TWEEim BT.AD VAN PEEL EN MAAS
Pensionaat „Jerusalem" weer herrezen
Aannemingsbedrijf
GEBR. DINGHS
Castenray
uetzoiqde in het nieuwe %iusatem
ZATERDAG 1 SEPTEMBER 1951 No. 35
TWEE EN ZEVENTIGSTE.JAARGANG
Bijna zeven jaren nadat het oude trotse Jerusalem in een zee van vlammen
onderging, worden de poorten van het nieuwe pensionaat en klooster geopend. Klaar is het
nieuwe machtige gebouw nog niet, twee grote vleugels moeten nog gebouwd worden, willen
Zusters en leerlingen plaats genoeg hebben, maar men wilde niet langer meer wachten. Jerusalem
is weer verrezen. Een groots feit in de geschiedenis van Venray en zijn wederopbouw, nu op
de ruïnes van het oude, wat ten gronde ging, het nieuwe schoner en mooier verrijst. Telkens
komt bij zulk een uitzonderlijke gelegenheid de tijd van 1944 weer boven, toen het einde van
Venray's geschiedenis scheen gekomen. Maar telkens ook doet het vreugd te constateren, dat
zelfs die alles verwoestende oorlog de levensmoed en de durf in Venray niet doven kon en dat
enkele jaren nadien het verwoeste is hersteld en het oude en vertrouwde leven weer zijn gang
herneemt.
Naast de Grote Kerk ook nog niet klaar verrijst weer het silhouet van Jerusalem, in een
nieuwere, modernere vorm, zoals het jaren het beeld van ons dorp gekenmerkt heeft. Drie jaren
is er hard aan gewerkt, millioenen stenen zijn gelegd, honderden kubieke meters hout verwerkt.
En langzaam maar zeker is Jerusalem weer terug gekomen en is het met Venrays kerk een der
vele monumenten van de wederopbouw van onze plaats.
Be Hofstede van Jan Wonders
Hij, die de geschiedenis van Venray
kent, kent die van „Jerusalem", want
beiden zijn nauw met elkaai ver
weven. In 1401 begon men aan de
bouw van de kerktoren.
In de Kerstnacht 1422, zaten na de
Nachtmis twee brave huisvaders bij
een aan de haard en bespraken het
wel en wee van hun dorp, een be
langrijk dorp reeds in die tijd, zoals
uit de geschiedkunde blijkt.
Dat Kei st gesprek had tot gevolg,
dat enige Venrayse meisjes samen
wonen in de hofstede van Jan Won
ders, aan de voet van de toren.
Zij gingen er een loven leiden, zoals
dat onder de invloed van Geert Grote
op zoveel plaatsen in de Lage Landen
geschiedde. In een vergadering, zonder
eigendom, in een rein loven en in
gehoorzaamheid, als do Apostelen.
De latere spreekkamers van Jerusa
lem, rechts van de ingang, waren de
oude vertrekken van de hofstede.
Daar werd door Venray zelf het
begin gelegd van het klooster Jeru
salem, dat door de eeuwen heen, niet
tegenstaande de veleoorlogstribulaties
zou blijven bestaan tot de opheffing
in 1802, om vervolgens nieuw leven
te krijgen, toen de eerste ürsulinen
er in 1838 haar intrek namen.
De vertrekken waar de wieg stond
van het oude klooster, zouden bij de
ürsulinen jarenlang dionen als kapel,
totdat Dr. Cuypers zijn Gotisch bede
huis zou optrokken.
Samen de eenwen door
De Grote Kerk en Jerusalem, ze
zouden staan naast elkaar, de eeuwen
door, samen zouden zij werken aan
het geestelijk en tijdelijk welzijn van
de bevolking de Franciscanen ko
men eerst in 1647 - samen zouden
zij het godsdienstig centrum vormen
van het grote dorp, samen luid spreken
van de schoonheidszin van het Ven
ray se volk.
Als „De Vereniging" op de hoeve
van Jan Wonders, de levenswijze van
de Kanunikessen van St Augustinus
aanvaardt, de „Beslutinghe" van het
klooster plaats heeft en er omheen een
muur wordt opgetrokken het
deolte aan do Maasheeseweg werd
door de Engelsen als wegpuin op
geblazen, dan staat daar het „klooster
van de Elfduizend Maagden en Sint
.Antonius in Jherusalem bij Venray".
Dat was in 1467.
In 1462 begint men aan de bouw
van de Grote Kerk, zoals wij ze tot
voor enkele jaren hebben gekend.
Verzamelplaats van kunst
Do Grote Kerk en Jerusalem het
tweede natuurlijk in meer bescheiden
mate zullen verzamelplaatsen wor
den van kunstuitingen onzer voor
ouders, die het schone lief hadden en
voortbrachten.
De Grote Kerk en Jerusalem, samen
hebben zij de klokken geluid als er
in Venray hoogtij was; samen hebben
zij gejubeld en samen geschreid.
Al wat er ooit aan krijgsverrich
tingen geschiedde in de Nederlanden,
werd voor een groot gedeelte afge
speeld in deze streken. En vriend en
vijand kwamen en eisten, persten
stalen en brandden.
Maar de Grote Kerk bleef staan en
breidde zich uit.
Samen hadden zij ook dezelfde
HemelvriendonAntonius Abt was
een van de hoofdpatronen, ook van
Jerusalem, hij troonde boven het oude
poortje aan het kerkpad en hij was
een van de Heiligen, aan wie het
hoofdaltaar by de Augustinessen was
toegewijd.
Jerusalem was een kind van de
eigen grondde Augustinessen had
den e9n flinke boerderij, evenals de
ürsulinen na hen.'
Meer dan vyf eeuwen reeds be
bouwt Jerusalem de Venrayse grond
en Antonius Abt krijgt tot op heden
zyn kaarsen.
Sint Antonius Abt en
Sint Oeike
In een van de rondschryfbrieven
van de eerste Overste van de ürsu
linen in Venray lezen wij, dat er een
legende de ronde deed, hoe by een
pestziekte die in dorp en klooster veel
doden eiste, St Antonius Abt werd
aangeroepen. En daar verscheen de
±ieilige aan de hemel en zegende
otA^ay' *en de ziekte hield op van
stonde af aan.
iö het een van de rectors van
nS lnm' die de devotie tot Sint
oW riSpreiïde* Sint 0eike die vo1-
tuÜj-q legende gewoond had op de
hirf LTan 1 f klooster die voorspeld
had, dat er laterzusters zouden wonen,
9inf °??18j08 zouden opvoeden;
nmUo? !f ,.er weggegaan was
omdat jonge edellieden het haar lastig
maakten, en op haar reis naar elders,
zich op de binnenweg naar Merselo,
omkeerde om Venray te zegenen.
Sint Oeike hielp
Weer was er pest in Venray en op
aanraden van Rector Reinieri werd
Sint Oeike aangeroepen. En Sint Oeike
hielp.
Uit dankbaarheid bouwde de Rector
op de Merselose binnenweg 'n heiligen-
huisje. En sindsdien werd St Oeike's
feest plechtig gevierd en trok ieder
die in nood zat naar het kapelleke.
Niettegenstaande de ellende van de
oorlog blijft haar devotie levendig tot
op deze dag. Bij al de Heiligen die
er in en rondom Venray vereerd wer
den bracht Jerusalem als nieuweling:
Sint Ursula.
Een nieuwe patrones
Vanaf het allereerste begin der
stichting kreeg zy in Venray burger
recht want het huis stond onder haar
hoede.
Zij was ook de patrones van de
kapel, welke op Sint Franciscusdag
1435 gewy'd werd. Het zegel van het
oude Jerusalem toont haar met enige
van haar Gezellinnen, en als in 1838 de
ürsulinen haar intredo doen in de
eerbiedwaardige gebouwen dan staat
daar het 16de eeuwse beeld van Sint
Ursula, met een schaar van haar
Maagden, onder de uitgespreide man
tel, dat welkom heet.
In 1802 wordt de communiteit van
de Augustinessen verdreven on het
klooster gesloten. Dan voegen de
laatste zes zusters zich bij de laatste
Rector van het huis in het oude
rectoraat. Het tegenwoordige „glazen
paleis". De gebouwen raken in verval.
De kapel wordt gesloopt. Maar het
orgel der Augustinessen zal tot 1020
blyven zingen in de kerk van do
H. Willibrordus te Geysteren; en het
tabernakel van het hoogaltaar vindt
zijn weg naar Swolgen.
Als Rector Saedt, die de gebouwen
heeft opgekocht, ziet, dat de Kanoni
kessen niet meer terug zullen komer.
in haar eigen bezit, stipuleert hij in
zijn testament, dat Jerusalem zal ge
geven worden aan een onderwysorde
van zusters.
In 1838 komen er de ürsulinen.
Sint Ursula eist haar burgerrecht
weer op.
20 September 1838 kwamen er zes
ürsulinen in een huifkar van Tbil-
donck (België) naar Venray. Zij namon
haar intrek in de vervallen gebouwen
van Jerusalem.
Do huifkar zal het symbool blijven
van de geest van armoede en sober
heid, welke allen, die na hen zouden
komen, kenmerkte.
Al degenen die in de loop der jaren,
uit hoofde van hun bediening, of ook
al wegens verplichte werkzaamheden
binnen het Slot moesten zyn, werden
steeds getroffen door de grote sober
heid en armoede, die er heerste in de
gangen, zalen en cellen.
De vertrekken waar de kinderen
verbleven en waar hun ouders werden
ontvangen, waren echter ingericht
volgens de eisen des tyds. En naar
gelang er meer welvaart in 't klooster
kwam, kon hieraan meer zorg worden
besteed.
Ontwikkeling van de schoonheids
zin by de jeugd door op haar om
geving het stempel van ware schoon
heid te drukken, is steeds het streven
van Jerusalem geweest.
Zelfs in obscure kroegen
Het eerst echter wat de ürsulinen
in Venray deden, was het oprichten
van een armenschool in het oude
Rectorshuis. Een daarmede aanvaar
den zy tevens de armenzorg voor
Venray zelf, waarvan zy een groot
gedeelte vrywillig op zich namen. De
armenmoeder wie herinnert zich
niet Mere Augustine, Mère Berchmans,
Mère Henriëtte was alle uren van
de dag voor iedereen te bereiken.
Was haar beurs leeg en haar voor
raad op, dan ging ze naar de Overste.
Zolang de ürsulinen in Venray zyn,
is er dagelijks een aantal „armen-
keteltjes" klaar gemaakt voorde vaste
klanten, en de onbekende arme drom
mels, die zonder meer om eten
kwamen vragen, kregen een portie
die ze vroegen.
Dat was zo sterk, dat een twintig
jaar geleden de burgemeester van
Venray van de Amsterdamse politie
de waarschuwing ontving, dat in een
obscure kroeg aldaar, Jerusalem werd
aanbevolen als een goed kosthuis voor
wie eten wilde hebben.
Voortaan kregen de zusters veilig
heidshalve het verbod aan niemand
anders voedsel te verstrekken, dan
aan Venrayse inwoners. En 't waren
heus niet alleen de heel armen, die
in Jerusalem ondersteuning vonden.
Vcol omvattend onderwijs
De armenschool was de eerste onder
wijsinrichting, welke de ürsulinen in
Venray oprichtten, later zouden vrij
wel alle Venrayse meisjes naar het
rectoraat komen.
Steeds bleef de lagere school zich
uitbreiden totdat in 1922 de St Ursula-
school werd geopend met dubbele
klassen.
De ürsulinen openden in 1840 een
pensionaat. In de loop der jaren nam
het aantal leerlingen steeds toe, zodat
sedert een zestig jaar het gemiddelde
aantal op 140 mag geschat worden.
Daarnaast kwam er al spoedig een
Normaal-school, die later in kweek
school werd omgezet, terwijl de op
leiding voor diploma's Lager- en
Middelbaar-onderwijs in de diverse
moderne talen eveneens ter hand werd
genomen.
In 1916 volgde de oprichting van
het Gymnasium Sint Angela, de
pensionaatsmulo, die er naast stond,
werd in 1928 omgezet in een Middel
bare meisjesschool.
De opvoeding van Jerusalem bad
altyd ten doel: degelijke katholieke
vrouwen te vormen voor kerk en
maatschappij.
De meeste oud-leerlingen zyn pracht-
huismoeders geworden, een groot
aantal heeft een voorname plaats in
genomen op sociaal gebied; velen zyn
op haar beurt bij de ürsulinen in
getreden.
Toen kwam do oorlog
De pensionaires die voor do inval
in Mei 1940 tijdig naar huis haddon
kunnen gaan. kwamen na enkele
weken voltallig terug en namen de
studie weer op. Do tyd die nukomen
ging, bracht voor Jerusalem alle
ellende, welke iedere rechtgeaarde
Nederlander jarenlang heeft meege
maakt. Menige keer bestond er ge
gronde vrees, dat het gohele complex
gebouwen in beslag zou worden
genomen.
In Januari 1944 kwam er inderdaad
een bezetting in een deel van de
gebouwen waaronder al de scholen,
als bergplaats voor de in diverse
landen bijeengegaarde textiel. En de
bezetting zou blijven tot hot einde.
Toch konden èn de dorpsscholen
(uitgezonderd de bewaarscholen) cn
de pensionaten doorgaan, zij het dan
ook met zeer veel behelpen, zowel
van de kant der leerlingen als der
zusters.
Toen kwam de zomervacantie 1944.
De kinderen waren thuis. De krijgs
verrichtingen kwamen steeds naderbij,
zodat van Jerusalem begin September
aan alle leerlingen de order werd
doorgegeven„voorlopig thuis te
blijven". Wie kon er vermoeden dat
dat „voorlopig" zo lang zou duren....
Dan volgt de inval van de Geallieer
den in Nederland, de formatie van
de corridor in Noord-Brabant, de
opmars naar de Maas? Op weg daar
heen zou de machtige slag om Venray
geleverd worden.
In de nacht van 26 op 27 Septem
ber zetten de Geallieerden hun offen
sief tegen het door de Duitsers zwaar
versterkte Overloon in. Alle boeren
uit de omtrek moesten huis en have
in de steek laten en met hun talrijke
gezinnen naar Vonray vluchten, dat
op 6 Km afstand lag. Men had in
Jerusalem op de vluchtelingen ge
rekend. Er was een hulpbrigade
onder de zusters opgericht en alles
was voor de vluchtelingen in gereed
heid gebracht. Terstond vonden zy
onderdak in de pensionaatsgebouwen
en werden zoveel mogelijk per familie
in de diverse lokalen ingedeeld. Ze
hadden een gemeenschappelijke eet
zaal. Een staf zusters stond voor hen
klaar.
Tragiek der vluchtelingen
En de vluchtelingenstroomden toe.
Ze kwamen, behalve van Overloon,
ook van Mill en Stevensbeek. Daar
was een familie uit Stevensbeek met
zes kinderen, die drie dagen gelopen
hadden en drie nachten hadden ge
slapen in de greppels. Er was zoveel
aangrijpende tragiek onder deze vluch
telingen. Een jonge vrouw met zes
kinderen had zonder haar man moeten
vertrekken. Ze wist niet, dat die
man zwaar gewond naar het zieken
huis van Venray was vervoerd, en
hoorde eerst in Jerusalem, dat haar
echtgenoot daar was gestorven.
Aanvankelijk kookte Jerusalem voor
al die vluchtelingen. Later werd bij
Christ Goumans de centrale keuken
opgericht. Sindsdien werd het eten,
hetzij vanuit Jerusalem zelf gehaald
hetzy door Goumans zelf gebracht,
ook onder het gieren van granaten,
zodat het vaak levensgevaarlijk werd.
Op 5 October 1944 was de eerste
granaat op het terrein van Jerusalem
gevallen, de vrouw en het dochtertje
van de electriciën van het klooster
waren op slag dood. Toen kregen de
evacué's hun plaats in de stevige
kelders van het klooster en pensio
naat.
Begin October was er vanuit het
dorp een vluchtelingen-comité opge
richt, dat in Jerusalem zetolde. Be
sloten werd Jerusalem, dat door de
stroom evacué's overbevolkt was te
ontlasten en als doorgangshuis te
gebruiken. De vluchtelingen werden
ondergebracht bij diverse families in
het dorp, die zich bereidwillig be
schikbaar hadden gesteld.
Hulpvaardige zielen
Toch zyn er nog altyd veel vluch
telingen op Jerusalem gebleven en
toen op 12 October Venray vanuit
de lucht werd gebombardeerd, stroom
den ze letterlijk de kelders binnen.
Daar zaten ze bijeen met wat kaars
en carbidlicht, daar werd hardop
gebeden en een van de zusters of
huisvader bad voor. En zelfs op ver
zoek der vluchtelingen werd er
gezongen. En zo hadden ze een soort
lof zonder uitstelling, waarbij de
gewone Gregoriaanse gezangen wer
den uitgevoerd.
By de vele kinderen waren er die
ziek werden en het was een geluk
dat het op een gegeven moment in
de lucht rustig was, zodat allen naar
buiten konden gaan en de zusters
met bereidwillige dames, de kelders
eens grondig konden schoonmaken.
De Rector van Jerusalem, pater
Ephrem Sloots O.F.Mlas iedere
morgen in de kelder de H. Mis. Een
klein vortrek was ingericht als kraam
kamer. Zuster Poels beoordeelde,
wanneer het moedertje naar het
ziekenhuis moest worden gebracht.
Dat werd dan een gevaarlijke tocht
voor de leden van het Rode Kruis.
Er lag in deze bange dagen een
moeder van elf kinderen, die vlak
voor haar vlucht een tweeling had
gekregen en die kostbare schat mee
bracht naar Jerusalem. Vandaar
werden de borelingskes naar de Grote
Kerk gebracht om gedoopt te worden.
En de zusters hielpen en voorzagen
in alles. Alles ging en alles kon.
Jerusalem in brand
Toen op 14 October, 's avonds om
half zes ongeveer kwam het laatste
bombardement, heviger dan ooit te
voren. Velen stonden in het souster
rein van het kloostergebouw „Saint
Michel". Ze hadden juist het rozen
hoedje gebeden, toen er een ver
schrikkelijke inslag kwam. Allen
wierpen zich op de grond. Alleen
Rongen bleef staan. Hij werd getroffen
aan het hoofd en was op slag doo l.
Deze werkman was in deze zware
dagen niet by zyn Moeder blijven
wonen, omdat hij wist, dat Jerusalem
zijn diensten nodig had. Zijn laatste
rustplaats werd dan ook Jerusalem,
waar hy ligt begraven op het kerk
hof van de zusters.
Ja, hot huis stond in brand. En
toen zag men het wonderlijke, dat
honderden en honderden mensen,
zusters en vluchtelingen rustig langs
dezelfde keldertrap naar boven gingen.
Geen duwen, geen botsen. En buiten
viel een hevige granaatregen,
Het begin ran het einde
October 1944, de tyd van de eva
cuatie en de daarop volgende ver
spreiding dèr zusters over de verschil
lende ürsulinen communiteiten.
De gebouwen van Jerusalem brand
den nagenoeg geheol uit, zonder dat
er iets noemenswaardig gered kon
worden. En daarnaast stond de
massale stukgeschoten Grote Kerk,
waarvan de Duitsers de hoge toren'
nog hadden laten springen.
De Grote Kerk en Jerusalem
samen hadden ze gewerkt voor de
glorie van God, samen werden
verwoest.
Er is een Fransman die w
heeft„Les belles choses font de~belles
ruines."
Daar stonden de puinen van
Jerusalem„het mooiste puinen-
complex in Nederland", in al zijn
tragische schoonheid. De Gothische
bouw van de Augustinessen met de
kleine cellonvenstertjes aan de voor
zijde de cour met de geweldige
kastanjebomen aan de achterzijde,
het machtige pensionaatgebouw, de
kapel en het kloostergebouw Saint
Michel, beiden van de grote Cuypers,
het pas door "Wielders gebouwde
Gymnasium, dit alles was het slacht
offer geworden van de bevrijding en
stond hulpeloos en wachtte, wachtte,
om zo spoedig mogelijk weer inge
schakeld te worden in het leven, dat
op 14 October 1944 zo gruwzaam
afgebroken was.
Men keerde terug
Einde October moesten al de nog
overgebleven inwoners van Venray
de plaats verlaten en het duurde
weken en weken voor ze weer terug
mochten komen, het dorp lag in de
frontlijn en het leven was er te
gevaarlijk. De Engelsen bliezen een
groot gedeelte van de nog overeind
staande muren op om puin te krijgen.
Verschillende boeren hadden zich
over het nog juist op tyd geredde
vee ontfermd en van bevriende zyde
werd later ook het pluimvee opge
haald en bewaard. En nu kwam dat
alles zo langzamerhand terug, ook
het personeel. Daar werd weer ge
werkt tussen de puinen, daar kwamen
weer kuikens, daar sprong weer jong
vee.
De rest zou spoedig volgen zo
meende men.
De vijf zusters die het eerst weer
op hun post waren, woonden er zeer
bekrompen, zeer armoedig, in het
huisje van het personeel. In de wei,
vlak by het huis, lag de munitie-
voorraad langs de Heuvelweg, lagen
de granaten opeengestapeld.
De brand had het gymnastiek
lokaal van het Gymnasium St. Angela
gespaard. Daar had men in de som
bere dagen vóór de bevrijding de
doden van Venray heengebracht. Het
was onmogelijk die toen te begraven.
Van de 17 doden was er voor slechts
twee een kist beschikbaar. Na de
komst van de Engelsen werden de
stoffelijke resten in de wei van het
Ursulinen-klooster, grenzend aan het
Gymnasium, begraven. Nieuwsgierige
voorbijgangers werden gerequireerd
om daarbij te helpen.
Een pater Fransiscaan ryt het Sint
Jozefsklooster zegende het graf in.
De doden werden voorzichtig op rijen
gelegd, terwy'l de namen werden
genoteerd. Als later de tyden rustiger
werden, dan zouden ze worden over
gebracht naar hun plaats op het
dorpskerkhof.
Begin van wederopbouw
Langzamerhand kwamen er meer
zusters op Jerusalem terug, nu in de
Landbouwhuishoudschool en het aan
grenzende „Freulekeshuis" die beiden
„voorlopig hersteld" waren. De Sint
ürsulaschool en de school in Leunen
konden beginnen. In Venray begon
de opbouw van de Grote Kerk, zoals
onze voorouders ze hadden ontworpen
(met Kerstmis 1948 in gebruik ge
nomen). En Jerusalem wachtte...
„God alleen kent de weeön van een
nieuwe geboorte". In Mei 1947 werden
de puinen aanbesteed en de la. de
Waard uit Gouda sloopte ze in de
vooruit bepaalde tyd. Eind October
stond er niets meer van die pracht
dan het onogeljjke gebouwtje van de
bakkerij, dat wonderwel te midden
van vier brandende percelen gespaard
was gebleven.
En dan komt de aanbesteding van
het Gymnasium, dat wordt gebouwd
door de fa. H. Oudenhoven Lzn. In
dezelfde tyd wordt de nieuwe boer
derij gebouwd door de firma Gebrs.
Dinghs te Castenray, die later ook
het ziekenhuis van de zusters ürsu
linen aan de Mersel. weg bouwde. In
1949 volgt dan de bouw van Jerusa
lem zelf, het pensionaat en het
klooster. In verwonderlijk korte tyd
verrijst volgens een modern ontwerp
van architect Wielders het nieuwe
Jerusalem.
De ontwerper heeft zyn werk niet
mogen voltooid zien, maar andere
handen namen het over en heden
gaat de vlag in top.
We zeiden reeds, klaar is Jerusalem
nog lang niet. Beide vleugels zal
men nog hard missen, vooral als de
leerlingen half September terug
komen, maar de Zusters willen en
zullen beginnen.
Feest
En daarom zal er feest zyn, wan
neer volgende week Donderdag 6
September Mgr. Lemmens de nieuwe,
wondermooie kapel komt consacrei en.
Daarna zal de heer Deken
er de eerste plechtige H. Mis opdra
gen met pontificale assistentie van
Vader Bisschop. En daarom zullen
op dien dag vele hoge autoriteiten
het nieuwe Jerusalem komen bezoe
ken en de Zusters ürsulinen komen
feliciteren met wat zy hebben tot
stand gebracht. Daarom zullen uit
alle streken van ons land de vele
vrienden en weldoeners van Jerusalem
weer naar Venray komen en zullen
de oud-leerlingen aanwezig zyn by
dit feestelijk gebeuren. Dan is Ven
ray weer een stuk cultuurgoed
ryker geworden, dat op waardige
wijze het verlorene goed vervangt
en het oude vertrouwde beeld van
Jerusalem met zijn pensionaires zal
weer een teken temeer zyn van de
vooruitgang van Venray's opbouw.
Het nieuwe Jerusalem zij onder
Gods rijkste zegen een lang en vrucht
baar bestaan toegewenst.
Een gedeelte van het oude Jerusalem met de grote inrijpoort.
(Op de achtergrond de Parochiekerk).
G6-9
Telefoon 708
de inrichting der KAPEL
BOERDERIJ
ZIEKENHUIS
GALERIJ