De problemen van deze tijd. Alle legen Pitfs Vastelaovend 1952 VENRAY VOORUIT WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN PRulRpSr KWARTAAL f L25 Buiten Venray f 1.45 George VI j ORGELHOEKJE ZATERDAG 9 FEBRUARI 1952 No 6 DRIE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG TEXTIEL is goed en goedkoop PEEL EN MAAS DRUK EN UITGAVE FIRMA VAN DEN MUNCKHOF GROOTESTRAAT 28 TELEF. SI2 GIRO 150652 Deken Bemelmans en Deputé Peters bespraken belangrijke problemen. Als er een verslag gemaakt moet worden van de Dinsdag gehouden kringvergadering van de L.L.T.B. is dat een moeilijke opgave, omdat hier twee sprekers een reeks van proble men behandeld hebben, waarmede practisch wel enkele nummers van Peel en Maas gevuld konden worden. Deken Bemelmans, de bondsadvi- seur en Deputé Peters warén de twee sprekers, die op boeiende wijze, ieder op hun terrein, het talrijke publiek, iets boeiends te vertellen hadden. Godsdienstige verheffing Deken Bemelmans meende, dat als het statutenpunt aan de orde kwam, waarin vermeld staat, dat de L.L.T.B. wil werken aan de geestelijke ver heffing van de Boerenstand, dat daar dan op de eerste plaats bedoeld wordt de godsdienstige verheffing. Want zoals do Kerk door haar zending het gezin krachtens de natuur leiding geeft, zo moeten ook de standsorga nisaties de mensen dichter tot Q-od brengen. In een standsorganisatie kan men, zoals practisch nergens, geen neutraal standpunt innemen. Het liberalisme en het neutralisme in het verleden hebben aangetoond, dat men dan op de verkeerde weg is, dat dit slechts leidt tot vervlakking, ja zelfs tot afval. Wat kan dan de L.L.T.B.-afdeling doen voor de geestelijke verheffing van haar leden, en door hen van het gehele volk. Op de eerste plaats de Kerk en het gezin bevestigen in die zin, dat men deze beide instituten hooghoudt in een tyd waarin beide aan vervol ging en vergruizing bloot staan. De oude Christelijke waarden, overge- kregen van onze voorouders bewaren en doorgeven, Daar is verder een steun aan andere standsorganisaties, vooral op eigen terrein, zoals de boerinnen-, jonge boeren- en jonge boerinnen- bonden. Zy zjjn de hoop van de toe komst. Hen moeten we helpen zoveel als in ons vermogen ligt. Dan is er verder de organisatie in eigen kring van winterprogramma's, waarin vol doende plaats is voor godsdienstige ontwikkeling en verdieping. De kennis van hun godsdienst is bij de meeste boeren niet voldoende voor de tyd waarin wy leven. En tenslotte moet de boer de Christelijke levenspraktijk bevorderen, door een stipt zich houden aan de Zon- en Feestdagen, door retraites te bezoeken, door de Mariafeesten hoog te houden. Deken Bemelmans wees op de ge weldige vervlakking die we kennen in deze ty'd en die langzaam maar zeker ook in Limburg doordringt. Het zullen de boeren zyn, die hier tegen een dam moeten opwerpen, die oude schone tradities hoog moeten houder.. Dat kan alleen als zy hun godsdienst beleven, sterk staan en weten wat het uiteindelijk doel van hun leven is. Het Provinciaal Bestuur - en de Landbouw Deputé Peters beantwoordde de vraagWat kan het Provinciaal Be stuur doen voor de welstand op het platte land. In zijn inleiding betoogde spreker, dat het Provinciaal Bestuur te zorgen heeft voor het algemeen welzijn, dus ook voor het welzijn van de Limburgse boeren. Zy erkent daarbij dankbaar het werk der standsorganisatie, die de boer uit de armelijke omstandig heden, waarin hij 50 jaren geleden leefde, tot de betrekkelijke welvaart van heden heeft gebracht. Daarnaast erkent zy het grote belang van de boerenstand voor de voedselvoorziening, een belang wat tot uiting komt in de 132G millioen gulden, die Nederlandse landbouw producten opbrachten bij de export, tegenover een invoer van ruim 330 millioen. Het Prov. Bestuur heeft dus tot taak de omstandigheden voor een bloei van het algemeen welzijn zo gunstig mogelijk te maken, zowel op materieel als op geestelijk terrein. Zij wordt daartoe voorgelicht o.m. door de Prov. Griffie en door Prov. Waterstaat, waar sinds kort ook een landbouwkundig ingenieur een plaats gekregen heeft. Proy. Waterstaat heeft te zorgen o.m. voor wegen en waterlossingen. Het verkeer is na de oorlog veel groter en intensiever geworden en stelt al langer hoe meer eisen aan de wegen. Daar tegenover staat, dat de wegen kapitalen ver slinden. Wegen van f 200.— per meter zijn geen zeldzaamheid meer. De wegen zyn verdeeld in primaire, die geheel voor kosten van het Rijk komen, secundaire, waarvan het onderhoud voor Rijk en Provincie is en tertiaire, waarvoor de gemeente heeft te zorgen. In 1952 staat een herziening van het tertiaire wegenplan op het pro gramma, waardoor de mogelijkheid tot verbetering vooral van de bóeren- wegen groter wordt en waarmede dus ook een boerenbelang gediend is. Even wees spreker ook nog op de grote Peelweg, die gaat lopen van Zuid naar Noord door de Peel en vandaar aansluiting geeft via Noord- Brabant (Oss) naar Utrecht. Aan de Prov. wegen wordt dit jaar f 1 600.000 besteed. Een andere taak van Waterstaat is de Maaeovergangen. De veren in Noord Limburg betekenen een gewei dige vertraging voor het verkeer, terwijl zy bovendien by na 3.5 ton extra belasting betekenen voor deze streken. Buitengewone financiële moeilijk heden hebben de nieuwe brug by Well voorlopig onmogelijk gemaakt, maar de verbetering van de brug by Gennep is reden tot verheugenis. De brug by Well zal men echter in deze streken in het oog moeten blijven houden. Elect riciteit Ter bevordering van het algemeen welzijn heelt het Prov. Bestuur ook opgericht de zgn. nutsbedrijven, waarvan de P.L E.M. wel een der meest becritiseerde is in deze streken. Men moet echter niet vergeten dat de P.L.E.M. een distributiebedrijf is van de Staatsmijnen, die 2/3 zelf gebruiken en 1/3 ter verdere distributie Limburg aan de P.L.E.M. over geven. Het electriciteitsverbruik is echter en door de Staatsmijnen en door de particuliere verbruikers in die mate toegenomen, dat een uitbreiding dringend nodig is. Mede hierdoor en ook omdat men niet afhankelijk wenste te zyn van de Staatsmijnen heeft men 'daarom voor 2 jaren be sloten over te gaan tot de bouw van een eigen centrale, die maar liefst 45 millioen kost. Men klaagt hier, vooral achteraf, dat de P.L.E.M. zo weinig nieuwe aansluitingen maakt. Maar men moet niet vergeten, dat 94 pet. v. Limburg reeds is aangesloten, terwijl de cijfers voor Noord-Brabant, Noord-Holland. Utrecht en Zuid-Holland hiervoor resp. zyn 89, 98, 97 en 96. De aansluiting van de resterende 6 pet. zou voor Limburg byna 15 millioen kosten. En dit geld zal ergens vandaan moeten komen. De tarieven kan men niet verhogen om dat dit practisch neer komt op de prijsverhoging voor grootverbruikers, waardoor we industrie afstoten in plaats van aantrekken. Daarom heeft het Prov. Bestuur besloten om uit de door de P.L.E.M. gemaakte winst ieder jaar een bedrag voor deze aansluitingen te reserveren Intussen is reeds een potje van anderhalf millioen gevormd. Hiermede is men er echter nog lang niet, want de materialen worden iederen dag duurder en zo zal het onrendabele deel van de leidingen ook iedere dag groeien. Daarom geeft het Provinciale Bestuur enige honderden guldens subsidie per aansluiting, terwijl bo vendien de Gemeente ook f 250. per aansluiting beschikbaar kan stel len. Hoewel de kosten dan nog hoog zyn, is er toch het mogelyke gedaan voor aansluiting en ligt het aan eigen initiatief en aan de materiaal- positie of binnen afzienbare tyd geheel Limburg ge-electrificeerd zal zyn. Gas- en watervoorziening Ook hier heeft het Prov. Bestuur zyn zorgen voor. LIMA verzorgt de gasvoorziening in Limburg en al is het waar dat de prijzen hier hoog liggen, men moet niet vergeten, dat de aansluiting voor Noord-Limburg zeer duur was. Voor kleinere plaatsen bestudeert men op het ogenblik de mogelijkheid van propaangas, dat goedkoper kan worden aangesloten, De waterleiding breidt zich ook uit, omdat het drinkwater de meeste plaatsen niet aan de eisen voldoet, materiaalschaarste belet echter een grote expansie. Ruilverkaveling Kan men bovenstaande punten meer zien als ten algemene voordele, de landbouw op zich zelf heeft ook de aandacht van het Prov. Bestuur, dat in verschillende commissies be langrijke agrarische vraagstukken laat bestuderen en uitwerken. Een van de voornaamste is hiervan zeker de ruilverkaveling. Negen ruilverka velingen zyn al klaar, acht staan er nog op stapel met een totale opper vlakte van 9600 ha, terwyl er nog 30 aanvragen liggen met een opper vlakte van 25.000 ha. Gewoonlijk krygt het Prov. Bestuur hierbij heel wat te horen, omdat de wet nu eenmaal voorschrijft, dat zy, die niet aanwezig zyn op de beslis singsvergadering, als voorstemmers gelden. Maar hieraan kan het Prov. Bestuur niets doen, omdat dit nu eenmaal een wettelijk voorschrift is, dat per slot van rekening toch wel reden van bestaan heeft. Dit is echter een zeer uitgebreide materie slechts in Wanssum is men hiermede doende, zodat een uiteenzetting van deze kwestie op dit moment weinig waarde heeft. Ontgrinding Eenzelfde probleem, wat hier niet zo zeer spreekt is de ontgrinding van de uiterwaarden, die ieder jaar 35 ha goed weiland doen verloren gaan. Hier geldt echter een landsbelang daar de behoefte aan kiezel voor woningbouw en wegen byna 4 mil lioen ton per jaar bedraagt en voor 85 pet. uit deze uiterwaarden komt. Toch probeert het Prov. Bestuur dit verlies te compenseren voor de be treffende boeren en op de een of andere wyze weer weidegrond voor hem terug te winnen. Yerdroging en rerstuiving Een ander probleem, dat vooral in 3ze streken van groot belang is. Heeft men zich vroeger vooral blind gestaard op de waterlossmg, gezien de resultaten, zal men in de toekomst beter van waterregeling kunnen spreken. Er kan ni6t ontkent worden, dat men door de diepe beken inderdaad te veel vocht onttrokken heeft, maar dit kan niet in een, twee, drie ver anderd worden. Integendeel. Er is een studie commissie gevormd om de waterregeling te bestuderen en hierby kan de landbouwkundige ingenieur bij de "Waterstaat veel goeds doen. De waterhuishouding van de Lollebeek een studieobject, dat voor de boeren van de Peelontginningen van grote waarde kan zyn. Verwerking van huisvuil De uitbreiding der steden, die zo jregeld wordt, dat hiervoor de slechtste stukken grond worden nomen, vragen toch ieder jaar meer grond. Daarvoor wordt aan de steden gevraagd het huisvuil als compensatie te geven voor het maken van com- jost, dat ter beschikking komt der lagere gronden. Hiervoor zyn plannen in voorbereiding en het is de bedoe ling dat een compostfabriek komt in Midden-Limburg, waardoor vervoer en verwerkingskosten zo laag moge lijk worden. Ontginningen Door de Maaskanalisatie brokkelt ieder jaar 5 ha af. Hiertegen weinig te doen, daar Rijkswaterstaat in deze practisch onmachtig is. Wat de ontginningen betreft, kon gezegd worden dat 34 000 ha woeste grond nog te ontginnen zijn, waarvan 10.000 ha voor bosbouw kunnen worden aangewend. Planologische Dienst Woonde in 1850 in Limburg 93 8 persoon per km2, in 1950 was dat cyfer 334. Voor Nederland in zyn geheel bedroegen die cyfers resp. 93 8 en 309. We zien dus dat we in Limburg nog een sterkere bevolkings groei hebben als in Nederland zelf. Toch is er practisch geen grond bij gekomen, want de 500.000 ha, die zijn gewonnen gingen weer verloren door stadsuitbreiding enz. Deze bevolkingstoename eist ontspannings gelegenheden, scholen, kerken, wo ningbouw, en als deze niet volgens bepaalde richtlijnen gebouwd en ge legd worden, dan kost dit niet alleen boerengrond, maar ook kapitaal, door meerder aanleg van gas etc. De Planologische Dienst waakt voor al deze gevallen en het kan gezegd worden, dat deze dienst angstvallig waakt voor een verdere afbrokkeling van boerengrond. Woningnood De bovengenoemde sterkere bevol kingsuitbreiding (40 pet. boven het gemiddelde) stelt zyn eisen aan de woningbouw. Door de oorlog zyn we ver achter geraakt, zodat in 1949 199 pet. woningnood in Limburg heerste, tegen 12.1 pet. in Brabant en 5.3 pet. in Groningen. Het gemiddelde van Nederland bedroeg 12.4 pet. In de jaren '45—'46 heeft men het bouwen vrij gelaten, voor zover er arbeiders en materiaal aanwezig waren. Dit heeft gekke dingen te zien gegeven. In de door de oorlog verwoeste gebieden kon practisch niet gebouwd worden. Andere gemeentep bouwden 68 woningen, terwyl ze er maar 33 te kort kwamen. Een gemeente, die 567 woningen te kort kwam. bouwde er daarentegen maar één en by de later gehouden enquête bleken 26 gemeenten niets gebouwd te hebben, ondanks het feit, dat zij 1502 woningen te kort kwa men. Hier moest dus regelend worden opgetreden en dat heeft het P.B, gedaan. Het enigste resultaat is geweest een maximum aan ontevreden bur- meesters, om de doodeenvoudige reden, dat ook het P.B. slechts 11 12 pet. van de woningnood lenigen kon en een dergelijke koek is gauw opgedeeld. Men mag echter ook niet vergeten, dat 1 tiende deel van wat in Nederland is gebouwd, in Limburg is neergezet. Welstand Nauw verband met de woningnood houdt ook de welstand. Door de P B. is een contactorgaan gevormd, dat de welstand bestudeerd. En die ligt in Limburg niet gunstig. Een Limburger is ryk f 774 bezittingen. Een Brabander f 1000, een Drentenaar f 1100 en bewoners van Zuid Holland f 2000. Zoals blijkt, steken we wel erg af. De betekenis van de cyfers blijkt in deze dagen, nu er geld aangetrokken moet worden en de armste 't snelst zijn uitgekocht. Nu de woningnood enkel blijft bestaan door het gebrek aan geld en er overal geleend moet worden, nu is de Limburger „minder waard" als byv. een Brabander en kan dus minder geld krijgen, waardoor de werkloosheid by de bouwvakken weer groter wordt, kortom, waardoor het gehele welvaartspeil nog meer daalt. Berékeningen van dit contactorgaan hebben aangetoond, dat 40,4 pet. in Noord Limburg in 1970 werkloos zal zyn en geen bestaan in eigen land kan vinden. Al is het nu zo, dat Bergen en Gennep op dit moment er slechter voorstaan als Venray, Horst en Helden, in 1970 zullen laatstgenoem de er het ergste aan toe zijn. Daar helpen slechts de volgende middelen tegen: A. Ontginningen, bier is echter byna alles op en kan op geen verdere uitbreiding gerekend worden; B. Intensivering der bedrijven. Inderdaad is op dit gebied wat mo gelijk, maar de boeren zullen in de toekomst er rekening mee moeten houden, dat hun bedrijf slechts door een der kinderen aangehouden kan worden. D9 anderen moeten, ofwel emigreren, ofwel omschakelen naar industrie. C. Emigratie. Hieraan wordt nog te weinig gedacht door de Limbur gers. Met de feiten voor ogen, dat in de toekomst geen bestaansmoge lijkheid is, dient men zich wel te realiseren, dat deze slechts ligt in het buitenland en dient, na 'n goede voorbereiding, die weg ook gekozen te worden. D. Industrialisatie. Dit onderwerp is reeds vele malen besproken, maar men vergeet maar al te gauw, dat dit geen zaak is van twee jaren, maar langdurige voorbereiding kost; er moeten industrieterreinen worden aangelegd, voorzien van alle accomo- datie. De jeugd moet omgeschoold worden tot vaklui en op de derde plaats moeten er levensvatbare ndustriën komen, die de concurrent ie in het buitenland aan kunnen. Dat eist overleg, ambachtsscholing en deskundigheid van het personeel. Dat dan wat te bereiken is, bewijst het Zwitserse voorbeeld, dat m dezelfde omstandigheden als wy, toch goed de kost kan verdienen. Maar dat eist jaren en nog eens jaren en het zyn de mensen zelf, die hier ook eens aandacht aan moeten besteden en die toch moeilijk van de overheid kunnen eisen, dat er fabrieken komen als men zelt geen vakman is en geen arbeidsprestatie weet te leveren. Subsidies. Aan 't slot van zyn zeer interessant betoog wees Deputé Peters er op, dat het P.B. het particulier initiatief dikwijls nog steunt door subsidies Het mooiste voorbeeld is daarvan wel het bijzonder onderwijs. Jammer genoeg is hierby 't kleuteronderwijs totaal verwaarloost. In Limburg krijgt iedere kleuter f 9 terwyl in 't „arme" Drente f 32. wordt uitbetaald. Voor 't openbaar onderwys aan kleuters wordt in Nederland gemiddeld f 112 per leerling betaald, zodat Limburg, wat dat betreft, wel erg achteraan komt. Verder wees hy op de subsidies aan andere soorten onderwys als B. L.O. e.a., alsmede de steun aan het landbouw en huishoudonderwijs. Spr. besloot met de opmerking, dat het P.B. als zodanig al 't mogelyke doet om geheel Limburg en gezien de buitengewone omstandigheden ook en vooral Noord Limburg naar boven te brengen. Samenwerkend met gemeenten en Btandsorganisaties kan dit tot een goed einde komen. Deken Berden, die eveneens op deze vergadering aanwezig was, dankte beide sprekers, die ieder op hun terrein de mensen weer iets geleerd hadden. Bii dit dankwoord sloot de Voorzitter Rutten zich aan en nadat nog enkele huiselijke mededelingen waren gedaan, werd deze goed be zochte kringvergadering gesloten, win onverenigbaar geacht met het bekleden der koninklijke waardigheid. Edward trad af. En tegen al zyn wensen en ver wachtingen in moest George de kroon van het Britse Imperium aanvaarden. En het was voorzeker geen lichte taak. Toen hy de regering aanvaardde, dreigden reeds donkere wolken. En weldra barstte het onweer over Europa over de wereld los. Bommen barstten in Londens straten, gehavende resten van het Engelse leger redden zich ter nauwernood uit Duinkerken. Weldra was de „Battle of Britain" in volle gang. De vrede bracht weinig verlichting. De economische dreiging hing zwaar over Engeland. De zon scheen niet voor George VI, hy moest zyn troost putten uit de wetenschap dat ook achter de wolken zy nog haar stralen uitzendt. Dit alles schaadde zyn gezondheid. Het kon niet langer verborgen blijven, dat de Koning lijdend was. De foto's de kranten toonden een zieke man, die zich slechts door wilskracht en plichtsbesef staande hield. Een riskante operatie bleek nood zakelijk. Koning George nam gedeel telijk zyn taak weer op. Hy zag zijn oudste dochter, die zoveel met haar vader gemeen had, getrouwd met de man van haar keus, Philip van Griekenland. Hii mocht zich verheugen in de aanblik van zijn kleinkinderen. Op 56 jarige leeftijd is plotseling overleden George VI, Koning van Engeland. Hy zal worden opge volgd door Kroonprinses Elisabeth Is met George, Koning van Engeland, een groot vorst heen gegaan Hy begeerde noch verwachtte de kroon. Zyn broer, Edward, zou Koning George V opvolgen en deed dat ook als Edward VIII. De jongere broeder zal ongetwyfefd een zucht van ver lichting hebben geslaakt toen zyn theoretische kans op het koningschap (nog vrij groot dank zy Edwards ge woonte met opvallende regelmaat'van zyn paard te vallen) met de troons bestijging van de Prins van Wales vrijwel verdween. Zyn leven zou tóch wel gevuld zyn met representatieve plichten, maar in ieder geval zou hij nog gelegenheid genoeg hebben om rustig te vertoeven in de huiselyke kring met de vrouw van wie hy zoveel hield, de kinderen, die hem zo lief waren, en zijn eigen leven te leven, ver van de vermoeiende beslomme: ringen van het Hof. Het mocht zo niet zyn. Edward deed, wat George zonder twyfel zelfs nimmer zou hebben over wogen hy gaf zyn koninkrijk pry's voor een vrouw. Zijn huwelijk met de gescheiden Amerikaanse, Mrs. Wallis Simpson, werd door de regering Bald- HannesWat dunkt ow van enne neeje orgel ien de Groëte Kerk, Driek DriekJa, wat zak dorvan zegge Meej dunkt, dat ie biëstig veul geld kost, Hannes. HannesJao mer, Driek, ien Rooi zit toch nog wel geld. DriekDa'k wiët wel jong, mer die 't maeste hebbe, kunne d'r duk 't slechts van scheie. HannesMer as ze allemaol wat doen, dan kumt 't geld toch wel beej en, dunkt me. As nou is iedere volwasse mins mit de Vastelao- vend ién potje bier of iën borreltje minder droonk ofiënsegaar min der smokte en ie deuj dat geld ien 't Grgelbuske, dan brocht dat enne hiële kwak op. Driek dat hedde goed, jong, dat zul le we ze dan mer anraoje. Ik zeg mer: BOUWT MIT AN OWWEN ORGEL Gironoemer: 576604 Onder de schetterende muziek van de Raodse Blaoskapel, kwam dan Zaterdag de nieuwe Prins Carnaval 1952 zyn intrede doen, en tot ieders grote verrassing bleek hy zyn bewind te gaan voeren onder de titel van Z K.D. Prins Lei I. Voor zover wy het kunnen beoor delen zal L. Rutten wel voor zijn taak berekend zyn. Toch zal j'uist zjjn taak buitengewoon zwaar zyn als niet iedereen meewerkt om Vastelaovend 1952 ten volle doen slagen. Verenigingen en firma's, particu lieren en clubs, iedereen moet mee helpen om van deze Vastelaovend weer een echt fees^ te maken, waar men tot uren in do omtrek over praat. Niet alleen financieel, maar ook daadwerkelijk moet Uw hulp zyn. In de optocht kunnen nooit genoeg wa gens en groepen meedoen, aan de boerenbruiloft ontbreken tientallen bruiloftsgasten. Laat ook deze vastel aovend overduidelijk tonen, dat samenwerking veel vermag. Maar we hadden het eigenlijk over Cirkus Mök. Genoeg zy daarover ver teld als we zeggen, dat de Spurrie- mökken goed voor de dag kwamen dat de clowns en de muziek de stem ming er in brachten, dat het wilde beestenspel iedereen deed griezelen, kortom, dat het weer een echte gala voorstelling was, met veel plezier en veel dwaze dingen. Alleen een punt was in alle ernst en dat was het dringende beroep op medewerking, dat ook hier weer meermalen naar voren kwam. Donderdagavond kon men die mede werking tonen in de grote vergadering van alle verenigingen in hotel de Zwaan, waar nog rustig meer mensen hadden kunnen komen. Zij die er waren hebben gelukkig voor het overgrote deel hun medewerking toe gezegd en de rest zal nog wel eens apart bewerkt worden. Al met al is het resultaat van die vergadering, dat ook voor de optocht nog genoeg animo bestaat en de des betreffende commissie gaat Zondag al zitting houden in hotel de Zwaan, om liefhebbers met raad en daad bij te staan, Zy die dus moeilijkheden heb ben kunnen daar terecht. Over het Prinsenbal is nog geen nieuws te vertellen, maar hierover volgen binnenkort nadere mede delingen. Er bestaan wel plannen om van dit bal nu eens echt iets aardigs te maken en we zullen dus maar rustig afwachten. gebeurt elk jaar niet alleen hier, maar in honderden franciscaanse kerken, in Europa, in Noord- en Zuid-Amerika, ja, over heel de wereld. Is dat niet wonderlijk, dat Sint Antonius al zeven eeuwen lang, we mogen gerust zeggen by alle volken, tot de meest geliefde en meest aan geroepen heiligen behoort Zeker, mén hoort wel eens de een of ander, die zich met minachting over onze Antoniusverering uitlaat, als een devotie, goed voor onze grootouders of voor de aller eenvou- digsten onder ons, maar waar een ontwikkeld katholiek van deze tijd zich toch boven voelt staan. Gelukkig, is 't maar een enkeling die zo spreekt en we geven direct toe, dat we niet mogen blijven staan bij de verering van Sint Antonius, of van welke heilige dan ook en dat in onze godsdienst niet Antonius, maar Christus' Offer de voornaamste plaats moet innemen. We zyn er zelf ook vast van over tuigd, dat in onze tyd, waarin de traditie niet meer zo'n belangrijke factor is in 't geloofsleven als voor heen, omdat zeer velen in een ander maatschappelijk miljeu, of zelfs in een heel ander werelddeel moeten leven als hun ouders, vooral de allervoornaamste geloofswaarheden telkens weer naar voren gebracht moeten worden.. Want daaraan kun nen we 't best ons leven verankeren als alles om ons heen verandert, maardaarby moeten we niet vergeten, dat de verering der heiligen en dus ook de verering van Antonius een uiting is van zo'n belangrijke geloofs waarheid, nl. van ons geloof in de gemeenschap der heiligen. "t Kan wel eens gebeuren, dat de een of andere vrome ziel de juiste rangorde uit 't oog verliest en by zijn Antoniusoverering O. L. Heer als 't ware vergeet, maar daar staat als een onomstotelijk feit tegenover, dat vele gelovigen by Antoniu6 verhoring van hun gebeden vinden dat zy door die verhoringen in hun godsdienstig leven, in hun Godsvertrouwen worden gesterkt. o— Deze week Dinsdag begint onze noveen. Wie enigszins kan, moet natuurlijk 's morgens 6erst 't H. Misoffer komen meevieren. Om 7.30 is de plechtige Hoogmis, 's Avonds om 7.30 is 't plechtige Antoniuslof met de Noveengebeden en predikatie. We zullen dit jaar in grote lijnen 't leven van Sint Antonius nagaan en aan de hand van de voornaamste feiten daaruit, zullen verschillende aspecten en problemen van 't chris telijk leven behandeld worden. Pater GARDIAAN. Een van de gebeurtenissen in de Paterskerk, is elk jaar weer de grote Noveen van negen Dinsdagen ter ere van Sint Antonius. Is 't op de andere Dinsdagen door 't jaar altijd drukker in de kerk dan op de overige door de weekse dagen, met de grote Noveen is er elke Dinsdagmorgen een echt feestelijke drukte. Ook in het St. Antoniuslof, om half acht, is dan negen weken lang de kerk overvol. Mannen en jongens, vrouwen en meisjes, allen komen ze met hun wensen en hun verdriet om bij Sint Antonius verhoring te vinden. Dat Op een op 24 Jan. jl. gehouden buitengewone ledenvergadering werd als belangrijkste punt behandeld do wijziging van de statuten. Ons voorstel, dat in de toekomst slechts individuele personen kunnen lid zyn van de Ver. Venray Vooruit niet zoals tot nu het geval was, verenigingen, werd met algemene stemmen aangenomen. Gezien de zeer slechte financiële toestand was deze ingrijpende maatregel noodzakelijk. Wy zyn dan ook verheugd, dat de vergadering begrip toonde voor deze moeilijkheden en aan dit voorstel alle steun verleende. Op deze bijeen komst hebben we een uiteenzetting gegeven van al hetgeen Venray Vooruit, ondanks de enorme moeilijk heden waarmee zij te kampen heeft, toch nog heeft weten tot stand te brengen. Wy wijzen slechts op de totstand koming van de t.b.c.vrye markt. De bemoeienissen om te komen tot openstelling van het Duitse kerkhof. Enige dagen geleden zyn hierover nog onderhandelingen gevoerd mot de betrokkenfiuitse instanties, terwijl 't gemeentebestuur zich in verbinding heeft gesteld met 't Ministerie van Oorlog, wat tot gevolg heeft gehad, dat binnen niet al to lange tyd dit kerkhof toegankelijk zal worden. De kiosk op 't Henseniusplein is aan de gemeente verkocht. Met de koopsom waren wy in staat de nog resterende schuld te voldoen, Door

Peel en Maas | 1952 | | pagina 1