TWEEDE BLAD 'n Overall 9 WEEKBLAD VOOR VENRAY EN1'OMSTREKEN ftwMe kemel BEL BIJ BRAND 392 j-euqdpw&lemeH Dreigend tekort aan werkpaarden. Uit de geschiedenis van Venray en omgeving. Uit „Peel en Maas" naar Ebberink Nederland heeft harde jaren voor de boeg ZATERDAG 3 MAART 1951 No. 9 TWEE EN ZEVENTIGSTE JAARGANG Druk en Uilgave Firma van den Munckhol Drukkerij Kantoorboekhandel Grootestraat 28 Telefoon K4780-512 Postrekening 150652 Venray PEEL EN MAAS Advertentieprijzen worden op aanvraag gaarne verstrekt. Losse mm-prijs 8 cent. Abonnementsprijs p. kwartaal: voor Venray I 1.10 buiten Venray f 1.30 uitsluitend bij vooruitbetaling. Zelfs op de mooiste zomerdag kun nen er kleine wolkjes in de lucht hangen die benauwenis en dreiging inhouden en zo licht groeien tot een zwarte massa, waar een uitbarsting in de vorm van een onweer uit volgt. Ook in het beste en gelukkigste huwelijksleven wordt er wel eens een gordyn voor de zon geschoven. Doch zoals na een onweer de zon het mooist schijnt, zo moet in het huwe lijk de dreiging niet blijven hangen tot de atmosfeer niet meer te dragen is, maar moet de zon altijd weer doorbreken en de goede harmonie hersteld worden in een opnieuw doorleven van elkanders goede wil. Daar jongelui zoveel van elkaar verwachten door de partner als het ideaal te denken en te zien om mee door het leven te gaan zij zullen het wel klaren want zij zijn zo geheel op elkaar ingesteld wordt het huwelijk met onberokende edelmoedig heid begonnen. Evenwel komt de ideale instelling vroeg of laat in het gedrang, daar het menselijke element blijft bestaan en niet altijd het gericht-zijn op de ander het onaan vechtbaar motto blijkt te zijn; dan komen de wryvingen, de tegenstel lingen, de misverstanden en wordt het kritiek. Vaak wordt gezegd dat de eerste onenigheid op het verdere leven van man en vrouw van invloed is. Hier schuilt veel waarheid in, tenminste in hoeverre deze onenigheid tot een oplossing komt. Verdwijnen alle duistere wolken om plaats te maken voor licht en warmte, voor begrijpen en vergeven, waarderen en aanvaar den, dan is er weer mogelijkheid, kans een aanknopingspunt om hand in hand verder te gaan in het besef dat het verbonden zijn sterk maakt en opbouw betekent in de meest positieve vorm. Dan wordt het ge passeerde niet zo zwaar getild om er op door te blijven draven en wordt de verhouding niet stijf, stu&> kil en gedwongen, met geluk dge vermijding dat stap voor stap het vormelijke in ons verdere leven de overhand gaat krijgen. Weten we de moed op te brengen om zo nodig iedere keer met een schone lei te beginnen. Ondanks alle idealisme en mooie theorieën is het ondenkbaar, dat er nooit een meningsverschil voorkomt, dat er nooit een spanning heerst, dat man en vrouw nooit of nimmer uit de rol vallen. Af en toe een grom of een snauwpractisch gezien kan het moeielyk anders. Een kleine woordenwisseling wordt echter geen halszaak, als men er niet tot in het oneindige toe op doordraaft, het vuurtje niet telkens weer oprakelt en niet voortdurend nieuwe brandstof aansleept. De twist dooft van zelf uit, als men de verstandigste party kiest zwygen en vergeten. Niet alleen zijn kleine twisten mogelijk, maar ook grote en heftige ruzies, ruzies, die lang namokken, die heel de sfeer van het huisgezin vergiftigen. Wie draagt van deze ruzies de schuld Wie het eerst be gonnen is Neen, ook wie vuur gevat en de bal teruggekaatst heeft. Wie de ruzie begint, is slecht ge luimd, prikkelbaar en onverstandig; daarom moet de andere partij, die zich beter beheersen kan, wijzer zyn en er niet verder op doorgaan. Daar om moet de vrouw, als haar man vuur in zich draagt, hem met water tegemoet gaan. Daarom moet de man, als zyn vrouw met deurenen vensters slaat, zich uit de voeten maken, tot de bui Niemand staat zo sterk, als wie zyn tong beheerst on zwijgen kan. Waar gezwegen wordt, is de pratende en razende helft gauw aan het einde van het repertoire. Wanneer er van beide kanten aangevallen wordt, kan er een tachtigjarige oorlog uit groeien. Is in de meeste gevallen, zwijgen goud waard, toch zal het dikwijls voorkomen en absoluut noodzakelijk zyn dat man en vrouw tot elkaar komen door verstandig overleg, door rustig praten, door de ontstane moeie- lykheid in zyn eerste oorzaak te zien, elkanders standpunten te doorgron den, door schuld erkennen. Dan blijft er niets hangen, dan tonen we dat we elkander tot steun willen zyn, dat we uit fouten en gebreken weten te leren. Door deze instelling op elkaar voorkomen we, dat by de minste wind of beweging onze aan bedene of uitverkorene van het voet stuk valt met verlies van alle aan trekkelijkheid, doch weten we het middel dat probaat is om stormen te bedaren en de rust en vrede te her stellen. Bewolkte hemel Och, het komt in de beste families wel eens voor P. H. RONGEN O.C.R. f Als Woensdagmiddags om 12 uur de schoolbel gaat, slaakt iedere jongen een zucht van verlichting. Vanmiddag geen school. Voor hun geestesoog opent zich een wijds pers pectief van ontelbare mogelijkheden. Wie met zijn vrye tijd geen raad weet, kan beslist geen Venrayse jongen zyn. Nog rumoeriger dan anders stor men zij de schooldeur uit en na het middageten is het zaak, om vader en moeder onder de ogen uit te blijven want ze hebben zo een karweitje voor je gevonden en zo gauw mogelijk de straat op te komen. Inderdaad de straat, want daar ligt voor de jongen het speelterrein. En we verstaan onder straat de bossen, de buitenwegen, het voetbal veld, de beken kortom heel die wyde natuur rond Venray. Nu de lente en de zomer weer gaat komen ligt zo'n groot ontdek- kingsgebied nog voor hen. Natuurlijk er zyn jeugdbewegingen en er is een speeltuin. Maar het percentage jeugdbewegingsleden is klein op het totale aantal schoolkinderen en jeugd leiders, die op een vrye Woensdag middag hun tijd kunnen spenderen aan de jeugd zyn er nog minder. Neen, de meeste van onze jongens „liggen" op straat en zolang de bal- lenfabrikanten meer ballen kunnen maken, dan de politie in beslag kan nemen, wordt er gevoetbald op pleinen en straten, zolang er nesten zijn van vogels, zolang worden zy uitgehaald, zolang er water stroomt, is er gelegenheid om slootje te springen en een nat pak te halen, of stiekum te zwemmen, zolang er fietsen zyn, wordt er r.aar bossen getrokken en de weiden in, wordt er achter koeien en paarden gejaagd, tot de boer op zijn beurt weer op hen jaagt. En zo gauw men daartegen wil ageren, zit men midden in het jeugd probleem, dat zowel in de Kom als op de Gehuchten de daarvoor verant woordelijke mensen grijze haren be zorgt. Men verwijt de jeugd, dat zy bal dadig is, dat er niets in zit als kattekwaad en vlegelstreken en inderdaad dikwijls niet ten onrechte, want wat die heertjes aan kunnen daar staat men dikwijls van te kijken. Nu is het inderdaad zo, dat de ouders op de allereerste plaats tot taak hebben op hun kinderen te letten, maar het is nu eenmaal vol slagen onmogelijk ze de hele Woens dagmiddag thuis te houden of bood schappen te laten doen, de meeste zyn hem al gepiept voor dat iemand er erg in heeft en men kan ze ook moeilyk naar een speeltuin sturen, waar vooral de ouderen al gauw genoeg hebben van de draaimolen en het schommelen. Wat dan Vroeger was er een patronaat, waar men nog wel eens met een hele troep de bossen en de hei introk om daar in een of ander spel de jeugdige energie wat uit te laten vieren, maar ook dat is verdwenen. Enkele honderden vinden een plaats bij de jeugdverenigingen, maar de rest is vogelvrij. En toch is het zo, dat als men de jeugd „straatschen derij" verbiedt, men tegelijkertijd moet zorgen voor andere en betere ontspanning. Anders blijft die welig tieren, alle verboden en straffen ten spijt. Men moet de jeugd iets anders geven, iets aangepast aan hun men taliteit en hun levensvreugde. En het is aan deze ontspanning dat de Ven rayse jeugd groot gebrek heeft. Trouwens in dit probleem staat Venray niet alleen, ook elders klaagt men en maakt men plannen. Doch dit alles kost geld, veel geld zelfs, dit alles vraagt een gebouw, een onderdak, om ook binnenshuis te kunnen werken. We kennen de susidies die aan de jeugd gegeven worden, de rondgang langs de deuren, maar jammer ge noeg hoort of ziet men nooit iets. We hebben een jeugdcentrale, die een samenbundeling van krachten wil zyn ten behoeve van de jeugd, maar er komt zo weinig van naar buiten. Men klaagt dat er te weinig gegeven wordt, maar ^waarom zegt men dan ook eens niet wat de plannen zijn, welke moeilijkheden moeten over wonnen worden. Toen men indertijd plannen maakte voor de- bouw van heft oude patronaat, heeft het niet lang geduurd voordat de centen daarvoor bij elkaar waren, centen, die intussen reeds lang waren afgeschreven, maar jaren nadien toch zyn terugbetaald. Ook in deze tijd was daarvoor het geld weer te krijgen, mits men het publiek dan ook eens voorstelde wat men doen wil, mits men met concrete plannen komt. Men houde ons ten goede, dat dit geen critiek is op de jeugdcentrale, maar als vele ouders met schrik de lente en zomer weer zien naderen, omdat ze hun-eigen kinderen „niet aan een ketting kunnen leggen", mag men toch wel vragen wat nu de bedoeling is. Ongetwijfeld zyn de moeilijkheden Het nieuwe Postkantoor geopend De eerste Venrayse draaideur had druk werk j.l. Zaterdag om al de genodigden binnen te brengen in het nieuwe Postkantoor, dat om 11 uur geopend werd. Grote manden bloemen versierden het zakelijk interieur, dat glimmend nieuw de aandacht trok van allen, die hier voor het eerst kennis kwamen maken met deze nieuwbouw. Er waren hoge ambtenaren van Ryk en Rijksgebouwendienst, Burgemeester en Wethouders, de heer Deken, ver tegenwoordigers van verschillende Standsorganisaties, de aannemers, architect en vele anderen, die by deze opening aanwezig waren. Ir. Coopmans opende de rij van sprekers en hy was de eerste die dank bracht aan allen, die dit ge bouw hebben doen verrijzen. Natuur lijk kwam er wat geschiedenis bij en zo bleek nu, dat reeds in November 1947 de eerste pogingen gedaan werden om door de lawines formu lieren heen te komen, die een nieuw bouw heden met zich schijnt te brengen. Het is intussen November 1950 ge worden voordat de bouw kon worden aanbesteed en zo is dan het nieuwe postkantoor geopend, dat ruim f 190.000 aan bouwkosten heeft ge vraagd. Daartegenover staat dat de kantoorruimte ook tweemaal zo groot geworden is, maar tegenover de oude bouwprijzen is dit toch wel een op merkelijk verschil. Hy droeg het gebouw over aan de Centrale Afdeling Gebouwendienst van de P.T.T. namens wie lr. de Kort ook weer de dank over bracht aan allen, die hadden meegewerkt by de tot standkoming van dit gebouw. Vooral het personeel zelf was hy zeer dankbaar, daar zy in de afge lopen zes jaren onder de meest primitieve omstandigheden hebben moeten werken. Hy droeg op zyn beurt het gebouw weer over aan de heer Hendriks van het Hoofdbestuur P.T.T., die heel in het kort nog eens de moeilijkheden reveleerde die overwonnen moesten Het resultaat van de trekpaarden- export is zeer bemoedigend geweest. Circa 3000 trekpaarden werden uitgevoerd en in hoofdzaak naar Spanje, Zwitserland, Duitsland, Frankrijk en Italië. We zullen thans niet berekenen, hoeveel dit aan deviezen heeft opge bracht. Voldoende zy in dit verband op te merken, dat de landbouw als geheel, ondanks de herhaalde en ook telkens gesignaleerde export mogelijkheden met Duitsland en België in het afgelopen jaar ruim anderhalf milliard aan deviezen heeft opgeleverd. Dat wij het licht thans op de export van trekpaarden laten vallen, vindt zyn oorzaak in het feit, dat, mede gezien de redelijke kansen in de komende jaren er een tekort aan trekpaarden dreigt. Een tekort niet alleen aan trek paarden voor de export, maar ook aan trekpaarden voor de slacht en misschien zelfs voor de landbouw. Volgens de mening van de deskun digen had de uitvoer van trekpaarden in 1950 groter geweest kunnen zyn, indien het aanbod ruimer was ge weest. Dit geldt eveneens voor de toe komst en het is een van de redenen, waarom men op een vlotte afzet kan blyven rekenen. Dit gebrek aan trekpaarden betreft niet alleen vol- jarige paarden, maar ook één- en tweejarige merriën en ruins. Dat er in Nederland een tekort geconstateerd moet worden aan slachtpaarden, moet voor iedereen duidelijk zyn, die weet, dat in het afgelopen jaar niet minder dan 12000 slachtpaarden werdön ingevoerd. De consequentie van een en ander is duidelijk 1 Zoveel mogelijk paarden in de toekomst. Vandaar dat de fokkers goed zullen doen hun merries zoveel mogelijk ter dekking aan te bieden. Daar komt by, dat in verband met werkelijke en dreigende oorlogen de invoer van trekkers en andere land bouwwerktuigen wel eens zou kunnen stagneren, zodat de paardentractie weer zal moeten toenemen of althans de motortractio meer op de achter grond zal komen. Natuurlijk zal dit laatste niet direct merkbaar zyn, omdat de landbouw in vredes- zowel als in oorlogstijd van primordiale betekenis is, maar wan neer men wacht tot het tekort merkbaar is en nijpend, zal het te laat zyn. Het fokken en grootbrengen van paarden vraagt nu eenmaal tijd en het hoort tot de normale risico's van de fokkerij, dat men vooruit moet durven zien en vooruit moet durven werken. Daarom zoveel mogelyk paarden in de toekomst! Th. P. er vele, ongetwijfeld zal er het nodige gedaan ziin aan de oplossing hiervan, maar niemand weet er wat van. Een beetje meer openbaarheid en we zyn er van overtuigd dat ook de steun zou groeien aan dit moeilijk* maar ook prachtige werk. worden, voordat de eerste steen ge legd had kunnen worden. Het bleek dat door te grote drukte by de Rijks gebouwendienst architect Koenen uit Maastricht de opdracht gekregen had, een opdracht, die volgens spreker, hier een gebouw had doen verrijzen aangepast aan de landelijke Limburg se sfeer. Ook hy was allen zeer dankbaar voor het gepresteerde. De heer Aarts van de Hoofdinspec tie Limburg en Oost-Brabant was diegene aan wie het gebouw voor de derde maal overgedragen werd en deze spreker sprak er zyn tevreden heid over uit, dat Limburg zo goed was bedacht met nieuwbouw door P.T.T. Acht nieuwe gebouwen zijn hier in korte tyd verrezen en daar mede is Limburg „wel aan zyn trek gekomen". Via deze spreker werd dan het gebouw overgedragen aan directeur Snoeks, die het dankbaar overnam en in enkele duidelijke cijfers nog eens aantoonde, dat de uitbreiding van de PTT.-kantoren geen overbodige luxe was. Hij sprak de hoop uit, dat dit nieuwe kantoor getuige mag zyn van een grote economische opbloei van Venray, waardoor ook andere loketten geopend kunnen worden en het lang wachten vermeden kan worden. De heer Burgemeester feliciteerde de P.T.T. met dit nieuwe gebouwen hoopte, dat het Venrayse product de P.T.T. de overtuiging heeft gegeven, dat Venrayse vaklui hier en elders hun mannetje kunnen staan. Ook hy hoopte dat in de toekomst het P.T.T. kantoor weer zyn oude service kon geven en dat het een goed beeld zou geven van de vooruitgang van onze Gemeente. De heer Deken bood eveneens zyn gelukwensen aan en dankte de P.T.T. dat zy zo hebben meegewerkt aan de wederopbouw van het zwaar geteisterde Venray. En juist hierover wilde hy nog iets zeggen. Hoewel verre van nederig hebben de Venrayse mensen van het grote ongeluk, dat hun is overkomen veel te weinig gewag gemaakt en is lang niet overal bekend, ook niet by de hogere autoriteiten op wederopbouw- gebied, dat Venray een der zwaarst getroffen plaatsen is van ons land. Al is het waar, dat we in tyden van schaarste leven en dat alles ont zaggelijk duur is, toch mag dat de Regering niet verhinderen juist deze zo zwaar getroffen streken eens extia te helpen. Zy heeft daarvoor een morele plicht, om zodoende deze verarmde streek weer zyn vroegere rykdom en voor uitstrevendheid terug te geven. Nu gaan we op alle gebied teruguit. Spreker hoopt dan ook, dat het Postkantoor niet het laatste zal zyn wat van Rijkswege voor Venray ge daan wordt, maar dat het eerder een nieuw begin mag zyn van een uit eindelijke herrijzenis van Venray. Dan werd het nieuwe gebouw be zichtigd, dat zoals wy reeds boven zeiden van de laatste snufjes is voor zien. In de grote kantoorruimte zyn naast een flinke wachtkamer, de loketten met bijbehorende bureaux onderge bracht. Daarachter ligt de adruini stratie en daarachter de bestellers- ruimte. De directeur heeft zodoende niet alleen een goed overzicht over wat er gebeurd, maar alles is zo aan elkaar aangepast, dat geloop, gezoek en ge loop overbodig is. Hoewel reeds een viertal loketten aanwezig zyn, zullen er voorlopig slechts twee in gebruik zyn, daar vol gens de gegevens deze twéé loketten het publiek voorlopig nog kunnen be dienen. De buitenkant van het gebouw zal men eerst kunnen beoordelen als de karrenloods en materiaalruimte als mede de directeurswoning de plaats hebben ingenomen van het oude postkantoor, waar eerstdaags de mokers hun sloopwerk zullen be ginnen. De nieuwe draaideur heeft sommige bezoekers in het begin van de week nog voor moeilijkheden gesteld, maar nu zyn we al weer zo ver, dat zelfs de Venrayse schooljeugd ..er niks mer an vient". Jan Walraven de Coeq van Haeften Jan Walraven de Cocq van Haeften was een hoog Heer. Hy was o.a. Heer van Ophemert, Amptman te Tiel, Bommel en Bommelerwaard Gedepu teerde enz. Hy trad in het huwelijk met Anna-Urselina. Baronesso van Lijnden van Hemmen. Deze dame had na de dood van Frans Godart van Lynden, burggraaf van Nijmegen, krachtens erfrecht de heerlijkheid van Blitterswyck en Wanssum gekregen. Zo kwam ge noemde Jan in nauwere relatie net onze streek. Uit het huwe'yk werden vyf kin deren geboren, drie jongens en twee meisjes. Maar dat getal meisjes werd nog met een drietal vermeerderd, toen onze Jan na de dood van zijn vrouw hertrouwde met Johanna Christina Agnes van Delen. Hy werd als heer van Blitters wyck en Wanssum opgevolgd door zyn zoon Barthold. Voortekeng van regen bij onze voorvaderen 1. De holle wind kent perk noch palen. 2. Het zwerk verandert keer op keer. 3. Ik zie de kwik in het weerglas dalen. 4. Het schoorsteenroet valt drup pelend neer. 5. Het vocht begint de muur te ontvloeien. 6. De zwaluw scheert langs het spichtig gras. 7. De vlieg verstoort de logge koeien. 8. De kikvors kwaakt in d'enge plas. Adam Schellaert Voor Adam Schellaert was in de parochiale kerk van Geysteren een jaargetijde gesticht. De pastoor van Wanssum moest daarom jaarlijks zich op 3 November naar Geysteren begeven om zelf het H. Misoffer op te dragen en by de jaardienst aanwezig te zijn. Als stipendium of vergoeding kreeg hy van het adellijk huis een halve kroon. Jonkheer Adam Schellaert of Schel- lart was heer van Geysteren. Op de dag, dat wy alle overleden gelovigen herdenken, namelijk 2 November, ging hy in 1662 de weg op van alle vlees. Daarom werd dan op 3 November de jaargetijde gesticht. Hij was toen weduwnaar, want zijn vrouw, Aleidis van Wijttenhorst was reeds in 1654 overleden. Een verdwenen Laan Anno 1767 heeft Pastoor Joannes Kuypers van Well met zyn knecht Joannes Cuypers van Blitterswyck, een lindeboom voor de pastorie ge plant. In dezelfde maand werd ook begonnen met de „allee" en verdere aanplantingen. Die lindeboom stond als schoon sieraad op het plein tussen de pastorie en de vroegere kapellanie. De laan echter en de rest van de aanplan tingen heeft men reeds gauw na 1 soo radicaal uitgeroeid. Vanaf de pastorie liep de allée in by'na rechte richtiDg langs het ge- meentebrook tot aan de grenzen van het dorp tot by de kapel St. Goar te Meerlo. Jammer! Confraternitas Caeciliana Onder de naam van Confraternitas Caeciliana was in het begin van de vorige eeuw een broederschap geves tigd voor te Venray wonende priesters en priesters, die uit Venray afkomstig waren. Als leden worden vermeld de Proost Jar. Joseph Christoffel Baron de Fo'leville en de Abbé Albert de Meer. Over deze priesters zullen wy nog wat naders mededelen in een volgend voor 50 jaren terug No. van 2 Maart 1901 Pastoor Hillen moest om ge zondheidsredenen enige tyd rust nemen. De heer Albert Esser nam ont slag als president van het Kerkelijk Zangerskoor. By bakker Ant. Berkens in de Patersstraat. brak een hevige schoor steenbrand uit. Onder grote deelname werd te Castenray het feest gevierd van de H. Matthias. P. Thaddaeus O.F.M. hield een schone feestpredicatie. Do heer P. Timmermans uit Posterholt, werd benoemd tot onder wijzer te Wanasum. Munitie-opruiming De Hulpverleningsdienst in Venlo beeft de laatste dagen ruim dertig aanvragen voor het ophalen van munitie binnengekregen. Reeds zyn enkele duizenden kilo's munitie opge laden by mensen, wie na het dodelijk ongeval in Merselo de schrik om het hart is geslagen. De eerste was de landbouwer van H. uit Merselo, die zoals wy vorige week reeds meldden, een compleet wapenarsenaal op zyn erf had liggen. De totale oogsc by deze landbouwer bedroeg700 kilo geweermunitie, 54 granaten met huls, 20 landmijnen, 34 anti-tankgranaton, 37 fosforhand- granaten, 10 rookbommen en s mor tiergranaten. Een hoeveelheid munitie die voldoende zou zyn om het halve dorp van de kaart te vegen. En dit 6 jaar na de oorlog- In Maashees is vlak bij de school een Duitse anti-tank pantservuist gevonden. In Blerick zijn een aantal granaten gevonden. Inmiddels heeft de Hulpverlenings dienst ook met de Rijkspolitie contact opgenomen over de levensgevaarlijke „zwarte handel" in munitie, waarin honderden sjacheraars aan afval- metalen een dikke cent verdienen. Op de wagens van de opxopers zal scherpe controle worden ingesteld. By overtreding wordt onmiddellijk proces-verbaal opgemaakt. Het blijkt, dat munitievoorraden, die nog op de boerenerven liggen ingekuild, 's nachts worden opgegraven. Behalve sjacheraars trekt ook de schooljeugd er de laatste weken op uit om de levensgevaarlijke munitie te zoeken. Zy verkoopt het afval van koper en lood aan opkopers. Het is onbegrijpelijk, dat 6 jaren na de oorlog, dergelijke maatregelen nog genomen moeten worden. De talrijke ongelukken schijnen de mensen niets te leren en voor wat geld waagt men niet alleen zyn eigen leven, maar ook dat van anderen. nodig 't Is uw voordeel Voor het departement Groningen van de Ned. My voor Nijverheid en Handel hield Maandagmiddag de voor zitter van de Rotterdamse Kamer van Koophandel, mr. K. P. van der Man- dele een causerie getiteld: ..Reveil van Nederland". Mr. van der Mandele kwam in deze rede tot ernstige conclusies. In de komende vyf jaren, zo betoogde hij, zullen wy niet moeten streven naar een betere levenshouding. We gaan jaren van spanning en inspanning tegemoet, van harde arbeid en wy zullen „kruipende de berg opmoeten". De twee grote zuilen, waarop onze volkswelvaart steunde zijn ons ont vallen. Indonesië is voor 50 tot 75 pet. voor Nederland verloren en ons eco nomische achterland Duitsland kan niet meer betalen en heeft vrij wel de gehele Nederlandse export stopgezet. Onze handelsbalans hangt ernstig scheef, de überalisatiepolitiek is grotendeels mislukt en we moeten nu per jaar 40.000 mensen laten emi greren, een bewijs tot welke armoede we gekomen zijn. We zyn in Nederland gekomen tot de positie van fatsoenlijke bedelaar en het zal een zware opgave worden ons land uit deze put te halen. De heer Van der Mandele verwees naar het program van de Soc. Econ. Raad, waarin wordt aangetoond, dat mede door de prijsstijging het Ned. volk in 1950 voor 0.9 milliard meer consumeerde dan in 1949. Het is dringend noodzakelijk minder te gaan consumeren en ook om minder te investeren en te importeren. Minder importeren betekent evenwel tevens minder exporteren, want het is ook hier „over en weer". Spr. betreurde, dat de S.E.R. geen langere werktijd durfde aan te be velen, zelfs niet na het mooie voor beeld van de mijnwerkers. Volgens spr. hebben we nog drie jaar de tyd om Indonesië te helpen. Blijven we onze beste mensen er heen zenden, dan zullen we in Indonesië kunnen blyven en economisch be houden, wat we staatkundig hebben verloren. Ook in Zuid-Afrika staat de deur voor ons open. Men wil ons daar graag helpen, maar vraagt van ons steun in geld en door het zenden van ge oefende arbeidskrachten. In dit verband bepleite de heer Van der Mandele een afzonderlijk depar tement voor Buitenlandse handel. Spr. roemde de Groningse kustvaart. Onze handelsvloot herovert haar oude positie, al kunnen we nog niet veel nieuwe schepen bouwen. Onze be roemde sleepdienst verricht top prestaties. Vóór de oorlog namen we een zeer belangrijke positie in, doch by het uitbreken van de oorlog stélden we nnzo sleepboten ter beschikking van Engeland, o.a. onze beroemde „Zwarte Zee". o De Engelsen hebben daarvan toen een volledige copie gemaakt en na de oorlog hadden ze 12 boten naar het model van de Zwarte Zee in dienst en gingen daarmee onze zeesleep dienst een scherpe concurrentie aan doen. Maar onze mannen hebben de concurrentiestrijd aangebonden en thans hebben we Engeland weer over vleugeld, aldus spreker. Ondanks alles was de heer Van der Mandele niet pessimistisch. Aan een nieuwe oorlog geloofde hy niet, wel aan een langdurige oorlogseconomie. We zullen daarom sterk moeten ver soberen, ook op cultureel gebied. We zullen het stygende probleem van de werkloosheid onder ogen moeten zien. Het zou een zogen voor ons volk zyn, zo besloot de voorzitter van de Rotterdamse Kamer van Koophandel, indien ook de leiders aan het volk deze harde waarheden zouden willen zeggen.

Peel en Maas | 1951 | | pagina 1