TWEEDE BLAD \AN PEEL EN MAAS
Wie emigreren wil,
Oude materialen en
en:
Uit de geschiedenis
van Venray en omgeving.
De Akense douane maakt
schoon schip.
De Moeiende tuin.
Uit „Peel en Maas"
Aan de KAfy-leden
van (@encay.
ZATERDAG 10 MAART 1951 No. 10
TWEE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
staat maanden onder psychologische druk
Ambtelijke voorlichting onvoldoende en dikwijls
tegenstrijdig l
Wie zich in deze dagen van economische teruggang en politieke
onzekerheid voorneemt om naar een nieuw vaderland uit te
kijken, dient zich niet alleen voor te bereiden op een serie moei
lijkheden en tegenslagen, welke hem of haar daar zullen wach
ten, doch moet vanaf de dag, dat het eerste bezoek aan een
Gewestelijk Arbeidsbureau wordt gebracht schrap zetten voor
het psychologische spelletje, dat er gewild en ongewild met
hem wordt gespeeld.
Het aantal mensen, dat na een Zondags familieberaad of op
advies van een reeds vertrokken relatie de stoute schoenen aan
trekt om de eerste symbolische stappen naar de boot te zetten
is zeer.groot, hot percentage dat onderweg naar de kade afvalt
is echter eveneens van beduidende omvang. Het is nooit met
zoveel woorden gezegd, dat de aspirant-emigrant opzettelijk
onder psychologische druk wordt gezet, doch zijn ervaringen bij
de voorbereidingen van de grote tocht wijzen wel overduidelijk
in die richting.
Onverschillig naar welk land men ressen sluiten de dossiers af in een
zich wenst te begeven, in eersteJ A
instantie dient men zich bij de tegen
woordige gang van zaken te ver
voegen by het Arbeidsbureau ter
plaatse, waar een z.g. emigratierap
port wordt opgemaakt.
Wie lichamelijk onvolmaakt is,
een chronische ziekte onder de leden
heeft ook al is deze niet van
ernstige aard of heeft zich die nog
niet geopenbaard kan zich de
gang naar dit bureau wel besparen.
Hij komt absoluut niet in aanmer
king. Is een van de gezinsleden er
zodanig aan toe, dan dient hy of zij
in Nederland achter te blijven, het
geen natuurlijk in de meeste geval
len aanleiding is om de emigratie
plannen van de hoofdpersoon ook te
laten varen.
Wordt het rapport door de ambte
naren van het Gewestelijk Arbeids
bureau accoord bevonden, dan begint
de strijd om de documenten, die de
emigrant moet overleggen. En dat
zijn er vele. Hy krijgt er braaf een
lijstje van en kan zich dan gaan be
ijveren met het schrijven van talloze
brieven en het storten van guldens
voor belastingheffingen-ineens en be
wijzen van goed gedrag. Als later
het medisch onderzoek achter de rug
is, een groot aantal formulieren in
duplo opgemaakt en met wachten op
verschillende bureaux een paar com
plete werkdagen verloren zyn gegaan,
kan men „rustig afwachten tot men
nader bericht ontvangt."
Deze clausule, die klaarblijkelijk
geliefd is op alle ambtelijke instel
lingen vergt in de practijk heel wat
van de zenuwen van de emigrant.
Immers, hij moet zijn dagelijkse
werkzaamheden normaal voortzetten,
omdat de zekerheid van het vertrek
eerst enkele weken soms pas
enkele dagen voor de vertrek
datum bekend is.
Omdat slechts weinig mensen zich
op twee zaken tegelijk kunnen con
centreren heeft het dagelijks werk
meestal te 1 ij den onder de voorberei
dingen, welke men dient te treffen.
Bovendien wordt het humeur van de
emigrant ernstig bedreigd, omdat hy
ondanks de toezeggingen nu eenmaal
niets hoort. Daarom moet hij steeds
actief zyn en zich herhaaldelijk op
de hoogte stellen van de stand van
zaken. Men moet niet kijken op een
briefje meer of minder en de telefoon
is een schier onmisbaar hulpwerk-
tuig, dat des te nuttiger is, omdat
men daardoor tenminste direct ant
woordt krijgt op de vragen welke
men stelt.
Actief blijven
Geloof nooit, dat iets in orde zal
worden gemaakt, zonder dat men er
het overtuigend bewijs voor levert.
Vooral wanneer er tijdens de emigra
tie-procedure wijzigingen in een dos
sier moeten worden aangebracht is
het zeer twijfelachtig of dat inder
daad correct geschiedt.
Hoe verwonderlijk dit ook moge
klinken, dit „systeem" heeft ontogen-
zeggelyk voordelen. Het bewerkstel
ligt namelyk, dat hij of zij, die de
energie en de handigheid om zich
door de ambtelijke woestenij een weg
te banen niet kunnen opbrengen,
uitvallen opmars naar het emigranten
schip. Zodoende komt immers auto
matisch een zekeie selectie tot stand.
Wie kans ziet om hier te lande in
het bezit van de vereiste bescheiden
te komen, zal zich ook in het nieuwe
vaderland zeker niet een, twee, drie
uit het veld laten slaan. Geen won
der, dat het aantal van degenen, die
teleurgestelt naar Nederland terug
komen, slechts zeer laag is.
Niet van humor ontbloot zijn de
ervaringen, die men als emigrant bij
het bureau van de Australische am
bassade kan opdoen. Men is daar
subiet een gehele dag kwyt om in
het bezit te raken van de vereiste
visa en het landingpermit. Vyf en
negentig procent van die tyd be
steedt men met wachten in een zeer
eenvoudig vertrek van vyf by zes
meter, waar dagelyks vijftig tot
zestig mensen zitten opeengepropt.
Men mag er niet roken waar
schijnlijk omdat er ook vele kleine
kinderen met vader en moeder mee
komen en wanneer men dit voor
schrift overtreedt, maakt een telefo
niste, die zelf dapper met een sigaret
in de mond zit, u er wel op attent.
De controlerende arts ziet in twee
minuten of u overeenkomstig het
rapport van de Nederlandse dokter -
helemaal gezond bent en het „inter
view" met de Australische emigratie-
ambtenaar beperkt zich tot-het neer
tellen van acht gulden zestig aan de
betaalmeester. Nederlandse secreta-
zeer bedaard tempo en tenslotte
wenst een hogere vertegenwoordiger
van het land van de toekomst de
emigrant ..good bye" en een goede
reis.
Tips
Denk er aan, dat het paspoort van
de vrouw ook de naam van haar
echtgenoot vermeldt. Velen heeft dit
een extra reis naar Den Haag gekost.
De Nederlandse wet eist het niet,
maar de Australische wel. Geen
ambtenaar zal het u ooit vertellen.
Vergeet niet een lyst aan te leggen
van goederen, die u in uw landver
huizersbagage stopt. Niemand ook
niet de scheepvaartonderneming
maakt u er op attent en toch hebt
ge haar nodig om in het bezit te
komen van de onmisbare uitvoerver
gunning.
Erger u niet, wanneer men u naar
het kastje van de muur stuurt, zoals
een soldaat, die wilde emigreren,
doch geen landings-permit kon krijgen
zonder demobilisatie-papieren en even
min demobilisatiepapieren zonder
landingspermit. Hy reisde viermaal
op en neer van Amersfoort naar Den
Haag. Als militair kende hy natuur,
lyk het populaire liedje: „Piek up
your troubles and smile, smile, smile"
Maar dit zyn wel de eerste engelse
woorden, die ook een emigrant hier
te lande moet kennen
A. B. HILBRINK
Belangrijke grondstof voor de
Nederlandse industrie
Op het Nederlandse volk zal van
nu af aan een beroep worden gedaan
om alle oude materialen die opnieuw
verwerkt kunnen worden tot allerlei
waardevolle producten niet meer te
vernietigen of weg te doen met andere
afvalstoffen, maar te bewaren en
wederom beschikbaar te stellen van
de Nederlandse industrie. Dat is niet
alleen nodig voor een regelmatige
voorziening van schaarser wordende
grondstoffen en zelfs voor een ver
hoging van de export.
De voornaamste oude materialen en
afvalstoffen die grote waarde hebben
voor de industrie zijn oud papier, oud
y'zer of staal (schrot), oude non-ferro-
metalen zoals lood, zink en koper en
tenslotte ook lompen en beenderen.
Oud papier wordt voornamelijk ge
bruikt als grondstof voor pakcarton-
en pakpapierfabrieken. In verschillen
de soorten pakpapier en in closet-
panier b.v. worden belangrijke hoe
veelheden oud papier verwerkt. Voor
betere soorten papier is het percentage
kleiner, maar toch nog belangrijk
genoeg om daarvoor oud papier in te
zamelen.
Het jaarlijks papierverbruik wordt
op het ogenblik geschat op 33 kg per
hoofd van de bevolking. Ongeveer
37 pet. daarvan komt weer in de
vorm van oud papier als grondstof
terug in de fabrieken. Dat is een aan
zienlijk percentage; als de gehele
bevolking meewerkt kan het echter
nog belangrijk worden opgevoerd.
Schrot, ofwel oud iizer of staal
wordt hoofdzakelijk in de staal
industrie verwerkt en vormt een zeer
belangrijke grondstof. Het staal, dat
in Nederland wordt gefabriceerd, is
voor 80 pet. vervaardigd uit oud
materiaal.
De inzameling van non-ferrometalen
zoals, lood, zink en koper is vooral
van belang voor de export. Niet alle
oude non-ferrometalen worden nl. in
ons land verwerkt en daarom ge
ëxporteerd en in het buitenland ver
edeld, waarna ze in bruikbare vorm
weer in de Nederlandse fabrieken
terugkeren.
Lompen, die door het publiek
worden afgedankt, vinden als grond
stof hun weg naar allerlei takken
van industrie. Witte katoenen en
linnen lompen kunnen dienen voor de
vervaardiging van speciale soorten
witpapier en sigarettenpapier.
Gekleurde katoen en linnen, oude
dweilen, tapijten en jute worden ver
werkt in de viltpapierindustrie. Wollen
lompen zyn belangrijk voor de ver
vaardiging van kunstwol. Oud touw
wordt een grondstof voor touwslage-
rijen en borstel- en mattenmakers.
Beenderen zijn van grote betekenis
voor de lijm- en gelatinefabricatie.
Tot nu toe gingen de in de huis
houding gebruikte beenderen (soep
benen b.v.) vrijwel geheel voor de
industrie verloren. Dat betekent, jaar
lijks een schadepost van 6 a 9 mil-
lioen gulden.
De export van oude materialen is
voor ons land van groot belang. In
1949 b.v. bedroeg de waarde van deze
export niet minder dan ruim 35 mil-
lioen gulden
Het. is om deze redenen, dat op het
Nederlandse volk een beroep wordt
gedaan om mee te werken aan de
grote inzamelingsactie, die thans
wordt ondernomen, eerst in een 80-
tal gemeenten, later door het gehele
land.
De ondervakgroep „Opkopers van
oude materialen en afvalstoffen" zal
het inzamelen in meer geregelde
banen leiden dan tot nu toe het geval
was.
Het ligt in de bedoeling plaatselijk
nader bekend te maken op welke
wijze en door wie de oude materialen
zuilen worden ingezameld en welke
pry's ervoor zal worden betaald.
Het kan misschien nog enige tijd
duren, voordat deze organisatie overal
vlot werkt. Toch is het van groot
belang, dat een ieder nu reeds begint
met het verzamelen van de hiervoor
genoemde waardevolle afvalstoffen.
Niet alleen door opkopers maar ook
door liefdadige instellingen worden
oude materialen ingezameld.
Het spreekt vanzelf, dat ook deze
vorm van inzameling door de over
heid wordt toegejuicht. Het gaat er
tenslotte maar om, dat de oude
materialen en afvalstoffen terecht
komen daar waar zij op hun plaats
zijn, n.l.by de industrie, die van oud
weer nieuw maakt.
Proost (le Folleville
Op 22 Juli 1816 stierf te Venray een
zeer merkwaardig persoon, wiens
naam wy in herinnering mogen
houden. Hy was de Hoogeerwaaide
Heer Jan Joseph Christoffel baron de
Folleville. Hij was in 1737 geboren
te Dusseldorff. Zyn ouders waren
Ernest Hendrik baron de Folleville
en Theresia, gravin van Schel lart van
Geysteren, erfvrouw te Langendonk.
Gepensioneerd door het Franse
gouvernement bracht hy zyn laatste
levensjaren door te Venray en rust
hier ook op het kerkhof. Hij bewoon
de er het huis, het later eigendom
van de notarisfamilie Reinders.
Voordat hy te Venray kwam rusten,
was hy proóst geweest van het
keizerlijk vrije collegiale stift van
Sint Adalbrecht te Aken. Daarom was
hier zyn gewone aanduidingsnaam
„de" Proost. Maar zelf gaf hy zich
nog diverse andere titels. Zo noemde
hy zich Grondheer van de vrijheerlyk-
heid Oirlo. Heer te Breitenhampt en
Nehm, capitularis van het hoogadellijk
stift Wimphen.
De Proost was een man van edel
voorkomen, lange gestalte en ken
merkte zich door een grote zacht
moedigheid, al was hy weieens wispel
turig. Hy had een gebrek, dat voor
hem en anderen niet zo plezierig was
hy stotterde namelijk.
Een leuke liefhebberij hield hij er
op na. Hy had het namelijk klaar
gespeeld om een echte haas (geen
peelhaaste temmen; aan een'koordje
nam hij die soms op zyn wandelingen
mede, alsof het een lief Molliehondje
was en liet het dan grazen. Maar de
natuur was by het haasje toch ster
ker, dan zyn baas gedacht had. Op
een goede dag huppelde het vry en
gezwind naar een roggeveld en hernam
zijn vryheid. De Proost had er veel
leed van.
De Proost heeft vele goede werken
gedaan. Zo deed hij aan de parochiale
kerk prachtig gouden paramenten
met koorkap ten' geschenke en ook
zilveren ampullen; met schenkblad.
Maar by het openeh van zyn testament
bleek, dat hy toch meer gelegateerd
had, dan hij in werkelijkheid bezat.
Vele goederen bleken toen met
schuld beladen. Zo bijvoorbeeld de
de hoeve of de hek „den Bongart", ook
geheten „op den Boogaert" of Boom-
gaert, dat gelegen was naby het
kasteel van Geysteren.
Zyn borstkruis, dat hy aan de kerk
van Oirlo vermaakt had, werd later
geschonken aan de Bisschop van
Roermond. Een aantal fundaties had
hy reeds in 1804 gesticht in Geysteren
en de daarvan afgescheiden parochie
van Maashees.
„Het Baronneke"
Onder de naam van ..Het Baronneke"
was in Venray van de vorige eeuw
bekend de priester Albertus Francis-
cus de Meer. Hij was geboren in
Dalenbrok. Zijn vader was Fr edericus
Victor de Meer en Albertina Carolina
de la Tour. Vader de Meer had in
1727 de vry heerlijkheid Dalenbroek
voor 75000 rijksdaalders gekocht van
Latharius Frederick, vrijheer van
Rollingen, Oostham, Beeringen, enz.
Kijkje bij onze buren.
Smokkelauto's en pantserwagens voor een prik
De douane van Aken heeft vorige
week schoon schip gemaakt op het
erf van haar hoofdkwartier aan de
Bismarckstrasse, de „Rote Kaserne".
Achter die kazerne ligt een groot
plein, dat de laatste tyd hoe langer
kleiner werd, daar er alsmaar meer
auto's op worden gestald.
Auto's van allerlei soort zijn dat,
van velerlei merk en van alle moge
lijke leeftyden, maar zonder uitzon
dering auto's waar een luchtje aan
zit en wel meestal een koffieluchtje.
Stuk voor stuk werden zij door de
Akense douane buit gemaakt aan
het smokkelfront, sommige zonder
slag of stoot, andere na een verwoede
achtervolging, waarvan hier en daar
op hun carrosserie nog sporen in de
vorm van kogelgaten zijn te zien.
Er zijn er onder die auto's, die het
met één oogopslag is aan te zien,
dat zij door hun eigenaren tot clan
destiene praktijken voorbestemd zyn
geweest.
Het dikste ligt dat er wel op by
enkele voormalige Amerikaanse
pantserwagens; indrukwekkende en
zware gedrochten, van geïmproviseer
de grote laadbakken voorzien en met
als enige zwakke plek een smal
kijkgaatje voor de chauffeur.
Maar er staan daar achter de „Rote
Kaserne" toch ook veel vehikels,
vrachtauto's en bestelwagens, zowel
als opleggers, porsonenanto's. en
motoren met of zonder zijspan, die
op het- eerste gezicht helemaal niets
met smokkelarij hebben uit te staan
gehad.
Zeer fraaie exemplaren zyn er zelfs
by, die nog niet zo heel langgeleden
uit de fabriek gekomen moeten zyn.
De douane zou echter kunnen vertel
len, dat met name in een aantal van
de zo onschuldig uitziende personen
auto's zeer geraffineerd verborgen
bergplaatsen gevonden zyn.
UITVERKOOP.
By tyd en wyle wordt door de
Akense douane opruiming gehouden
in haar wagenpark door het houden
van een uitverkoop.
Onpartijdige schatters stellen dan
east wat de onderhavige voertuigen
op zijn minst waard moeten worden
geacht en daarna wordt op een van
te voren bekend gemaakte dag de
hele zaak by opbod verkocht.
Vorige week gebeurde dat voor de
derde keer sinds de oorlog. Er
stonden toon veertien personenauto's
een even groot aantal vrachtwagens
zevui motoren en een negen tons
oplegger op de lyst.
Do belangstelling was overweldi
gend groot, zy het dan, dat er veel
meer nieuwsgierigen dan aspirant
kopers waren onder het publiek. Als
vendumeester trad een autodeskun-
dige op, die gewapend met een
microfoon telkens op een stoel voor
het aan de beurt zijnde vehikel ging
staan en na een korte opsomming
van de deugden daarvan de geschatte
waarde bekend maakte, waarna de
gegadigden, die van te voren ook
reeds een kykje waren komen nemen
aan het bieden konden slaan.
De reacties waren dikwyls zeer
merkwaardig. De eerste personenauto
een onnogelyke B.M.W. uit 1934,
die door de schatters op 250 mark
was getaxeerd, ging weg voor 400
Mark, terwijl een glimmende zesper-
soons Renault geen pfenning meer
opbracht dan de 300 Mark, waarvoor
hij aangeslagen was.
Met de andere personenauto's ging
het precies zo. Voor de grootste en
mooiste bestond slechts een matige
belangstelling; zodra echter 'n kleiner
exemplaar aan de beurt kwam,
dreven de kooplustigen elkaar op tot
ver boven de minimumprijs.
Maar dat was toch wel verklaar
baar, want als je voor een spotprijs
een pracht van een wagen in de
wacht sleept, die je later schatten
aan benzine en belasting gaat kosten
ben je uiteindely'k misschien toch
nog erg onvoordelig uit.
Ook „betere" merken.
Overigens waren niet alle wagens
Aan dit feit zal de Eerwaarde wel zyn
bijnaam ontleend hebben.
Het Baronneke was ook familielid
van de Proost Jan Joseph Christoffel
de Folleville en hij woonde te Venray
als buur naast hem. De Folleville
heeft wel goederen verkocht aan de
Meer, ja o.a, heeft de Folleville de
heerlijkheid Oirlo aan hem verkocht,
weer van hem teruggekocht, om die
later opnieuw aan hem te verkopen.
Albertus Franciscus de Meer over
leed 20 December 1 si 1Hij was toen
76 jaar.
Franci8cns Martinas
Cornelias Omes
Deze priester was geboren te
Middelaar 3 September 1835. Hy werd
priester gewijd te Roermond 21 Maart
1863. Hy was achtereenvolgens
kapelaan te Wessem, Well,Heyen en
werd 4 Februari 1877 benoemd tot
rector van de kapel van O.L.Vrouw
te Oostrum.
Niet laag heeft hy dit ambt mogen
vervullen. Want hy overleed reeds
op 6 April 1878. Hij werd begraven
op het kerkhof te Venray naast dé
Hoogeerwaarde Heer Deken Ver
heggen.
zó laag getaxeerd als die B'M.W. en
de Renault.
Een Wanderer uit 1935 was te
koop voor 725 Mark en ging ook weg
voor die prijs, tenminste nadat de
vendumeester diverse keren hoog
ervan opgegeven had. Zo ging het
eveneens met een Plymouth uit 1938
die op 800 Mark was geschat.
By de motorfietsen verwekte vooral
een zeer goed onderhouden Viktoria
sensatie. In plaats van 250 Mark,
zoals de douane had verwacht, lever
de deze, nadat de vendumeester tien
tallen keren zyn ïefrein ,.zum ersten,
zum zwoten, zum dritten" had her
haald, precies het dubbele op.
Een andere motor merk onbe
kend steeg van 30 op 65 Mark,
hoewel hy practisch onberijdbaar was
de koper daarvan was het kennelijk
om de onderdelen te doen.
De douane kon tenslotte op één
na alle voertuigen schrappen van
haar lyst.
In totaal bleek zy ruim 17.000
Mark te hebben verdiend.
Met dat al is de voorraad smokkel-
wagens achter de „Rote Kaserne"
te Aken thans nog slechts voor een
derde opgeruimd.
Over een zestigtal vehikels, heeft
de rechter nog geen beslissing ge
nomen. Wel staat reeds vast, dat bij
de volgende verkoop onder meer
twee pantserwagens aan de beurt
zullen komen; daarop kunnen echter
alleen schrothandelaren reflecteren,
want de douane voelt er niets voor
om die wagens vroeg of laat nog
eens tegen te komen aan de grens.
Uw verslaggever is na de veilir.g
maar weer in de trein gestapt. Hij
had wel in die Renault van 300 Mark
naar huis willen ry'den, maar die
moest contant worden betaald.
Had hy wel genoeg geld bij zich
gehad, dan zou hij overigens meteen
aan de grens al een strop hebben
gehad, want daar hoorde hy, dat de
Nederlandse douane zyn wagen met
46 procent van de geschatte waarde
zou hebben belast.
Bovendien is ook voor smokkel
auto's een invoervergunning vereist..,
Nu het voorjaar toch schijnt te
komen, wagen we het de beeldspraak
uit de vorige artikelen voort te zetten
en deze keer te schryven over de
bloeiende tuin, over de wasdom en
tot eenheid gegroeide liefde tussen
man en vrouw.
De levende en bezielende liefde
moet in het hart van man en vrouw
even lleurig en kleurig bloeien als de
korenbloem onder de rogge en het
madeliefje aan de wegrand.
In de gedachten van God is het
gezin altijd een lap grond gebleven,
die man en vrouw in een stuk aards
paradys kunnen herscheppen, als ze
van goede wil zyn en voor het ware
geluk alles over hebben.
Geef O. L. Heer de schuld niet, als
de tuin van uw liefde kaal gevreten
is door rupsen en slakken, als er
meer distels en doornen groeien dan
rozen en lelies, als gij uw zonnedagen
kunt tellen op de vijf vingers van
uw hand.
Als man en vrouw eenmaal gehuwd
zyn, lykt het of alle lentebloemen
langzaam verschrompelen en verdor
ren zonder dat er nieuwe knoppen
uitbotten. De liefde wordt iets alle
daags, de speelse muziek gaat er uit
de innigheid van vroeger verkilt tot
strakke stroeve onverschilligheid.
In de maneschijn van de verkering
hebben beiden de liefde gezien
een gegarneerde schotel voor fees
lyke gelegenheden, maar het dagelyks
leven schaft slechts het opgewarmde
kliekje van de vorige dag, of dood
gewone stamppot, die zoncer liefde
bereid is en zonder liefde gegeten
wordt. Man en vrouw eten nog wel
de vrucht van de liefde, maar zonder
geestdrift en bezieling, in sleur en
onnadenkendheid; zitten aan tafel
zonder honger en zonder verlangen;
ze proeven de schil en smaken (fe
zoete kern niet meer.
Er hapert veel aan ons gezinsleven,
maar het zwakste punt is ons tekort
aan liefde; de bloeiende tak is ver
basterd tot een bladloze stronk. Hier
en daar lykt de takelage van het
huwelijksbootje nog keurig in orde,
maar in de kiel knaagt de gevaarlijke
houtworm.
Nu in alle toonaarden om bezin
ning en vernieuwing geroepen wordt,
willen ook wy ons aan dit refrein
bezondigen: Als man en vrouw zich
weer| bezinnen op de noodzakelijkheid
en de prioriteit van de liefde, zal het
gezin vanzelf tot in zyn diepste fun
damenten vernieuwd worden.
Nooit kunnen man en vrouw genoeg
van elkaar houden en is het ideale
huwelijk ondenkbaar en onbestaan
baar zonder een standvastige verliefd
heid.
Wat geeft het als man en vrouw
af en toe eens mal doen en hun
jong gebleven liefde laten uitstralen
in frisse uitbundigheid.
O. L. Heer zelf ziet zeer welwil
lend en goedkeurend toe, want Hij
voor 50 jaren terug
No. van 9 Maart 1901
Gedurende de rustperiode van
Pastoor Hillen werd door de Bisschop
met de assistentia^in de parochie
belast zyn neef, P. Caspar Seelen o.f.m.
De redactie beveelt aan alle
bijenhouders dan de lezing by te
wonen, die kapelaan Stassen, bekend
als specialiteit op byengebied, in de
zaal van J. Buggems ie Leunen zou
houden.
Jean Poels was president van de
Boerenbond.
By de 4 Maart gehouden aan
besteding ten behoeve van een nieuw
te bouwen huis van de heer M.
Verriet, aan het Henseniusplein was
de laagste inschrijver voor het metsel
werk G. Poels met een bedrag van
f 407,— en voor hot stukadoorswerk
Hend. Cremers voor f ^53,-
Op 4 Maart overleed Mechelina
Franeisca Lutters, geb. Beckers, die
op 8 Mei haar gouden bruiloft had
hopen te vieren.
begrijpt niets zo goed als reine,
sterke, innige liefde, daar Zijn eigen
wezen liefde is.
De mens die bemint, tracht alleen
de goddelijke vonk in zyn eigen ziel
aan te blazen tot vuriger gloed en
milder warmte.
Wanneer de- liefde zuiver gericht
is, komen man en vrouw steeds
meer tot elkaar, onstaat de eenheid,
die het ware kenteken is van een
zichzelf vergetende en oll'ergezinde
instelling.
In dit vergroeid zyn vinden zy het
geluk dat echt en diep is, want door
het verdwijnen van gevaarlijke span
ningen en ongewenste tegenstellingen
komt er rust door het evenwicht in
de verhouding, wordt de liefde ver
zorgd en gecultiveerd.
Wanneer man en vrouw steeds
iets voor elkander blijven betekenen,
de bestaande band meer zegt dan een
zich gewillig neerleggen by de feiten
en een gedwee aanvaarden van con
sole wenties, is het niet mogelijk, dat
het huwelijk misvormd wordt tot
een spel voor de buitenwereld, dat
schynbaar goed gespeeld wordt, doch
door het ontbreken van een goede en
voldoende inzet of een fair nakomen
van de regels op een dood punt
komt en uiteindely'k toch een fiasco
betekent.
Het levende element is verstikt
en wat een éénheid moest zyn;blykt
een langs elkaar heen gaan te zyn
en het onderlinge contact niet meer
gewenst of gezocht.
Steeds opnieuw kunnen we zien
en wordt als normaal beschouwd
dat de eerste liefde, die bezegeld
werd met het Ja-woord, de echtelie
den in een geheel ander deel van
het leven te plaatsen.
Het hoofdthema wordt „trouw"
met een geheel voorbijgaan en niet
verder realiseren, dat het Ja-woord
slechts een bevestiging en een be
krachtiging is; dat de spontane, eer
lijke eerste liefde moet blijven door
klinken in iedere daad en iedere
nieuwe dag in het heerlijke besef,
dat liefde meer betekent en inhoudt
dan louter en alleen trouw.
Liefde is een positief element en
hiermede moeten man en vrouw
boordevol geladen zyn, dan komt er
energie vry, die anderen ten goede
komt.
Plukken de kinJeren niet de rijkste
vruchten van een opgroeien tussen
een vader en moeder, die één zyn in
liefde
f P. H. RONGEN, O.CJR.
Hy die het onlang:, erschenen
boek „Het vyf en twmtigste uur"
heeft gelezan, zal zich met bezorgd
heid afvragen, waar moet het heen
met deze wereld?
Mogen wy als Katholieke Arbeiders,
dan niet met alles wat in dit boek go-
schreven staat accoord gaan, toch
geeft net ons stof tot nadenken. Zien
wy ook in Arbeiderskringen niet een
algehele vervlakking over de gehele
linie
De grote massa van Arbeiders heeft
de neiging zichzelf te beschouwen als
onderdeeltjes der grote machine, die
productie heet en geven door hun on
verschilligheid voor de geestelijke
kant van het organisatieleven, zelf
aanleiding ook als niet meer dan
onderdeelijps te worden beschouwd.
Uitzonderingen zyn er natuurlijk,
doch dezp bevestigen alleen de regel.
Men kan deze onverschilligheid wel
het best constateren, wanneer men
de byeenkomsten dezer organisatie
bezoekt.
Het zijn steeds dezelfde personen,
die door aanwezigheid blijk geven,
de ernst der tijden te beseffen en hot
belang van een sterke organisatie in
te zien.
Slechts bij uitzonderingen, b.v. wan
neer een film vertoond wordt, loopt
de zaal nog weieens vol.
Byr.a zyn wy geneigd dit een on
gezonde belangstelling te noemen.
Toch zyn deze Vak- en Stands-
organisaties de aangewezen organen,
die in grote mate kunnen medewerken
om al de onheilen die ons in het
„VLif en twintigste uur" worden ge
schilderd, af te wenden.