TWEEDE BLAD \AN PEEL EN MAAS Wie emigreren wil, Oude materialen en en: Uit de geschiedenis van Venray en omgeving. De Akense douane maakt schoon schip. De Moeiende tuin. Uit „Peel en Maas" Aan de KAfy-leden van (@encay. ZATERDAG 10 MAART 1951 No. 10 TWEE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG staat maanden onder psychologische druk Ambtelijke voorlichting onvoldoende en dikwijls tegenstrijdig l Wie zich in deze dagen van economische teruggang en politieke onzekerheid voorneemt om naar een nieuw vaderland uit te kijken, dient zich niet alleen voor te bereiden op een serie moei lijkheden en tegenslagen, welke hem of haar daar zullen wach ten, doch moet vanaf de dag, dat het eerste bezoek aan een Gewestelijk Arbeidsbureau wordt gebracht schrap zetten voor het psychologische spelletje, dat er gewild en ongewild met hem wordt gespeeld. Het aantal mensen, dat na een Zondags familieberaad of op advies van een reeds vertrokken relatie de stoute schoenen aan trekt om de eerste symbolische stappen naar de boot te zetten is zeer.groot, hot percentage dat onderweg naar de kade afvalt is echter eveneens van beduidende omvang. Het is nooit met zoveel woorden gezegd, dat de aspirant-emigrant opzettelijk onder psychologische druk wordt gezet, doch zijn ervaringen bij de voorbereidingen van de grote tocht wijzen wel overduidelijk in die richting. Onverschillig naar welk land men ressen sluiten de dossiers af in een zich wenst te begeven, in eersteJ A instantie dient men zich bij de tegen woordige gang van zaken te ver voegen by het Arbeidsbureau ter plaatse, waar een z.g. emigratierap port wordt opgemaakt. Wie lichamelijk onvolmaakt is, een chronische ziekte onder de leden heeft ook al is deze niet van ernstige aard of heeft zich die nog niet geopenbaard kan zich de gang naar dit bureau wel besparen. Hij komt absoluut niet in aanmer king. Is een van de gezinsleden er zodanig aan toe, dan dient hy of zij in Nederland achter te blijven, het geen natuurlijk in de meeste geval len aanleiding is om de emigratie plannen van de hoofdpersoon ook te laten varen. Wordt het rapport door de ambte naren van het Gewestelijk Arbeids bureau accoord bevonden, dan begint de strijd om de documenten, die de emigrant moet overleggen. En dat zijn er vele. Hy krijgt er braaf een lijstje van en kan zich dan gaan be ijveren met het schrijven van talloze brieven en het storten van guldens voor belastingheffingen-ineens en be wijzen van goed gedrag. Als later het medisch onderzoek achter de rug is, een groot aantal formulieren in duplo opgemaakt en met wachten op verschillende bureaux een paar com plete werkdagen verloren zyn gegaan, kan men „rustig afwachten tot men nader bericht ontvangt." Deze clausule, die klaarblijkelijk geliefd is op alle ambtelijke instel lingen vergt in de practijk heel wat van de zenuwen van de emigrant. Immers, hij moet zijn dagelijkse werkzaamheden normaal voortzetten, omdat de zekerheid van het vertrek eerst enkele weken soms pas enkele dagen voor de vertrek datum bekend is. Omdat slechts weinig mensen zich op twee zaken tegelijk kunnen con centreren heeft het dagelijks werk meestal te 1 ij den onder de voorberei dingen, welke men dient te treffen. Bovendien wordt het humeur van de emigrant ernstig bedreigd, omdat hy ondanks de toezeggingen nu eenmaal niets hoort. Daarom moet hij steeds actief zyn en zich herhaaldelijk op de hoogte stellen van de stand van zaken. Men moet niet kijken op een briefje meer of minder en de telefoon is een schier onmisbaar hulpwerk- tuig, dat des te nuttiger is, omdat men daardoor tenminste direct ant woordt krijgt op de vragen welke men stelt. Actief blijven Geloof nooit, dat iets in orde zal worden gemaakt, zonder dat men er het overtuigend bewijs voor levert. Vooral wanneer er tijdens de emigra tie-procedure wijzigingen in een dos sier moeten worden aangebracht is het zeer twijfelachtig of dat inder daad correct geschiedt. Hoe verwonderlijk dit ook moge klinken, dit „systeem" heeft ontogen- zeggelyk voordelen. Het bewerkstel ligt namelyk, dat hij of zij, die de energie en de handigheid om zich door de ambtelijke woestenij een weg te banen niet kunnen opbrengen, uitvallen opmars naar het emigranten schip. Zodoende komt immers auto matisch een zekeie selectie tot stand. Wie kans ziet om hier te lande in het bezit van de vereiste bescheiden te komen, zal zich ook in het nieuwe vaderland zeker niet een, twee, drie uit het veld laten slaan. Geen won der, dat het aantal van degenen, die teleurgestelt naar Nederland terug komen, slechts zeer laag is. Niet van humor ontbloot zijn de ervaringen, die men als emigrant bij het bureau van de Australische am bassade kan opdoen. Men is daar subiet een gehele dag kwyt om in het bezit te raken van de vereiste visa en het landingpermit. Vyf en negentig procent van die tyd be steedt men met wachten in een zeer eenvoudig vertrek van vyf by zes meter, waar dagelyks vijftig tot zestig mensen zitten opeengepropt. Men mag er niet roken waar schijnlijk omdat er ook vele kleine kinderen met vader en moeder mee komen en wanneer men dit voor schrift overtreedt, maakt een telefo niste, die zelf dapper met een sigaret in de mond zit, u er wel op attent. De controlerende arts ziet in twee minuten of u overeenkomstig het rapport van de Nederlandse dokter - helemaal gezond bent en het „inter view" met de Australische emigratie- ambtenaar beperkt zich tot-het neer tellen van acht gulden zestig aan de betaalmeester. Nederlandse secreta- zeer bedaard tempo en tenslotte wenst een hogere vertegenwoordiger van het land van de toekomst de emigrant ..good bye" en een goede reis. Tips Denk er aan, dat het paspoort van de vrouw ook de naam van haar echtgenoot vermeldt. Velen heeft dit een extra reis naar Den Haag gekost. De Nederlandse wet eist het niet, maar de Australische wel. Geen ambtenaar zal het u ooit vertellen. Vergeet niet een lyst aan te leggen van goederen, die u in uw landver huizersbagage stopt. Niemand ook niet de scheepvaartonderneming maakt u er op attent en toch hebt ge haar nodig om in het bezit te komen van de onmisbare uitvoerver gunning. Erger u niet, wanneer men u naar het kastje van de muur stuurt, zoals een soldaat, die wilde emigreren, doch geen landings-permit kon krijgen zonder demobilisatie-papieren en even min demobilisatiepapieren zonder landingspermit. Hy reisde viermaal op en neer van Amersfoort naar Den Haag. Als militair kende hy natuur, lyk het populaire liedje: „Piek up your troubles and smile, smile, smile" Maar dit zyn wel de eerste engelse woorden, die ook een emigrant hier te lande moet kennen A. B. HILBRINK Belangrijke grondstof voor de Nederlandse industrie Op het Nederlandse volk zal van nu af aan een beroep worden gedaan om alle oude materialen die opnieuw verwerkt kunnen worden tot allerlei waardevolle producten niet meer te vernietigen of weg te doen met andere afvalstoffen, maar te bewaren en wederom beschikbaar te stellen van de Nederlandse industrie. Dat is niet alleen nodig voor een regelmatige voorziening van schaarser wordende grondstoffen en zelfs voor een ver hoging van de export. De voornaamste oude materialen en afvalstoffen die grote waarde hebben voor de industrie zijn oud papier, oud y'zer of staal (schrot), oude non-ferro- metalen zoals lood, zink en koper en tenslotte ook lompen en beenderen. Oud papier wordt voornamelijk ge bruikt als grondstof voor pakcarton- en pakpapierfabrieken. In verschillen de soorten pakpapier en in closet- panier b.v. worden belangrijke hoe veelheden oud papier verwerkt. Voor betere soorten papier is het percentage kleiner, maar toch nog belangrijk genoeg om daarvoor oud papier in te zamelen. Het jaarlijks papierverbruik wordt op het ogenblik geschat op 33 kg per hoofd van de bevolking. Ongeveer 37 pet. daarvan komt weer in de vorm van oud papier als grondstof terug in de fabrieken. Dat is een aan zienlijk percentage; als de gehele bevolking meewerkt kan het echter nog belangrijk worden opgevoerd. Schrot, ofwel oud iizer of staal wordt hoofdzakelijk in de staal industrie verwerkt en vormt een zeer belangrijke grondstof. Het staal, dat in Nederland wordt gefabriceerd, is voor 80 pet. vervaardigd uit oud materiaal. De inzameling van non-ferrometalen zoals, lood, zink en koper is vooral van belang voor de export. Niet alle oude non-ferrometalen worden nl. in ons land verwerkt en daarom ge ëxporteerd en in het buitenland ver edeld, waarna ze in bruikbare vorm weer in de Nederlandse fabrieken terugkeren. Lompen, die door het publiek worden afgedankt, vinden als grond stof hun weg naar allerlei takken van industrie. Witte katoenen en linnen lompen kunnen dienen voor de vervaardiging van speciale soorten witpapier en sigarettenpapier. Gekleurde katoen en linnen, oude dweilen, tapijten en jute worden ver werkt in de viltpapierindustrie. Wollen lompen zyn belangrijk voor de ver vaardiging van kunstwol. Oud touw wordt een grondstof voor touwslage- rijen en borstel- en mattenmakers. Beenderen zijn van grote betekenis voor de lijm- en gelatinefabricatie. Tot nu toe gingen de in de huis houding gebruikte beenderen (soep benen b.v.) vrijwel geheel voor de industrie verloren. Dat betekent, jaar lijks een schadepost van 6 a 9 mil- lioen gulden. De export van oude materialen is voor ons land van groot belang. In 1949 b.v. bedroeg de waarde van deze export niet minder dan ruim 35 mil- lioen gulden Het. is om deze redenen, dat op het Nederlandse volk een beroep wordt gedaan om mee te werken aan de grote inzamelingsactie, die thans wordt ondernomen, eerst in een 80- tal gemeenten, later door het gehele land. De ondervakgroep „Opkopers van oude materialen en afvalstoffen" zal het inzamelen in meer geregelde banen leiden dan tot nu toe het geval was. Het ligt in de bedoeling plaatselijk nader bekend te maken op welke wijze en door wie de oude materialen zuilen worden ingezameld en welke pry's ervoor zal worden betaald. Het kan misschien nog enige tijd duren, voordat deze organisatie overal vlot werkt. Toch is het van groot belang, dat een ieder nu reeds begint met het verzamelen van de hiervoor genoemde waardevolle afvalstoffen. Niet alleen door opkopers maar ook door liefdadige instellingen worden oude materialen ingezameld. Het spreekt vanzelf, dat ook deze vorm van inzameling door de over heid wordt toegejuicht. Het gaat er tenslotte maar om, dat de oude materialen en afvalstoffen terecht komen daar waar zij op hun plaats zijn, n.l.by de industrie, die van oud weer nieuw maakt. Proost (le Folleville Op 22 Juli 1816 stierf te Venray een zeer merkwaardig persoon, wiens naam wy in herinnering mogen houden. Hy was de Hoogeerwaaide Heer Jan Joseph Christoffel baron de Folleville. Hij was in 1737 geboren te Dusseldorff. Zyn ouders waren Ernest Hendrik baron de Folleville en Theresia, gravin van Schel lart van Geysteren, erfvrouw te Langendonk. Gepensioneerd door het Franse gouvernement bracht hy zyn laatste levensjaren door te Venray en rust hier ook op het kerkhof. Hij bewoon de er het huis, het later eigendom van de notarisfamilie Reinders. Voordat hy te Venray kwam rusten, was hy proóst geweest van het keizerlijk vrije collegiale stift van Sint Adalbrecht te Aken. Daarom was hier zyn gewone aanduidingsnaam „de" Proost. Maar zelf gaf hy zich nog diverse andere titels. Zo noemde hy zich Grondheer van de vrijheerlyk- heid Oirlo. Heer te Breitenhampt en Nehm, capitularis van het hoogadellijk stift Wimphen. De Proost was een man van edel voorkomen, lange gestalte en ken merkte zich door een grote zacht moedigheid, al was hy weieens wispel turig. Hy had een gebrek, dat voor hem en anderen niet zo plezierig was hy stotterde namelijk. Een leuke liefhebberij hield hij er op na. Hy had het namelijk klaar gespeeld om een echte haas (geen peelhaaste temmen; aan een'koordje nam hij die soms op zyn wandelingen mede, alsof het een lief Molliehondje was en liet het dan grazen. Maar de natuur was by het haasje toch ster ker, dan zyn baas gedacht had. Op een goede dag huppelde het vry en gezwind naar een roggeveld en hernam zijn vryheid. De Proost had er veel leed van. De Proost heeft vele goede werken gedaan. Zo deed hij aan de parochiale kerk prachtig gouden paramenten met koorkap ten' geschenke en ook zilveren ampullen; met schenkblad. Maar by het openeh van zyn testament bleek, dat hy toch meer gelegateerd had, dan hij in werkelijkheid bezat. Vele goederen bleken toen met schuld beladen. Zo bijvoorbeeld de de hoeve of de hek „den Bongart", ook geheten „op den Boogaert" of Boom- gaert, dat gelegen was naby het kasteel van Geysteren. Zyn borstkruis, dat hy aan de kerk van Oirlo vermaakt had, werd later geschonken aan de Bisschop van Roermond. Een aantal fundaties had hy reeds in 1804 gesticht in Geysteren en de daarvan afgescheiden parochie van Maashees. „Het Baronneke" Onder de naam van ..Het Baronneke" was in Venray van de vorige eeuw bekend de priester Albertus Francis- cus de Meer. Hij was geboren in Dalenbrok. Zijn vader was Fr edericus Victor de Meer en Albertina Carolina de la Tour. Vader de Meer had in 1727 de vry heerlijkheid Dalenbroek voor 75000 rijksdaalders gekocht van Latharius Frederick, vrijheer van Rollingen, Oostham, Beeringen, enz. Kijkje bij onze buren. Smokkelauto's en pantserwagens voor een prik De douane van Aken heeft vorige week schoon schip gemaakt op het erf van haar hoofdkwartier aan de Bismarckstrasse, de „Rote Kaserne". Achter die kazerne ligt een groot plein, dat de laatste tyd hoe langer kleiner werd, daar er alsmaar meer auto's op worden gestald. Auto's van allerlei soort zijn dat, van velerlei merk en van alle moge lijke leeftyden, maar zonder uitzon dering auto's waar een luchtje aan zit en wel meestal een koffieluchtje. Stuk voor stuk werden zij door de Akense douane buit gemaakt aan het smokkelfront, sommige zonder slag of stoot, andere na een verwoede achtervolging, waarvan hier en daar op hun carrosserie nog sporen in de vorm van kogelgaten zijn te zien. Er zijn er onder die auto's, die het met één oogopslag is aan te zien, dat zij door hun eigenaren tot clan destiene praktijken voorbestemd zyn geweest. Het dikste ligt dat er wel op by enkele voormalige Amerikaanse pantserwagens; indrukwekkende en zware gedrochten, van geïmproviseer de grote laadbakken voorzien en met als enige zwakke plek een smal kijkgaatje voor de chauffeur. Maar er staan daar achter de „Rote Kaserne" toch ook veel vehikels, vrachtauto's en bestelwagens, zowel als opleggers, porsonenanto's. en motoren met of zonder zijspan, die op het- eerste gezicht helemaal niets met smokkelarij hebben uit te staan gehad. Zeer fraaie exemplaren zyn er zelfs by, die nog niet zo heel langgeleden uit de fabriek gekomen moeten zyn. De douane zou echter kunnen vertel len, dat met name in een aantal van de zo onschuldig uitziende personen auto's zeer geraffineerd verborgen bergplaatsen gevonden zyn. UITVERKOOP. By tyd en wyle wordt door de Akense douane opruiming gehouden in haar wagenpark door het houden van een uitverkoop. Onpartijdige schatters stellen dan east wat de onderhavige voertuigen op zijn minst waard moeten worden geacht en daarna wordt op een van te voren bekend gemaakte dag de hele zaak by opbod verkocht. Vorige week gebeurde dat voor de derde keer sinds de oorlog. Er stonden toon veertien personenauto's een even groot aantal vrachtwagens zevui motoren en een negen tons oplegger op de lyst. Do belangstelling was overweldi gend groot, zy het dan, dat er veel meer nieuwsgierigen dan aspirant kopers waren onder het publiek. Als vendumeester trad een autodeskun- dige op, die gewapend met een microfoon telkens op een stoel voor het aan de beurt zijnde vehikel ging staan en na een korte opsomming van de deugden daarvan de geschatte waarde bekend maakte, waarna de gegadigden, die van te voren ook reeds een kykje waren komen nemen aan het bieden konden slaan. De reacties waren dikwyls zeer merkwaardig. De eerste personenauto een onnogelyke B.M.W. uit 1934, die door de schatters op 250 mark was getaxeerd, ging weg voor 400 Mark, terwijl een glimmende zesper- soons Renault geen pfenning meer opbracht dan de 300 Mark, waarvoor hij aangeslagen was. Met de andere personenauto's ging het precies zo. Voor de grootste en mooiste bestond slechts een matige belangstelling; zodra echter 'n kleiner exemplaar aan de beurt kwam, dreven de kooplustigen elkaar op tot ver boven de minimumprijs. Maar dat was toch wel verklaar baar, want als je voor een spotprijs een pracht van een wagen in de wacht sleept, die je later schatten aan benzine en belasting gaat kosten ben je uiteindely'k misschien toch nog erg onvoordelig uit. Ook „betere" merken. Overigens waren niet alle wagens Aan dit feit zal de Eerwaarde wel zyn bijnaam ontleend hebben. Het Baronneke was ook familielid van de Proost Jan Joseph Christoffel de Folleville en hij woonde te Venray als buur naast hem. De Folleville heeft wel goederen verkocht aan de Meer, ja o.a, heeft de Folleville de heerlijkheid Oirlo aan hem verkocht, weer van hem teruggekocht, om die later opnieuw aan hem te verkopen. Albertus Franciscus de Meer over leed 20 December 1 si 1Hij was toen 76 jaar. Franci8cns Martinas Cornelias Omes Deze priester was geboren te Middelaar 3 September 1835. Hy werd priester gewijd te Roermond 21 Maart 1863. Hy was achtereenvolgens kapelaan te Wessem, Well,Heyen en werd 4 Februari 1877 benoemd tot rector van de kapel van O.L.Vrouw te Oostrum. Niet laag heeft hy dit ambt mogen vervullen. Want hy overleed reeds op 6 April 1878. Hij werd begraven op het kerkhof te Venray naast dé Hoogeerwaarde Heer Deken Ver heggen. zó laag getaxeerd als die B'M.W. en de Renault. Een Wanderer uit 1935 was te koop voor 725 Mark en ging ook weg voor die prijs, tenminste nadat de vendumeester diverse keren hoog ervan opgegeven had. Zo ging het eveneens met een Plymouth uit 1938 die op 800 Mark was geschat. By de motorfietsen verwekte vooral een zeer goed onderhouden Viktoria sensatie. In plaats van 250 Mark, zoals de douane had verwacht, lever de deze, nadat de vendumeester tien tallen keren zyn ïefrein ,.zum ersten, zum zwoten, zum dritten" had her haald, precies het dubbele op. Een andere motor merk onbe kend steeg van 30 op 65 Mark, hoewel hy practisch onberijdbaar was de koper daarvan was het kennelijk om de onderdelen te doen. De douane kon tenslotte op één na alle voertuigen schrappen van haar lyst. In totaal bleek zy ruim 17.000 Mark te hebben verdiend. Met dat al is de voorraad smokkel- wagens achter de „Rote Kaserne" te Aken thans nog slechts voor een derde opgeruimd. Over een zestigtal vehikels, heeft de rechter nog geen beslissing ge nomen. Wel staat reeds vast, dat bij de volgende verkoop onder meer twee pantserwagens aan de beurt zullen komen; daarop kunnen echter alleen schrothandelaren reflecteren, want de douane voelt er niets voor om die wagens vroeg of laat nog eens tegen te komen aan de grens. Uw verslaggever is na de veilir.g maar weer in de trein gestapt. Hij had wel in die Renault van 300 Mark naar huis willen ry'den, maar die moest contant worden betaald. Had hy wel genoeg geld bij zich gehad, dan zou hij overigens meteen aan de grens al een strop hebben gehad, want daar hoorde hy, dat de Nederlandse douane zyn wagen met 46 procent van de geschatte waarde zou hebben belast. Bovendien is ook voor smokkel auto's een invoervergunning vereist.., Nu het voorjaar toch schijnt te komen, wagen we het de beeldspraak uit de vorige artikelen voort te zetten en deze keer te schryven over de bloeiende tuin, over de wasdom en tot eenheid gegroeide liefde tussen man en vrouw. De levende en bezielende liefde moet in het hart van man en vrouw even lleurig en kleurig bloeien als de korenbloem onder de rogge en het madeliefje aan de wegrand. In de gedachten van God is het gezin altijd een lap grond gebleven, die man en vrouw in een stuk aards paradys kunnen herscheppen, als ze van goede wil zyn en voor het ware geluk alles over hebben. Geef O. L. Heer de schuld niet, als de tuin van uw liefde kaal gevreten is door rupsen en slakken, als er meer distels en doornen groeien dan rozen en lelies, als gij uw zonnedagen kunt tellen op de vijf vingers van uw hand. Als man en vrouw eenmaal gehuwd zyn, lykt het of alle lentebloemen langzaam verschrompelen en verdor ren zonder dat er nieuwe knoppen uitbotten. De liefde wordt iets alle daags, de speelse muziek gaat er uit de innigheid van vroeger verkilt tot strakke stroeve onverschilligheid. In de maneschijn van de verkering hebben beiden de liefde gezien een gegarneerde schotel voor fees lyke gelegenheden, maar het dagelyks leven schaft slechts het opgewarmde kliekje van de vorige dag, of dood gewone stamppot, die zoncer liefde bereid is en zonder liefde gegeten wordt. Man en vrouw eten nog wel de vrucht van de liefde, maar zonder geestdrift en bezieling, in sleur en onnadenkendheid; zitten aan tafel zonder honger en zonder verlangen; ze proeven de schil en smaken (fe zoete kern niet meer. Er hapert veel aan ons gezinsleven, maar het zwakste punt is ons tekort aan liefde; de bloeiende tak is ver basterd tot een bladloze stronk. Hier en daar lykt de takelage van het huwelijksbootje nog keurig in orde, maar in de kiel knaagt de gevaarlijke houtworm. Nu in alle toonaarden om bezin ning en vernieuwing geroepen wordt, willen ook wy ons aan dit refrein bezondigen: Als man en vrouw zich weer| bezinnen op de noodzakelijkheid en de prioriteit van de liefde, zal het gezin vanzelf tot in zyn diepste fun damenten vernieuwd worden. Nooit kunnen man en vrouw genoeg van elkaar houden en is het ideale huwelijk ondenkbaar en onbestaan baar zonder een standvastige verliefd heid. Wat geeft het als man en vrouw af en toe eens mal doen en hun jong gebleven liefde laten uitstralen in frisse uitbundigheid. O. L. Heer zelf ziet zeer welwil lend en goedkeurend toe, want Hij voor 50 jaren terug No. van 9 Maart 1901 Gedurende de rustperiode van Pastoor Hillen werd door de Bisschop met de assistentia^in de parochie belast zyn neef, P. Caspar Seelen o.f.m. De redactie beveelt aan alle bijenhouders dan de lezing by te wonen, die kapelaan Stassen, bekend als specialiteit op byengebied, in de zaal van J. Buggems ie Leunen zou houden. Jean Poels was president van de Boerenbond. By de 4 Maart gehouden aan besteding ten behoeve van een nieuw te bouwen huis van de heer M. Verriet, aan het Henseniusplein was de laagste inschrijver voor het metsel werk G. Poels met een bedrag van f 407,— en voor hot stukadoorswerk Hend. Cremers voor f ^53,- Op 4 Maart overleed Mechelina Franeisca Lutters, geb. Beckers, die op 8 Mei haar gouden bruiloft had hopen te vieren. begrijpt niets zo goed als reine, sterke, innige liefde, daar Zijn eigen wezen liefde is. De mens die bemint, tracht alleen de goddelijke vonk in zyn eigen ziel aan te blazen tot vuriger gloed en milder warmte. Wanneer de- liefde zuiver gericht is, komen man en vrouw steeds meer tot elkaar, onstaat de eenheid, die het ware kenteken is van een zichzelf vergetende en oll'ergezinde instelling. In dit vergroeid zyn vinden zy het geluk dat echt en diep is, want door het verdwijnen van gevaarlijke span ningen en ongewenste tegenstellingen komt er rust door het evenwicht in de verhouding, wordt de liefde ver zorgd en gecultiveerd. Wanneer man en vrouw steeds iets voor elkander blijven betekenen, de bestaande band meer zegt dan een zich gewillig neerleggen by de feiten en een gedwee aanvaarden van con sole wenties, is het niet mogelijk, dat het huwelijk misvormd wordt tot een spel voor de buitenwereld, dat schynbaar goed gespeeld wordt, doch door het ontbreken van een goede en voldoende inzet of een fair nakomen van de regels op een dood punt komt en uiteindely'k toch een fiasco betekent. Het levende element is verstikt en wat een éénheid moest zyn;blykt een langs elkaar heen gaan te zyn en het onderlinge contact niet meer gewenst of gezocht. Steeds opnieuw kunnen we zien en wordt als normaal beschouwd dat de eerste liefde, die bezegeld werd met het Ja-woord, de echtelie den in een geheel ander deel van het leven te plaatsen. Het hoofdthema wordt „trouw" met een geheel voorbijgaan en niet verder realiseren, dat het Ja-woord slechts een bevestiging en een be krachtiging is; dat de spontane, eer lijke eerste liefde moet blijven door klinken in iedere daad en iedere nieuwe dag in het heerlijke besef, dat liefde meer betekent en inhoudt dan louter en alleen trouw. Liefde is een positief element en hiermede moeten man en vrouw boordevol geladen zyn, dan komt er energie vry, die anderen ten goede komt. Plukken de kinJeren niet de rijkste vruchten van een opgroeien tussen een vader en moeder, die één zyn in liefde f P. H. RONGEN, O.CJR. Hy die het onlang:, erschenen boek „Het vyf en twmtigste uur" heeft gelezan, zal zich met bezorgd heid afvragen, waar moet het heen met deze wereld? Mogen wy als Katholieke Arbeiders, dan niet met alles wat in dit boek go- schreven staat accoord gaan, toch geeft net ons stof tot nadenken. Zien wy ook in Arbeiderskringen niet een algehele vervlakking over de gehele linie De grote massa van Arbeiders heeft de neiging zichzelf te beschouwen als onderdeeltjes der grote machine, die productie heet en geven door hun on verschilligheid voor de geestelijke kant van het organisatieleven, zelf aanleiding ook als niet meer dan onderdeelijps te worden beschouwd. Uitzonderingen zyn er natuurlijk, doch dezp bevestigen alleen de regel. Men kan deze onverschilligheid wel het best constateren, wanneer men de byeenkomsten dezer organisatie bezoekt. Het zijn steeds dezelfde personen, die door aanwezigheid blijk geven, de ernst der tijden te beseffen en hot belang van een sterke organisatie in te zien. Slechts bij uitzonderingen, b.v. wan neer een film vertoond wordt, loopt de zaal nog weieens vol. Byr.a zyn wy geneigd dit een on gezonde belangstelling te noemen. Toch zyn deze Vak- en Stands- organisaties de aangewezen organen, die in grote mate kunnen medewerken om al de onheilen die ons in het „VLif en twintigste uur" worden ge schilderd, af te wenden.

Peel en Maas | 1951 | | pagina 3