TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Humor bij alle ellende
„ZAT VAN DIE"!
Weer springvloed
op komst?
ALBERT HEIJN
Opschriften, die niet meer toepasselijk zijn.
Welke kansen biedt emigratie
vandaag de dag?
Uit „Peel en Maas"
Geen aardappelteelt, maar
wat dan?
BEL BIJ BRAND
392
Bloem
24
Bakmeel
36
Cakemeel
45
Rozijnen <oos
16
Krenten
18
Diamantjes 7Xiik
49
Zaanse Koeken
55
Tulp Fondant
25
Choc. Pastilles
39
Heren Flikken
39
Gelderse Ham
47
Fijne Snijworst
41
Sardines P-mee
48
Zalm
95
Pruimen
37
Abrikozen
45
Custard p» p.k 54
29
PUdding 7 smaken
17
Puddingsaus
31
ZATERDAG 14 .FEBRUARI 1953 No. 7
VIER EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
Nieuwe maan van heden 14 Februari heeft een
extra grote vloedverwekkende kracht.
Er moge dan bjj de ramp, die Nederland zoveel leed en
schade heeft berokkend, sprake zijn van een unicum van één
op de millioen keer volgens engelse weerkundigen was
hier nl. een uiterst zeldzaam samentreffen van ongunstige
omstandigheden in het geding, zoals het terechtkomen van
de byzonder heftige cycloon in dat deel van de Noordzee,
waar de springvloed op zijn hoogste was er is niettemin
alle aanleiding voor een waarschuwing. Want op 14 Februari
is de maan nieuw en bovendien staat zij dan in dat punt
van haar baan waar deze het dichtst by de aarde komt
het zg. perigeüm en dat laatste betekent weer kans
op gevaar.
De afstand van de maan tot de enkele uren van te voren laten aan
aarde bedraagt gemiddeld 384 ooo
kilometer. Gemiddeld: want de maan
baan is geen cirkel, doch een ellips,
zodat de maan nu eens dicht bij de
aarde staat, dan weer verder er van
daan.
De afstand schommelt heen en
weer tussen maximaal 407.000 kilo
meter en minimaal 357 000 kilometer.
Een kind begrijpt, dat zy op die
minimum afstand een hogere vloed
golf op aarde verwekt dan in het
andere geval.
Welnu, in een opzicht is er bij de
springvloed van 1 Februari nog een
betrekkelijk gunstige factor in 't spel
geweest: de maan stond juist in haar
„apogtüm": dat punt van haar baan,
dat zo ver mogelijk van de aarde
verwijderd is.
Met andere woorden: het had nog
erger gekund. De vloed had nog
hoger kunnen zijn.
Maar heden Zaterdag 14 Februari,
staat de nieuwe maan juist in haar
perigeum, de kracht, die verantwooi-
delyk is voor het verwekken van de
vloed, is dan ongeveer twiDtig procent
groter dan op 1 Febr. jl. En daarin
schuilt gevaar.
Want al heeft men koortsachtig
gewerkt om de bressen in Hollands
zeeweringen te dichten, de op alle
plaatsen ook daar waar geen
doorbraak ontstond zwaar geteis
terde dyken zyn zwak.
Zal er storm komen
Een kardinaal verschil tussen weer
en sterrenkunde is, dat de meteriolo-
gische omstandigheden zich hoogstens
kondigen door instituten, zoals in
ons land het KN.M.I. in De Bildt,
terwijl men darentegen astronomische
gebeurtenissen jaren of desgewenst
eeuwen tevoren kan berekenen,
althans als het zoals hier gaat om
de onderlinge stand van zon, aarde
en maan waarvan het ontstaan van
eb en vloed afhangt.
Nu is, volgens de waarschijnlijk
heidsrekening, de kans, dat er in de
dagen na de veertiende Februari
want dit zyn de dagen waar het op
aankomt; de uitwerking van de maan
stand op de vloed wordt op aarde
namelijk pas ongeveer een etmaal
later merkbaar - wéér zo'n geweldige
storm gaat woeden, uiterst gering.
Maar tenslotte is het weer onbe
rekenbaar, en stormen zyn iD deze
tyd van het jaar op onze breedte geen
uitzonderingen.
Er zou niet eens zo'n orkaan als
van de eerste Februari nodig zyn
om hetzelfde effect te bereiken.
Alle aandacht voor onze zwaar
gehavende dyken en de thans als
zeewering dienende zwakke bin
nendijken is dus op haar plaats
Dat klinkt tamelijk alarmerend, wy
zyn er ons van bewust. En het is
tenslotte best mogelijk, dat er de dagen
na de veertiende Februari een kalm
briesje zal waaien, dat niet in de
schaduw kan staan van het razende
geweld van die rampzalige Zondag.
Maar tenslotte is het beter, een
overbodige waarschuwing te hebben
gegeven dan een nodige achterwege
te hebben gelaten.
Temidden van eindeloze watermas
sa's worstelt een volk om boven te
bly'ven. Er is niemand in de onder
gelopen gebiedeD, die twijfelt aan
onze overwinning op het water.
Ongekend is het aanpassingsver
mogen van de mens. Dat hebben wy
ervaren, toen we per auto en boot
door Zuid Holland en Zeeland kruis
ten. De vrouwen en kinderen waren
grotendeels uit de polders verdwenen.
Militairen en civiele hulpcolonne's
hebben hun plaatsen ingenomen.
Hoewel de ellende groot is, wordt
byna nergens een klacht gehoord,
met verbeten gezichten baggert men
door het water. Een maatschappij,
die in normale omstandigheden ook
tegen het water vecht, had al zyn
materiaal *an een reclame slagzin
voorzien: „Van Dyk voor alle bagger-
werken
Hier kon Van Dyk zyn hart dan
ook ophalen. Spoedig was de slagzin
op ieders lip. De humorzon begon al
weer de troosteloze watervlakten te
overschynen.
Midden in een kaaspakhuis ergens
in de Krimpenerwaard stond de
eigenaar zyn vrachtauto te laden met
Edammers en Goudse kazen, die hy
ergens uit zyn ondergelopen pakhuis
opviste. De auto stond tot de laadbak
onder water. Van wegrijden zou wel
niets komen, maar de kaas moest
droog liggen.
Velen konden by het zien van ^die
opgetaste half verdronken auto toch
een glimlach niet onderdrukken, daar
achter op de bak, juist boven de
waterspiegel stond in prachtige goud
op rode letters: „Hollands Roem"
Een eindje verder, aan de muur
van het eerst zo gezellige dorpscafé,
die nu meer op een ondergelopen
bouwput leek, stond met schreeuwen
de letters, dat het bier weer best
was
VACANTIE...
Terwijl men zwoegt als paarden
aan h6t reddingswerk, is ook de
geest op de eilanden in Holland en
Zeeland opperbest.
Een oude boer, die twee dagen
tussen leven en dood op de zolder
van schuur zonder dak had gezeten,
werd met een prachtig jacht uit zyn
isolement verlost. In 't sappig
dialect was zyn eerste opmerking:
„Ik had nooit gedacht, dat ik nog
eens met zo'n mooi schip op vacantie
zou gaan". Geen klacht kwam er over
zijn lippen.
Militairen hadden bij Dordrecht een
aantal cadavers van koeien op ge
stapeld. Zeker had iemand nog een
rand marmer uit een ingestorte sla
gerij kunnen redden, want „in goud"
lazen wy: „Vers vlees".
Een plezierboot uit Amsterdam had
men ook niet tydig meer kramen
ombouwen, anders zou men stellig
dat grote bord er hebben afgerukt:
„Breng uw vacantie door op het
water".
Wy wisten nu zeker, dat wij deze
zomer naar de Veluwe zouden gaan.
Als we maar vaste grond onder de
voeten hebben Wy geloven wel dat
d iemand in Zuid Holland of Zeeland
dit jaar een vacantie op het water
doorbrengt.
„Grote sortering"
In Zeeland was men er het ergste
aan toe. Men vond er ook de grootste
moed, de ongekende vastberadenheid,
die de Zeeuwen door de eeuwen heen
tot-een tweede natuur is geworden.
Ergens op Zuid Beveland tuften we
langs de daken der huizen, waarvan
er vele nog bewoond waren. Niet
zodra verscheen de maiine om de
bewoners te evacueren of de goede
stemming keerde terug.
Wy namen een kijkje op het dak
van een radiozaak. De eigenaar had
nog vele toestellen kunnen redden.
Zy stonden op een ry tussen wat
dekens en een geïmproviseerd bed.
Met behulp van een uiteengeslagen
showkast had hij een noodverblyf
op het dak gebouwd. Zyn stemming
was niet slecht. Op zijn kapotte
toonbank, die tegen de schoorsteen
leunde, kondigde hy aan dat hy een
grote sortering had. Inderdaad, er
stonden wel twintig ontvangappa
raten. Wy hebben zijn hele voorraad
maar in onze boot in commissie
genomen. Tot betere dagen.
Veilig Ter keer
In de buurt van Ierseke was de
nood groot toen wy er aankwamen.
Schepen met vluchtelingen voeren
hier af en aan. Soms dreigde het
verkeer te water daar vast te lopen.
Is het dan niet bemoedigend ergens
in een scherpe bocht van de dijk een
bord aan te treffen met de goede
raad een heer in het verkeer te
blijven
Elders was een sigarenwinkelier
erin geslaagd zyn voorraad naar de
zolder te transporteren en daar droog
te houden. Aan zyn dakraam voeren
de roeiboten af en aan. Toen wy er
eens een kijkje gingen nemen, bleek
het dat hy nog goede zaken deed.
Wy snakten ook naar een sigaret en
behoorden weldra tot zyn klanten.
Wy konden nog kiezen uit drie
merken.
Hoewel op de benedenverdieping
zyn gehele meubilair in het water
stond te verzouten, was de man
goed gehumeurd. Hy had nog nooit
zoveel nieuwe klanten op een dag
gemaakt, vertelde hy ons. Van de
gedachte dat de Zeeuwen meer
weten van landbouw dan van handel
Onze emigratie naar Canada wordt
bepaald door de behoefte van de
hedendaagse landbouw.
Want in de landbouw in Canada
liggen voor Nederlandse agrariërs
vrywel onbeperkte mogelijkheden.
Dank zy mechanisatie op grote schaal
en toepassing van moderne bedryfs
methoden heeft de Canadese landbouw
een peil bereikt, dat hem de derde
plaats verzekert in de ry van de tarwe
producerende landen ter wereld. En
die ontwikkeling is nog lang niet af
gesloten.
Grote uitgestrektheden grond kun
nen nog in cultuur worden gebracht
Ook de productie van bestaande be-
dry'ven leent zich tot verdere uit
breiding. En denkt U zich eens in:
by deze grootscheepse ontwikkeling
wordt de Nederlandse agrariër een
gastvrijwelkom I toegeroepen.
Geen wonder, dat vele Nederlandse
landbouwers, en vooral ook veel jon
geren, de kans grijpen die hun daar
ginds geboden wordt.
zyn wy nu voorgoed genezen.
Werk genoeg.
By Hansweert begon hier en daar
weer grond droog te vallen. Eerst
dan ziet men eigenlijk wat er in
korte tijd vernield is. Een man, die
de resten - van zyn inboedel bijeen
schraapte, liet ons zien wat er van
zyn meubels over was. De beklediDg
is verloren. Alle tapijten, gordijnen
enz. waren vernield voor zover ze
niet weggespoeld waren. Zyn kachel
kwam nog wel weer in orde, zei hy,
maar dit middelpunt van warmte
was opgevuld met zeewater en het
ding zag er zo troosteloos uit, dat
wy liever maar weggingen.
Er is voor my een zonzijde, zei het
slachtoffer, in maanden had ik geen
werk. Daar hoef ik voorlopig nu niet
bang meer voor te zyn. Ik ben tim
merman, ziet u. Wy zagen het niet,
maar waren ervan overtuigd, dat er
in de komende maanden, wellicht
jaren, in Zeeland veel te timmeren
zou zyn.
De toestand in de noodgebieden is
somber, maar niet hopeloos. Tussen
de puinhopen en modder stijgt het
optimisme alweer naarmate 't water
zakt. Waar een geest heerst als op
de eilanden en het vertrouwen zo
groot is als in de buurt van Ooster
en Westerschelde, daar zal de zee
het nooit winnen.
Wy zyn stil en met een gemoed
vol deernis en ontzag naar Bergen op
Zoom gevaren, waar ook al iedereen
in touw was. Het leek wel 01 de
Spanjaarden uit de tachtigjarige
oorlog weer zouden komen opzetten.
Was het maar zo, het water is veel
erger, zei een agent.
14 Februari 1891
Door het Fanfare gezelschap te
Wanssum, werd op 8 en 9 Februari
een muziek- en toneeluitvoering ge
geven.
14 Februari 1903
Tot leraren aan de 'Ryks-Nor-
maalschool te Venray, werden be
noemd
J. Jaspers, hoofd van de school te
Merselo; Th. Houba, hoofd van de
school te Oostrum; H. Hermans, hoofd
van de school te Meerlo.
Tot directeur van de voorbereiden
de cursus werd benoemd W. Drent,
hoofdonderwijzer te Horn.
10 Februari begon de eerste van
de 9 Dinsdagen ter ere van Sint An-
tonius in de Paterskerk.
14 Februari 1903
Twee plotselinge sterfgevallen
herinnerden aan de broosheid van het
leven. Onverwacht stierven op
Februari de echtgenote van de stuca-
door Mathis Welten, Johanna Jacoba
Cremers en op 13 Febr. de weduwe
F. Potten, Rrgina Jans.
De onbewoonde „Hazenhut" te
Merselo, werd een prooi der vlammen.
Op een vergadering van Bijen
houders te Leunen, sprak de heer L
Vaessen, uit Maasbree.
Op 9 Februari werd met grote
plechtigheid in Leunen, het feest ge
vierd van de H. Apollonia.
Plannen bestonden tot stichting
van een bidkapel van O.L Vrouw der
zeven Wieën te Tienray.
P. Hoedemakers, hoek Hensenius-
plein, kondigt de opening aan van zyn
café op Zaterdagavond 13 Februari.
Wed. P. Verheyen te Oostrum,
kondigt het ophouden van haar zaak
aan.
Land- en Tuinbouw
Als gevolg van de wet op de aard
appelmoeheid, waardoor slechts een
maal in de drie jaar op eenzelfde
perceel aardappelen mogen worden
verbouwd, zyn vele bodemgebruikers
genoodzaakt meer verscheidenheid in
de vruchtwisseling te brengen.
De grote moeilijkheid is echter om
juist in.die gebieden, waar men meer
gebonden is aan een beperkte vrucht
wisseling, een goede vervanger voor
de aardappel te vinden.
Maar die trek van Nederlandse land
bouwers naar Canada heeft voor vele
andere landgenoten nog een ver
heugend gevolg. Na onderhandelingen
heeft de Canadese Regering zich nl.
bereid verklaard om dit jaar Neder
land8e emigranten toe te laten in een
verhoudiDg van 1:1. Dat betekent,
dkt voor elke Nederlandse landbouwer,
die naar Canada emigreert, eveneens
een niet-landbouwer kan emigreren.
Natuurlijk moet die niet-landbouwer
voldoen aan bepaalde eisen, die de
Canadese arbeidsmarkt stelt. Maar
men begrijpt waar het om gaathoe
meer agrariërs er naar Canada gaaD,
hoe meer niet agrariërs kunnen ver
trekken, en dat betekent dus een kans
om te emigreren voor veleD, die aDders
die gelegenheid niet zouden hebben
Voor wie is deze nieuwe moeilijk
heid nu van betekenis?
De Stichting Landverhuizing Neder
land in Den Haag, heeft nog een groot
aantal aanvragen in huis van niel-
agrariërs, die naar Canada willen.
Velen van hen wachten reeds jaren
op een kans. Welnu, er wordt naar
gestreefd om in de eerste plaats deze
aanvragers van de nieuwe mogelijk
heden te laten profiteren. Later zullen
weliicht ook nog andere aanvragen in
behandeling kunnen worden genomen.
Dat is dus goed nieuws. Behalve
goed'.nieuws is er echter ook nog een
goede raad, een raad aan alle agrariërs,
die van plan zyn binnen afzienbare
tyd naar Canada te emigreren.
Die raad luidtWacht niet met U
aan te melden. Agrariërs, die zich
thans aanmelden, hebben de beste
kansen by plaatsing in de Canadese
landbouw. En diegenen, die nog dit
jaar willen emigreren, worden met
klem aangeraden zich zo spoedig mo
gelijk aan te melden. Doen zy dit
niet, dan kan hun vertrek dit jaar
niet meer gegarandeerd worden.
Dit houdt verband met het tijdstip
van aankomst in Canada. De meest
geschikte tijd hiervoor is van Januari
tot Augustus. In het algemeen is de
Canadese Regering slechts bereid ver
antwoordelijkheid op zich nemen voor
de overkomst van emigranten, die
zich houden aan de aangewezen tijd
stippen van vertrek.
Boven is geschreven over emigratie
van vakbekwame agrariërs en van
niet-agrariërs voor wie in Canada
een naaste bloedverwant hebben, een
broer of een zuster bijvoorbeeld.
De zaak is dan al héél eenvoudig.
Die familie vraagt by de immigratie
autoriteiten in Canada de overkomst
aan en dan loopt de rest vanzelf, mits
men natuurlijk voldoet aan de alge
mene eisen voor toelating in Canada.
Als men op deze wyze emigreert,
kan men vertrekken wanneer men
wil, in elk seizcen en met elke reis-
Het is dus stellig een voordeel, als
men reeds naaste familie in Canada
heeft.
In het midden en zuiden van ons
land heeft de maïsteelt reeds met
succes een aanzienlyke uitbreiding
ondergaan. In het noorden, (denk byv.
aan de Veenkoloniën), levert een
uitgebreide maïaverbouw evenwel
nog moeilijkheden op, vooral met het
oog op het klimaat.
Waar wy in dit artikel vooral de
nadruk op willen leggen, is de ver
bouw van voeder en suikerbieten.
Ongetwijfeld zal de teelt van deze
hakvruchten nog kunnen worden
uitgebreid, speciaal op de vochthou
dende zand- en dalgronden. Dit is een
pracht gelegenheid om onze ruwvoe-
der positie te versterken, en U weet
dit is bittere noodzaak, gezien de
precaire deviezenpositie waarin Neder
land verkeert.
By de bietenteelt lette men vooral
op een goede bemestingstoestand van
de grond. Daarnaast verdient het
aanbeveling zo mogelijk de bieten op
gescheurd grasland (kunstweide) te
verbouwen. Een te lage pH en een
onevenwichtige verhoudiDg in de
stikstof-, fosforzuur- en kaligifteD,
zullen de opbrengsten zeer nadelig
beinvloeden. Op deze gronden zal
gestreefd moeten worden naar een
pH van ongeveer 6 of wat hoger. In
vele gevallen zal vooraf bekalken van
de grond wenselijk zyn, terwijl bieten
ook zeer dankbaar zijn voor een
organische bemesting.
In dit verband willen wij er nog op
wijzen hoe belangrijk en economisch
het is gebruik te maken van alcalisch
reagerende meststoffen, welke naast
het hoofdbestanddeel, nevenbestand
delen bevatten. Hierbij denken wy
aan Chilisalpeter als een uitstekende
stikstofmeststof voor bieten (bevat
tevens borium tegen hartrot).
Thomasmeel is dan de meest
geschikte fosfaatmeststof met een
hoog percentage aan kalk, waardoor
in vele gevallen de gewenste zuur
graad voor de bietengroei kan worden
verkregen.
Voor bieten kunnen wy het beste
de kali toedienen in de vorm van
kalizout 20 of 40 pet. Waar wy met
erg zure gronden te maken hebben,
kunnen we gebruik makeD van ver
schillende soorten kalk meststoffen.
PROEF wat 't is en
KIJK wat 't kost
500 gram
per pak
pér pak
iram vanaf
100 gram
250 gram
per bus
100 gram
100 gram
100 gram
100 gram
100 gram
per blik
250 gram
200 gram
per oak
per fles
DOPERWTEN m. worteltjes
J per blik 75
BOFFIE KOFFIE dat's bétere, ja beste koffie!
MAAKT U HET LEVEN GOEDKOPER!
door herman H. J. Maas
Vrouw Janssen stond op, stapte
statig heen en kwam statig terug
schrijden met een blaadje papier en
een potlood. Zy krabbelde wat neer.
En Tienus keek angstig toe.
„De verdachte, niet in staat be
vonden zy'nde over zyne naam ophel
dering of zogezegd uitsluitsel te
geven, wordt deze zaak uitgesteld tot
latere behandeling".
„Kumt er nou dan wer niks van,
asteblief vrouw Janssen?" vroeg
Tienus met huilerige stem.
„De verdachte wordt strengelyk
berispt, dat hy alleen antwoorden
mag, als hem iets gevraagd wordt!''
„Hebt gy de mazeren gehad?"
„Watte, asteblief vrouw Janssen,
mende geej de marresee? Ik heb
nowet mit de marresee te doen ge
had, asteblief toch, vrouw Janssen 1"
Van heftige schrik schrompelde
Tienus ineen. Niemand kon ook weten,
of er zelf8 maar erg in hebben, hoe
het spookbeeld van de marechaussee
hem kwelde, als die door de Heihoek
reden, met hun lange sabels en hun
zwarte kolbakken op hun hoge paar
den gezeten. Dikwijls was hy dan in
het schuurtje gevlucht en diep in
het hooi weggekropen. Zyn zuster
Trien begreep daar ook niets van,
maar werd er zelf angstig door.
„Stil, stil, halt owe moei toch
toewsmiesperde hy dan, schuw en
gejaagd. „Geej mugt niks wete, geej
mugt ok nie praote, ze zuke Nol en
meej, Nol hit het zelf gezeed 1"
Had Tienus Basten dan zo'n schrik
voor de marechaussee Wat voor
lelijks had hy dan toch wel uitge
vreten, jong?
„Moeide geej ow mer mit ow eiges,
daor hedde zat en genoeg an barstte
Tienus uit, in woede-van-angst.
Vrouw Janssen bedoelt de maasdere,
op z'n Hoog Hollands zogezegd de
mazeren, stomme lummelVan die
rooi pukskes op het lyf. Vooruit
Tienus, de Kleren uitSubietVoor
de keuring.
Dat trok Tienus op zyn fatsoen.
Ze maakten er maar weer varkesary
van, riep hy.
„An mie lief genne polka 1"
Maar hy koD niet meer tegeD het
rumoer in. Tienus de polka springen,
vooruit met de geit, dat deden de
vrye met8elers ook, met de schoon
vrollie van de goddeloze steej
Vrouw Janssen kreeg er grote
moeite mee, haar manieren te be
waren. Haar gezicht stond nog wel
effen, maar haar boezem begon te
schokken van de lach binnenin.
„Ook verdachte'8 mazeren, meer
genoemd, dan maar schorsen tot
nader onderzoek op .de volgende
zitting, waarvoor het Hof getuigen
zal doen dagvaarden. Hoeveel pokken
hebt gij
„Kiekte geej mer nao ow eige
pokke, asteblief vrouw Janssen, die
zien dik genoeg um ze te zien 1"
Tienus glinsterde.
Nu ging het toch niet langer.
Dacht hij nou aan mokkel? De be
zoekers hadden zich al te lang
moeten bedwingen, en waren naar
hun zin ook veel te vast aan hun
stoel gebonden geweest. Enkelen
drongen om Tienus heen.
De pokken laten zien, kerel, dat
moest immers beschreven worden
Zonder pokken mocht niemand by
de vrye metselers komen. Dat hadden
die uitgevonden voor de schoolkinde
ren
Zy grepen zyn arm vast en rukten
aan zyn blauwe kiel. Verschrikt
hoorde vrouw Janssen het scherpe
scheuren, waarvan Tienus in de
kwaadheid van zyn verweer gelukkig
niets merkte.
Met de grootste moeite kon zy een
beetje de rust herstellen.
„Gij verdachte Marteng Basten,
meergenoemd, gy zyt ene grote
dwarskop I" zei ze langzaam en deftig-
hoog. „Als gy zo voortgaat, het
onderzoek te verhinderen in de recht
matige uitoefening van het Hof in
deszelfs eerbiedwaardige functie, dan
zal het Hof zich genoodzaakt voelen
uw eigen zelf op te sluiten in de
eenzaamheid van de geitenstal
„Wanneer zyt gij geboren
Nu stak vrouw Janssen het potlood
achter een oor, dat stond parmantig.
„Gebore?" Tienus gaapte van ver
bazing. Het een viel ook zo vlug op
het ander. Dat was voor geen mens
om by te houden