TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
1651 - 1951
Venray's Gymnasium
bestaat 300 jaar
Engeland bakt de
boter te bruin
Uit „Peel en Maas"
MttteketinqeH kiuameu 'ui Aushatic
Honderdveertig jaar
familienamen
Uit de geschiedenis
van Venray en omgeving.
ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1951 No. 34 TWEE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
TUCHT EN ORDE.
Wie de monographieën over Latynee
scholen bestudeert, krijgt wel de
indruk, dat er niet met zachte hand
werd geregeerd. Het bewaren van
orde en tucht werd weieens geken
merkt met de uitdrukking Men slaat
er onder als malle Jan onder de
hoenders.
Toch lijkt het ons toe, dat de
schrijvers by de schildering van
vroegere gestrengheid zich soms
sterk baseren op enkele bepalingen
of op losstaande gevallen, ofschoon
men inderdaad van hardhandigheid
geen absolute afkeer had.
Zeer zeker heeft men ook op de
oude Latijnse school te Yenray tuch
tiging gekend. En dan bedoelen we
niet een min of meer fikse draai om
de oren, die ook in de moderne tyd
niet verouderd is, maar de meer
stelselmatige, berekende, bepaalde
lichamelijke bestraffing.
Op elke school kende men trouwens
de straften van slagen op één hand,
op twee handen, of by ergere geval
len „a posteriore" welke laatste
methode wij plegen aan te duiden
met „een pak voor do broek".
De slagen gebeurden dan met de
roede of de bullepees of met de
palmette of plak. En met deze plak,
dat „grouwelyck instrument van
torture", vooral wanneer -spijkers
met de koppen benedenwaarts waren
ingeslagen, kreeg de jeugdige delin
quent bij kleine misdaden „sachte
plaexkens", anders „harde placken".
Een eerste soort straf betrof echter
de portemonnaiedoor boeten werden
sommige overtredingen gestraft en
de zorg voor zijn sobere financiële
toestand moest de student van vroe
ger tot plichtsvervulling brengen.
Ofschoon de geldelijke straffen ook
te Venray en nog zeer lang
gepraktizeerd zyn, zien wy toch
slechts bij uitzondering aangegeven
de gevallen, waarin deze werd ge
geven.
Een zeer in zwang zijnde straf
was ook in Venray in gebruik het
zogenaamde signum, dat niet op elk
college hetzelfde was. Zo was het
soms een notitieboekje van de censor,
waarin deze by geobserveerde of
aangebrachte delicten de boosdoeners
noteerde. Had de delinquent de be
paalde straf volbracht, dan werd zyn
naam geschrapt. Op sommige plaatsen
was het signum een plankje met
een ezel erop getekend, dat de schul
dige om de hals werd gehangen.
Elders was het een soort muntstuk.
In Yenray kende men het signam
studii vel latinitatis, dat dus bestemd
was voor de studenten, die hun tijd
verbeuzelden of vergaten Latijn te
spreken. Als men dat voor de derde
maal in een week kreeg, moest men
drie porties straf maken. Ontving
men het meer dan driemaal, dan
kreeg de nalatige drie slagen met de
plak. Hielp dat ook niet, dan kwam
de roede er by te pas.
Een tweede signum was bestemd
voor de speelzieken, gemakzuchtigen,
voor hen, die meer dan een steen
worp van hun huis zich bevonden,
enz. Men moest dat kwijt zien te
worden: hy die het op een bestemde
tijd in zyn bezit had, was er by.
De grootste straf bestond in het
verwijderen van de school: bestemd
voor onwillige en oproerige elemen
ten.
Yoor het overige waren er tal van
voorschriften, die met de plak of
roede werden bestraft.
Zo werden zij, die zich in de kerk
niet behoorlijk gedroegen, naar de
grootte van hun misdrijf bestraft
met plak of roede. Kletsers kregen
2, dollemannen 3, herriemakers met
voeten 3, van hun plaats weglopend
2, streken uithalenden 6 slagen met
de plak.
Plak en roede werden ook gehan
teerd voor hen, die hun lessen niet
goed leerden, vooral voor de Zater
dagse repetities. By de eerste keer in
de week kregen zy twee slagen met
de plak, voor de tweede keer drie
en by een derde keer kwam de roede
te voorschijn. Het aantal werd zelfs
tot zes plakken verhoogd. Voorzeg
gers moesten hun welwillende diens
ten betalen met twee maal de plak.
Voor het overige bestonden er nog
andere voorschriften, by welker over
treding zeker de tuchtmaatregelen
niet ontbraken.
Zo moesten de Heren studenten
zorgen, dat zij er keurig uitzagen.
En als zy met ongekamde haren
verschenen of ongewassen gezichten
of handen, kregen zy twee slagen
met de plak.
Er werd van hen verwacht, dat zy
op straat, in school en in de kerk
zich rustig en beschaafd gedroegen.
Op straat vooral moesten zy flink
doorlopen en geen kletspraatjes met
elkaar staan houden. Met stenen of
andere voorwerpen gooien mocht
niet. Als zij kerkelijke personen of
andere waardigheidsbekleders tegen
kwamen, moesten zy het hoofd ont
bloten en een lichaamsbuiging maken.
Ruzie, vechtpartijtjes, schelden paste
hen niet. Listigheden, leugens, kracht
patserijen streden tegen hun stand.
Iemand uitlachen om lichaamsgebre
ken was heel onpassend.
Vanzelf was een eed doen, onge
paste praat, verkeerde liedjes, hen
verboden.
Nog meer gold dat van prentjes,
boeken en al wat minder oorbaar
was. Daar kwam anders dadelijk de
roede by te pas.
Streng verboden was het bezoek
aan herbergen of andere openbare
gelegenheden en tabak roken was
geheel uit den boze. Baden, schaat
senrijden, wapenen dragen, dat zou
geen enkel student zich mogen ver
stouten. Zonder verlof elkander wat
verkopen werd bestraft met de roede.
Van de muren van de school, kerk
en andere gebouwen moesten zy met
de handen afblijven. Ze mochten
geen deuren, tafels, vensters, banken,
zelfs niet de lessenaar van de leraar
met een mes bewerken of er met
houtskool of krijt hun namen op
schrijven. Anders alweer de roede.
Vanzelf moesten zy tegenover per
sonen van het ander geslacht de
nodige reserve in acht nemen.
Als zij van hun leraren standjes
kregen, mochten zij niet mopperen
of tegenspreken. Te laatkomers en
ook zy, die zich te vroeg verwijder
den, kregen drie slagen met de plak.
Klachten van thuis of van de kost
huizen werden niet verwacht. Bij
het aankleden en het uitkleden
moesten zy de zedigheid in acht
nemen en wy voegen er voor de
latinisten bijaliis praesentibus fla
turn ventris omittere caveant 11
Binnen heegen en andere afsluitin
gen mochten zij nooit komen. Ze
moesten van de kersen en appelen
afblijven en als zy koren zouden
durven vertrappen, dan wachtte ook
weder de plak of de roede.
Uit deze bloemlezing zien wy wel,
dat onze jongens niet precies met
zachte handschoenen werden aange
pakt. Natuurlijk zullen zy sommige
voorschriften wel eens overtreden
hebben. Maar het reglement verze
kerde hen by voorbaat, dat voor de
onderhouding van de voorschriften
„de sterke arm altijd by de hand
was."
De vraag is nu, wie moest al die
straffen toedienen. Over het algemeen
kriigt men de indruk, dat de leraren
zelf voornamelijk hun taak zochten
in les gevenwy zouden hen kunnen
vergelijken met de hoogleraren van
de Universiteiten. Voor de studie
werden zy bijgestaan door zogenaam
de ondermeesters, dat waren jongens,
die vóór de komst van de „professor"
de lessen overhoorden, fouten aante
kenden, schriften ophaalden enz.
Maar de eigenlijke „beul" was de
censor ook wel custos genaamd
die men eveneens voor elke klas had.
Hy tekende de kwade noten aan, de
telaatkomers, de deugnieten, de af
wezigen. Hy moest op straffe van
wedervergelding ook de lichame
lijke straffen toedienen. C.S.
voor 50 jaren terug
No. van 24 Aug. 1901
De gemeenteraad vergaderde op
21 Augustus. Een der genomen be
sluiten was, dat op de Langstraat 'n
lantaarn geplaatst zou worden.
De Boerenbond Venray besloot
op is Augustus tot 't gezamelyk be
stellen van kalk en meststoffen.
De WelEerw. heer H. Wismans
slaagde te 's Gravenhage voor het
diploma Engels M.O.B.
Een zuster van „Jerusalem", in
de wereld Mej. W.H.H. van Gemert,
slaagde te Arnhem voor de hoofdacte.
By de aanbesteding voor het
bouwen van een ni6uwe boerderij te
Oirlo, voor rekening van de heer C.
Esser—van Wylick te Venray, was
W. Wijnhoven de laagste inschrijver
VOOr f 1183.
Gedurende het afgelopen jaar
werd in de kerken van Venray f693
gecollecteerd voor de armen.
Bij de Gez. Jacobs kon men een
kippenei bewonderen, zo groot als
minstens 2 gewone eieren en 1 ons
wegend. De redactie vond het „tour
de force" van de kip.
In de tuin van Th. van Opbergen
in de Hoenderstraat ving een kat 'n
rups van 20 cm lang en zo dik als
een mansvinger.
In Zuid-Chanci overleed Pater
Arnoldus Lam otm. een oud leerling
van het Gymnasium alhier.
Vanuit Leunen vertrok een pro
cessie naar Oostrum, op 15 Augustus
en liet Pater van Berlo zyn machtig
woord weerklinken ter verheerlijking
van Maria.
Naby 't gehucht Eckert in Well
woedde op 21 Augustus een kolos
sale bosbrand.
De kermis in Overloon was bij
zonder goed afgelopen. De doelen van
de handboogschutterij „De Vrienden
kring" zouden op 25 Augustus ge
opend worden. In Overloon verlang
de men naar een grindweg naar
Venray.
Mathilde Derks-Jacobs berichtte
aan belanghebbenden, dat zy voor
nemens was ten hare huize 'n knip
cursus te openen.
De Redactie publiceert een be
langrijk schrijven van Mgr. Hofman,
gedateerd Lou ngan frou (Zuid-
Chansi) 16 Jfini 1901.
De Dames D. Terwindt, A. Stoffels
en L. Beukers van het Venrayse
Pensionaat „Jerusalem" slaagden te
's Gravenhage voor de akte Frans.
De heer Stationchef te Venray
toonde de Redactie een kippenei van
bijna anderhalf ons.
De jacht op de gemeentegronden
benevens het recht van jagen op de
Het is een merkwaardige ervaring,
dat socialistisch geregeerde staten in
het internationale handelsverkeer
keihard kapitalistisch plegen op te
treden. De Engelse regering maakt
daarop geen uitzondering. Zij tracht,
evenals iedere andere koopman, zo
duur mogelijk te verkopen en zo
goedkoop mogelijk in te kopen, ook
wanneer dit laatste gaat ten koste
van de veel bezongen bestaanszeker
heid van boeren en arbeiders in
andere landen.
Het moet voor de Nederlandse
socialisten een bittere ontgoocheling
zyn geweest, toen zy ontdekten dat
de internationale goederenruil volgens
principes 'van geleide economie door
de Britse regering niet werd opgevat
als het uitwisselen van goederen
tegen productiekosten, doch dat men
te Londen eenvoudig de ene staat
tegen de andere uitspeelde.
Vandaar dat het weinig minder
dan een schok was toen men van
Britse zijde na de oorlog evenals
vroeger de marktwaarde van de boter
liet bepalen door de prys waarvoor
men uit Australië en Nieuw-Zeeland
dit product krijgen kon.
Boterpolitiek
Het Verenigd Koninkrijk is de
grootste boterinvoermarkt ter wereld.
Engeland zelf produceert niet meer
dan 9 pet. van zyn boterbehoefte en
men zou, oppervlakkig redenerend,
aan kunnen nemen, dat de boter-
voorziening van het land dus een
punt van voortdurende zorg zou
moeten zyn; men is immers voor
91 pet. afhankelijk van invoer. Maar
niets is minder waar. Juist door zijn
geweldige invoerbehoefte kan Enge
land de botermarkt tot op zekere
hoogte naar zyn hand zetten, dank
zij zyn overwicht op politiek en
economisch terrein. Politiek weet
Engeland leveranties tegen uiterst
schappelijke condities te krijgen van
Australië en Nieuw-Zeeland, door de
gedachte van de eenheid van het
Rijk naar voren te brengen. Econo
misch zyn deze landen trouwens
sterk op het moederland gericht,
hetgeen eveneens het geval is met
Denemarken en in mindere, doch nog
aanzienlijke, mate met ons land.
Arme Denen
Nu zijn de productiekosten van
boter in de beide genoemde subtropi.
sche dominions aanmerkelijk lager
dan in West-Europa, doordat het
vee er het hele jaar buiten lopen
kan en er vooral in Nieuw-Zeeland
steeds voedzaam gras vindt. Dit voor
deel weegt ruimschoots op tegen de
hogere transportkosten en daardoor
konden deze delen van het Britse
Rijk de laatste jaren boter aan
Engeland leveren voor ongeveer twee
derde van de Nederlandse en Deense
productiekosten.
De Denen, die zich contractueel
verplicht hebben 73 pet. van hun
boter-exportoverschot aan Engeland
te leveren (doch in feite wel 90 pet.
naar Engeland zenden), zien zich
daardoor genoodzaakt een boterexport
te onderhouden, die enorme verliezen
oplevert, hetgeen de Deense Staat
in de grootste moeilijkheden brengt.
De Denen kunnen hier echter niet
aan ontkomen doordat zy voor steen
kool en andere essentiële producten
in sterke mate van Engeland afhan
gen. Voor deze produsten moet
Denemarken wél de volle prijs be-
particuliere eigendommen onder Oirlo
werd voor de tijd van 3 jaren ver
pacht aan de heren Coenrard Esser
te Venray, Notaris Esser te Horst,
Frans Nab te Meerlo en Joh. Poels
te Rotterdam voor f 175 per jaar.
Het zogenaamde Wellsche Mehr
werd voor de tyd van 40 jaren ge
pacht door de heer van Ophoven te
Mill, voor de som van f 1360.
De prijzen by het concours te
Merselo werden behaald door Diana
te Venray, 93 punten; Rozenjacht te
Maashees, 77 punten; Vriendenkring
te Overloon, 52 punten; St. Anna te
Venray, 51 punten en St. Hubertus
te Merselo, 49 punten.
talen.
Het gevaar heeft gedreigd, dat ook
ons land in een soortgelijke positie
zou komen te verkeren, maar tot nu
toe hebben we daaraan, behoudens
een betrekkelijk kleine party boter,
weten te ontkomon.
Op een totale productie van 133.000
ton boter is het vorige jaar 15.000
ton voor een verliesgevende prijs
naar Engeland verkocht, hetgeen een
algemene inzinking van de Neder
landse boterprys heeft voorkomen.
Dit jaar heeft de levering zich beperkt
tot 5000 ton en de vooruitzichten
van de boter zyn zodanig, dat Enge
land wel niet meer goedkope boter
van ons zal krijgen.
De boterproductie daalt nl. aan
merkelijk in Noord-Amerika, Austra
lië en verschillende landen van West-
Europa, waardoor de vooruitzichten
voor ons land lang niet ongunstig
zyn.
De Austrralische boterpositie is
reeds zo krap, dat dit land zijn han
delsovereenkomst met India niet kan
nakomen, wat voor de Nederlandse
exporteurs aanleiding is zich ook
voor deze markt te gaan interesseren.
Verder wordt zowel in de Verenigde
Staten als in Canada een botertekort
verwacht en dit maakt Nederland en
Denemarken afkerig van verkoop
van voorraden naar het Verenigd
Koninkrijk.
„Han" eieren.
De Engelsen hebben geprobeerd ons
ook eieren ver beneden de kostprijs
te lateren leveren.
Terwijl de Labourregering aan de
Engelse kippenhouders prijzen garan
deert,- die tussen 15 en 20 cent liggen
wenste zy voor de Nederlandse eieren
niet meer dan 7Vj cent te betalen.
Onze productiekosten bedragen
echter 13 tot 15 cent en men heeft
dan ook voor de eer bedankt.
Thans gaan deze eieren, behalve
naar Duitsland, o.a. ook naar Canada
wat een Engels blad er toe bracht
bij het Nederlandse ministerie van
Landbouw te protesteren tegen deze
verkoop, van wat de Engelse redac
tie noemde „hun" eieren
Met de uitvoer van bacon ligt de
zaak enigszins anders.
Toen de varkensprys werd vastge
steld op f 2.I6 per kilogram geslacht
gewicht, correspondeerde dat met 'n
verkoopsprijs aan Engeland, die op
zichzelf geen verlies opleverde.
Doch eigenlijk was dit zelfbedrog,
want de bovengenoemde varkensprys
kon alleen gehandhaafd blijven zolang
de Nederlandse regering varkensvoer
aan de bceren leverde beneden de
kostprijs.
Sindsdien heeft zij deze subsidie
verminderd, maar ziet zich nu ook
gedwongen een hogere varkensprys
te betalen, terwijl de prijs, die Enge
land voor de geëxporteerde bacon
betaalt, niet verhoogd werd.
Men is echter doende een verhoging
van de prys met 7.5 ct te bedingen.
De conclusie van dit alles is, dat
de Engelse regering door haar me
thode van prijzen, haar leveranciers
van zich heeft vervreemd.
Sommige landen krimpen de pro
ductie in, anderen zoeken hun afzet
elders. Brittannia heeft de boter te
bruin gebraden en zal thans met
prijsverhogingen moeten komen, wil
zij haar voedselvoorziening op peil
houden. E.W.
den verwisseld.
Met de maaltijden ging het ook
gemakkelijker, dan de avonturiers in
hun stoutste dromen verwacht heb
ben. Afgezien van de eeste dagen werd
aan tafel niet meer gecontroleerd op
maaltydkaarten. En even als bedden
zijn er op een groot schip wel stoelen
aan eettafels vryEen belangrijke steun
voor de illegale emigranten was b.v.
het grote percentage zeezieken, dat
gedurig by do maaltijden afwezig was.
Behalve enkele ingewijde passagiers
die by de twee vrienden in de buurt
sliepen, heeft niemand iets gemerkt
De stewards behandelden hen met
evenveel respect als alle andere op
varenden en aan de gebrekkige ver-
maaksgelegenheden op de „Grote
Beer" konden ze volop deelnemen.
Koelbloedig besloten de beide mak
kers dan ook om tot het einde van
de reis toe vol te houden, in plaats
van in de eerste Australische haven
van boord te gaan.
Natuurlijk nam de spanning toe,
naarmate Sydney dichter werd ge
naderd. Hoe zou het zijn met de con-4
trole door de douane Per slot van
zake bezaten ze niet de verreiste pa
pieren om in Australië aan land te
stappen. Een van de twee had zelfs
geen paspoort op zakGezien de er
varingen in Melbourne waren de ver-
Familie ?an Aarssen
By de familie van Aarssen op de
Langstraat (binnenkort Patersstraat)
vonden wy twee uitgaven van het
zo bekende en algemeen verspreide
devotieboekje „Hemels Palmhof" van
Wilhelmus Nakatemus. Deze boekjes
moeten wel lang in de familie zyn
bewaard gebleven. Dat blijkt uit een
aantal aantekeningen die er in zijn
gemaakt. Ze zyn merkwaardig genoeg
om ze in deze rubriek te vermelden.
In het ene exemplaar staat
Elisabeth Tissen hoort dit boekje
toe; die het vynt, gevet haer weder
om; die dat niet en doet, biet vore
yeder regel enen rosenhoet. Anno 1752
Dit boeck hoort toe Elisabet Tis
sen. Die het vint, geeft het haer we
derom; die dat niet en doet. die is
eenen dief op staende voet.
Eliesabeth Tiessen Est.
1775 den 8 November is geboren
Marthynus van Aarssen en heeft tot
eenen peeter Peter Tyssen en tot een
guel (meter) Marya Rutten.
1S29 Dit boek behoort aan my,
Mechtildis van Aarssen.
Martin van Aarssen hoort dit
boek toe. Venray.
1759 den 9Mey is gebooren Hen-
drycus van Arsen en heft tot enen
peeter Myeghyel Tyssen en tot een
guel Marya Gertrye Waldorps.
1759 den 7 Mart is gebooren
Wilhelmus van Arsen en heft tot
enen peeter IJohannes van Arsen en
tot een guel Ty'sken Bongaerts.
1760 Den 28 September is geboo
ren Marya van Arssen en heeft tot
enen peeter Iohannes Tissen en tot
guel Marija van Arssen.
1762 is gebooren Peetor van Ars
sen den 10 feberiaryns en heft tot
eenen peeter Iohannes van Arssen en
tot een guel Tiesken Bongaers.
1765 den 4 April is gebooren
Wilhelmus van Aersson en heft tot
eenen peter Goedefridus van Aerssen
en een guel Hendrina Bongaerts.
1768 den 17 Feberyarie is gebo
ren Marya van Aerssen en heeft tot
eenen peeter Peeter Tiessen en tot
een guel Poeternel van Aeissen.
1769 den 26 Januarius is geboo
ren Michiel op Aerssen en heeft tot
eenen peeter Goedefriedus van Aers
sen en tot een guel Hermina van
Aerssen.
1771 den 1 Mey is gebooren Pee
ter van Aerssen en heeft tot eenen
peeter Peeter Tissen en tot een guel
Johanna van Aerssen.
Anno 1755 den 19 Mey is gestor
ven Caspar Tyssen. Godt syt syn
syel genadich; geft haer de euwyge
rust en euwigh licht mach haer ver
lichten; in vreeden moet si rusten.
Anno 1759 den 9 September is
gestorven Maria Tyssen. Godtlsiet
haer syel genaedigh; geft haer de
eeuwyge rust en het eeuwyge light
moet haer verlichten; in vreeden moet
sy rusten. Amen.
wachtingen zeer hoog gespannen. Im
mers, iedereen kon daar op en af het
kadeterrein wandelen, toen het schip
eenmaal goed en wel gemeerd lag.
En zo liep in Sydnev alles op rol
letjes. Nadat de „Beer" een half uurtje
aan de kade had gelegen mochten
familieleden en vrienden van de pas
sagiers aan boord komen en door zich
als ervaren emigranten voor te doen
met het air van „vraag me maar
niets ik woon hier al een paar maan
den" stapten ze het nieuwe land bin
nen. Ook hun bescheiden bagage wis
ten ze veilig over te brengen.
Natuurlyk kwam daar de hulp van
een paar vrienden by kijken, doch
zonder hulp kom je nu eenmaal niet
voor niets van het ene naar het an
dere eind van de wereld.
En zo wonen thans in Sydney
twee Hollanders, die geen cent heb
ben neergeteld om hier te komen,
maar verder zonder papieren zitten.
Reken maar, dat ze ook die nog wel
bemachtigen. De Australische ambte
naar is heel wat sportiever, dan zyn
nederlandse collega en ongetwijfeld
vinden de vrienden wel een hulp
vaardig mens, die hen ook deze hin
dernis helpt nemen.
En verder hoeft er niemand aan te
I twijfelen, dat deze ondernemende
Hollanders het hier best .zullen rooien.
In het tweede exemplaar staat
Joanna van Hegelsom hoort dit
boek toe, die het vindt, geeft het
haer wederom; al die het niet en
doet, bidt voor jeder letter eenen
Roosenhoet I801.
1805 den 10 September zijn ge-
trouwght Michiel Teuws en Joanna
van Hegelsom.
Den 28 Juny is geboren Joanna
Getruy Teuws in het jaar 1806 des
Saterdag naer de middag om 9 uren.
Den 24 November is geboren
Joannes Teuws in het jaer 1807 des
's morgens om 5 uren.
Den 2 Desember is geboren Ca-
trina Teuws in het jaer 1809 des
sovons om 10 uren.
Den 11 July is geboren Gisbert
Teuws in het jaar 1811 naer de mid-
dagh 'op 5 uren.
Den 11 Juli is geboren Jacobus
Jan Teuws in het jaer 1813 des mor
gens om 2 uren gebooren.
Catrina Teuws geboren den 6
Jannuwari naer de middag om 2 uren
in het jaar 18I6.
Elisabet Teuws geboren den 6
November 's morgens om 4 uren en
har broeder Peter Teuws.
Jacobus van Hegelsum overleden
den 13 October in hetjaerisii.
Catrina Teuws overleed den 24
September in het jaer 1814 in den
ouderdom van vier jaer en 10 maende.
Koster en Schoolmeester.
Het kostersambt van de hoofdkerk
te Venray was vroeger als regel met
het schoolmeestersambt verbonden.
In -1622 was Joannes Paulussen
van Horst hier schoolmeester.
Joannes Knippenbergli
pastoor te Yenray
Joannes Knippenbergh is een bekend
man, bekend vooral door zyn boek:
„Historia ecclesiastica ducatus Gel-
driae", waarin voor het eerst ook
de Kerkelijke geschiedenis van het
oude Bisdom wordt verhaald.
Op de pastorie te Venray werd
een gebrand glasruitje bewaard,
waarop, onder een wapen, in de La
tijnse taal stond:
„De Zeereerw. Heer Joannes Knip
penbergh, pastoor te Helden. Wat
maat kent, houdt stand. 1719."
Jan Arnold Antoon Haffmans.
Deze Gelderse „Justizccmmissaris"
en eigenaar van het huis Oyen onder
Broekhuizenvorst, was sedert 1785
schout van Geysteren en Oostrum.
Tot 1793 was hij scholtis van de
Heerlijkheid Well—Bergen, waar hy
zich zeer verdienstelijk maakte voor
het archief van deze Heerlijkheid.
Later was hij lid van de Provinciale
Staten van Limburg, griffier van het
Vredegerecht en Schout van Horst.
Op deze laatste plaats overleed hy,
64 jaar oud, op 16 Februari 1823.
onopgemerkt door elke controle
Stewards bedienden hen met veel respect
SYDNEY :Twee jonge Nederlanders, die na hun terugkeer uit
Indonesië besloten te emigreren naar Australië, kwamen op het
idee niet te wachten, tot dat ze alle administratieve romp
slomp achter de rug hadden, maar stapten enkele weken ge
leden aan boord van de „Grote Beer", die hen als verstekeling
de lange reis van ons land naar Australië liet meemaken.
„Iühet veenkykt men niet opeen
turfje", moeten beide vrinden gedacht
hebben en al was het zeker niet ge
makkelijk om in Amsterdam aan boord
van het Emigrantenschip te komen,
ze wisten een gaatje te vinden. Ster
ker zelfs, ze waren de eerste passa
giers, die scheep gingen. Om in het
nog ledige schip niet op te vallen
verborgen ze zich de eerste vyf uur
dan ook liever op een toilet. Toen er
eenmaal enkele honderden emigranten
aan boord waren gegaan, mengden zy
zich doodleuk onder de passagiers en
voeren s'avonds uit Amsterdam weg.
Voor de verstekelingen en enkele
passagiers^ die op de hoogte waren,
herleefde gedurende de reis de roman
tiek van de zeventiende eeuw. Zou
het goed gaan om de jongens zes
weken te laten ontkomen aan de ad
ministratieve controle en hen geduren
de die tyd de nodige maaltijden te
verschaffen
In de eerste plaats was er natuur
lijk het probleem van slaapgelegen
heid. Nu gaat er geen emigranten
schip zo volgeladen weg of er bly ven
alty'd nog wel een paar kribben ledig
Dankzij hulp van kameraadschappelijk
aangelegde medereizigers wisten de
jongens aan lakens en dekens te
komen, die, omdat ze nu eenmaal op
de kribben lagen, ook regelmatig wer
Een jubileum van de burgerlijke stand
Veranderen is nu niet zo eenvoudig
Een mengelmoes van namen vinden
we in de in de registers van de Bur
gerlijke Stand. Dit wonder der ad
ministratie is voor ons een zo alle
daags verschijnsel, dat we ons nauwe
lijks kunnen voorstellen werkelijk
anoniem te moeten rondlopen. Men
behoort nu nog alleen figuurlijk tot
het leger der naamlozen, want allen
bezitten we door een woord in de
registers op het gemeentehuis een
nadere aanduiding van onze aanwezig
heid op de wereld.
Op is Augustus I8U werd het
naamregister officieel ingesteld by
decreet van keizer Napoleon, die in
het begin der negentiende eeuw het
grootste deel van Europa overheerste.
De franse dictator had er behoefte
aan een overzicht te verkrijgen van
alle mensen, die zich in zijn grote
ryk bevonden. Hy liep met plannen
rond om al tdie individuen in te
schakelen ter verdediging van zyn
troon en zyn ryk.
Er is niets nieuws onder de zon.
Hitier, zyn onbegaafde leerling, zou
honderd jaar later dezelfde wens
koesteren. Ook hij wilde ziin over
heersing van Europa verzekeren met
hulp der overwonnen volkeren.
Napoleon riep de Burgerlijke Stand
in het leven, Hitier gebruikte do
stamkaart en het persoonsbewijs om
zyn doel te bereiken. De laatste twee
administratieve vindingen hebben
echter minder levensvatbaarheid ge
had dan Napoleons naamregister.
Hoe men ook over de franse dictator
mag denken, hy had geniale gedach-