Oude kerkschatten
„W.I.LM.A."
in nieuwe luister!
WEEKBLAD VOOR VENRAY ENHOMSTREKEN
Het huishoudboekje in gevaar
De kapitalist
m
Feest op de Heide
ZATERDAG 9 SEPTEMBER 1950 No. 36
EEN EN ZEVENTIGSTE JAARGANG
Druk en Uitgave
Firma van den Munckhol
Drukkerij
Kantoorboekhandel
Grootestraat 28 Venray
Telefoon K 4780 512
Postrekening 150652
PEEL EN MAAS
Advertentieprijzen worden op
aanvraag gaarne verstrekt.
Losse mm-priji 8 cent.
Abonnementsprijs p. kwartaal
voor Yenray I 1.00
buiten Venray f 1.20
uitsluitend bij vooruitbetaling.
Oude beelden komen weer terug
op hun oude plaats in de Sint
Petrus Banden te Venray.
Schitterend werk van de bekende
restaurateur P. van Dongen.
De
terugkomst van de 2S beelden, die wy hier vorige
week meldden, is een bijzonder verheugend ïeit, niet alleen
omdat daardoor weer een fase van het herstel der Grote
Kerk voorbij is en daarmede dus weer een fase in de weder
opbouw van ons Venray, maai ook omdat daardoor de Grote
Kerk weer iets van zijn oude luister en glorie terugkrijgt,
die wij nog steeds zo node missen.
Tevens is nu de tyd gekomen om dan over d8ze beelden
iets meer te vertellen, want het is feitelijk Deschamend
weinig, wat Venrayse mensen van die beelden weten, die
jaarlijks zovelen buiten Venray komen bezichtigen en waar
over deskundigen en kunstkenners zo vol lof spreken
en schry ven.
Wanneer we de beelden uit Venrays
kerk nu gaan beschrijven, dan is dit
mogelijk geworden door het werk van
Pater Beda Verbeek en de restaura
teur P. van Dongen.
Pater Beda heeft in die onheils
volle dagen van October 1944, toen
iedereen dacht aan zelfbehoud en
eigen redding, nergens anders oog
voor gehad als voor de zo zwaar
beschadigde St. Petrus Banden, wier
archivaris hij zo lange jaren is
weest.
En toen er maar een klein gaatje
te vinden was in het „Engelse gor
dijn", is hy met. enkele arbeiders
naar Venray gekomen en heeft, on
geacht de tonnen puin, waarin onze
Grote Kerk veranderd was, stukje
voor stukje weer by een geraapt en
opgeborgen wat over was van de
rijkste schat, die Veniay ooit bez
zijn beelden in de Parochiekerk.
Misschien, dat later de verdiensten
van deze eenvoudige monnik nog
beter kunnen worden belicht.
En daar is dan op de tweede plaats
de heer van Dongen, die zijn talenten
heeft gewijd aan de restauratie van
deze ryk gevarieerde beeldenschat.
Afkomstig uit Bergen op Zoom,
werd heze beeldhouwer driemaal be
giftigd met de gouden medaille aan
de Koninklijke Academie voor Beel
dende Kunsten te Antwerpen. Hij
was o.m. werkzaam aan het Konink
lijk Paleis te Amsterdam, aan de
Grote Kerk te Delft restaureerde
o.a. de facade van het bekende Leidse
gemeentehuis en had een werkzaam
aandeel in de restauratie van de
beroemde basiliek van St. Jan in den
Bosch, waar hy vijftien jaren lang
de herstellingswerkzaamheden leidde.
Het was deze kundige restaurateur,
die ondanks het moeilijke leven in
Venray, vlak na de bevrijding, de
stukken en brokken, met zoveel
liefde door Pater Beda verzameld,
weer opnieuw de oude luister gaf en
hieruit weer de oude vertrouwde
beelden samenstelde, die de Grote
Kerk van vandaag een warm-levend
„museum" maken van indrukwekken
de reilgieuse schoonheid.
Venray kan zich gelukkig pryzen,
zowel in Pater Beda als in de heer
van Dongen, mensen gevonden te
hebben, die met een grote liefde,
een onoverwinnelijk optimisme en
een grote werkkracht, al het oude
mooie en goede hebben bewaard.
De restauratie.
In het zogenaamde glazen paleis
van „Jeiusalem" is het de laatste
vyf jaren druk geweest. Dit tot
atelier omgetoverde gebouwtje, werd
de bewaarplaats van de droeve resten
die de oorlog had overgelaten van
onze kerkschatten.
En het was daar temidden van
al die kapotte en beschadigde beel
den, dat begonnen werd aan de res
tauratie. En ieder belangstellende
kan nu ervaren, hoe van Dongen met
alleen technisch is onderlegd, maar
ook hoe hy, puttend uit zyn groot
geloof en onze rijke liturgie, telkens
weer een nauwelijks te vermoeden
symboliek weet te ontdekken en aan
te voelen in het werk van de schep
pende kunstenaars uit lang vervlogen
tijden, wier geschonden of verbrijzeld
werk gaaf uit zyn boetserende of
beitelende handen vandaan komt.
Sterker nog frappeert het, hoe hy
menigmaal minderwaardige „ver
beteringen" vanbetweters heeft achter
haald en zodoende tevens de wer
kelijke verbeteringen of het orginele
weer heeft aangebracht.
De Apostelen
Venrays kerk wordt gedragen door
de 12 machtige pilaren der twaalf
Apostelen. En tegen elk der pilaren
vindt het beeld van een apostel zyn
plaats.
Vooraan, aan de Evangeliekant,
staat dan de Salvator Mundi, wiens
prachtig gebeeldhouwde kop ver weg
staart over de wereldbol met het
kruis, die Hij in zyn houdt en zo
zwaar lijkt, dat Hy hem moet steunen
met de heup.
- Gehouwen uit zacht hout, is dit
beeld een tegenstelling met de dan
volgende apostelbeelden, die allen uit
hard hout geslagen zyn en waarmede
de onbekende oude kunstenaars zulk
een opmerkelijke resultaten hebben
bereikt, want met voor zich alleen
de eikenstam, hebben zij met primi
tieve middelen, deze beelden geboet
seerd en gehouwen en van ieder beeld
een actie-vol le moment-opname
maakt.
Boven de preekstoel stond vroeger
St. Paulus, waarschijnlijk het oudste
en enige levensgrote stenen beeld van
onze kerk, waarvan alleen de hand
en het evangelieboek tot ons spreken.
De andere anatomische verhou
dingen kwamen in het gedrang.
Dit beeld heeft men op een aparte
console nu vóór naast het Maria-
altaar geplaatst.
De voor de restauratie van dit beeld
benodigde steen heeft van Dongen
teruggevonden in de gewelven van de
kerk en dit zou er dus op kunnen
wyzen, dat de beeldhouwer hier in
de buurt gewoond moet hebben.
Dan komt het beeld St. Petrus,
waar de oude kunstenaar zich zeer
groot toont. De charme van deze
guur spreekt uit de val der kleding,
die het machtige corpus van een visser
verraden, gehard door weer en wind.
Het ruige visserstype spreekt ook
uit de haardos en baard, evenals by
Philippus met de kruisstaf, die zich
met zijn groot boek en zyn scherpe
ogen de „secretaris" van de Apostelen
toont, dié voortdurend op zyn qui-
vive is, dat alles naar wens verloopt.
St. Jacobus de Meerdere toont het
beeld, dat dan volgt met de zwarte
reishoed en reisstaf. Over zijn kleed
ziet men de riem van de schouder
tas, die de reizigers toen meenamen.
Het beeld van St Thomas heeft
men lang voordat van de H. Thaddeus
aangezien, maar een nadere bestu
dering gaf te zien, dat in de rechter
hand een holte was voor de speer,
waarmede St Thomas is gedood. Ter
wijl het verder opviel, dat dit beeld
geen evangelieboek droeg, maar in
tegendeel, de linkerhand trok de
mantel weg en legde twee vingers op
het hart. De ongelovige Thomas kon
niet beter worden voorgesteld.
Het beeld van Jacobus de Mindere
met de grote knuppel, waarmede
deze Heilige in Jeruzalem werd dood
geslagen door een leerlooier, toont
een geheel andere maker en is veel
meer geposeerd als die van de andere
Aan de Epistelzyde vinden we eerst
het beeld van Maria en als men dan
even verder kijkt ziet men het beeld
van de Apostel Johannes. Deze beide
beelden zijn hoogstwaarschijnlijk af
komstig van een Calvariegroep. Zy
missen het zwierige van de andere
beelden en zijn meer gesloten.
De Christusfiguur is niet te vinden,
maar aan de gesloten techniek (o.a.
de gevouwen handen) herkent men
de steenhouwer, die hu het hout
3oft bewerkt.
Tussen Maria en Johannes, vindt
U nog het beeld van St Andries,
waar het kruis inplaats van voor,
opzy gekomen is, daar de restauratie
aantoonde, dat maker het zo bedoeld
had, getuige de gaten in het voetstuk.
Let ook een» op de sprekende ge
lijkenis van deze St Andreas met het
St Petrusbeeld, waarin de maker de
onderlinge verwantschap tot uitdruk
king heeft willen brengen.
St Andreas draagt het Evangelie
boek in een foudraal, iets wat we by
een andere beeld in de kerk, by dat
van St Antonius Abt ook terugvinden.
Verder staat daar nog tussen het
prachtige beeld van Matthias met het
grote boek en de knots. Hier is van
het hele ruige visserstype niets te zien
Matthias, de opvolger van Judas,
was ook geen visser, maar een in
tellectueel, een bestudeerd man. Dat
komt in het beeld tot uiting. We zien
de lichtelijk kale kop, de zorgvol ge
soigneerde baard met zijn krullen en
golven en, zoals boven reeds is ge
zegd het grote opschrijfboek.
Achter Johannes staat Bartholomeus
met het grote mes. In dit beeld heeft
de oude kunstenaar als het ware het
moment vastgelegd, dat Philippus
zyn vriend Bartholomeus vraagt zich
ook by Jezus, de Nazerener, te voegen.
Bartholomeus' antwoord was toen
„Kan er wel iets goeds komen uit
Nazareth". Het hele beeld drukt iets
uit van de verwaandheid en min
achting. Ook hier weer de rijke plooi
val en de gratie van het beeld, terwijl
Lonen en prijzen stijgen I
Menige huisvrouw weot niet meer
weg in het huishoudboekje, omdat
het geld altijd eerder op is, als ze
verwacht
De prijzen blijven geregeld aan het
stijgen en de lonen zijn daar achter,
zelfs ver daarachter aangekomen.
En zo staat menige huismoeder
dan ook telkens weer voor onver
wachte gocheltoeren en is het dik
wijls een raadsel hoe de eindjes aan
elkaar worden geknoopt. Zelfs een
opruiming, zelfs een schadeboekje
helpt niet meer en zo is het heus
geen wonder, dat men zich afvraagt
waarop dat uit moet draaien.
De toestand van de wereld is op
dit moment ook zodanig, dat hierover
niets te vertellen valt.
- Vlak na de bevrijding kregen we
te horen, dat hard werken en nog
sparen de oplossing betekende
En inderdaad moest het buitenland
bekennen, dat het in Nederland op
perbest ging, voor zover in de na
oorlogse tijden tenminste van opper
best kan praten.
Maar de zwaarste tol aan Minister
Lieftinck verhinderde toch niet, dat
langzaam maar zeker duidelijk werd,
dat nog harder gewerkt moest wor
den en nog harder gespaard, wilde
de zaak van Nederland aan't draaien
bly'ven.
Waarschijnlijk, kunnen we nu zeg
gen, dat dit inderdaad zou zyn gelukt
als de wereld de vrede gevonden
had, toen ze de oorlog won en boven
dien de Indonesische kwestie niet
een groot deel van onze energie had
afgeroomd en ons budget in ernstig
gevaar had gebracht.
Toen is er dan een Joekes-gulden
gekomen en een tweede loonronde.
Maar de pryzen stoorden zich er
niet aan, do buitenlandse importen
werden duurder en duurder en tot
slot was Korea de druppel, die het
vat weer ovei deed lopen, zelfs in
die mate, dat in het ar'oeidsrustige
Nederland stakingen uitbraken en
relletjes.
Zo staan we dan aan het begin
van een derde loonronde
Doch dat niet alleen
Nog steeds varen de schepen uit
Indonesië huis toe. Nog steeds komen
er nieuwe werkers bij en wordt het
aantal beschikbare plaatsen minder.
Zo loopt al het schone, wat we in
de zware oorlogsjaren hebben ver
wacht, hopeloos mis en die nog wat
gespaard heefc, hamstert en koopt,
omdat de pryzen blijven stijgen,
omdat de goederen onherroepelijk
schaarser gaan worden.
Deze week hebben do schoenma
kers al reeds aangekondigd, dat zy
15 pet. op hun pryzen gaan zetten,
terwijl de Vakcentrale vraagt om
een pryzenstop, welke de Regering
echter niet durft in te willigen.
Dit alles is niet hoopvol, zoals de
gehele tijd van na de oorlog niet
hoopvol was.
Vrede hebben we gezochtr maar
niet gevonden
Hot grote wereldgebeuren heeft z'n
zware druk ook opgelegd aan ons
land, dat met alle krachten probeer
de weer op te bouwen wat kapot
was, dat met alle energie zijn goede
vooroorlogse gulden dezelfde waarde
wou geven.
En thuis staart moeder in het
huishoudboekje of in de lege porte-
monnaie
De derde loonronde luidt in en het
zal waarschijnlijk de laatste niet
zyn
Zwaar is de tyd van vandaag, niet
alleen voor de huismoeders, maar
voor allen, die met een open oog en
oor het wereldgebeuren van vandaag
zien. Maar dat moet ons niet tot
pessimisme brengen.
Een volk, dat werk bouwt aan zyn
toekomst, zo staat op de stoere dyk
over het Ysselmeer en inderdaad, we
zullen moeten blijven werken, hard
en verbiterd, willen we niet onder
gaan. Maar voor de bonafide vak
organisaties, voor onze georganiseer-
den zal dit offers vragen, want het
zijn allereerst de arbeiders, die de
zware slagen het eerste treffen, hen
die ons volk toch weer de welvaart
moeten brengen.
hier wel duidelijk de ruige visserskop
naar voren komt.
Thaddeus met zyn winkelhaak,
duidt de bouwer, de ijveraar van het
Godsrijk aan. Een stille maar harde
werker voor de verbreiding van de
Kerk, wat ook zijn uitdrukking vindt
in de opgestroopte mouwen.
De rij aan de Epistelkant sluit dan
de H. Simon, de Apostel met de zaag,
omdat hy terwille van het H. Geloof
doormidden werd gezaagd.
Al deze heiligen dragen hun attri
buten by zich de een de sleutels, de.
ander een lans of zaag. Nu is het
merkwaardig, dat op de koorkap van
St,Petrus (Paus), die onlangs boven
een der zijaltaren is gezet, dezelfde
beelden geeft met dezelfde attributen.
Een nauwkeurige bestudering van
dit beeld hopen wy een volgende maal
te geven, evenals van de andere
heiligenbeelden, die hun oude plaats
weer hebben teruggekregen.
In tegenstelling met voor de oorlog
zynnu alle apostelbeelden zo geplaatst,
dat zy allen op het altaar kijken.
Het zal van hun eisen een vaste
wilsbetrachting en een grote offer
gezindheid. Yan de andere kant zul
len zij dan ook terecht kunnen
vragen, om hen niet alleen te laten
staan tegenover de prijsstijging en
de schaarste.
Eerst dan kan in deze sombere tyd
nog enig optimisme doorschemeren.
Eerst dan zal er een goede oplossing
kunnen gevonden worden voor het
huishoudboekje en de lege portemon-
naie
Waar uw hart is, daar zal ook uw
schat zijn. En de arenden verzamelen
zich waar de schat is. De schat van
de kapitalist ligt opgestapeld in zyn
kluis. Dollars, aandelen, obligaties,
bankpapier.
Maar achter dit blinkend en glin
sterend metaal gaat macht schuil. Het
is de macht, die de sterkste bekoring
op hem uitoefent. Hy is het, die de
mensen leidt en het lot van de wereld
in handen houdt.
Alle mensen zyn prooien of poppen
voor hem ze bewegen zich slechts,
als hy aan de touwtjes trekt en zoals
hy er aan trekt. En dat is misschien
zyn sterkste voldoeningen zyn grootste
troef. Wat hy voor zyn geld kan
kopen, is macht, is altyd macht in
enige vorm. Wat het leven hem verder
biedt of in de schoot werpt laat hem
koud. Hy kan en wil ingrypen in de
wereldgeschiedenis, wil de klok van
het wereldgebeuren naar zyn hand
zetten.
Ziedaar zyn droommacht en nog
en nog eens macht.
Tegenover deze macht van het geld
de hoogste macht ter wereld, staat
een andere macht, die nog sterker is:
de macht van het gebed.
Want het gebed heeft macht over
de ziel en de wil der mensen. Heeft
het ook geen zeggingschap ov§r het
van God
Als hy bidt, erkent hy, dat er een
hogere Voorzienigheid bestaat, waar
aan ook hy onderworpen is, buigt hij
zich voor de ongemeten macht van
God. Hij is niets anders dan de uit
voerder van Diens eeuwige raads
besluiten en zal nooit iets kunnen
bereiken, wat niet in overeenstem
ming is met de wil van God.
Hij erkent dus zyn afhankelijkheid
van Hem, beseft dat ook hij moet
dienen op de plaats waar God hem
neergezet heeft, dat alle mqcht welke
hy bezit, is afgeleid van Gods macht.
God alleen heerst en Die moet ook
hy gehoorzamen. Als hij bidt zal zijn
hart mild worden, zal hij weer zijn
gewoon mens met de andere mensen.
Hy zal geen misbruik willen maken
van zyn macht of zich er achter ver
schuilen en beroepen op het recht
van de sterkste.
Gebed geeft hem medegevoel, er
barmen en deernis. Juist wat zyn
hart het meest nodig heeft; dan gaat
iets teers en zachts aan het groeien
in zijn ziel, die even vuurvast was
als zyn safe. Langzaamaan ontdooit
de ijskorst, die om zijn hart lag.
Als hy bidt, zal hy nederig blijven
in zijn eigen gedachten. Hy zal inzien,
dat hy zijn rijkdommen niet aan zich
zelf te danken heefc, dat zijn voor
spoed van God komt. Als hy ze dan
ontvangen heeft, is hy er ook slechts
de rentmeester en de beheerder van,
meer niet.
Men wordt niet geboren als st aal-
of oliekoning; zeker, er is verstand
voor nodig, wilskracht en maar al te
vaak gewetenloosheid, maar niemand
is in de volstrekte zin van het woord
een zelf-made man, wat hy heeft en
wat hy is, is hij door God.
Zender God was zijn leven nooit
een succes geworden. En dit te er
kennen is de rijpe vrucht van het
gebed van de kapitalist.
f P.H. RONGEN O.C.R.
Zondag j.l. was het, ondanks het
dikwyls minder prettige weer, zeer
druk op de Heide, waar met een
groots festival het 40-jarig bestaan
van de zangvereniging' „Het Heide
bloempje" werd herdacht!
Aan dit festival namen een 14-tal
verenigingen deel, die allen hun
nummers zo goed mogelijk ten beste
brachten.
Het begin was een optocht, die na
tuurlijk een half uur te laat begon,
van café Litjens naar de feestweide
van J. Janssen.
Voorop liep de jubilerende vereni
ging, gevolgd door de diverse muziek
corpsen en zangverenigingen uit de
buurt en verre omtrek.
Jac. Loon en richtte als voorzitter
van het feestcomité, een woord van
welkom tot de gasten, onder wie wy
speciaal opmerkten Rector Wismans,
Depute Peters uit Oirlo en de 87-jarige
medeoprichter W. van Meyel.
„Wij dragen ons rijke geloof als een zon."
Ja, nu kunt u dit lied nog niet zingen, maar als u langs de scholen
loopt, zowel van de jongens als de meisjes, dan kunt u zo al naar buiten
horen galmen. En dat refrein, het komt eruit met een enthousiasme,
alsof het al WILMA-week was. Nog drie weken en heel Venray moet 't
kunnen zingen, dat het klinkt over de straten en de pleinen. Over het
Henseniusplein na het Pontificale Lof door Vader Bisschop, over het
tentoonstellingsterrein door de parochiekerken. Ja, dat zouden wy u
willen vragen: Dat u allen uw best doet om dat lied te leren. We tullen
het hier al vast afdrukken in de krant. Maar laten wy u eerst de be
tekenis er van geven, dan kunt u elke regel goed begrypen verstaan.
EERSTE COUPLET: Ons geloof wordt vergeleken met een zon. Licht
en warmte. Dat geloof dragen we door de wereld heen. Dat geloof wordt
door geen nacht, door geen lyden, door geen vervolging overwonnen.
TWEEDE COUPLET: Over heel de wereld, Noord, Oost, Zuid en West,
zyD er velen, die dat geloof niet hebben. Wie gaat hen dat brengen
DERDE COUPLET: Wy namelyk door ons gebed en door onze gaven.
Daardoor zal God mensen onder ons sterk maken als Helden om het
geloof te brengen naar verre landen, want groot is de oogst en wit staan
de velden, d.w.z. een groot aantal mensen zullen het geloof ontvangen
als er maar missionarissen heen kunnen gaan, gesteund door onze hulp.
Dan komt juichend achter elk couplet het refrein. Dat massaal klinkend
zal gezongen worden door duizende mensen: Laat stralen de gloed, de
gloed van de zon, het geloof, dat waarheid geeft, klaarheid, d.i. voorhoudt
hoe elke mens leven moet en LIEFDE.
LIED:
i- Uit landen van Westen en Oosten
Wy dragen ons ryke geloof als een zon,'Schreit broeder aan broéher in 't
Gaan veilig en vast door de tyden, donker zo luid
Geen nacht, die de kracht en die za^ me^ ons licht hem
pracht ooit verwon, vertroosten
Zij glanst over liefde en lyden. Refrein.
Refrein3.
Laat stralen de gloed De handen gevouwen, geofferd
't Is de zon, die het doet ons goud
De waarheid, de klaarheid, deliefde'lEn God slaat zyn zonen tot helden,
Die dragen het licht over zeeön
en woud
Maar hooguit het Noorden en diep Ziet, wit van de oogst staan de velden,
uit het Zuiden, Refrein.
Een lange rij witte bruidjes...
Die opening van de tentoonstelling wordt wat. We gaan beginnen met
de stoet (dat moogt u nu alvast wel weten) by St. Anna. En dan Venray
en alle kerkdorpen met hun organisaties en vlaggen (wat een stoet
wordt dat!) achter elkaar naar het openlucht-altaar op het Henseniusplein
voor het Pontificaal Lof. Wat is deze atoet zonder bruidjes Ja, meisjes,
jullie horen ook in deze stoet thuis en dan niet alleen bruidjes uit Ven
ray, maar uit alle kerkdorpen. Hoe meer hoe liever. Dat wordt een lange
ry witte bloemetjes achter elkaar. Kom allemaal met je mooie witte jurk
aan naar St. Anna. Zeg maar tegen Moeke, dat ze de jurk alvast mooi
opstrijkt en klaar legt. Waar je precies moet zyn, lees je volgende week
in de grote WILMA-KRANT.
Grijpt Uw kans I
Bent n al wezen kyken naar de etalage van Pyls. Hebt u de pryzen
gezien van onze grote ioteryWat een pryzen hè? Om te stelen. Zegt u
nu maar, dat die WILMA niet prachtig voor de dag komt. En wat een
kansen. Grypt uw kans Mensen, grypt uw kans I Deze week begint de
verkoop der loten. En weet u waar we up rekenen Dat we alle loten
kwyt zyn vóór de opening der tentoonstelling. U hoeft dan ook niot lang
te wachten om te weten of u de mosquitto hebt of de spaarke'el, of het
divanbed, of een van die andere mooie pryzen, want op de laatste dag
van de tentoonstelling, 'a avonds om negen uur (daar moet u by zyn)
heeft in tegenwoordigheid van de notaris de loting plaats. Wie 'n lotje?
Wat maar vieftig cent Geef my er maar Vul maar in
WILMA, WILMA, nog twee weken en je gaat open. Houd tot de laatste
dag je advies vast: „Het WIL MAar goed gaan"
DE KLOKKELUIER.
Ondanks het fei>, dat aan dit festi
val geen pryzen waren verbonden,
vond spreker het buitengewoon, dat
er een dergelijk groot aantal muziek-
en zangliefhebbers waren, temeer om
dat festivals de laatste tijden geen
grote belangstelling meer trekken.
Na de opening met het Wilhelmus
(waarbij we nu eens niemand hebben
gezien, die zyn hoed ophield) begon
deze muzikale middag, waarop ge
mengde- en mannenkoren, harmoniön
en fanfares alles te samen een kleur
vol beeld gaven van het kunnen van
deze verenigingen.
Ook het bal op Vrijdag was goe:
bezocht en zo is deze jubileumviering
wel buitengewoon goed geslaagd.
VOORLICHTING
aan de
Pluimveehouders
Voor de tweede maal werd er een
gecombineerde vergadering gehouden
van de Voorzitters van de L.L.T.B.
en van de Eierverer.igingen in het
Dekenaat Venray. Maar ook op deze
vergadering is niet alles zo verlopen
zoals men het zich oorspronkelijk had
voorgesteld. Immers, de afd. Oirlo
had in een ledenvergadering van de
twee verenigingen besloten niet aan
de voorlichting in het gehele Dekenaat
deel te nemen, maar inplaats daarvan
de heer M. Duyf te benoemen.
In deze tweede vergadering werd
lang en breed gepraat over de twee
uitersten, n.l. Ysselsteyn en Merselo.
In Merselo werd 100 pet. geleverd
aan de C.R.E. terwyl in Ysselsteyn,
voor pl.m. 40 pet. aan de vrye handel
werd geleverd, hetgeen historisch is
gegroeid. Men was wel van oordeel,
dat het hoog tijd werd, dat met de
collectieve voorlichting werd begonnen
slechts Oirlo wilde het zelf in handen
houden.
Ter vergadering waren aanwezig
twee candidaten, die straks zullen
worden benoemd, nl. de heren Crienen
uit Baarlo en Kleven uit Blitterswyk.
Er werd besloten om zeer binnen
kort in kleine vergadering byeen te
komen teneinde de bijdragen van
iedere afdeling afzonderlijk vast te
stellen.
Vast staat, dat in de nabije toe
komst het Dekenaat Venray de be
schikking krijgt over twee volwaar
dige krachten die aan de pluimvee
houders iedere vorm van voorlichting
kunnen geven, zodat zy ook op dit
gebied niet meer aan de vrye handel
afhankelijk zyn.
Noord-Limb. Kruistocht
van gebed en boete
In nog veel grotere getale, dan men
verwacht had, was de Noord-Lim
burgse bevolking vertegenwoordigd
by de „Kruistocht van Gebed en
Boete", welke Zondag in Venlo ge
houden werd onder de schutse van
O.L. Vrouw van Genooi.
Vijftienduizend personen had men
verwacht, doch zeker twintigduizend
mannen en vrouwen, jongens ert
meisjes, afkomstig uit de dekenaten
Venlo, Helden, Horst, Venray en
Gennep, woonden het Lof by, dat door
de Bisschop van Roermond, mgr. dr.
G. Lemmens, werd gecelebreed tot
besluit van deze kruissocht.
Onder hen bevonden zich twee
duizend leden uit Noord-Limburg van
de H. Familie. Zy waren met een
dubbel doel naar Venlo gekomen.
Niet alleen n.l. om te bidden tot
O L. Vrouw van Genooi, maar tevens
om hun Anno-Santotocht te houden.
Voor het Pontificaal Lof brachten
de H. Familieleden in prosessie het
Genadebeeld van Genooi naar het Mgr.
Nolensplein.
Op een prachtige praalwagen, welke
getrokken werd door verkenners, had
men het beeld geplaatst.
Met een duizendkoppige menigte
schaarden de deelnemers aan deze
processie zich naderhand op het Mgr.
Nolensplein rond een monumentaal
altaar. Voor dat altaar hernieuwde
tydens het Lof Mgr. Lemmens uit
naam van alle parochies, van alle
verenigingen en van alle mensen in
Noord-Limburg de toewijding aan de
Moeder Gods.
Eerst echter hield Pater W. Loop,
de bekende radiospreker, een gloed
volle predikatie. „Zoals jullie hier
met duizenden rond O.L. Vrouw
van Genooi by elkaar zyn", zeide
hy, „zo moet ook in de Middel
eeuwen het volk zich vaak voor
een Mariabeeld en bet H. Sacra
ment verdrongen hebben als or eon
catastrophe dreigde. Ook thans dreigt
er een catatstrophe, dat ondanks 't
feit, dat in onze tyd meer dan ooit
tevoren over samenwerkir.g en een
heid tussen de volkeren gesproken
wordt.
Aan het Lof was 's morgens een
andere grootse plechtigheid op het
Mgr. Nolensplein voorafgegaan, een
plechtige Hoogmis namenlyk, welke
eveneens werd opgedragen door de
Bisschop van Roermond. By deze ge
legenheid preekte Pater Heiligers
S.M.M.