EDAH Voor f 10.- per week „ZAT VAN DIE"! EXTRA VOORDELIGE EDAH FEESTPUDDING 35 ct KERST-AANBIEDINGEN 30 Kleurige KERSTBOOMKAARSJES in 'n doos en 10 KERSTSERVETTEN GEKOOKTE SCHOUDERHAM ,oo„™ 49 FONDANT-KERSTKRANSJES 200 45 BONBONSy 'n heerlijke tractatie200 gram 59 GEBAK-KERSTKRANSJES 25o9ram 39 DADELS zonder pit, Nieuwe Oogst. 250 gram 24 BOERENMETWORST PRUIMEN op sap, feestelijk lekker grote pot 48 DOPERWTEN SPERCIEBONEN, ma/s literblik 85 SPINAZIE, om te smullenliterblik 66 GRATIS CANTAWIJN 175 Binnenlands front G. de Mulder, Leunen SOS Vogelkooien Aquaria Duivensport F. W. HENDRIKS door Herman H. J. Maas De gebeurtenissen dreven de gemoederen in de Heihoek op tot hoogspanning. Er viel wat te beleven. Elke praat leverde stof tot nieuwe praat. En dor kumt nog veul meer I Dor hebbe we ut lest nog nie van gozion, let mer is op wa'k ow zeg 1 Ja, zei Nardus Boeks, merk je nou wel, dat de Eeihoek rijk is aan profeten Maar die lusten brood en borrels en bier nog veel liever. Zy voorapellen, wat zy graag zouden zien komen. Als ge het my vraagt, dan noem ik dat ophitsen. Ja, wisten anderen daarop te zeggen, vuurtje stoken deed men in Penland vanouds graag. Dat was vals, schreeuwden de aanhangers van de Vullingsparty. Wilden zy dan ruzie en vernielingen en ongelukken Neut, als het aan hen lag, dau vond op dit moment nog de herrie een einde in een rondje bier voor de ganse compagnie Dat zouden zy er graag voor over hebben. Zy zeiden toch niets anders dan wat zy echt meenden 1 Dat het nog lang niet uit was en dat er nog van alles was te verwachten. Er werd veel te veel geluld. En van alles werd zo maar de schuld van Nol Berens gegeven. Moest die zich dat dan maar laten gevallen? Och zy meenden het toch zo goed. Zy waren voor de vrede. Waarvan kreeg Nol dan de schuld? vroeg de party Faassen. Werd Nol op 8 manier niet opgehitst Er was iets gebeurd tussen Nol en eudrien in de Echuur van Faassen i de vader had ingegrepen op de anier, die hy het beste vond. Dat as immers zyn goed recht en ook jn plicht. Daarmee had die geschie mis dus afgelopen moeten zyn, at alle mensen van Heihoek of aar ook betrof. En als Nol toen ad gemeend, dat hem onrecht was .ingedaan, dan had hij zyn eerlijke sdoelingen aan de Faassens moeten men. Buitenstaanders hadden zich aar toch niet mee te bemoeien. Zo dachten de voorstanders van 'aassen orover. Heihoek kreeg al een slechtenaam de kranten door alle vernielingen a ruzies Die waren dan toch maar ntstaan sinds Nol van de boerderij 'aassen was weggejacgd. Dat kon iemand tegenspreken. Nardus, zeiden enkele Vullings- rienden, door durf van een groepje, o by toeval ergens, na veel glazen ior, gelyk gy het dan allemaal het esto weten wilt, moet gy nou eens uidelyk maken, wie de ophitsers ijn Eu wie de profeet uithangen in leihoek. Gy zelf misschien wel het rgst Zy praatten op de bekende invige dronkemanstoon, zo niks ;waad bedoeld. Heb ik ooit gezegd, dat ik alles iet beste weten wil antwoordde Tardus J5O0KS. maai ik *uoi wol, lat voor jullie het woord „profeet" icii scheldwoord is. Goed, noem my Jen profeet, daar word ik niet kwaad over en dan weet ik meteen ook het jeste antwoord en dat is dit: „Toen do ezel balkte, zweeg de profeet I" Nardus Boeks had al veel geruzie in deze streken beleefd. Hy wist daar alles van. Van vernielingen, gruwelijke vechtpartijen op haast alle Zon- en feestdagen, zware mis handelingen, sommige met dodelijke afloop. Waarom werd dat in het Wetboek niet in gewone taal moord genoemd Na negentien eeuwen Christendom en twaalfhonderd jaren nadat St Willibrord in deze streken het Evangelie opnieuw verkondigde, ver diende het katholieke Zuiden de bedroevende namen: Moord Brabant en het donkere Zuiden. Nardus Boeks had kranten verza meld van enige jaren. Met byvoorb overzichten van Vastenavond pret in deze streken, als: twintig ernstige vechtpartijen, twee doden en vele gevaarlyk gewonden. En zo meer, als het veelvuldig voorkomend vernielen van ruiten in de nacht. In een jaar had Noord Brabant 20 procent, of het vyfde deel van alle veroordeeldon in Nederland (het grootste deel daarvan in de Peel streek en de Meierij) en Limburg deed naar evenredigheid daarmee gelijk op. als er geen by doodbleven werd de vechtpartij op sommige plaatsen zelfs de vermelding niet waard geacht, had de overzicht schrijver er by gevoegd. Och, zuchtte Nardus Boeks. begaan met zoveel ellende van een laan peil van volksontwikkeling en volksbeschaving, wat is de geschie denis een mooie wetenschap. Ze biedt zoveel te leren aan. Maar helaas moest een wereldberoemd schrijver uitroepen: In de eerste plaats leert de geschtedenis ons, dat byoa alle mensen niets lezen. Hoe zwaar drukt die schuld op overheid en leiders Wat in Heihoek ir. volle gang was gebracht en door allerlei gestook in die vaart gehouden werd, moest wel brengen van erger tot. erger, daarop werd openlijk en meer listig nog en geniepig aangestuurd Vele Heihoeksen verkneukelden zich van plezier daarin. Er was wat. te doen In de Heihoekse herbergen iedere hoge uitzonderingen behoort. In de molkafdeling van het bedrijf is grondig spoelen en wassen de belangrijkste factor voor reinheid. Ook hier heeft men tot op zekere hoogte gebruik gemaakt van rubber- bekleding voor de diverse onderdelen. Aan do eerste eisen van melk hygiëne heeft men op deze wijze voldaan. Voor iedere veehouder is het daarom van belang geregeld op de hoogte te blyven van nieuws op het gehiod van stalverbetering. Bü iedero modernisering van het eig»n bndrijf verdienen de mod«rnRte toepassingen van rubber de aandacht; want, hygiëne in de stal is een volksbelang. Zondagavonden druk. Men hoefde nu niet 's Zondagsavonds terug te gaan naar het dorp, meer dan een uur ver, na daar smorgens al naar de hoogmis en vervolgens by alle hei- iigenhuiêjes onderweg aan te zyn geweest, om met een goed zatsel naar „de soep" af te zakken. Als er in Heihoek zo helemaal niets te beleven viel, dan moest men savonds zyn heil en verzet wel weer in de kom gaan zoeken. Gewoonlijk wist men er dan daags daarna niets meer van, hoe men in den nacht in zijn eigen bed verzeild was geraakt. Met verbazing vond men zichzelf daarin terug. De ogen open doende, dacht men niet anders, dan dat men ergens in een café in slaap was gesukkeld. Het viel niet mee, zo'n lange weg. Heihoek had geen kerk, dus moest mensmorgens wel naar de tienuurse hoogmis. Men deed immers zijn dingen. Och, zei Nardus Boeks, hoor je nu wel, hoe ze allemaal voor de vrede zyn Maar op hun eigen manier dan toch Wat zou 't hun tegenvallen als in Heihoek nu opeens de rust eens wederkeerde en er niets meer te beleven zou zyn En wy menen het immers toch zo goed 1 Ik heb nooit beroerder mensen gekend dan die soort, die altyd van zichzelf zeggen, dat zy het toch zo goed menen. Die woorden hangen bij hen heel vooraan in de mond. Maar zy doen altyd precies dat, wat een ander hindert, of zelfs hem leed berokkent. Het is by hen precies als by die soort van valse of domme waarheid- zeggers, die zo voor de vaste waarheid durven uit te komen, en anders op het moment liever op de plaats mogen doodvallen 1 Onze lieve Heer is veel te goed om hen aan hun woord te houden. Maar te vertrouwen zijn die dikdoeners in geen geval. De waarheid is zo eenvoudig en zo natuurlijk. Zo eenvoudig als Christus zelf als mens op aarde. Zo eenvoudig als Zijn Evangelie. Wie daar moeilijkheden in zoekt, probeert niets anders dan een uitlegging te vinden, die hem in zyn eigen ogen schoonwast. De echte waarheidzeggers gebruiken nooit dikke woorden. Gezegd is bij hen gezegd. Dan is het zo en daar mee uit. En zy, die vredelievende Heihoe kers dan, die gaan Zondags naar het dorp naar de tienuurse hoogmis, want zy doen hun dingen. Jawel aan de kienbank, aan de toeptafel, met de borrels en de glazen bier en een dik zatsel en 's avonds vechten veel erger dan beesten. De oude pastoor L. van de parochie O., een mensenkenner, een resoluut man, zei het ook dikwijls: „Jong, ais DOU viuuyv Kwoiolt, üau la dal niet mooi, dat wekt weerzin op en gerechtigd wantrouwen ook door haar levensgedrag, maar als een man kwezelt, neem je dan voor hem in acht, want honderd tegen een is hy een schoft. Onze Lieve Vrouw heeft niet gekwezeld en Christus, als mens op aarde, evenmin." Er zyn vele kerklopers, die bar slechte christenen zyn. Zie naar hun daden: de kapotte ruiten, de judas spelen jegens andere mensen, hun kwaadsprekerij, hun gelaster, hun bedriegerijen in handel en wandel, hun huichelarij en hun leugens, hun geflikflooi en hun gekruip tegenover machthebbers, hun Zondags en feest- dag8e vechtpartijen met zware mis handelingen of moord Hoe kwam het toch, dat Nardus Boeks in de streek zoveel ontzag inboezemde, in zoverre dat niemand iets tegen hem durfde te doen, behalve hem misschien met valse blikken te beloeren of een vuist in de zak tegen hem te ballen Waar hy niet eens op lette Nardus Boeks ging de dingen van het dagelijkse leven niet voorbij zonder er goed en rustig, voorzichtig wikkend en wegend over na te denken. Hy las veel. Dat was zyn geregeld avondwerk en zyn Zondag. Geen kletsverhaaltjes, of Hannes en Trien elkaar na zeshonderd bladzijden eindelijk krijgen zouden. Om te weten te komen misschien, dat zy van mekaars gemoed en het karakter na zes jaren vrijen nog niets hadden leren kennen, alleen wel en des te meer van wat anders, maar dat zy na veertien dagen te zijn getrouwd, al genoeg van eikaars karakter on gemoed wisten. Al veel te veel naar hun zin. Over vryen hoefden geen boeken meer geschreven te worden, dat was altyd op dezelfde manier gebeurd, zolang op aarde mensen geleefd hebben. Voor de maatschappij is het vrjjen ook niet van veel belang. Met de trouwdag begint dat belang pas Nardus Boeks las sterke boeken, over maatschappelijke toestanden, over cultuur en geschiedenis. En hij ging zyn weg, sprak heel eenvoudig weg zijn oordeel uit, na dat hy het voorzichtig gevormd had, viel nooit iemand persoonlijk lastig of hard, deed nooit iemand enig leed aan. Het moest al heel erg worden, als hy er toe komen kon iemand een hard woord toe te voegen, als dat van de balkende ezel en de zwijgende profeet. En dan bleef het nog een open vraag wie het begreep. Hy zelf schroomde niet op honderd vragen ook honderd maal te moeten antwoorden: ik weet het niet. Hy keek rond, las en dacht. Hij kon leven, uiterst sober, meer niet En meer had hy ook nooit verlangd. De geest betekende voor hem een oneindig hogere waarde dan het lichaam. De gebeurtenissen in de Heihoek hadden zyn volle aandacht. In Tinus Basten stelde hy belang en in Nol en in de maad van Faassen, dienaar Pruissen was getrokken. Tinus Basten tobde dag op dag erger over „zat van die" Hij liep als een geschopte hond Nol Berens maar achterna. Hier op het veld, daar op de hoek van een herberg, stonden ze met elkaar te smiesperen. In de herberg moest Tinus met Nol kaarten verloor twee keer van de drie en Nol tracteerde hem op borrels ?en bier. Tinus Basten'keek schuw rond als een opgejaagd dier. Waar haalde hy nog de centen vandaan om elke Zondag een paar café's te bezoeken? Men zou zeggen, dat hij er ging uitzien, alsof hij haast naar het gekkenhuis gebracht meest worden. Maar star bleef hy vasthouden aan zyn oude teksten. Hy wilde „zat van die" Ze moesten niet denken,' dat ze hem er tussen konden nemen. Vrouw Janssen wist niets, die had niet eens die weddenschap kunnen begrijpen. In zyn kop maalde het altyd om hetzelfde rond. En niemand kreeg iets anders uit hem. Evenals Nardus Boeks lette vrouw Janssen scherp op Tinus. Met haar goed hart had zy heel erg met hem te doen. Voor Nol Berends voelde zy angst, zy walgde van die loep Toch zat hy 't meest in haar herberg. Dat was zo geweest sinds zij weduwe was geworden. Soms kon zy een rilling van angst niet onderdrukken als by hinnentrad. Dikwijls zat zij or ep rustige dagön over te peinzen, of Nardus Boeks misschien voel meer wist en begreep van de geschiedenis in Heihoek en van Tinus Basten en Nol Berens. Maar hem daar naar vragsn, dat durfde ze niet. Nardus zag men niet in een herberg in Heihoek. Alleen als hy in de dorpskom moest zyn, legde hy wel eens aan in betere café's en jpraatte hij graag met de burgerij. De gewezen maad van Faassen had in Pruisen al kennis gekregen met een Limburger, die daar ook werkte en goed verdiende. Elke maand bracht zij een Zondag door by haar familie. Nu kwam haar „schatz" urne. In de namiddag kwa men zy dan geregeld een glas bier drinken by vrouw Janssen, op de Pruisische manier. In deze streken zou de hemel zyn ingevallen, als men een meid of een vrouw in een café by een glas bier had zien zitten, behalve op de kermis in een danslokaal of by een bruiloft, Dan mocht het vrouwvolk ramme len van gekheid, evenals hy spinnin gen, vlasbraken en boekweit dorsen, Dat was het oude gebruik. Het oude gebruik veroorloofde alles, ook dat het dier zich van de ketting lostiok. Buiten het oude gebruik gaf het geen pas „Schaand" Ja, zei Nardus Boeks, in die oude gebruiken, daar zat precies de schimmel in, die de morele grond van de streken verrot had. Mogelyk had er iets moois, iets hogers inge zeten by het ontstaan. Maar lelijk waren ze dan toch ontaard. Tieske, een heel oude dagloner drukte het altyd zo uit: Alleen door de gekkig heid van de vrollie, hielden die oude gebruiken nog zowat stand. Dat was ook het enig overgeblevene Uitroeien hoe eer hoe beter. De maad van Faassen (zo werd ze nog genoemd) met haar vrijer in de herberg van vrouw Janssen Bier drinken Op een gewone Zondag Waar bleef het fatsoen Men zou zeggen, dat Heihoek wel de weg opging van de „grote steej" of van het goddeloze Frankiiek, het moderne Babylon, of van de „socea- liste", gelijk men tegenwoordig zo dikwijls hoorde preken en in kranten las Hoe daarover geroddeld werd Het bracht Heihoek in rep roer. Men kon wel zien, dat dp wereld op haar eind liep 1 En een stel mansvolk, allen van Vullingsparty, eigenaardig- trok op een Zondagnamiddag naar de café van vrouw Janssen, om daar door het bot en bruut en liederlijk be schimpen van het paar, getuigenis af te leggen van de verontwaardiging en de diep geschokte gevoelens over de geschonden zedelijkheid 1 Met de „Schatz'..' Het paar bleef maar uit de herberg weg. Het besluit van het gezond verstand. Dat moest men opvatten als uiting van de landelyke eenvoud, als de onkreukbare trouw aan de aloude goede zeden, zo fezelden enkelen van de machthebbery. Gelukkig, dat de waarschuwingen tegen het rotte Frankrijk en tegen de socealisten, die volksbedervers, die rovers vaa geloof en godsdienst en gehechtheid aan goede zeden, weerklank hadden gevonden. „Landelyke eenvoud", zei Nardus Boeks. Waar bestond die Ook weer zo'n nagewauweld prakkezeersel om de massa maar laag by de grond te houden, al werd die daardoor dan ook gestijfd in al wat niet deugde! Was dat „landelyke eenvoud", dat het mansvolk van de boerderijen 's Zondags naar de Vroegmis trok mot de mestkaren van 's Zaterdags aan en de mestklompen met uitbos- send stro erin aan de voeten, en dan zo ver als het kon achter onder de toren op de vloer ging liggen met de rug tegen de muur, en met de kieps voor het gezicht een uurtje doorbracht met kletsen en giechelen Gehecht heid aan aloude goede zeden, jawel Zulk volk bleef de gewoonte getrouw, diep onderdanig tegen die macht hebbeiy „ja-en-amen" te prevelen. En hoe waren dan in 's hemels naam al die geraffineerde gemeen heden en zelfs liederlijkheden onder de massa van deze streken met „eenvoud" te rijmen? Laat de gestudeerde mensen over het algemeen maar eens proberen, zulke streken en bandieteryen uit te prakkezeren als hier heel gewoon zijn, meende Nardus Boeks. Hy had wel begrepen, dat menig man van hoog aanzien en roem, van grote geleerd heid en kunst, menig mens van adellijke geboorte, in hart, gemoed en geest veel eenvoudiger was dan velen van de me nsen in deze streken, zonder in mestklompen naar de Vroegmis te lopen of 's nachts by anderen de ruiten kapot te gaan met geconfijie vruchien, rozijnen, krenten en suiker KOSTELIJK 200 gram samen voor Hr «f zeer voordelig 100 gram 43 middel 2 (let op de prijs...!)literblik 250 GRAM HEERLIJKE BANKETBAKKERS KOEKJES (van 60 ct) bij elke fles gooien. Voor die vroegkerkgangers brak het uur van zich wassen en kleden pas aan tegen de tyd, dat hun herbergbezoek begon en met zuipen en vechten eindigde. Op den uiterlijke schijn kwam het niet aan hielden die machthebbers hem wijs voor. Neeü, stemde Nardus Boeks dade lijk toe. Maar waar begint „de uiter lijke schyn" dan, bij het aantrekken van de mestkleren, enz. het vernielen en het roddelen en ophitsen en bedriegen en vechten, of by de kerk gang? Die soort machthebbers hadden het op Nardus Boeks niet begrepen. Hy las veel te veel, Zoveel goede boeken bestonden er immers op de hele wereld niet Dat hy de pas gekomen almanak maar eens las, met dat roerend schone verhaal over de franc masons, die voor geld hun ziel aan de duivel verkochten en dan het volk gingen bederven door het de eerbied voor het gezag en de trouw aan de goede zeden te ontroven, met de bewering, dat zy het volk wilden ontwikkelen en beschaven en de maatschappelijke en zedelyke toestanden verbeteren. „Zijn allen, die dat willen, franc magons", vroeg Nardus Boeks. Wordt vervolgd. In 1939 en 1940 kon een overwel diger een verdeeld Europa onder de voet lopen. Wanneer, wat God verhoede, op nieuw een dictatuur de hand be gerig wil uitstrekken naar de volken van het Westen, dan zal deze één gezamenlijk verdedigingsblok van alle vrye naties tegenover zich vinden. De kracht van deze verdediging neemt met de dag toe. Zij heeft ons tot nu toe reeds behoed voor de ver schrikking van een nieuwe oorlog. Mochten wy werkelijk aangevallen worden, dan zal zy ons behoeden voor de grootste ramp: overwonnen en uitgeroeid worden. Onze uitwendige verdediging groeit in kracht en aantal. Maar wat staat er achter deze ver dediging Een binnenland dat naar believen door een 5e colonne kan worden ge terroriseerd Een land dat in weinig dagen door bombardementen en se colonne in een chaos kan worden veranderd Een volk dat weet, dat het tegen barbaarse aanvallen weerloos is en moreel instort Indien dit zo is, dan hangt onze verdediging in de lucht. Een onbe veiligd achterland is de ondergang van het sterkste leger. Daarom moeten wy ons Binnenlands Front veilig stellen en wel zo vlug mogelyk. Nationale Reserve, Reserve Grens bewaking, Reserve Politie, Korps Luchtwachtdienst, Bescherming Bur gerbevolking, zy samen vormen dit Binnenlands Front. Van al deze diensten kan er niet één worden gemist. Zy moeten zo snel mogelyk hun vereiste sterkte be reiken. Daarvoor zyn mensen nodig. Mannen en vrouwen, die behalve hun persoonlijke belang ook het grote gevaar zien, dat ons allen bedreigt. Mensen zyn er nodig meteen over tuiging en die voor die overtuiging uitkomen, niet alleen met woorden, maar vooral door daden. kunt U reeds in -het bezit komen van een prachtige woonkamer, een magnifieke slaapkamer, of een degelijke keuken. En wat voor U zéér belangrijk is U behoeft bij de aankoop niets aan te betalen. Schrijft U vandaag nog onder No. 3415 aan bureau Peel en Maas en U krijgt direct alle gewenste inlichtingen. VERKOOP RADlO REPARATIE PHILIPS, N S F. en andere merken. Vraagt demonstratie. Ook op afbetaling. Op electro-fechnisch gebied alles te leveren. Prachtig beukenhout nergens zo mooi, glazen inzetpotten, glazen badhuisjes, Fonteinen alle maten, Alle Vogelzaden als merel- en lijster voer, tortelduivenvoer, kanarie zangzaad, krachtvoer en schelpenzand, parkietenzaad, enz. mooie sortering. Verder in voorraad thermometers, vuil- hevels, vangklokken, tubbefix, zeefjes en glaasjes, glazen voederringen, kaboutertjes, alle visvoéders, Vi8wil, Wawil, Prico Sluis en 2, Hykro, enz. mooie Goudvis Vogel- en duiven- vrienden, met ditnatte weer regelmatig bodemwit gebruiken Bodemwit, Ducalwit, kracht eiwitgrit, roodsteen, enz. Van Drie Duifjes, Geco alleen verkoop voor Venray Voor al de hierboven vermelde artikelen naar Venray's eerste en meest bekende zaak op dit gebied Langstraat 46 Telefoon 731 Een emigrant, aan boord van het 8 s. Fairesa, schrijft in de Volkskrant het volgende Als emigrant, varende op de „Fairesa" met bestemming Australië, hier iets over de wyze waarop wy emigranten met dat schip worden vervoerd. Dit is bedoeld als waarschuwing voor diegenen (hoofdzakelijk gezinnen) die eventueel op dit schip zouden boeken. Op 29 November vertrokken wy uit Rotterdam naar Bremen, om aldaar nog een paar honderd Duitsers by te stouwen. (Ik begryp niet, dat vervoer van deze mensen niet gelijk tijdig op een afzonderlijk schip kan geschieden). Ik sta daar vry nuchter tegenover, maar kan my voorstellen, dat mensen die zeer slechte ervaringen met deze lieden hebben opgedaan, niets van hen kunnen verdragen en dat de minste of geringste wrijving fatale gevolgen kan hebben. Meer speciaal wilde ik echter wijzen op de accomodatie: myn vrouw met 5 kinderen zijn ondergebracht in een „slaapzaaltje" (afmeting 5x3 meter) Dat zou een behoorlijke ruimte zyn voor een dergelijk gezin, maar leest u goed, daar zyn gehuisvest 16 per sonen plus 3 baby's met ledikantjes, plus de bagage van al deze mensen waar geen bergkastjes voor zyn, wel die geadviseerde hacgstoeltjes. Ik zelf en mijn oudste zoon (8 jaar) zyn ondergebracht in een der slaap ruimen. Ik persoonlijk kan mij daar uitstekend in schikken. Myn waar schuwing is echter bedoeld speciaal voor gezinnen, daar deze toestand voor hen gedurende vyf weken on houdbaar is, om dan niet te spreken van de geestelijke en morele gevaren die hier voor de kinderen in schuilen. Er is dan ook geen sprake van, dat men na de voorbereidende ambtelijke zenuwslopende emigratie-beslomme ringen op de boot enigszins op verhaal zou kunnen komen. Het tegendeel is waar Deze accomodatie is in vergelijking met andere slaapruimte nog een be voorrechting. De Volkskrant schreef over het schandaal Stichting Landverhuizing Nederlandmaar daar is ieder die emigreert ten volle van op de hoogte. Dat velen op dergelijke wyze op transport worden gesteld, was voor velen met mij een grote teleurstelling. Ik weet my zeer goed aan te pas sen en verwacht heus geen eerste klas vervoer, maar wel een redelijke behuizing, althans voor de vrouwen en kinderen. Het wordt mijns inziens hoog tyd, dat het grote landsbelang emigratie in handen zal worden gelegd ener organisatie, die ten volle voor haar taak berekend is. Een woord van waardering voor de correcte, hard werkende Italiaanse en Hollandse bemanning, die ons van prima voedsel voorziet, is hier op zyn plaats.

Peel en Maas | 1952 | | pagina 6