TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS 1651 - 1951 Venray's Gymnasium bestaat 300 jaar Engeland bakt de boter te bruin Uit „Peel en Maas" MttteketinqeH kiuameu 'ui Aushatic Honderdveertig jaar familienamen Uit de geschiedenis van Venray en omgeving. ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1951 No. 34 TWEE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG TUCHT EN ORDE. Wie de monographieën over Latynee scholen bestudeert, krijgt wel de indruk, dat er niet met zachte hand werd geregeerd. Het bewaren van orde en tucht werd weieens geken merkt met de uitdrukking Men slaat er onder als malle Jan onder de hoenders. Toch lijkt het ons toe, dat de schrijvers by de schildering van vroegere gestrengheid zich soms sterk baseren op enkele bepalingen of op losstaande gevallen, ofschoon men inderdaad van hardhandigheid geen absolute afkeer had. Zeer zeker heeft men ook op de oude Latijnse school te Yenray tuch tiging gekend. En dan bedoelen we niet een min of meer fikse draai om de oren, die ook in de moderne tyd niet verouderd is, maar de meer stelselmatige, berekende, bepaalde lichamelijke bestraffing. Op elke school kende men trouwens de straften van slagen op één hand, op twee handen, of by ergere geval len „a posteriore" welke laatste methode wij plegen aan te duiden met „een pak voor do broek". De slagen gebeurden dan met de roede of de bullepees of met de palmette of plak. En met deze plak, dat „grouwelyck instrument van torture", vooral wanneer -spijkers met de koppen benedenwaarts waren ingeslagen, kreeg de jeugdige delin quent bij kleine misdaden „sachte plaexkens", anders „harde placken". Een eerste soort straf betrof echter de portemonnaiedoor boeten werden sommige overtredingen gestraft en de zorg voor zijn sobere financiële toestand moest de student van vroe ger tot plichtsvervulling brengen. Ofschoon de geldelijke straffen ook te Venray en nog zeer lang gepraktizeerd zyn, zien wy toch slechts bij uitzondering aangegeven de gevallen, waarin deze werd ge geven. Een zeer in zwang zijnde straf was ook in Venray in gebruik het zogenaamde signum, dat niet op elk college hetzelfde was. Zo was het soms een notitieboekje van de censor, waarin deze by geobserveerde of aangebrachte delicten de boosdoeners noteerde. Had de delinquent de be paalde straf volbracht, dan werd zyn naam geschrapt. Op sommige plaatsen was het signum een plankje met een ezel erop getekend, dat de schul dige om de hals werd gehangen. Elders was het een soort muntstuk. In Yenray kende men het signam studii vel latinitatis, dat dus bestemd was voor de studenten, die hun tijd verbeuzelden of vergaten Latijn te spreken. Als men dat voor de derde maal in een week kreeg, moest men drie porties straf maken. Ontving men het meer dan driemaal, dan kreeg de nalatige drie slagen met de plak. Hielp dat ook niet, dan kwam de roede er by te pas. Een tweede signum was bestemd voor de speelzieken, gemakzuchtigen, voor hen, die meer dan een steen worp van hun huis zich bevonden, enz. Men moest dat kwijt zien te worden: hy die het op een bestemde tijd in zyn bezit had, was er by. De grootste straf bestond in het verwijderen van de school: bestemd voor onwillige en oproerige elemen ten. Yoor het overige waren er tal van voorschriften, die met de plak of roede werden bestraft. Zo werden zij, die zich in de kerk niet behoorlijk gedroegen, naar de grootte van hun misdrijf bestraft met plak of roede. Kletsers kregen 2, dollemannen 3, herriemakers met voeten 3, van hun plaats weglopend 2, streken uithalenden 6 slagen met de plak. Plak en roede werden ook gehan teerd voor hen, die hun lessen niet goed leerden, vooral voor de Zater dagse repetities. By de eerste keer in de week kregen zy twee slagen met de plak, voor de tweede keer drie en by een derde keer kwam de roede te voorschijn. Het aantal werd zelfs tot zes plakken verhoogd. Voorzeg gers moesten hun welwillende diens ten betalen met twee maal de plak. Voor het overige bestonden er nog andere voorschriften, by welker over treding zeker de tuchtmaatregelen niet ontbraken. Zo moesten de Heren studenten zorgen, dat zij er keurig uitzagen. En als zy met ongekamde haren verschenen of ongewassen gezichten of handen, kregen zy twee slagen met de plak. Er werd van hen verwacht, dat zy op straat, in school en in de kerk zich rustig en beschaafd gedroegen. Op straat vooral moesten zy flink doorlopen en geen kletspraatjes met elkaar staan houden. Met stenen of andere voorwerpen gooien mocht niet. Als zij kerkelijke personen of andere waardigheidsbekleders tegen kwamen, moesten zy het hoofd ont bloten en een lichaamsbuiging maken. Ruzie, vechtpartijtjes, schelden paste hen niet. Listigheden, leugens, kracht patserijen streden tegen hun stand. Iemand uitlachen om lichaamsgebre ken was heel onpassend. Vanzelf was een eed doen, onge paste praat, verkeerde liedjes, hen verboden. Nog meer gold dat van prentjes, boeken en al wat minder oorbaar was. Daar kwam anders dadelijk de roede by te pas. Streng verboden was het bezoek aan herbergen of andere openbare gelegenheden en tabak roken was geheel uit den boze. Baden, schaat senrijden, wapenen dragen, dat zou geen enkel student zich mogen ver stouten. Zonder verlof elkander wat verkopen werd bestraft met de roede. Van de muren van de school, kerk en andere gebouwen moesten zy met de handen afblijven. Ze mochten geen deuren, tafels, vensters, banken, zelfs niet de lessenaar van de leraar met een mes bewerken of er met houtskool of krijt hun namen op schrijven. Anders alweer de roede. Vanzelf moesten zy tegenover per sonen van het ander geslacht de nodige reserve in acht nemen. Als zij van hun leraren standjes kregen, mochten zij niet mopperen of tegenspreken. Te laatkomers en ook zy, die zich te vroeg verwijder den, kregen drie slagen met de plak. Klachten van thuis of van de kost huizen werden niet verwacht. Bij het aankleden en het uitkleden moesten zy de zedigheid in acht nemen en wy voegen er voor de latinisten bijaliis praesentibus fla turn ventris omittere caveant 11 Binnen heegen en andere afsluitin gen mochten zij nooit komen. Ze moesten van de kersen en appelen afblijven en als zy koren zouden durven vertrappen, dan wachtte ook weder de plak of de roede. Uit deze bloemlezing zien wy wel, dat onze jongens niet precies met zachte handschoenen werden aange pakt. Natuurlijk zullen zy sommige voorschriften wel eens overtreden hebben. Maar het reglement verze kerde hen by voorbaat, dat voor de onderhouding van de voorschriften „de sterke arm altijd by de hand was." De vraag is nu, wie moest al die straffen toedienen. Over het algemeen kriigt men de indruk, dat de leraren zelf voornamelijk hun taak zochten in les gevenwy zouden hen kunnen vergelijken met de hoogleraren van de Universiteiten. Voor de studie werden zy bijgestaan door zogenaam de ondermeesters, dat waren jongens, die vóór de komst van de „professor" de lessen overhoorden, fouten aante kenden, schriften ophaalden enz. Maar de eigenlijke „beul" was de censor ook wel custos genaamd die men eveneens voor elke klas had. Hy tekende de kwade noten aan, de telaatkomers, de deugnieten, de af wezigen. Hy moest op straffe van wedervergelding ook de lichame lijke straffen toedienen. C.S. voor 50 jaren terug No. van 24 Aug. 1901 De gemeenteraad vergaderde op 21 Augustus. Een der genomen be sluiten was, dat op de Langstraat 'n lantaarn geplaatst zou worden. De Boerenbond Venray besloot op is Augustus tot 't gezamelyk be stellen van kalk en meststoffen. De WelEerw. heer H. Wismans slaagde te 's Gravenhage voor het diploma Engels M.O.B. Een zuster van „Jerusalem", in de wereld Mej. W.H.H. van Gemert, slaagde te Arnhem voor de hoofdacte. By de aanbesteding voor het bouwen van een ni6uwe boerderij te Oirlo, voor rekening van de heer C. Esser—van Wylick te Venray, was W. Wijnhoven de laagste inschrijver VOOr f 1183. Gedurende het afgelopen jaar werd in de kerken van Venray f693 gecollecteerd voor de armen. Bij de Gez. Jacobs kon men een kippenei bewonderen, zo groot als minstens 2 gewone eieren en 1 ons wegend. De redactie vond het „tour de force" van de kip. In de tuin van Th. van Opbergen in de Hoenderstraat ving een kat 'n rups van 20 cm lang en zo dik als een mansvinger. In Zuid-Chanci overleed Pater Arnoldus Lam otm. een oud leerling van het Gymnasium alhier. Vanuit Leunen vertrok een pro cessie naar Oostrum, op 15 Augustus en liet Pater van Berlo zyn machtig woord weerklinken ter verheerlijking van Maria. Naby 't gehucht Eckert in Well woedde op 21 Augustus een kolos sale bosbrand. De kermis in Overloon was bij zonder goed afgelopen. De doelen van de handboogschutterij „De Vrienden kring" zouden op 25 Augustus ge opend worden. In Overloon verlang de men naar een grindweg naar Venray. Mathilde Derks-Jacobs berichtte aan belanghebbenden, dat zy voor nemens was ten hare huize 'n knip cursus te openen. De Redactie publiceert een be langrijk schrijven van Mgr. Hofman, gedateerd Lou ngan frou (Zuid- Chansi) 16 Jfini 1901. De Dames D. Terwindt, A. Stoffels en L. Beukers van het Venrayse Pensionaat „Jerusalem" slaagden te 's Gravenhage voor de akte Frans. De heer Stationchef te Venray toonde de Redactie een kippenei van bijna anderhalf ons. De jacht op de gemeentegronden benevens het recht van jagen op de Het is een merkwaardige ervaring, dat socialistisch geregeerde staten in het internationale handelsverkeer keihard kapitalistisch plegen op te treden. De Engelse regering maakt daarop geen uitzondering. Zij tracht, evenals iedere andere koopman, zo duur mogelijk te verkopen en zo goedkoop mogelijk in te kopen, ook wanneer dit laatste gaat ten koste van de veel bezongen bestaanszeker heid van boeren en arbeiders in andere landen. Het moet voor de Nederlandse socialisten een bittere ontgoocheling zyn geweest, toen zy ontdekten dat de internationale goederenruil volgens principes 'van geleide economie door de Britse regering niet werd opgevat als het uitwisselen van goederen tegen productiekosten, doch dat men te Londen eenvoudig de ene staat tegen de andere uitspeelde. Vandaar dat het weinig minder dan een schok was toen men van Britse zijde na de oorlog evenals vroeger de marktwaarde van de boter liet bepalen door de prys waarvoor men uit Australië en Nieuw-Zeeland dit product krijgen kon. Boterpolitiek Het Verenigd Koninkrijk is de grootste boterinvoermarkt ter wereld. Engeland zelf produceert niet meer dan 9 pet. van zyn boterbehoefte en men zou, oppervlakkig redenerend, aan kunnen nemen, dat de boter- voorziening van het land dus een punt van voortdurende zorg zou moeten zyn; men is immers voor 91 pet. afhankelijk van invoer. Maar niets is minder waar. Juist door zijn geweldige invoerbehoefte kan Enge land de botermarkt tot op zekere hoogte naar zyn hand zetten, dank zij zyn overwicht op politiek en economisch terrein. Politiek weet Engeland leveranties tegen uiterst schappelijke condities te krijgen van Australië en Nieuw-Zeeland, door de gedachte van de eenheid van het Rijk naar voren te brengen. Econo misch zyn deze landen trouwens sterk op het moederland gericht, hetgeen eveneens het geval is met Denemarken en in mindere, doch nog aanzienlijke, mate met ons land. Arme Denen Nu zijn de productiekosten van boter in de beide genoemde subtropi. sche dominions aanmerkelijk lager dan in West-Europa, doordat het vee er het hele jaar buiten lopen kan en er vooral in Nieuw-Zeeland steeds voedzaam gras vindt. Dit voor deel weegt ruimschoots op tegen de hogere transportkosten en daardoor konden deze delen van het Britse Rijk de laatste jaren boter aan Engeland leveren voor ongeveer twee derde van de Nederlandse en Deense productiekosten. De Denen, die zich contractueel verplicht hebben 73 pet. van hun boter-exportoverschot aan Engeland te leveren (doch in feite wel 90 pet. naar Engeland zenden), zien zich daardoor genoodzaakt een boterexport te onderhouden, die enorme verliezen oplevert, hetgeen de Deense Staat in de grootste moeilijkheden brengt. De Denen kunnen hier echter niet aan ontkomen doordat zy voor steen kool en andere essentiële producten in sterke mate van Engeland afhan gen. Voor deze produsten moet Denemarken wél de volle prijs be- particuliere eigendommen onder Oirlo werd voor de tijd van 3 jaren ver pacht aan de heren Coenrard Esser te Venray, Notaris Esser te Horst, Frans Nab te Meerlo en Joh. Poels te Rotterdam voor f 175 per jaar. Het zogenaamde Wellsche Mehr werd voor de tyd van 40 jaren ge pacht door de heer van Ophoven te Mill, voor de som van f 1360. De prijzen by het concours te Merselo werden behaald door Diana te Venray, 93 punten; Rozenjacht te Maashees, 77 punten; Vriendenkring te Overloon, 52 punten; St. Anna te Venray, 51 punten en St. Hubertus te Merselo, 49 punten. talen. Het gevaar heeft gedreigd, dat ook ons land in een soortgelijke positie zou komen te verkeren, maar tot nu toe hebben we daaraan, behoudens een betrekkelijk kleine party boter, weten te ontkomon. Op een totale productie van 133.000 ton boter is het vorige jaar 15.000 ton voor een verliesgevende prijs naar Engeland verkocht, hetgeen een algemene inzinking van de Neder landse boterprys heeft voorkomen. Dit jaar heeft de levering zich beperkt tot 5000 ton en de vooruitzichten van de boter zyn zodanig, dat Enge land wel niet meer goedkope boter van ons zal krijgen. De boterproductie daalt nl. aan merkelijk in Noord-Amerika, Austra lië en verschillende landen van West- Europa, waardoor de vooruitzichten voor ons land lang niet ongunstig zyn. De Austrralische boterpositie is reeds zo krap, dat dit land zijn han delsovereenkomst met India niet kan nakomen, wat voor de Nederlandse exporteurs aanleiding is zich ook voor deze markt te gaan interesseren. Verder wordt zowel in de Verenigde Staten als in Canada een botertekort verwacht en dit maakt Nederland en Denemarken afkerig van verkoop van voorraden naar het Verenigd Koninkrijk. „Han" eieren. De Engelsen hebben geprobeerd ons ook eieren ver beneden de kostprijs te lateren leveren. Terwijl de Labourregering aan de Engelse kippenhouders prijzen garan deert,- die tussen 15 en 20 cent liggen wenste zy voor de Nederlandse eieren niet meer dan 7Vj cent te betalen. Onze productiekosten bedragen echter 13 tot 15 cent en men heeft dan ook voor de eer bedankt. Thans gaan deze eieren, behalve naar Duitsland, o.a. ook naar Canada wat een Engels blad er toe bracht bij het Nederlandse ministerie van Landbouw te protesteren tegen deze verkoop, van wat de Engelse redac tie noemde „hun" eieren Met de uitvoer van bacon ligt de zaak enigszins anders. Toen de varkensprys werd vastge steld op f 2.I6 per kilogram geslacht gewicht, correspondeerde dat met 'n verkoopsprijs aan Engeland, die op zichzelf geen verlies opleverde. Doch eigenlijk was dit zelfbedrog, want de bovengenoemde varkensprys kon alleen gehandhaafd blijven zolang de Nederlandse regering varkensvoer aan de bceren leverde beneden de kostprijs. Sindsdien heeft zij deze subsidie verminderd, maar ziet zich nu ook gedwongen een hogere varkensprys te betalen, terwijl de prijs, die Enge land voor de geëxporteerde bacon betaalt, niet verhoogd werd. Men is echter doende een verhoging van de prys met 7.5 ct te bedingen. De conclusie van dit alles is, dat de Engelse regering door haar me thode van prijzen, haar leveranciers van zich heeft vervreemd. Sommige landen krimpen de pro ductie in, anderen zoeken hun afzet elders. Brittannia heeft de boter te bruin gebraden en zal thans met prijsverhogingen moeten komen, wil zij haar voedselvoorziening op peil houden. E.W. den verwisseld. Met de maaltijden ging het ook gemakkelijker, dan de avonturiers in hun stoutste dromen verwacht heb ben. Afgezien van de eeste dagen werd aan tafel niet meer gecontroleerd op maaltydkaarten. En even als bedden zijn er op een groot schip wel stoelen aan eettafels vryEen belangrijke steun voor de illegale emigranten was b.v. het grote percentage zeezieken, dat gedurig by do maaltijden afwezig was. Behalve enkele ingewijde passagiers die by de twee vrienden in de buurt sliepen, heeft niemand iets gemerkt De stewards behandelden hen met evenveel respect als alle andere op varenden en aan de gebrekkige ver- maaksgelegenheden op de „Grote Beer" konden ze volop deelnemen. Koelbloedig besloten de beide mak kers dan ook om tot het einde van de reis toe vol te houden, in plaats van in de eerste Australische haven van boord te gaan. Natuurlijk nam de spanning toe, naarmate Sydney dichter werd ge naderd. Hoe zou het zijn met de con-4 trole door de douane Per slot van zake bezaten ze niet de verreiste pa pieren om in Australië aan land te stappen. Een van de twee had zelfs geen paspoort op zakGezien de er varingen in Melbourne waren de ver- Familie ?an Aarssen By de familie van Aarssen op de Langstraat (binnenkort Patersstraat) vonden wy twee uitgaven van het zo bekende en algemeen verspreide devotieboekje „Hemels Palmhof" van Wilhelmus Nakatemus. Deze boekjes moeten wel lang in de familie zyn bewaard gebleven. Dat blijkt uit een aantal aantekeningen die er in zijn gemaakt. Ze zyn merkwaardig genoeg om ze in deze rubriek te vermelden. In het ene exemplaar staat Elisabeth Tissen hoort dit boekje toe; die het vynt, gevet haer weder om; die dat niet en doet, biet vore yeder regel enen rosenhoet. Anno 1752 Dit boeck hoort toe Elisabet Tis sen. Die het vint, geeft het haer we derom; die dat niet en doet. die is eenen dief op staende voet. Eliesabeth Tiessen Est. 1775 den 8 November is geboren Marthynus van Aarssen en heeft tot eenen peeter Peter Tyssen en tot een guel (meter) Marya Rutten. 1S29 Dit boek behoort aan my, Mechtildis van Aarssen. Martin van Aarssen hoort dit boek toe. Venray. 1759 den 9Mey is gebooren Hen- drycus van Arsen en heft tot enen peeter Myeghyel Tyssen en tot een guel Marya Gertrye Waldorps. 1759 den 7 Mart is gebooren Wilhelmus van Arsen en heft tot enen peeter IJohannes van Arsen en tot een guel Ty'sken Bongaerts. 1760 Den 28 September is geboo ren Marya van Arssen en heeft tot enen peeter Iohannes Tissen en tot guel Marija van Arssen. 1762 is gebooren Peetor van Ars sen den 10 feberiaryns en heft tot eenen peeter Iohannes van Arssen en tot een guel Tiesken Bongaers. 1765 den 4 April is gebooren Wilhelmus van Aersson en heft tot eenen peter Goedefridus van Aerssen en een guel Hendrina Bongaerts. 1768 den 17 Feberyarie is gebo ren Marya van Aerssen en heeft tot eenen peeter Peeter Tiessen en tot een guel Poeternel van Aeissen. 1769 den 26 Januarius is geboo ren Michiel op Aerssen en heeft tot eenen peeter Goedefriedus van Aers sen en tot een guel Hermina van Aerssen. 1771 den 1 Mey is gebooren Pee ter van Aerssen en heeft tot eenen peeter Peeter Tissen en tot een guel Johanna van Aerssen. Anno 1755 den 19 Mey is gestor ven Caspar Tyssen. Godt syt syn syel genadich; geft haer de euwyge rust en euwigh licht mach haer ver lichten; in vreeden moet si rusten. Anno 1759 den 9 September is gestorven Maria Tyssen. Godtlsiet haer syel genaedigh; geft haer de eeuwyge rust en het eeuwyge light moet haer verlichten; in vreeden moet sy rusten. Amen. wachtingen zeer hoog gespannen. Im mers, iedereen kon daar op en af het kadeterrein wandelen, toen het schip eenmaal goed en wel gemeerd lag. En zo liep in Sydnev alles op rol letjes. Nadat de „Beer" een half uurtje aan de kade had gelegen mochten familieleden en vrienden van de pas sagiers aan boord komen en door zich als ervaren emigranten voor te doen met het air van „vraag me maar niets ik woon hier al een paar maan den" stapten ze het nieuwe land bin nen. Ook hun bescheiden bagage wis ten ze veilig over te brengen. Natuurlyk kwam daar de hulp van een paar vrienden by kijken, doch zonder hulp kom je nu eenmaal niet voor niets van het ene naar het an dere eind van de wereld. En zo wonen thans in Sydney twee Hollanders, die geen cent heb ben neergeteld om hier te komen, maar verder zonder papieren zitten. Reken maar, dat ze ook die nog wel bemachtigen. De Australische ambte naar is heel wat sportiever, dan zyn nederlandse collega en ongetwijfeld vinden de vrienden wel een hulp vaardig mens, die hen ook deze hin dernis helpt nemen. En verder hoeft er niemand aan te I twijfelen, dat deze ondernemende Hollanders het hier best .zullen rooien. In het tweede exemplaar staat Joanna van Hegelsom hoort dit boek toe, die het vindt, geeft het haer wederom; al die het niet en doet, bidt voor jeder letter eenen Roosenhoet I801. 1805 den 10 September zijn ge- trouwght Michiel Teuws en Joanna van Hegelsom. Den 28 Juny is geboren Joanna Getruy Teuws in het jaar 1806 des Saterdag naer de middag om 9 uren. Den 24 November is geboren Joannes Teuws in het jaer 1807 des 's morgens om 5 uren. Den 2 Desember is geboren Ca- trina Teuws in het jaer 1809 des sovons om 10 uren. Den 11 July is geboren Gisbert Teuws in het jaar 1811 naer de mid- dagh 'op 5 uren. Den 11 Juli is geboren Jacobus Jan Teuws in het jaer 1813 des mor gens om 2 uren gebooren. Catrina Teuws geboren den 6 Jannuwari naer de middag om 2 uren in het jaar 18I6. Elisabet Teuws geboren den 6 November 's morgens om 4 uren en har broeder Peter Teuws. Jacobus van Hegelsum overleden den 13 October in hetjaerisii. Catrina Teuws overleed den 24 September in het jaer 1814 in den ouderdom van vier jaer en 10 maende. Koster en Schoolmeester. Het kostersambt van de hoofdkerk te Venray was vroeger als regel met het schoolmeestersambt verbonden. In -1622 was Joannes Paulussen van Horst hier schoolmeester. Joannes Knippenbergli pastoor te Yenray Joannes Knippenbergh is een bekend man, bekend vooral door zyn boek: „Historia ecclesiastica ducatus Gel- driae", waarin voor het eerst ook de Kerkelijke geschiedenis van het oude Bisdom wordt verhaald. Op de pastorie te Venray werd een gebrand glasruitje bewaard, waarop, onder een wapen, in de La tijnse taal stond: „De Zeereerw. Heer Joannes Knip penbergh, pastoor te Helden. Wat maat kent, houdt stand. 1719." Jan Arnold Antoon Haffmans. Deze Gelderse „Justizccmmissaris" en eigenaar van het huis Oyen onder Broekhuizenvorst, was sedert 1785 schout van Geysteren en Oostrum. Tot 1793 was hij scholtis van de Heerlijkheid Well—Bergen, waar hy zich zeer verdienstelijk maakte voor het archief van deze Heerlijkheid. Later was hij lid van de Provinciale Staten van Limburg, griffier van het Vredegerecht en Schout van Horst. Op deze laatste plaats overleed hy, 64 jaar oud, op 16 Februari 1823. onopgemerkt door elke controle Stewards bedienden hen met veel respect SYDNEY :Twee jonge Nederlanders, die na hun terugkeer uit Indonesië besloten te emigreren naar Australië, kwamen op het idee niet te wachten, tot dat ze alle administratieve romp slomp achter de rug hadden, maar stapten enkele weken ge leden aan boord van de „Grote Beer", die hen als verstekeling de lange reis van ons land naar Australië liet meemaken. „Iühet veenkykt men niet opeen turfje", moeten beide vrinden gedacht hebben en al was het zeker niet ge makkelijk om in Amsterdam aan boord van het Emigrantenschip te komen, ze wisten een gaatje te vinden. Ster ker zelfs, ze waren de eerste passa giers, die scheep gingen. Om in het nog ledige schip niet op te vallen verborgen ze zich de eerste vyf uur dan ook liever op een toilet. Toen er eenmaal enkele honderden emigranten aan boord waren gegaan, mengden zy zich doodleuk onder de passagiers en voeren s'avonds uit Amsterdam weg. Voor de verstekelingen en enkele passagiers^ die op de hoogte waren, herleefde gedurende de reis de roman tiek van de zeventiende eeuw. Zou het goed gaan om de jongens zes weken te laten ontkomen aan de ad ministratieve controle en hen geduren de die tyd de nodige maaltijden te verschaffen In de eerste plaats was er natuur lijk het probleem van slaapgelegen heid. Nu gaat er geen emigranten schip zo volgeladen weg of er bly ven alty'd nog wel een paar kribben ledig Dankzij hulp van kameraadschappelijk aangelegde medereizigers wisten de jongens aan lakens en dekens te komen, die, omdat ze nu eenmaal op de kribben lagen, ook regelmatig wer Een jubileum van de burgerlijke stand Veranderen is nu niet zo eenvoudig Een mengelmoes van namen vinden we in de in de registers van de Bur gerlijke Stand. Dit wonder der ad ministratie is voor ons een zo alle daags verschijnsel, dat we ons nauwe lijks kunnen voorstellen werkelijk anoniem te moeten rondlopen. Men behoort nu nog alleen figuurlijk tot het leger der naamlozen, want allen bezitten we door een woord in de registers op het gemeentehuis een nadere aanduiding van onze aanwezig heid op de wereld. Op is Augustus I8U werd het naamregister officieel ingesteld by decreet van keizer Napoleon, die in het begin der negentiende eeuw het grootste deel van Europa overheerste. De franse dictator had er behoefte aan een overzicht te verkrijgen van alle mensen, die zich in zijn grote ryk bevonden. Hy liep met plannen rond om al tdie individuen in te schakelen ter verdediging van zyn troon en zyn ryk. Er is niets nieuws onder de zon. Hitier, zyn onbegaafde leerling, zou honderd jaar later dezelfde wens koesteren. Ook hij wilde ziin over heersing van Europa verzekeren met hulp der overwonnen volkeren. Napoleon riep de Burgerlijke Stand in het leven, Hitier gebruikte do stamkaart en het persoonsbewijs om zyn doel te bereiken. De laatste twee administratieve vindingen hebben echter minder levensvatbaarheid ge had dan Napoleons naamregister. Hoe men ook over de franse dictator mag denken, hy had geniale gedach-

Peel en Maas | 1951 | | pagina 3