgelegenheid is on
misbaar voor de geestelijke volks
gezondheid. In de natuur immers
ontspant zich de mens op de best
denkbare wijze. Hier doet hij toch
nieuwe veerkracht op.
We kunnen ons voorstellen, dat
vooral bij de oudere landbouwers,
die practisch de hele dag in Gods
vrije natuur mogen werken, de
vraag op komt, of die noodzaak
dan ook in Venray bestaat. En we
menen voor wat de kom betreft
zeker die vraag met een volmondig
ja te moeten beantwoorden.
De ontwikkeling van de laatste
tientallen jaren heeft de landbouw
uit de kom verdreven en vele
mensen naar de kom toegetrokken.
Daar zijn oude bedrijven uitgegroeid
en nieuwe, grote en kleine, ge
vestigd. Daar is een groei te con
stateren geweest en nog dagelijks
te zien van het aantal arbeiders,
ambtenaren, middenstanders, kort
om van mensen die dag in, dag uit
practisch staan op dezelfde plaats
met dezelfde dikwijls monotone
arbeid. Door woningbouw en andere
oorzaken is de vrije natuur alleen
nog achteraf te vinden en doet men
hier niets aan, dan loopt men grote
kans, 'dat dat beetje wat niet om
heind is en met prikkeldraad is af
gezet, vandaag of morgen ook ver
dwenen is.
Deze terreinen moeten behouden
blijven en in een dergelijke toe
stand worden herschapen, dat de
daarin vertoevende mens wordt op
geheven boven het dagelijkse nuch
tere en soms harde bestaan en als
het ware een tegenwicht vindt, voor
het al te vaak in te enge ruimten
verrichte dagelijkse werk.
ANDERE ASPECTEN
Dit is slechts één aspect van dit
probleem. We hebben het als uit
gangspunt genomen, omdat van de
andere kant het gevaar dreigt, dat
men als er over recreatie-moge
lijkheden gesproken wordt mis
schien wel wat te eenzijdig de na
druk legt op de gelegenheden en
mogelijkheden tot het beoefenen
van sport en spel. En men meent
met de aanleg van sportvelden vol
doende gedaan te hebben voor de
recreatie.
Natuurlijk bieden sport en spel
op daarvoor geschikte terreinen
prachtige kansen voor ontspanning.
Maar met een sportveld alleen lost
men dit probleem niet op.
Wat te doen met de honderden,
die geen sport meer beoefenen?
Waar moet men naar toe met de
ongeorganiseerde jeugd?
Wat moet men doen met de
„kleinsten", die nog niet aan het
voetballen toe zijn. Voor deze groe
pen is de inrichting van een sport
park geen oplossing. En op „straat",
't vroegere speeldomein der kinderen
kan men ze niet laten.
Maar enige compensatie heeft
men daarvoor ook nooit gegeven
en dat terwijl de kinderen groeien
in tal en last.
Men kan de jeugd het recht op
spel niet ontzeggen, al ziet men er
tot op heden wel achteloos aan
voorbij.
Men zal er aan moeten denken,
dat het spel een essentieel onder
deel is van de opvoeding en dat
kinderen, die niet spelen kunnen
en dat aantal groeit in Venray
onrustbarend scheef groeien,
letterlijk en figuurlijk.
Speelweiden in het recreatieoord
en speelplaatsen in het dorp zelf
zijn daartoe wel een oplossing.
Daarom is de aanleg van een
sportpark, waar in georganiseerd
verband ontspanning gevondenen
worden, even nodig en noodzakelijk
als een recreatieoord, waarin zij,
die geen sport of spel in georgani
seerd verband beoefenen toch te
recht kunnen en anderen, die hier
helemaal niet meer aan doen, maar
eens „uit" willen zijn, de ook voor
hen zo nodige ontspanning vinden.
Ziet men de mogelijkheid omdat
laatste tevens te combineren met
een zwembad, dan geloven wij, dat
de geestelijke en lichamelijke volks
gezondheid van het Venrayse pu
bliek nu en in de toekomst groote-
lijks gediend zal worden.
Gezondheid, die door woningnood
en vele andere problemen dikwijls
ondermijnd wordt...
Daarom is het toe te juichen, dat
B. en W. toch de moed hebben ge
had om de gedeeltelijke verwezen
lijking van sportpark en recreatie
oord voor 1957 op het urgentieplan
te plaatsen.
We mogen hopen, dat ook de
hogere instanties het belang daar
van niet alleen inzien, maar ook de
gelden er voor beschikbaar zullen
stellen.
„Luizig ambtenarenleventje" kost
de Staat miljoenen.
Twee weken waren Regering en
Kamer nu met elkaar in debat over
datgene, wat moet gebeuren, om de
te hoge uitgaven van bevolking,
van individuen, instellingen, onder
nemingen en overheidsinstanties,
in te perken.
In gewoon Nederlands zegt men:
er moet bezuinigd worden.
Daarnaast speelt een heel aparte
kwestie: de boeren moeten meer
gaan verdienen, want zij hebben
tot op heden ten onrechte te wei
nig ontvangen. (Hetgeen niet weg
neemt, dat de boeren ook weer
moeten bezuinigen).
Wij hebben er ook geen bezwaar
tegen, dat dit gesprek tussen Re
gering en Kamer zo lang duurde.
Wij juichen dit zelfs toe. Want het
is nu eens heel duidelijk geworden,
dat onze regering, waarin enkele
KVP-ministers zitting hebben, in
gevaarlijk socialistisch vaarwater
geraakte.
De PvdA noemde dat „progessie-
ve politiek voeren", maar de meer
derheid van de Nederlandse bevol
king ziet heel duidelijk in, dat dit
fraaie, demagogische woord „pro
gressief" nergens op slaat.
Het enige wat bedoeld wordt is:
verder gaande staatsbemoeiing met
wat ieder mag of niet mag, meer
overheids-instellingen voor controle
en diensten, hogere staatsuitgaven
hogere belastingen.
Het ergerlijke van zulke politiek
ligt hierin, dat diensten en instel
lingen van de overheid, welke zien
derogen verouderd zijn, rustig ge
handhaafd blijven.
Men moet in een stad als den
Haag wonen, om van de ambtena
ren zelf te vernemen, hoe „luizig"
leventje velen leiden.
Men moet personeel uit over
heidsdienst ontmoeten, om van hen
in details te vernemen, hoe men
om kwart voor vijf zijn paperassen
opruimt, om tien voor vijf zijn jas
gaat halen» om vijf voor vijf en
bloc op de klok staat te kijken, om
bij de eerste sprong van de wijzer
op vijf, de trappen af te hollen en
elkaar te verdringen, teneinde het
eerste weg te zijn,
Vele leidende ambtenaren in den
Haag zullen U verzekeren, hoe on
benullige diensthoofden jarenlang
gehandhaafd worden tegen enorme
salarissen.
Nieuwe diensten worden opge
richt met nieuw personeel, nieuwe
taken worden uitgedacht, zeker
soms heel nuttig in theorie.
Maar vele dier taken kunnen
evengoed door particulieren ver
richt worden en zo dat niet gebeurt,
blijven zij maar achterwege.
Bovendien moet men in tijden
van bezuiniging heel wat nuttige
zaken uitstellen.
Het is daarom, dat de meerder
heid van de Kamer zich in een
motie van de KVP heeft uitgespro
ken voor belastingverhoging en
voor overheidsbezuiniging.
Er moet f 110 miljoen extra be
zuinigd worden in korte tijd, omdat
de melk niet te duur mag worden
en de boeren een behoorlijke ver
goeding vaneigenaarslasten moeten
ontvangen.
Minister Hofstra zegt: „Ik zal
mijn best doen". Dat zal hij wel,
maar we geloven niet, dat de mi
nister het werkelijk in zijn macht
heeft.
De feitelijke macht om te gaan
bezuinigen ligt bij de ambtenaren,
de hogere en lagere, bij de secre
tarissen-generaal, bij de burgemees
ters en wethouders, en een beetje
bij de provinciale besturen.
Als zij bezuinigen willen, dan zal
er geld gevonden worden. De wil
om te beperken moet een bereid
willigheid zijn over de gehele linie,
een volksmentaliteit, die de uit
drukking is van een grote solida
riteit.
Katholieken, socialisten en pro
testanten kunnen het met elkaar
eens zijn, dat niet de lage inko
mens getroffen moeten worden of
de kleine man de dupe wordt.
Deze groepen kunnen het er ook
over eens zijn, dat men de boeren
niet hun rechtmatig eigendom moet
afnemen, zelfs al denken velen, dat
zij het beter zouden kunnen be
steden.
Tenslotte zijn alle partijen het
eens kunnen worden over het feit,
dat de grote gezinnen niet extra
belast behoeven te worden.
Een derde van aïle arbeidskrach
ten in het Duitse bedrijfsleven zijn
thans vrouwen. Ook in Engeland
en Frankrijk ziet men steeds meer
„werkende vrouwen" 's morgens
naar de fabrieken, werkplaatsen
en kantoren gaan.
Niet zelden zijn de kinderen even
wel het slachtoffer van deze ont
wikkeling, die doorgaans door een
materialistische levensopvatting en
een zucht naar een inkomen, dat
gelegenheid biedt voor ruimere
uitgaven, wordt ingegeven.
Zo trekt in Duitsland thans
's morgens reeds menige kleuter
naar de school met de sleutel van
de voordeur aan een lintje om de
hals. Moeder is evenals vader naar
fabriek of kantoor en de kleine
moet toch in huis kunnen als de
school uit is Geen moeder, die
hem thuis blij verwelkomt, vol be
langstelling luistert naar zijn be
levenissen in de klas en op de
straat, zijn natte schoentjes uit
trekt...
Vormen deze „sleutelkinderen"
niet een verschrikkelijke aanklacht
tegen een moderne maatschappij,
die alleen nog oog en oor schijnt
te hebben voor een scooter, televisie
toestel, koelkast of buitenlandse
vakantie
B.B.-blokploeg Ysselsteyn
behaalde het
ryksgroep vaardigheidsdiploma
Onder aanwezigheid van het
kringhoofd B.B., de heer G. van
Heijst, het plaatselijk hoofd B.B.,
de heer L. M. M. Laurensse, leden
van de B.B.-staf en instructeurs,
werden op woensdagavond in zaal
van Asten te Ysselsteyn aan de
leden van de plaatselijke blokploeg,
de betreffende diploma's uitgereikt
door de secretaris van de kring-
raad, de burgemeester van Heijt-
hujjsen.
Het diploma werd behaald door
de heren H. Gooren, blokhoofd,
R. J. Hoornstra, plv. blokhoofd, A.
G. M. Claessens, H. A. A. v. Asten,
Th. J. Sanders, H. P. Janssen, P,
H. de Lauw, P. J. Hendricks, H.
P. Claessens, A. M. H. Marcellis.
A. H. Baltissen, L. Th. Ousters, P.
J. A. Litjens, G. M. H. van Ass, W.
Bus en A. H. Arts.
De blokploeg Ysselsteyn heeft
door het afleggen van de vaardig-
heidsproef het bewijs geleverd voor
haar taak van menselijk hulp
betoon, zowel in tijd van vrede als
in oorlogstijd, berekend te zijn.
De burgemeester der gemeente
Venray brengt in herinnering dat
het verboden is in de gemeente-
bossen zich op te houden.
Aan de bossen zijn bordjes aan
gebracht met het opschrift
„VERBODEN TOEGANG"
Art. 461 Wetboek van Strafrecht.
Aan dat verbod zal streng de
hand worden gehouden en bij over
treding zal proces-verbaal worden
opgemaakt.
Tegen degenen die de geplaatste
borden mochten verwijderen, ver
plaatsen of beschadigen zal even
eens met strengheid worden opge
treden.
Venray, 13 maart 1957.
De burgemeester voornoemd
Mr. A. H. M. JANSSEN
De bouwbedrijvigheid wordt in
ons land thans grotendeels lam
gelegd door een voortdurend ge
brek aan geld. Zelfs gemeènten en
andere overheidsinstellingen kun
nen niet de nodige gelden opnemen
voor het uitvoeren van hun meest
dringende bouwplannen.
Opvallend is, dat over de eigen
lijke oorzaak van dit verschijnsel
door degenen, die het kunnen weten,
vrijwel niets werd losgelaten.
Volgens een bericht in een Engels
blad moeten er evenwel in de
na-zomer en de herfst van het
vorig jaar toen het er hier en
daar begon te rommelen en een
Derde Wereldoorlog dreigde zeer
grote goudvoorraden vanuit Europa
in veiligheid zijn gebracht in
Amerika. Hieruit blijkt dan wel
duidelijk hoezeer onze economie
afhankelijk is van de z.g. „haute
finance". Ze is dat zelfs aanzienlijk
meer, naar het schijnt, dan vóór
de oorlog.
De aspergevlieg kan, indien aan
de bestrijding onvoldoende aan
dacht wordt besteed, belangrijke
schade aan de aspergecultuur ver
oorzaken.
O.a. in verband met het feit, dat
alleen bij een gezamenlijke bestrij-
dingsactie goede resultaten kunnen
worden verwacht, werden in de
Aspergevliegwet 1948 enige alge
mene bestrijdingsmaatregelen vast
gesteld, waardoor een ernstige aan
tasting van het aspergegewas door
de aspergevlieg kan worden voor
komen.
De Aspergevliegwet is van kracht
in een aantal gemeenten, waar aan
tasting door de aspergevlieg werd
geconstateerd en in een aantal
gemeenten waar met het optreden
van de aspergevlieg rekening moet
worden gehouden.
Als gemeente, waarin de bestrij
ding van de aspergevlieg overeen
komstig de bij of krachtens de
Aspergevliegwet 1948 vastgestelde
bepalingen verplicht is, is o.a. aan
gewezen de gemeente Venray.
De Plantenziektenkundige Dienst
herinnert de aspergetelers in deze
gemeenten er aan, dat alle ver
waarloosde percelen, alsmede per
celen waarop zich aspergeplanten
bevinden, die niet meer worden ge
stoken, vóór 1 april op zodanige
wijze moeten worden behandeld,
dat de aspergeplanten worden ge
dood.
Het opruimen van deze velden is
noodzakelijk om te voorkomen, dat
besmettingshaarden ontstaan.
De aspergetelers wordt daarom
aangeraden, zoveel mogelijk mede
werking bij de bestrijding van de
aspergevlieg te verlenen, door de
bovenstaande maatregel stipt en
tijdig op te volgen.
van 23 maart 1907
- Maandagavond zal Mgr Nolens
een lezing houden in de muziekzaal
over het arbeidscontract.
- Deze week werden aan de ver
schillende eigenaars uitbetalingen
gedaan van de percelen grond, ver
kocht aan de Eerw. Zusters van
Liefde te Gent, voor een alhier te
bouwen krankzinnigengsticht voor
vi ouwen.
- De St Jozefsgilde der timmer
lieden vierde St Jozefsfeest. Het
gildehuis werd voor een jaar ge
vestigd in café Mart. Jacobs, School
straat.
Deze week overleed alhier op
ruim 30-jarige leeftijd, Dr Guillaume
Poels, praktiserend geneesheer te
Boxmeer.
- De bewoners van het Over-
broek en Veulen zonden een adres
aan de gemeenteraad om een kiezel-
weg naar hun gehuchten.
van 22 maart 1913
- 16 maart sprak Dr H. Poels
te Helmond.
VOORLICHTING VAN „VEILIG VERKEER"
Een uitgestoken richtingaan
wijzer geef teen automobilist geen
vrijbrief om zomaar wegte rijden.
Het uitsteken van de pijl is bij
wegrijden zelfs overbodig. De be
stuurder moet zich door middel
van zijn spiegel vergewissen van
het achteropkomend verkeer,
daarbij rekening houdende met
de z.g. dode hoek. Hij kan ook
even de moeite nemen, door het
a open portierraam te kijken, of
jöjsi hij het verkeer niet hindert met
zijn manoeuvres.
iüÉ Wie zich in het verkeer voegt
heeft meer verplichtingen dan
hij, die daaraan reeds deelneemt.
Tot voorzitter van De Hanze
werd gekozen de heer W. Winters.
Door een dertigtal industriëlen
een verzoek ingediend om een
kamer van Koophandel op te richten.
De wed. E.Janssen te Leunen,
kocht bij publieke verkoop de boer
derij „Trynesplaats" te Leunen voor
f 12.000.
De aannemer A. Martens ging
voor f8.500 een strohulzenfabriek
bouwen te Nijmegen, voor de heer
Th. Slits.
van 23 maart 1912
Tot ontvanger der directe be
lastingen en accijnzen alhier werd
benoemd F.K.C. Timmermans, uit
Abkoude.
Voor het toelatingsexamen
voor de Normaalschool slaagden
12 kandidaten.
D.S.O. II won de voetbalwed
strijd tegen Helden met 10—2.
De organist Brull werd direc
teur van het mannenkoor en van
het zanggezelschapHeidebloempje'
aan de Heide.
van 25 maart 1911
Bericht werd, dat de Paters
Minderbroeders voor de Derde Orde
een patronaat gingen oprichten.
De Rijksambtenaar Crispijn.
werd overgeplaatst naar Roermond.
D.S.O. won van Achillis te
Steyl met 12—1,
Op 18 maart werden de boer
derijen van M. Giezen en 'M. Linssen
te Veltum, nagenoeg geheel door
brand verwoest.
- 19 maart vierde de R.K. Volks
bond het patroonsfeest.
van 29 maart 1913
Op de 2 paasdagen en 23 en 24
maart droegen de nieuwgewijde
priesters Jos. Esser enP.Telespho-
rus Smits O.F.M., hun eerste H. Mis
op. De feestpreken werden resp.
gehouden door pastoor P. Schmeitz
en Regalatus Hazebroek O.F.M.
- De landbouwer H. Drabbels
aan het Volen, kocht „denHoebert"
aan de Langstraat voor f 11.000 en
A. Janssen een boerderij in de
Wieën voor f 7.100.
De bliksem trof 23 maart een
woning te Oostrum.
- Op 26 maart werd de woning
met bij behoren van G. Litjens te
Leunen door brand vernield.
De brand, die op 28 maart bij
G. Trommar uitbrak, kon bijtijds
geblust worden.
- Op 24 maart gaf het Venrayse
mannenkoor een concert met toneel
uitvoering.
is veel meer
en niet zozeer van
onafgebroken vasten
Wij, Nederlanders, die de tijd vóór
Pasen de „Vasten" of de „grote
Vasten" hebben genoemd, wij heb
ben misschien ook tengevolge van
deze benaming altijd teveel de na
druk gelegd op het vasten, niet
snoepen, niet roken.
Als wij ons er niet met de z.g.
Franse slag van af maakten, of
niet onze toevlucht namen tot phari-
zeeërsachtige haarkloverijen (geen
vlees op het brood, maar „haantjes"
mag wel), vonden wij die veertig-
daagse vasten (elke week 6 dagen
vasten), toch maar een verduveld
zware karwei. En op Paaszaterdag
12 uur zeiden we geheel opgelucht:
„Gelukkig, dat hebben we weer ge
had; en nog even biechten voor de
Pasen".
Maar eigenlijk is dat een scheef -
groeiing geweest, wat blijkt uit de
opvatting van velen die, nu ze nog
maar alleen Vrijdags behoeven te
vasten, zeggen: „De Vastentijd is
afgeschaft". Want de officiële ker
kelijke naam voor deze tijd is: „de
veertigdaagse", wat slechts betekent
een tijdperk van veertig dagen
zonder onderbreking,
En getuige de oudste en meest
eerbiedwaardige kerkelijke tradities
is de Vasten niet op de eerste plaats
een tijd van strenge en ononderbro
ken vasten.
De Vasten is in de bedoeling van
de H. Kerk veel meer een tijd van
inkeer en bezinning op de waar
heden van zonde en Verlossing. Dat
wij n.l. tengevolge van de erfzonde
tot het kwade geneigd zijn en ge
makkelijk in zonden vallen, en daar
om de verlossing door Christus zo
nodig hebben.
De Vasten, of beter gezegd „de
Veertigdaagse", is ook bedoeld als
voorbereiding op Pasen, 't grootste
feest van heel het jaar.
En dié „Veertigdaagse" begon
vroeger pas op de le zondag van.
de Vasten, en eindigde precies 40
dagen later op de avond van Witte
Donderdag.
Want Goede Vrijdag (die in de
liturgie al op de vooravond begint)
en Paaszaterdag worden al bij Pasen
gerekend, zodat men spreekt van
een KruisPasen (Goede Vrijdag)
en een VerrijzenisPasen (wat men
tegenwoordig het Paasfeest noemt).
Met Pasen viert men niet alleen
Christus verrijzenis, maar Verlos-
lossing door het lijden, de dood en
de verrijzenis.
Door al maar te spreken over
„de Vasten" zijn we vergeten, dat
dit tijdperk van inkeer en boetvaar
digheid uitsluitend bedoeld is om
ons er op voor te bereiden, dat wij
met Pasen met Christus zullen
kunnen verrijzen of opstaan tot een
vernieuwd geestelijk leven, een wer
kelijk beter leven.
We willen ons er niet alleen op
voorbereiden om onze verrezen Ver
losser te huldigen, maar ook om
met Christus, die voor onze zonden
leed en stierf op het kruis, mee te
lijden en boete te doen voor onze
zonden op Goede Vrijdag en in onze
Paasbiecht, om daarna met Hem te
verrijzen en een nieuw leven te be
ginnen.
De rijkdom van het Paasmysterie
komt pas tot zijn volle recht als
wij de liturgie van de H. Mis in de
Vastentijd, ook in de week, en voor
al de liturgische plechtigheden van
de Goede Week goed meevieren.
Al te lang hebben wij de Vasten
tijd en de voorbereiding op Pasen
teveel beleefd helemaal buiten de
liturgie om. Ook het lijden en ons
mede-lijden met Christus, zagen we
meestal anders dan de Kerk ons
dat voorhoudt in haar liturgie.
De Kerk spreekt niet over het
bittere lijden en sterven van Chris
tus alleen om ons medelijden op te
wekken. Maar zij spreekt over het
„zalige lijden", want zij ziet het
lijden en sterven van Christus voor
al als een verlossend lijden en
sterven, dat ook nu nog verlossende
kracht bezit.
Pasen, dat al op de avond van
Witte Donderdag begint, kunnen
we nu ook allen gemakkelijker dan
vroeger geheel meevieren.
In de plechtige Mis van het H.
Avondmaal op de avond van Witte
Donderdag treden we binnen in het
Paasmysterie; op de middag of in
de avond van Goede Vrijdag maken
wij in de liturgische dienst Chris
tus' dood mee; en als wij de Paas
wake in de nacht van Paaszaterdag
met de plechtige Nachtmis hebben
meegemaakt, hebben wij al volop
Pasen gevierd.
Ook met het biechten wachten
wij niet tot Paaszaterdag, want het
is de wens van de H. Kerk, dat wij
het biechten „spreiden". In heel de
Goede Week zal er elke dag vol
doende gelegenheid zijn om te
biechten.
Schoolstraat 11
Telefoon 628
VENRAY