Bejaardenzorg Economisch en veilig Overpeinzingen Brabantse humor Zaterdag 17 November 1956 No 46 ZEVEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG "EEN RIJK BEZIT W PEEL EN MAAS ™o;™^TTGt8VE ^'efoon'5"2en gÏkoc™ WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN PRIJS PER KWARTAAL t 1.25 BUITEN VENRAY I 1.45 Horst, Overloon, Someren... drie plaatsen in de buurt, waar men het laatste jaar besloten heeft om een of meerdere gebouwen te gaan plaatsen, waarin de bejaarden een rustige oude dag kunnen hebben. Drie plaatsen dus, die metterdaad aan de oplossing van wat men nu noemt „het bejaarden-probleem" meewerken. Men heeft zich daar gerealiseerd dat 8 pet. van de Nederlandse be volking op dit moment onder de zogenaamde bejaardengroep hoort. Cijfers, die voor de ene plaats misschien wat gunstiger, voor de andere plaats misschien wat on gunstiger uitvallen, maar die alleen maar stijgen kunnen in de komen de jaren, omdat door allerlei om standigheden de gemiddelde leeftijd van de Nederlander blijft stijgen. Deze mensen hebben de 65 ja- ren-grens overschreden en gaan, zoals men dat noemt, met pen sioen. Zij komen dan feitelijk los te staan van hun werkzaamheden en dikwijls ook van hun bezigheden en worden geacht voortaan hun tijd in ledigheid door tejbrengen. En de tijd ligt nog niet ver ach ter ons, dat deze mensen als een soort invaliden werden beschouwd. Nu is het waar, dat van som migen van hen, door de last der jaren, de werkkracht inderdaad gedaald zal zijn, maar het feit, dat de geleerden (of men zich wendt tot econoom of tot medici) het er nog lang niet over eens zijn of en voor hoe lang een persoon van 65 jaar nog op effectieve wijze kan deelnemen aan het arbeidsproces, toont al aan, dat ook op dit terrein vele verouderde meningen om herziening vragen. Diepgaande onderzoekingen zul len in de komende tijd over deze kant van het probleem misschien wel eens tot vreemde conclusies kunnen komen. WAT MOET MEN NU MET DEZE MENSEN In het verleden was het zo, dat de zorg over de bejaarden geheel aan de kinderen kwam. Die trouwden bij hen in of vader en moeder gingen bij een van de kinderen wonen. Dit stamt eigen lijk nog uit de dagen, dat de ouders tot aan hun dood de zeggenschap over hun kinderen hielden. De oudste in de familie was een „pater familias". Die gedachte vindt men ook hier nog wel, maar de ver anderde tijden zijn er oorzaak van, dat hier al langer hoe meer vanaf gestapt wordt. De ruimte in de huizen is kleiner geworden en de arbeid mobieler, waardoor de kinderen meer her en der verspreid worden over 't gehele land, ja, zelfs door emigratie, over de gehele wereld wonen. Tweeprac- tische oorzaken, die aan dit „pater familias"-idee mede een einde maakten. Maar er zijn ook nog andere oor zaken, Allereerst is het niet meer zo, dat iemand, die 65 jaar oud, een stumper of gebrekkige is. Integen deel, hij of zij wil nog zijn eigen boontjes blijven doppen, zolang hij of zij dit nog kan. Ouderen hebben andere ideën als jongeren en bij samenlevingen kun nen deze ideën wel eens grote moeilijkheden en diepgaande ver schillen veroorzaken. Daarom is voor behoud van het wederzijds zelfrespect nodig, dat elk gezin zelfstandig moet kunnen leven en werken. Dat is dan argument no. 2. Tenslotte is het niet meer zo, dat de bejaarde ook financieël af hankelijk is van zijn kinderen. Pensioenen en andere voorzie ningen schenken hun een eigen inkomen, waardoor ook hun con sumptie-niveau aanmerkelijk is veranderd en verbeterd. De mogelijkheden om zelfstandig te blijven zijn er dus in ruimere mate dan vroeger. Wanneer deze mensen van deze kans ook inderdaad willen profi teren, is het bejaardenprobleem geschapen, indien daartoe de mo gelijkheid niet geschapen wordt. Zij willen zelfstandig zijn en op eigen manier ook hun eigen huis houding blijven doen, zo lang als dat mogelijk is. BEJAARDEN-CENTRUM De laatste jaren is het zo, dat hiervan in de praktijk weinig te recht komt. De woningnood dwingt hen bij anderen in te wonen of zelf inwo ning te krijgen. Anderen zitten, nu de kinderen vertrokken zijn, met tè grote huizen, waarvan het on derhoud niet alleen te veel geld, maar ook te veel zorg vraagt. Zo is men feitelijk gekomen tot een soort bejaardenwoning, welke speciaal op de wensen van de ou deren zijn ingericht. Deze bieden een maximum aan gerief en gezelligheid, met een mi nimum aan arbeidsoffer om de wo ning en inrichting daarvan instand te houden. Er is in verschillende plaatsen van ons land met de uitvoering van deze bejaardenwoningen een begin gemaakt en links en rechts is men aan 't experimenteren en proberen, wat ook nodig is, want over 25 jaren zal men aan ongeveer 10 pet van de bevolking deze woning moe ten bieden. Maar dan is alléén een oplossing gevonden voor hen, die inderdaad een eigen gezinsleven kunnen be houden. Wat dan met alléén-staanden Zij zijn nu „in de kost" en lopen feitelijk eenzaam door het leven te dwalen, wachtend op het einde. Ze hebben misschien via een soos of anderzins contacten met „col- legas", maar bij ziekte of ouder domskwalen zijn het gewoonlijk arme stakkerds. Er zullen dus verzorgingshuizen moeten komen of hoe men die ook noemen wil. Huizen, waarin deze mensen niet alleen een geriefelijke kamer vin den, gelegenheid tot ontspanning en tot het ontvangen van bezoek, maar waar ook een kleine zieken zaal aanwezig is, om eventueel ge brekkige mensen te helpen. De meest ideale oplossing zou zijn, een dergelijk tehuis, waar rond omheen de bejaarden wonin gen zijn gegroepeerd, het zg, be jaardencentrum, waarin de oudjes zich vrij als een vogel kunnen be wegen. Dat een dergelijk tehuis ook wel prachtig geschikt zou zijn voor de vrijgezellen, is een bijkomstigheid, die men echter niet mag verwaar lozen, omdat hierdoor de bejaarde inwoner ook een inniger contact houdt met de jongeren. Nogmaals, dit hele probleem is in studie. Men doet het hier zo, daar zus, maar er wordt iets ge daan. HOE IN VENRAY In de algemene nood der bejaar den maakt Venray gaan verschil. Ook hier zijn vele bejaarden ge dwongen tot samenlevingen, die zij niet wensen en die door anderen niet gewenst wordt. Ook hier zgn. kostgangers, die niet weten wat te doen met hun vrije tijd en ook hier mensen, die dolgraag anders wilden, indien het maar kon. Wil men anders, dan moet men echter naar elders, waar men echter moet wachten, omdat de eigen in woners van de plaats natuurlijk voorgaan. Hoe zit het nu in Venray met de bejaardenzorg, waar we dan alles onder verstaan, dat de mensen boven de 65 jaar jaar gelegenheid geeft, hun eigen baas te blijven? We moeten jammer genoeg constateren, dat op dit terrein alles nog te wensen over laat. Men heeft jaren geleden eens een grote enquête gehouden, om de in teresse te peilen naar een bejaarden centrum, maar aangezien onbekend onbemind maakte, en bovendien het ouderdomspensioen slechts gedeel telijk bestond, is hiervan zeer wei nig terecht gekomen. Cijfers zijn daarom nooit gepubli ceerd en het Sociaal Charitatief Centrum, dat in deze de leiding had, is ook nimmer meer op de uitslag terug gekomen. Dit is jaren blijven hangen, tot vorig jaar door hetzelfde centrum een studiecommissie is ingesteld, die dit probleem en zijn oplossing zou bestuderen. De commissie was er ternauwernood, toen bericht kwam, dat de Zusters van St Joseph, een verzorgingshuis zouden gaan bouwen. Noch van de studiecommissie, noch van de zusters, is ooit nog wat gehoord. Of de toen opgezette plannen verwezenlijkt zullen worden is een vraag, waarop schijnbaar niemand het antwoord weet. We hebben indertijd wel gewaar schuwd, dat de bouw van een verzor gingshuis slechts een gedeeltelijke oplossing is, omdat daarmede de be jaarden woning niet verwezenlijkt wordt en daarmede niet het „eigen baas" blijven der bejaarden. Maar zoals gezegd er is niemand die daar op een antwoord weet. De nood groeit eerder dan hij af neemt. En met het voorbeeld van andere kleinere plaatsen voor ogen, moet men in Venray toch ook tot een oplossing kunnen komen. Doen we het niet voor de thans levende bejaarden om het maar eens heel cru te zeggen dan moeten we het in ieder geval voor ons zelf doen, die onherroepelijk ook eens voor dezelfde problemen komen te staan. En dan'door eigen ervaring geleerd ons zelf de bit- tetste verwijten moeten doen, om dat we nu niet de kansen gegrepen hebben en nu niet gezorgd hebben. BEL OP BIJ BRAND No. 392 In Uw blad van Zaterdag jl. kwam een artikel voor, over het stoken in de winter, waarbij een vergelijking werd gemaakt tussen de verwarming door electriciteit, gas, kolen en olie. Met de conclusies daarvan zijn we het niet eens. Als we voor deze vier soorten verwarming een bepaalde ruimte nemen, die we willen verwarmen, dan kunnen we de kosten verge lijken, die bij iedere soort verwar ming gemaakt moeten worden om een behagelijke temperatuur in die ruimte te krijgen en te houden. ELECTRICITEIT. Om een kamer van 90 m3 inhoud, die bij 15 graden Celsius vorst 6000 k cal/uur nodig heeft om op temperatuur te komen, electrisch te verwarmen, heeft men een ap paratuur nodig, die 7000 watt le vert, omdat 1 kilowatt overeenkomt met 859 k cal/uur en het rendement op 100 pet. gesteld kan worden. Dat eist echter alle mogelijke voorzieningen, die normaal niet worden toegepast. Maar zelfs als we 2000 watt aanhouden als ge middelde, dus het 2 zevende deel, dan kost bij 10 stookuren per dag de electrische verwarming ongeveer f 60 per maand. Voordelen: gemakkelijk te bedie nen, geen stof etc. meer. Nadelen: te duur! GAS. Voor diezelfde kamer nemen we nu stadsgas, met een verbrandings- waarde van 4000 k cal m3. Bij een rendement van 75 pet. (25 pet. gaat door de schoorsteen) hebben we voor onze verwarming dan nodig 2 ro3 uur stadsgas. Nemen we het zelfde gemiddelde verbruik als hierboven, dan wordt dit 2/7 maal 2 m3 is 0.57 m3gas per uur. Bij een prijs van 13 ct. per m3 kost, gasverwarming dus met ge middeld 10 stookuren per dag f 22 per maand. Voordelen: zie electriciteit. Nadelen: het voor kinderen zeer gevaarlijke gaskraantje en gevaar van tijdelijke vermindering van gasdruk, waardoor later ontplof fingen en of verstikkingen kunnen voor komen. KOLEN. Weer dezelfde kamer met een haard, die 75 pet. rendement geeft en waarin behoorlijke kolen wor den gestookt met een stookwaarde van 7400 k cal per uur. Deze kolen zullen ongeveer f 16 kosten. Een eenvoudige berekening toont aan, dat we dan ongeveer voor 5 cent per uur gemiddeld per winter verstoken. (100/75 maal 6000/7400 x f 15.) Bij 10 stookuren per dag bedraagt dat f 15 per maand. Nadelen: het aanmaken vraagt naar verhouding méér brandstof. Een haard heeft gewoonlijk méér dan 10 branduren per dag, omdat hij 's nachts aanblijft, ook al van wege het lastige aanstoken. In de kille herfst- en lenteavon den te warm. Verder stof, inleggen, uithalen, kolen halen in de opslag plaats enz. OLIESTOOK. Weer dezelfde kamer, maar nu met oliestook. De stookwaarde van 1 liter brandstof bedraagt 9000 k cal. De prijs is 17 ct. per liter. Het rendement 75 pet. (denk aan de schoorsteen). Zetten we dezelfde berekening op als hierboven, dus 100/75 maal 2/7 maal 6000/9000 maal 17 ct., dan kost ons de olieverwarming f 0.043 per uur. Met 10 stookuren per dag komt dit gemiddeld op f 13 per maand uit. Dit is dus een heel andere con- cluse, als waartoe Uw artikel komt. VERMEENDE NADELEN VAN OLIESTOOK De voordelen van oliestook zal iedereen duidelijk zijn. Gemakkelijke opslag, geen stof en gemakkelijke warmteregeling. In het betreffende artikel wordt gesuggereerd, dat oliestook ook na delen heeft en hierover nog graag een enkel woord: grote roetaf zet ting was een van die nadelen. Inderdaad kan men roetafzetting voorkomen, doch alleen als de schoorsteentrek telaag is. Iedere in stallateur zal de trek eerst opmeten, voordat hij U een oliekachel ver koopt. Blijkt de schoorsteentrek niet op te voeren te zijn, dan moet hij U afraden om een oliekachel te kopen. Maar bij de meeste schoorstenen is de trek ruim voldoende en moet zelfs iets getemperd worden door de trekregelaar, die dus inderdaad een zeer nuttige rol te vervullen heeft in deze. Een tweede nadeel was volgens genoemd artikel de onveiligheid van de oliekachel. Practisch alle olie haarden, die op de markt worden geleverd met een zgn. carburateur. Dit apparaat zorgt niet alleen voor een regelmatige olietoevoer, maar sluit die tevens geheel af, indien door een of andere oorzaak die toevoer te groot zou worden. Er bestaan zelfs carburateurs die nog een extra afslag hebben en bij het uitdraaien van de oliekachel auto matisch een tweede kraan afsluit, zodat zelfs, al mochten kinderen de carburateur opendraaien, er niets gebeuren kan, omdat eerst de tweede kraan opengedraaid moet worden. Diezelfde carburateur zorgt er ook voor, dat wanneer olie toe stroomt, zonder dat die wordt aan gestoken of verbrand, die olietoevoer wordt stopgezet. Het feit, dat brand verzekeringen voor oliekachels met carburateurs geen hogere premie vragen, zegt voldoende. Oliehaarden zijn dus heel wat veiliger als bv. gas. Dat men een warme oliekachel niet opnieuw aan moet steken, is waar, maar dat, als men het wel doet, steekvlammen zullen opgaan, is fabel. VOORDELEN Hoewel 't ver van ons is,reclame te maken voor de oliekachel, ge loven we, dat op dit terrein nog veel on- en misverstand heerst. In Nederland kennen we de olie- verwarming nog maar slechts en kele jaren, maar in het buitenland en met name in Amerika, betaat dit soort verwarming al jaren en wint iedere dag meer terrein. Vanwege de vele voordelen, ook op economisch terrein. Wij in Nederland moeten dit soort verwarming nog leren kennen, moeten hem ook leren gebruiken. Nog te veel komt het voor, dat men een dergelijke kachel de hele dag constant op „volle kracht" laat draaien, terwijl men misschien 3 of 4 uren inderdaad bij de kachel zit. We moeten leren, dat de „ver snelling" ons voordelen kan brengen en, dat het altijd loont om bij het verlaten der kamer de regelaar terug te schakelen, wat automa tisch dan zorgt voor verminderde warmte. Als we dat inderdaad aanwennen, dan blijft naar onze overtuiging van het sprookje, dat olie ver war ming duur is, niets meer over, het geen wij ook met bovenstaande cijfers hebben bewezen. J.L.C. BAKKER (van redactiewege ingekort) HONGARIJE I Het optreden van de Verenigde Naties ten aanzien van Hongarije is meer dan bedroevend te noemen. Dit instituut, waarin de volkeren van bijna de gehele wereld bijeen komen en ten minste hun gevoelens uitspreken over de gevaren van oorlog en vrede, is schromelijk te kort geschoten, toen na te lang dralen, de misdadige overval op Hongarije aan zijn oordeel werd voorgelegd. De resoluties van de Ver. Staten en enkele anderelanden, waarin het optreden van de Sovjets tot twee maal toe werd veroordeeld en de Russen dringend verzocht werden Hongarije te verlaten, kreeg een meerderheid wel iswaar, maarniet een klinkende. De Aziatiatisch-Afrikaanse landen onthielden zich van stemming. En, dat in een zaak die kennelijk tegen de menselijke beginselen, maar bovendien nog tegen de beginselen van de Ver. Naties indruist. Dit bewijst eens te meer, hoe de Aziati sche landen angstig zijn voor Rus land en niet gaarne de vriend schap van dit land verliezen. Het is bedroevend, dat ook haat en wantrouwen tegen de landen van het Westen, maar ook tegen de landen als Z-Amerika tot zulk een laf optreden stimuleren. Indonesië heeft gelukkig een iets dapperder geluid laten horen, maar een land als India, dat altijd pre tendeert voor de rechten van de kleinen op te komen heeft zich bijzonder zwak gedragen. De verbittering onder ons, die tegen Rusland reeds zo fel was, keert zich ook nog tegen deze groep van landen. Maar Hongarije is er niet mee geholpen. HONGARIJE II Hoezeer de communistische groep in Hongarije machteloos staat tegen over de huidige situatie, blijkt wel uit het feit, dat Janos Kadar, die in naam heet Hongarije te regeren, geen invloed uitoefent. Daarom klinkt het ons maar ergerlijk en belachelijk als wij 's avonds of 's mid dags de Nederlandse nieuwsdienst horen omroepen en praten over „premier Kadar" en over „de rege ring" van Hongarije. Bovendien horen we de verzetsstrijders be titelen met de naam van „opstan delingen of rebellen". Tot die heren van de nieuws voorziening. De heren vergeten echter, dat, wanneer zij zouden spreken over de „z.g. premier Ka dar" en over de „Quisling-regering" van Hongarije en over de „vrijheids strijders" zij dichter bij de objectivi teit zouden zijn dan met hun tegen woordige terminologie. HONGARIJE III Onder de groepen en personen, die onverbloemd hun visie op het Hongaarse drama durven zeggen behoort de H. Vader. In de rede die hij zaterdag voor de gehele wereld uitsprak heeft hij de tyrannie en de terreur van Hongarije onverbloemd gekraakt. Hij heeft daarbij het gebruik van wapenen afgewezen met alle volkeren der aarde. Maar hij heeft iets anders gedaan, dat o.i. niet overal goed begrepen is. Hij heeft ons aangespoord een eenheidsfront te maken tegen de landen, die voort gaan in naam van het communisme zulke terreur uit te oefenen. Eendrachtig optreden, „zodat het waarlijk niet onze schuld is, wan neer dergelijke volkeren een woestijn en eenzaamheid om zich heen voelen". Wij moeten dus heel het Sovjet blok uitstoten uit de Ver. Naties, de Unesco, Unicef, Ecosoc. De Paus vraagt hier om het „nulla commu- nio", nu het fabeltje van de coëxis tentie op haar werkelijke waarde beproefd is. Vandaar dat wij in Nederland geheel in deze geest ge handeld door niet deel te nemen aan de Olympische Spelen. Waar blijven de anderen? Nieuws uit Venray en Omgeving GBOENE KRUIS DONDERDAG a.s. Consultatiebureau voor zuigelin- uit de Kom BEKENDMAKING Burgemeester en wethouders van de gemeente Venray, brengen ter kennis aan belanghebbenden, dat zij voornemens zijn aan de raad dezer gemeente een voorstel te doen tot het onttrekken aan het openbaar verkeer van de weg ka dastraal bekend gemeente Venray sectie C no. 7559, voorzover die weg is gelegen tussen de percelen ka dastraal bekend gemeente Venray sectie C no. 5190 en 4806 en het gedeelte van die weg voorzover dat -is gelegen ten westen van eerst genoemd perceel sectie C no. 5190 en ten zuiden van het perceel sectie C no. 7226. Belanghebbenden worden tot 3 weken na heden in de gelegenheid gesteld van dit voorstel kennis te nemen ter gemeentesecretarie af deling I en kunnen bezwaren daar tegen bij de gemeenteraad indienen. Venray, 7 november 1956. Winkelsluiting rond St Nicolaas Ter Uwer informatie zij meege deeld, dat de Venrayse winkels tot 29 november om 6 uur 's avonds gesloten zijn. Van 29 november tot en met 5 december zijn ze echter geopend tot 9 uur 's avonds. Uitgezonderd Zondag 2 December, dan zijn alle winkels, behalve zij, die anders ook Zondagsmorgens geopend zijn, de gehele dag gesloten. Hulpactie Hongarije De hulpactie van het Rode Kruis afd. Venray ten bate van de slacht offers in Hongarije heeft prachtige resultaten opgeleverd. Via giro no. 52742 van de Ned. Credietbank al hier is de afgelopen week het totaal bedrag aan geldstortingen opge lopen tot f 2714,19. Ongelukken Het is intussen alweer even ge leden dat het hek rond het Gym nasium gemolesteerd werd. Vrijdag avond botste daar een militaire wagen tegen de van Gend en Loos vrachtwagen. De bestuurder tuimelde door de opengesprongen deur naar buiten en kreeg een schouder blessure. De vrachtwagen ging op eigen houtje zijn geluk beproeven op de omheining van het Gymnasium, die roemloos sneuvelde. Zaterdagmorgen zorgde wederom een militair voor een botsing. Nu was het een scooterberijder die op de Stationsweg J. uit de Boshuizen omverreed. Gelukkig was de schade niet groot. Zaterdag werd ook de onvoorzich tige wielrijder P. op de Langstraat aangereden, toen hij zonder richting aan te geven plotseling dwars de weg over reed. De wagen had ge lukkig goede remmen, maar de smak die P. maakte was een goede les om in het vervolg tijdig genoeg richting aan te geven. Bekendmaking. Burgemeester en wethouders van Venray brengen ter openbare ken nis, dat bij hun besluit van heden, nummer 804, aan N.V. „de Peel- streek" gevestigd te Venray-Yssel- steyn, Jan Poelsweg 5, vergunning is verleend voor de uitvoering van groepsvervoer binnen deze gemeen te, ten behoeve van de kinderen, die dagelijks de school te Yssel- steyn bezoeken en van de vrouwen en kinderen, die 's zondags de ker kelijke diensten bijwonen. Venray, 7 november 1956. Gouden bruiloft Dinsdag werd in alle stilte de gouden bruiloft gevierd van Jacob Odenhoven en Catharina Hillen, die op die dag 50 jaren waren getrouwd. Op verzoek van de jubilarissen was aan een en ander geen rucht baarheid gegeven, alleen kwam de buurt haar gelukwensen aanbieden. Ruitersport Op zondag 18 november zullen de landelijke ruiters van de kring Venray, zoals ieder jaar in de herfst in Geijsteren bijeenkomen, voor een jachtrit door bos en hei. Aan de groepen der afdelingen, die aan deze rit deelnemen, wordt bij de start een omschrijving van de weg die gereden moet worden en het daarbij voorgeschreven tempo bekend gemaakt. De lengte van de weg en de vastgestelde tijd wordt echter niet medegedeeld. Het komt er dus op aan, het tempo in acht te nemen en zonder tijdverlies de juiste weg te vinden, wil men voor een prijs in aanmerking komen. Na afloop is gezellig samenzijn. Buurtvereniging St Oda Deze vereniging hield deze week in locaal Sanders Eindstraat, geen druk bezochte, maar wel een zeer belangrijke jaarvergadering. In het bestuur werd wegens ver trek van G. Basten, gekozen de heer H. Voilenbergh. Verder werd het St Nicolaasfeest voor de jeugd, het feest voor de leden en het zomer uitstap je voor de grotere jeugd besproken en uitgestippeld. Ook weid besloten propaganda te maken voor de vereniging om zo doende alle bewoners van Hoender straat en omgeving bij de buurt vereniging Sint Oda te doen toe treden. De jaarverslagen van secretaris en penningmeester werden goed gekeurd. Ook werden er enkele aardige prijsjes gratis verloot. Maansverduistering Treffen we het met het weer, dan kan men morgen zondag een totale maansverduistering aanschouwen. Men zal dan echter de wekker op ongeveer kwart over zes a half zeven moeten zetten. Dan zal men al moeite hebben om in het westen moeder maan terug te vinden, die dan om 7.08 uur volkomen verduis terd zal zijn. Zon, aarde en maan staan dan in één lijn en de schaduw van de aarde zal de maan grotendeels verduisteren. Zijn de weersomstandigheden goed, dan zal de maan om die tijd als een sombere rossige bol aan de hemel staan. Zilveren ruiter Op de onlangs gehouden kring vergadering van de landelijke ruiters uit de kring Venray, werd door de bondsvoorzitter Horrichs, de zilveren ruiterster uitgereikt aan Baron J. de Weichs de Wenne, uit Geijsteren, voor zijn verdiensten voor de lan delijke ruitersport. Wat is humor eigenlijk, zullen sommigen vragen. Wat bedoelt men daarmee? Het is de zin voor het komische, het vermogen om het leven en ernstige dingen van de luimige kant op te nemen. Men hoort soms in een gesprek, hoe de een of ander op het juiste moment een geestige opmerking maakt, die de lach opwekt, maar tegelijkertijd tot nadenken stemt. We voelen toch de diepere zin, die er in opgesloten ligt. Het is bij sommigen een gaaf om hun gesprekken of geschriften, al of niet in boekvorm, te doorweven met komische zetten, die onwille keurig bij luisteraars of lezers de lachspieren in beweging brengen. Onder humor verstaan we geen flauwe grapjes of zogenaamd leuke moppen, waar misschien nog een luchtje aan zit! Neen, we moeten hebben gezonde humor, die een spontane lach tot gevolg heeft, maar toch vaak min of meer een wijze les kan bevatten. Iedere streek heeft zijn eigen humor, die leeft in het daar ge sproken dialect. We kennen de Limburgse humor, waarmee we onlangs op een K.A.B.- avond kennis hebben gemaakt. En dan moeten we ook zeker noemen: de „Brabantse humor", zoals die in onze nabijheid, in het land van de Peel, tot uiting komt. En daar -leeft iemand, bij wie, om zo te zeggen, de humor in merg en been zit. Ge kent hem toch? Vaak genoeg horen noemen: Toon Kortooms, de schrijver van yovele boeken, waarin de humor op iedere bladzijde U tegenstraalt. De gezellige verteltrant en de ge sprekken van de ten tonele ge voerde personen, doen U aan één stuk glimlachen. We lezen in een van zijn werken als het gaat over dikke pater Jan en zijn neef Wout, die beiden zeer aan elkaar gehecht zijn: „Zij pasten uitstekend bijeen en waardeerden beiden de humor, nodig om in dit barse leven op de been te blijven". Gezonde humor is in deze zorg volle, bange tijd van onschatbare

Peel en Maas | 1956 | | pagina 1