Eieren aan de lopende band Luin&euui in Helenaveen De Roermondse Eiermijn lijkt een permanente tentoonstelling Uit„Peelen Maas" Richtlijnen voor huurprijs van Foor de Politierechter Vriend van alle boeren Voorbeeld voor Venray? Zaterdag 10 September 1955 No 36 ZES EN ZEVENTIGSTE JAARGANG f ONDERVINDT 'T m KLEDING WINT 'T PEEL EN MAAS f CONFECTIE VAN "EEN RIJK BEZIT QROOTESTRAAT 78 F TELEF. 512 GIRO 1S0652 WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN PRIjl^^KWARTAAI^f 1.2S Bulten Venray f 1.4S Het „mijnen" van eieren op de Coöperatieve Roermondse Eiermijn hoort reeds lang tot het verleden. Het oude gebouw heeft nog dagen gekend waarop de kooplui er samen dromden om hun „mijn" te doen horen, als de marktmeester zijn partijen inzette. Telex, telefoon en telegraaf hebben het persoonlijk bezoek van de kooplui reeds lang overbodig gemaakt. Maar wie zou menen, dat hiermee het aantal bezoekers aan dit bedrijf zou zijn verminderd, vergist zich. Er zijn maar weinig dagen, waarop niet kleinere of grotere groepen het bedrijf betreden, zij het dan niet om eieren te kopen maar louter en alleen om te zien en te horen. Vorige week werd de 6500e be zoeker genoteerd en rondgeleid. Vijf en zestighonderd belangstel lenden in een bonte samenstelling van nationaliteiten en maatschap pelijke groeperingen. Wie Napels niet heeft gezien, is niet in Italië geweest, zegt men. Voor velen geldt echter ook, dat een bezoek aan Roermond vanzelf sprekend een bezichtiging van de Eiermijn inhoudt. Is er in Roermond of ergens anders in Limburg de een of andere bijeenkomst, dan wordt ter af wisseling of ook als een der hoofdpunten van het programma vrijwel altijd een bezoek gebracht aan de Coöp. Roermondse Eiermijn. Men vindt dit jaar dagen waarop 300 mensen in één ruk werden rondgeleid. AUe nationaliteiten Toen enige tijd geleden de Lim burgse Studenten hun jubileum bijeenkomst in Roermond hielden, draaide een groep van 70 deelnemers het feest voor een paar uur de rug toe, om in het Roermondse-Veld de C.R.E. te gaan bekijken. Eveneens van recente datum is het bezoek van de Aziatische stu denten, toen deze op tournée waren door Limburg en van de jongelui van een Yoegoslavische Universiteit. Naast de Gezant van Finland en de Consul van Brazilië heeft de secretaris van de C.R.E. Ir: Peters als buitenlandse gasten in zijn be- zoekagenda aangetekend: Jonge Boeren, pluimveehouders en andere gasten uit België, Duitsland, Zwit serland en Frankrijk. Wat de binnenlandse belang stelling betreft, voor dit interessant bedrijf, dat wel een doorlopend ge opende tentoonstelling lijkt, kan men aannemen dat in alle oorden van ons land mensen te vinden zijn, die kunnen vertellen van hun be zoek aan de Eiermijn te Roermond. Er zijn scholen die met als hoofd doel de C.R.E., naar Limburg reizen. Huishoudleraressen, Ouden van Dagen, Pluimveeteelt-onderwijzers, Selecteurs, Boeren- en Boerinnen- bonden, leraren, leerlingen en personeel van de Landbouw Hoge school te Wageningen. Een tijd lang zouden we verder kunnen bladeren in de bezoek- agenda. Het zijn vooral de leden van een Eiervereniging, aangesloten bij ae C.R.E., die van een bezoek aan de C.R.E. veel vrucht hebben. Voor dergelijke bezoekers wordt dan een uitgebreide voorlichtings film gedraaid, die op verzoek ook andere gasten wordt getoond. Alles zien Onder deskundige leiding van Ir. A. Peters uit Oirlo dwalen de be zoekers dan ruim een uur langs de verschillende afdelingen waar de sorteermachines, „schouw"-machi- nes enz. staan opgesteld. Vóór dat men dit alles echter gaat zien heeft de heer Peters in grote lijnen de belangrijke plaats en bijzonder heden aan de hand van cijfermate riaal, over de C.R.E. gegeven in de ontvangzaal, waar na afloop van de excursie een consumtie wordt verstrekt. Een veel gestelde vraag op de excursies is of de Roermondse Eiermijn inderdaad de grootste van de wereld is. De bezoekers willen deze imposante titulatuur bevestigd zien. De Heer Peters glimlacht dan bescheiden en ant woordt dat het bestuur van de Eiermijn dit nog nooit heeft onder zocht... van 16 Sept. 1905 Op 15 September vertrok Dr. H. Poels naar Washington als hoog leraar aad de Katholieke Universi teit. De bouw van het St. Servatius- gesticht werd opgedragen aan J. van Groenendaal, aannemer te Hil versum. Bij de R.K. Volksbond kwam een propagandaclub „St. Petrus" tot stand. Bestuursleden werden Adr. Verheugen, Ant. de Haen, H. Poels en Ant. Laurensse. Bij Mathijs Custers kon men beste Amerikaanse petroleum kopen k voor f 6.60 de 100 liter. 50 kilo ochtendvoer voor kip pen kostte bij P. Camps, Oostrum f 6.40. W. Kessels, Kruissen, verkocht bottines (herenschoenen) vanaf f 2.90. van 15 Sept. 1906 Te Venray werd gevestigd een nieuwe cursus pastorale theologie en sociologie in het Patersklooster. Pater Valentinus van der Stok O.F.M. werd magister. Langvingers stalen fruit en groenten. van 14 Sept. 1907 In Leunen ging men een fiets club oprichten. Een grote menigte uit Venray trok 8 September ter bedevaart naar Oostrum. Het aantal Meijerijers, dat over Venray te voet naar Kevelaer trok, was aan het verminderen. Men bracht het in verband met het stijgend aantal fietsers onder de boerenstand. Het ministerie van Wederopbouw en. Volkshuisvesting deelt mede, dat ten aanzien van de huurverhoging voor herbouwpanden het volgende geldt: De tot deze categorie behorende woningen en bedrijfspanden worden in twee groepen onderscheiden. Tot de eerste groep behoren de panden, waarvoor vóór het in werking treden van de wet op de materiële oorlogsschaden (24 Febr. 1950) boven de rijksbijdrage een financiële tegemoetkoming in de bouwkosten is toegekend. De huren van deze woningen worden met 5 pet. verhoogd en die van bedrijfs panden kunnen bij overeenkomst worden verhoogd tot een huurprijs, welke de huurprijs, geldend op 31 Augustus 1955 ten hoogste 5 pet. te boven gaat. Als in de huurprijs op 31 Augus tus 1955 een verhoging is begrepen wegens minder sobere bouw, wegens het aanbrengen van bijzondere voorzieningen of wegens inrichting als duplexwoning, mag het percen tage van de huurverhoging niet over die verhoging worden be rekend. Tot de tweede groep behoren de panden, waarvoor na het in werking treden van de wet op de matriële oorlogsschaden boven de rijks bijdrage een financiële tegemoet koming in de bouwkosten is toe gekend. De huren van deze panden kunnen na aftrek van eventuele verhoging wegens bijzondere voor zieningen op schriftelijke aanvraag van een eigenaar, indien zij lager zijn dan die van een vergelijkbaar vooroorlogs onroerend goed, door de minister op grond van het be sluit bijzondere huurprijzen 1954 worden verhoog. Aan een dergelijke eventuele verhoging zal, mits vóór 1 October 1955 aangevraagd, in de regel terugwerkende kracht tot 1 September 1955 worden verleend. Een aanvrage tot nadere huur- vaststelling moet rechtstreeks aan het ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting worden ge richt. O.L.Heer heeft rare kostgangers. Dat begrijpt men des te beter naar mate men meer zittingen van de politierechter meemaakt. Zo kwam vorige week Vrijdag een jongeling uit de Betuwe, die daar bij de een of andere eerbare bromfietsen-verhuurder een der gelijk brom-machine voor een uurtje was komen huren. Maar na een uur was deze jongeling gevlogen en het was bijna 10 uur later, dat de eerbare verhuurder werd opge beld uit Bergen, door de politie zelfs, of hij die en die brommer had ver huurd. En toen dat klopte, werd hem meteen maar erbij verteld, dat die jongeman die brommer daar had willen verkopen. Hij had echter zulk een laag prijsje gevraagd, dat de aspirant-koper zelfs op kilometer afstand had kunnen ruiken, dat het zaakje stonk. En nu stonk debrom- fietshuurder. Figuurlik natuurlijk, want onze rechtspraak is zonder luchtjes. Enfin de bromfiets-huurder verkoper zal moeten brommen. Maar nu in Roermond. Ja en dan waren er twee dames uit Well, die vanwege de kinderen en dat zijn altijd bij dames de aanleiding tot schelden en vechten elkaar eens duchtig de waarheid hadden gezegd. De een kon het waarschijnlijk wat beter dan de ander en zodoende greep de ander naar zwaarder geschut: de politie. Die dan ook prompt een proces verbaal opmaakte, dat nr. 1 nr. 2 uitgescholden had voor „kwaaknel", waardoor nr. 2 grauwelijk was be ledigd. Iets wat ze ter zitting fel demonstreerde. „En dan, edelachtbare, hit ze me nog onder mien achterwerk gc- schupt". Maar de rechter onderbrak haar maar vlug, met de mede deling, dat dit niemand had gezien, dus, „dat ze dat achterwerk maar moest laten zitten", met welke raad dame nr. 2 schijnbaar veel moeite had, want ze keek wederom fel rond zich heen. Het eind van het lied was, dat dame nr. 1 f 15 boete kreeg, maar de griffier was het er kennelijk niet mee eens. Hij wou wel eens uitge maakt zien, waarin het beledigende nu zat in dat woordje. Maar ja, de rechter oordeelde, dat „kwaakriel" toch wel iets minderwaardigs was en ging met f 15 boete accoord. Een juffrouw uit Grubbenvorst die haar buurdame om haar oren had gemept, ook alweer vanwege de kinderen, kreeg f 25 boete. On derscheid moet er immers zijn. Een bus-chauffeur uit Horst, had last van een wagen die voor hem reed en op herhaald verzoek niet aan de kant wou gaan om hem te laten passeren. Toen hij dan ein delijk de kans kreeg om er langs te komen, sneed hij eens „lekker". Dit had tot gevolg, dat de andere met zijn volle gewicht op de rem men moest gaan staan, wilde hij niet f ijngedrukt worden. Maar even goed kreeg hij nog een tik van de bus mee, waarbij de bumper van zijn wagen enigszins werd „gemold". Maar nu zag de bus-chauffeur niets en die reed gewoon door. Het Nederlandse politiecorps krijgt echter zijn salaris niet voor niets. De gekreukte bumper deed aangifte en enkele uren daarna had de bus-chauffeur zijn bonnetje thuis. Een bonnetje, dat hem nu f30 boete opleverde en een stevige preek van de Officier, die tegen ..wegpiraten" een verschrikkelijke afkeer heeft. Dat industrialisatie ook niet alles is, bemerkte een werkbaas uit Bergen, die door een van zijn onder geschikten net zo lang getreiterd was, tot hij haar uitmaakte voor „fluit". De politie kwam er bij en de werkbaas was „het klos", f 10 boete, omdat het nu eenmaal niet mag, maar de Officier keek het juffertje, dat de aanklacht had in gediend, zo vuil aan, dat het kind met de rikketik naar Bergen is teruggegaan. In Afferden speelde zich een van die onverklaarbare geschiedenissen af, die waarschijnlijk wel nooit wor den opgelost. Daar zijn twee jonge lui aan het vechten, waarbij hemden worden gescheurd en gezichten worden opengekrapt. Als dan de ene jongeling huilend naar huis rent, gaat de ander op zijn motor fiets zitten en rijdt er vandoor. Hij wordt een eind verder staande ge houden door een politie-agent, die dat kapotte hemd en gezicht maar half vertrouwd. Dan blijkt de motorrijder behalve behoorlijk afgetuigd ook behoorlijk afgeladen te zijn en zo gaat het in optocht naar het politiebureau, waar intussen de huilende jongeling ook is gearriveerd, nu om aangifte te doen van het verlies van zijn hor loge. Als de politieagent dan eens goed kijkt, blijkt dat de motorrijder twee polshorloges aan heeft, waar van een als souvenir van de vecht partij. Dergelijke souvenir-jager ij is echter uit den boze en dus wordt het een maand naar Roermond en het rijbewijs mag een jaar aan de kapstok. En dat was het dan weer behalve de eindeloze rij drinkebroers die genoten hebben van het o zo beste bier en het nat van Schiedam en toch hun fiets bestegen en daar mede 's Heren wegen onveilig gingen maken. U en zij kennen onderhand het recept. Eerste maal f 30, 2e maal f 40, derde en meer keren gratis vacantie. Maar dan zonder fiets, bier of genever. Wat weet een burgermens eigen lijk van boerenleenbanken? Een soort spaar- en credietbank, zegt men. Jawel: er zijn er meer dan 1300 in het land en een groot deel van de land-en tuinbouw, van de veeteelt en zelfs van de plattelands industrie wordt door boerenleen banken gefinancierd. Wie boerenleenbanken zegt, zegt voor 730 ervan Raiffeisen Bank. En wie Raiffeisen Bank zegt, zegt „meneer Visser", want zo noemen hem tienduizenden boeren in het land, die tijdens de groei van hun bedrijven vaak iets met meneer Visser hadden te bespreken. De heer Th. J. Visser (65) direc teur van de Coöperatieve Centrale Raiffeisen Bank, is vorige week met pension gegaan. Toen hij er in 1911 in dienst kwam, waren bij deze bank nog maar 320 boeren leenbanken betrokken. Nu hij er weggaat, heeft de Coöperatieve Cen trale alleen al in veilingen, zuivel fabrieken, K.I.-stations en in de suikerbieten een 290 millioen gulden geïnvesteerd. Dat is niet mis. De problemen die de heer Visser te verwerken kreeg, waren ook niet mis. Maar deze directeuf in Utrecht verstond de kunst om de moeilijkste financiële problemen, inbegrepen allerlei duistere overheidsbepalin- gen klaar en duidelijk te stellen. Vier en veertig jaar hebben de boeren van Nederland met hem weggelopen. In '33 werd hij direc teur en Woensdag nam hij afscheid. In die tijd is de heer Visser gegroeid tot een diplomaat. Want de boeren leenbanken zijn alle autonoom en staan ieder onder een zelfstandig bestuur. De heer Visser had te maken met 5000 bestuurderen „Ik heb veel van de boeren geleerd. Zij hebben een nuchtere kijk op de feiten". Vele boeren hebben de heer Visser veel te danken. Toen in de dertiger jaren de landbouwcrisis de akkerbouw ver lamde, kwam hij met een waarborg fonds om de bedreigde boerenleen banken te steunen. Terugbetalingen werden opgeschort en andere facili teiten verleend. „Men heeft mij wel eens verwe ten,'.dat ik te lankmoedig was, maar mijn politiek was juist. Zij heeft uiteindelijk geen geld gekost, want de meeste boeren staan voor hun schuld." En de heer Visser stond voor de boeren, toen de Duitsers tijdens de bezetting zich in hun zaken wilden mengen. NSB-bestuursleden bij de banken werden gewipt. De directeur in Utrecht moest dan op het matje komen, maar wat kon hij er aan doen? De statuten gaven de leden het recht hun eigen bestuur te kiezen! Erger werd het toen de bezetters hypotheken wilden sluiten op ge naast joods bezit. De heer Visser heeft de Duitsers toen een verhaaltje verteld, dat de boerenleenbanken glazen huisjes waren, waarin iedere transactie tegenover de boeren moest worden verantwoord. U kunt er staat op maken, zei meneer Visser tegen de Duitsers, dat als wij u die hypo theken geven alle boeren in op stand komen, wat een totale ont wrichting van de voedselvoorziening betekent. En van een boerenopstand schrokken zelfs de nazi's terug. Wel roofden ze alle administra tieve machines. Maar na de oorlog is dat weer in orde gekomen, toen meneer Visser een hartig woord met minister Lieltinck had ge sproken. De boeren van Nederland zullen meneer Visser missen. Zijn benoe- Op 2 Juli 1853 kochten de twee gebroeders Jan en Nicolaas van der Griendt 610 ha Peelgrond voor goed vijftig gulden per h.a. en be gonnen daarmede de Peelontginning in hét nieuwe Helenaveen. In 1858 werd daarmede gestart. Daarmede deed de landbouw zijn entree in dit ontginningsgebied. Door de zich daar gevestigd hebbende ontginners werd boekweit geteeld, een graan soort die in die tijd nogal in trek was. Een jaar of twaalf later werden zelfs gedeelten van de Peelontgin- ningen beplant met tabak. In die tijd werd de grond vruchtbaar ge maakt door het huisvuil van 's Her togenbosch, dat als compost over de grond werd uitgestrooid en de basis zou vormen voor een latere rijke voedingslaag voor de tuin bouw. De ontdekking van de Duitser Wolff, is de oorzaak geweest, dat in Helenaveen aan tuinbouw werd gedacht. Hij had nl. de fabricage van turfstrooisel uitgevonden. De Ontginnings Maatschappij Helena veen, overal het eerste in, pootte direct twee fabrieken in de Peel neer. De honger naar turfstrooisel was te groot, de beschikbare grond stof was spoedig verbruikt. TUINBOUW In die jaren werd de tuinbouw een nevenbedrijf van de veen arbeiders en er werden zelfs tuin ders van elders naar De Peel „gelokt" om hier met een bedrijfje te beginnen. Een belangrijke vooruitgang was de stichting van de veiling te Venlo. Ook hierin had de My. Helenaveen een groot aandeel. De verzending van de producten werd nu veel eenvoudiger. Voorheen, voor 1909, waren de tuinders overgeleverd aan de willekeur van een stel Rot terdamse „sjacheraars". De tuinders moesten maar afwachten of ze iets van de „binnenmarkters" terug ontvingen. De lieden van de West- landse proeftuin hadden het anders ingepikt. Een van hen ging zelf met groenten mee naar Duitsland. De Westlandse proeftuin was in 1921 al lang en breed „opgedoekt". In 1921 kwam een nieuwe uitgave, een proeftuin met een vakonder wijzer en al. Tuinderszoons kwamen hier een studie maken van asperges, aardbeien, bessen en andere fruit- cultures. Deze vakschool heeft ontegenzeggelijk veel bijgedragen in het verbreidingsproces van de ming tot ridder van de Nederlandse leeuw is meer dan zomaar een ge baar waarmee de regering deze stuwer van het Nederlandse land bouw-credietwezen heeft willen huldigen. tuinbouw. Wilt u weten wat de resultaten waren: aantal uit Helenaveen ver zonden hoeveelheden tuinbouw producten in wagons: 1904 36, 1935 60 tot 70,1954 150 (abnormaal laag) 1955 300 (abnormaal hoog). Deze hoeveelheid is verbouwd door ruim 100 tuinders op 140 h.a. grond. Aantal warenhuizen in 1955: onge- veer 20, aantal eenruiters (platglas) 10.000 tot 12.000. En dat heeft tot resultaat dat Helenaveen zich uitbreidt. Er zijn nieuwe huizen gebouwd, een prach tige kerk en een „knots" van een tuinbouwloods. AUGURK Dat allemaal voor een groot deel door de augurkteelt. Omringd door ..stroken mais als een natuurlijke beschutting voor de augurkstruik, liggen daar de vele percelen, waarop men volop bezig was met de pluk. Steeds bukkend en steeds de korf vooruitschuivend, zoeken de pluk kers en pluksters hun weg door de struikjes. Augurken bij honder den, grote en kleine, rechte en kromme, dikke en dunne. Een enkele „kanonskogel" (eer een komkommer dan een augurk) werd niet geplukt en gepasseerd. Om nog rijper te worden, om tot berstens toe gevuld te worden met een raat van zaad. Straks zullen deze zaadjes gezaaid worden om een nieuwe generatie te kweken. Van de korven gaat het in de kisten en dan worden ze gewassen in grote kuipen. Na de wasbeurt gaat het naar de tuinbouwloods. Met tweewielige wagentjes komen de tuinders met shetland-ponnies. Zij rijden doodleuk met paard en wagen de loods binnen, laden hun genummerde kisten af en rijden aan de andere zijde de loods weer uit. In de loods staan een dertig mensen ijverig te werken aan de sorteermachlne. Een uitvinding van de laatste tijd, en Helenaveen zou Helenaveen niet zijn of het dorp zou weer onder de eerste zijn van Nederland, waar een dergelijke .machine werd geplaatst. Vroeger moesten de tuinders zelf elke augurk in de handen nemen en sorteren, maar nu neemt de machine het werk over. Een transportband brengt een lading augurken naar boven waar ze worden uitgestort op enkele banden. Deze banden lopen naar achteren breed uit. De kleine, de fijne augurkjes, de A-soort, vallen direct naar beneden op een sorteerband waaraan een man of vier tot zes nog eens staan te sorteren. Zo zijn er vier sorteerbanden waarop de A, B, C, D, en E-soorten vallen. De dikste augurken (de zure bom)

Peel en Maas | 1955 | | pagina 1