KERSTMIS.
Kerstmis
Hat is de magneet
Ketótmis
van
4let 4ferfig aai.
't St. Hnnakapeüeke
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
<\V"/
Kerkinwijdingen te Geijsteren
en aan het Veulen.
Venrays Vroede Vaderen
vergaderden.
BEL BIJ BRAND
39 2
Zaterdag 24 December 1949 No. 51
Zeventigste Jaargang
Druk en Uitgave
Firma van den Munckhof
Drukkerij
Kantoorboekhandel
Grooteatraat 28
Telefoon K 4780 512
Postrekening 150652
PEEL EN MAAS
Advertentieprijzen
op aanvraag verstrekt
Abonnementsprijs
per kwartaal:
voor Venray fl 1.00
buiten Venray fl 1.20
uitsluitend vooruitbet.
Honderden jaren beierden in de
Kerstnacht de zware klokken van
onze Grote Kerk dreunend over het
Land van Peel en Maas. Als andere
herders trok het Venray se4, volk door
de nacht naar de nieuwe stal van
Bethlehem, naar de grote St. Petrus-
Banden, naar de kleine kerken van
enkele kerkdorpen.
Hoog aan de hemel tinkelden in de
vrieslucht de sterren en met kleine
groepjes trokken de mensen uit de
boerderijen en daggelderswoningen
op ter Nachtmis. Naar de kerk, waar
het orgel de schoonste muziek van
het jaar speelde en het koor de beste
liederen zong.
En daar voltrok zich dan telkens
weer dat nieuwe wonder van Chris
tus' komst op aarde. In het licht van
ontelbare kaarsen, in zijn schoonste
gewaden droeg de priester het H.
Offer op en verhaalde, hoe in de dagen
dat Augustus keizer was, Jozef en
Maria naar Bethlehem trokken om
te voldoen aan het keizerlijke bevel
dor volkstelling.
Hoe Maria haar Zoon moest baren
in een stal, omdat er by de mensen
geen plaats meer voor Hem was.
Hoe de Engelen Christus' komst
op aarde bekend maakten aan de
herders, hoe deze optrokken naar
Moeder en Kindje en Het verheer
lijkten en loofden.
Nooit klonk het „Gloria in Excelsis"
Ere aan God in den Hoge en op
aarde vrede voor de mensen van goede
wil, schoner en betekenisvoller dan
in die wondere Kerstnachten.
De ty'den veranderen en wy met
hen. Terwyl in de grote wereld de
periodieke machten elkander belagen,
terwijl andere sterren gevolgd worden
als de ster, die naar Bethlehem leidt,
groeit ons dorp, groeit onze gemeen
schap. Nieuwe straten, nieuwe wijken,
nieuwe kerkdorpen.
Een oorlog is over ons los gebars
ten en in de Kerstnacht van 1949
zullen slechts enkele klokken der
kerkdorpen het Venray se volk ter
Nachtmis roepen, maar de grote St.
Petrus Banden zal zwijgen. Zyn zwa
re bronzen klokken zyn omgegoten
tot oorlogstuig of tot stukken geval
len of geschoten. Zyn grote toren
vwyst niet meer naar den hemel en
vfeakyan het oude schoons en zo ver
trouwde is niet meer.
Maar in iedere kerk, in ieder huis
zal toch weer het Kribje staan van
de Vredevorst.
En het zal weer een goede Kerst
mis zijn, ondanks alle veranderingen,
ondanks alle nood, omdat dan onder
ons weer is de grote Vredevorst, die
de wereld niet meent nodig te heb
ber. en waardoor zy ook zal ten
onder gaan.
„Een Kind is ons geboren en Het
zal genoemd worden Vorst des Vre-
des", zo zingt de Introïtus der Her
dersmis. En die Vredesvorst zal dan
leven in onze harten, in ons huis.
in onze gemeente.
Vredevorst. Het mensenwerk van
deze tyden, die een vrede cp willen
bouwen met hamer en sikkel, met
atoomwapens en vliegmachines, met
vergaderingen en conferenties, dat
kent het Kind in de kribbe niet.
Machtswellust, dictatuur, gods
dienstvervolging, zy willen als
Herodes het Kind vermoorden,
maar zullen zelf omkomen, omdat zy
de vrede nooit verwerven.
Egoïsme en harteloosheid sturen
het Kind en Zyn Moeder verder, als
eertijds de inwoners van Bethlehem.
Vredesvorst, terwijl als het resul
taat van mensenwerk ryen soldaten
graven kilometers lang liggen op
Zyn wereld.
In zulk een wereld leven wij, die
van klokken kanonnen maken en
van Engelen revuè-sterren. Maar toch
zingen de Engelen telken jare weer
opnieuw de Boodschap van het Kerst
kind over de wereld: VREDE AAN
DE MENSEN VAN GOEDE WIL
fcS'&S
Goddank leeft in Venray nog de
goede wil. Ondanks de moeilijke
tijden bloeit de charitas, is er nog
offerzin, kent men nog naastenliefde-
Het oude geloof leeft nog en het
lied der Engelen wordt verstaan en
begrepen..
Slechts debekommeringen van deze
weield kunnen soms zo groot en
dringend zijn, dat er geen tyd en
aandacht meer geschonken wordt
aan het Kind in de kribbe.
En juist dan zyn dagen als die
van Kerstmis zo wonder mooi, om
dat dan tyd en gelegenheid te over
is, om het weer goed te maken, om
Hem, die regeert over wereld en
mensen, te vragen om vrede des
harten, om vrede met de naasten,
om vrede in onze gemeenschap.
Dan zal 't tenslotte ook mogelijk
zyn, dat deze arme wereld de vrede
vinden zal, omdat zij dan eindelijk
ook horen en begrijpen wil het lied
der Engelen by de Herders.
Al luiden dan niet de klokken als
vroeger, al schittert de oude St.
Petrus Banden nog niet in zyn oude
glorie, al is veel moois en schoons
verdwenen, in ons hait zal het dan
toch. weer Kerstmis, feest van vreug-
Het is toch iets aparts met Kerstmis.
Mensen, die een heel jaar lang nooit een voet in een kerk
zetten, staan nu midden in de geurige wierookwolken en de
feestelijke drukte. Ook zij hebben geen Kerstmis gehad, als ze
de Nachtmis niet hebben bijgewoond.
die hen in de heilige nacht naar
in de kribbe, met zijn moeder en
Wat is de magneetnaald,
de kerk trekt
Is het alleen het Kind
zijn trouwe voedstervader
Is het alleen de sneeuw daarbuiten, als het een ouderwetse
Kerstmis is Zijn het alleen de sterren, die dan in de stille,
heilige nacht te pinkelen staan als kleine lichtjes van welkom
Of gaat er een hogere werkelijkheid schuil achter al die tere
poëzie, een werkelijkheid, die sterker en boeiender is dan de
sleur van vele mensen
Een Kind is ons geboren en wij komen allen naar dit Kind,
maar het is een heel bijzonder Kind, want het wil ons allen
weer tot kind maken, ons herstellen in onze prille onschuld.
Het dwingt ieder van ons terug te denken aan onze eigen on
schuld, die wij verloren hebben in de stormen en de modder
van deze wereld.
Daarom voelt de mens zich thuis bij dit onschuldig Kind,
daarom' hoopt de zondaar, dat dit Kind hem zijn verloren on
schuld zal teruggeven, daarom voelen allen niet meer zo zwaar
de druk van hun zonden, als ze in die klare ogen kijken en
naar die reine handen grijpen.
Want allen, in ieder hart, waar het geloof niet klaarder
brandt dan een uitwalmend pitje, geloven vandaag in een Ver
losser, die op onze aarde komt om ons te verlossen en zalig te
maken, niet om ons te verdoemen en te veroordelen.
Dit is de diepste achtergrond van Kerstmis: onze hoop op
verlossing, onze zekerheid, dat als onze handen zich uitstrekken
in een smekend gebaar, wij God zelf zullen omvatten. Grijpbaar
en tastbaar ligt Hij nu voor ons op het harde stroo. Het Kind
ligt voor ons in de kribbe. Het strekt naar ons zijn handen uit,
wij horen het schreien van heimwee en verlangen naar ons ge
luk, naar onze zaligheid.
De O-antiphonen, die wij de laatste dagen voor Kerstmis
aan het einde van de Magnificat zingen, zeggen ons dit duide
lijk in een herhaling, die ons niet moe maakt of verveelt.
o Kom en leer ons de weg der voorzichtigheid, want zon
digen is dwaling en dwaasheid
Kom om ons vrij te kopen in de kracht van uw arm 1
Kom om mij vrij te maken en stel uw komst niet uit
Kom en bevrijd ons uit de gevangenis des doods 1
Kom en spreid Uw licht over allen, die gezeten zijn in de
duisternis en de schaduw van de dood 1
Kom en red de mens, die Gij uit het slijk gevormd hebt 1
Kom en red ons, Heer en God 1
Aanschouw de vreugde, die van God tot ons zal komen,
vreugde om Christus, de lang verwachte der volkeren, de Mes
sias, onze Zaligmaker. Wij zoeken hun allen in de Kerstnacht,
want wij hebben Zijn licht en Zijn heerlijkheid gezien, want Hij
is gekomen om onze ziel te verlichten en om ons aan Zijn hand
te leiden naar het Vaderhuis, waar het eeuwig Kerstmis is
P. H. RONGEN, O.C.R.
Zondag was liet feest in Geysteren en aan het Veulen. Twee
nieuwe kerken - zyn verrezen, een ter ere van St. Willibrordus, de
andere onder de sehutse van St. Antonius van Padua. En daarmee
is niet alleen een flink stuk materiële opbouw besloten, maar is
tevens een begin gemaakt van een nieuwe, geestelyke opbouw
Want café's en beugelbanen zyn, ondanks alle goede bedoelingen
geen kerken, waar men als van zelf aan het bidden komt. Integen
deel, en juist daarom was het feest in deze twee dorpen, waar God
een nieuwe en een waardiger woonplaats heeft gekregen-
Praat niet meer met Pastoor van
Wyngaarden over de voorbereidingen,
over de onderhandelingen, over de
formulieren, over materiaalgebrek en
duizend andere dingen, die de bouw
van de nieuwe St. Willibrordkerk
hebben gestagneerd.
Dat leed is nu allemaal geleden.
Midden in Geysteren is een eenvou
dige en practische kerk gebouwd,
waar O.L. Heer een schone rustplaats
heeft er. waar men vanzelf tot bidden
komt.
de en liefde, dan zal het zyn een
Zalige Kerstmis. Dat zij U allen
zonder uitzondering van harte toe
gewenst.
Een plechtig Te Deum sloot ook
hier de ingebruikneming der nieuwe
kerk, waarbij naast vele geestelyke
autoriteiten, ook de wereldlijke over
heid by aanwezig was.
Maar die van Geysteren blijven niet
stil zitten, met frisse moed wordt
begonnen met sparen voor de toren,
die wel wat mager uitgevallen is,
maar ja. ook dat zal met de hulp
van St. Willibrordus wel geklaard
worden.
VEULEN.
„Ozze Rektor ziene motor hit ut
motte kunne", zeggen ze op 't Veulen,
maar Zondag had hy dan eindelijk
eens wat rust. Men bouwt per slot
van rekening in deze dagen geen
nieuwe kerk met op de stoel te blij
ven zitten.
Tegenwoordig scheelt het weinig
of een bouwpastoor moet ook nog
metselen kunnen) maar alles, ook
Was het een wonder, dat Zondag
het dorp vlagde toen de Hoogeerw.
Heer Deken Berden, namens de Bis
schop, deze kerk aan de dienst 7an
God wydde.
In plechtige processie werd het
Allerheiligste naar de nieuwe kerk
gebracht, waar Pastoor van Wijn
gaarden de eerste H. Mis opdroeg.
Feestelijk klonk het nieuwe orgel en
het zangkoor bracht een twee-stem
mige mis zeer verdienstelijk ten ge
hore. Pastoor Geurts uit Griendtsveen
hield de feestpredikatie, waarin ZEw.
benijdde om het schone nieuwe
bouw en waarin hij de betekenis van
de kerk in de plaatselijke gemeen
schap kenschetste als een poort naar
de hemel.
Talrijk waren de mensen van Geys
teren opgekomen en de toch ruime
kerk was te klein om al de belang
stellenden te bevatten. En het beeld
van St. Willibrordus, een der weinigen
gespaarden uit de oude kerk, glim
lachte van zyn nieuwe plaats, om al
dat schoons.
dat is achter de rug en in de hemel
heeft St. Antonius en St. Willibrord
smakelijk zitten „steggele" wie de
schoonste kerk kreeg.
Want die van het Veulen mag er
zijn en de mensen daar moeten wel
een onbeperkt vertrouwen hebben in
de Heilige van Padua, om een derge
lijk fraai gebouw in deze ty'den te
bouwen. Trouwens ze zijn er ook
stiekem trots op, dat bleek wel uit
de grote stoet, 'die naar de nieuwe
kerk trok, toen de HEw. Heer Deken
ook daar met het gebruikelijke cere
monieel de kerk wijdde.
In het daarop volgende plechtige
Lof hield Pastoor Hillebrandt een
hoogstaande feestpredicatie, waar ook
weer eens de betekenis van het kerk
gebouw werd besproken en waarin
de gelovigen werden aangespoord om
het enthousiasme, waarmede zy de
kerkbouw zyn begonnen, te bewaren
voor een verdere uitbouw en ver-
fraaïng der kerk.
Aanbieding Begroting 1950.
Benoeming Welstandscommissie.
Ondanks de o punten, die de agen
da vermeldde en het haast tradito-
nele bijkomer.de punt, was deze
laatste vergadering van 1949, wel de
kortste, die dit jaar gehouden werd.
In een goed half uur tyds was het
gebeurd en torstten de heren Raads
leden huiswaarts met enkele zware
boeken, inhoudende de begroting van
1950, waarmede ze de Kerstdagen
aangenaam en nuttig kunnen door
brengen.
Hiermede hebben de ambtenaren
van het gemeentehuis de prestatie
geleverd, om in één jaar tyds twee
begrotingen en een viertal rekeningen
op de tafel te brengen. Een feit, dat
de VOORZITTER vol waardering ver
meldde en waarvoor hy zyn harte
lijke dank betuigde.
Hiermede is tevens een belangrijk
stuk wederopbouwwerk geëindigd,
namelijk dat van de wederopbouw
der gemeenteadministratie, welke
dcor de oorlog er. door de evacvatie
zeer veel geleden had.
Intussen zal de Raad al deze stuk
ken eens bestuderen en in comité-
generaal volgende week Zaterdag de
moeilijkheden naar voren brengen.
De ingekomen stukken
hielden schrijven in van Ged. Staten,
waarin de volgende Raadsbesluiten,
werden goedgekeurd:
de garantieverklaring, dat de
rente door de Stichting Venray tot
het oprichten en exploiteren van Peel-
boerderyen aan de Maatschappij voor
financiering van Nationaal Herstel
zal worden voldaan.
b. verstrekking van hypotheken.
c. vaststelling van de verordening
op de heffing van marktgelden.
d. kosteloze overdracht van Peel-
grond aan bovengenoemde Stichting
Venray.
Zy werden voor kennigeving aan
genomen.
Twee millioen
wilde B. en "W. graag hebben voor
kasgeldlening en de Raad had er
geen bezwaar tegen, slechts de heer
VAN HAAREN merkte op, dat hy
liever eerst de begroting behandeld
had.
De VOORZITTER liet echter door
schemeren, dat zo lang niet kon ge
wacht worden en zodoende kreeg B.
en W. de toestemming zonder hoofde
lijke stemming.
Eveneens kreeg B. en W. zonder
h. st. toestemming om de gewone
verkopingen te houden van hakhout
turf enz. in het komende jaar.
Personen beneden is jaar mogen
niet naar de bioscoop, maar de Raad
gaf zoals gewoon ontheffing van
deze verbodsbepalingen.
De school aan de Heide kreeg de
gevraagde f 226.— voor leermiddelen
nadat de heer Fr. JANSSEN de op
merking gemaakt had, dat deze voor
zover mogelijk, dan ook in de
meente moesten besteed worden.
De Rekening van Inkomsten en
Uitgaven over 1948 en de daarbij be
horende bedryfsrekeningen en de
rekening van het Algemeen Burger
lijk Armbestuur kreeg een commissie
voor onderzoek; bestaande uit de
heren "Wismans, Fr. Janssen en de
Bruyn.
De Wed. M. Litjens—Peeters te
Leunen had de gemeente een per
ceeltje grond verkocht, groot 8 are.
maar tevens aan W. Kusters te Leu
nen dit stukje beloofd, welke hierop
een huis wil bouwen.
Gelukkig is er nog geen verkoop
akte opgemaakt en kan Kusters dit
alsnog kopen, waardoor de bouw van
de woning kan doorgaan.
De Raad ging er zonder meer mee
accoord, dat het raadsbesluit van
deze aankoop vernietigd zou worden.
De bezwaarschriften tegen belastin
gen werden als gewoonlijk in een
besloten zitting verhandeld, maar nog
eerst kwam
eens na te kijken, daar deze nogal
eens verstopt was.
Verder kwam hij weer eens infor
meren hoe 't stond met de plannen
van de Ambachtsschool
De VOORZITTER moest weer eens
vertellen, dat den Haag nog steeds
geen antwoord gegeven had op de
ingediende plannen. Maar hy zou als
nog weer eens om antwoord verzoe
ken.
„Niets te verzoeken", aldus de heer
VERMEULEN; „eisen", het heeft nu
lang genoeg geduurd.
De heer HAAREN zou graag licht
zien op het Kerkpaadje, maar toen
de V00R2ITTER verteld had, dat de
P.L.E.M. daarvoor aan het werken
was, was het hek van de dam.
De heer OUSTERS vroeg toen ook
meer licht voor Klein-Oirlo, dat in
deze duistere tyden 's avonds schijn
baar niet te vinden is.
De heer STEEGHS greep meteen
ook de gelegenheid aan om 'ook voor
Castenray eens een goed woordje te
doen, hy had daar zelfs al met de
PLEM plannen over gemaakt.
De VOORZITTER wees er nog
eens nadrukkelijk op, dat onze ge
meente 14,600 Ha. groot is en dat er
nog wel meer duistere plekjes te
vinden zyn. Bovendien was er geen
materiaal en geen centen, maar des
niettemin zou hy by de PLEM nog
wel eens informeren.
De heer OUSTERS klaagde verder
over de vuilnisbelt in Oirlo, die er
schijnbaar zo beroerd by lag, maar
Wethouder WINTELS tikte hem op
zijn vingers met de mededeling, dat
de inwoners van Oirlo zelf ook wel
eens een beetje beter mee konden
werken. Gemeentewerken zal echter
nog wel eens bekijken of er geen
omrastering om kan komen.
De heer ODENHOVEN stak een
tamelyk verward verhaal af over
bouwlustigen, die wel willen bouwen
en hiervoor een herbouwgeval ge
kocht hebben, maar dit niet konden,
omdat zy buiten het uitbreidingsplan
lagen. Dit vond spreker niet juist,
daar op het ogenblik wel niemand
van de 17.000 inwoners kon zeggen,
waar de kom nu feitelijk begon en
eindigde.
De VOORZITTER antwoordde, dat
B. en W. toch uiterst soepel waren
voor herbouwgevallen. Deze konden,
waar enigzins mogelijk, weer op de
zelfde plaats bouwen, maar er moest
bouwvolume zyn en dat was er veel
te weinig.
De heer Fr. JANSSEN vertelde
verder, dat dit bouwvolume naar
billijkheid over de herbouwgevallen
verdeeld werd, maar het is logisch,
dat eerst die herbouwgevallen aan de
beurt komen, die zelf opbouwen, om
dat zy hun huis, zaak of fabriek
nodig hebben, en dan pas degenen,
die een herbouwgeval gekocht heb
ben.
De heer ODENHOVEN wist echter
meer, maar Wethouder WINTELS
verzocht hem na de vergadering dan
maar eens teiten te noemen, dan kon
dit onderzocht worden.
De heer CAMPS zou de trottoirs in
Oostrum even mooi willen zien als
die op de weg naar het Station en
verder een richting aanwijzer op de
hoek by Verheggen.
Gemeentewerken zou zien, wat zy
doen kan.
Welstands-commissie.
De VOORZITTER had nog één
puntje. Vorige keer was besloten, dat
de Raad zelf een Welstands-commis
sie zou samenstellen, die de te bouwen
objecten naar uiterlijke schoonheid
en aanpassing met het geheel zou be
oordelen.
Welnu, B. en W. hadden Pater
Briels, Architect P. W. Lerou en de
Beeldhouwer P. van Dongen bereid
gevonden om hierin zitting te nemen.
De Raad ging zonder meer met
deze keuze accoord.
de Rondvraag.
Als gewoonlijk opende de heer Fr.
JANSSEN dit debat en hij deed een
dringend beroep op Gemeentewerken
om de riolering in de St.Odastraat
1111 !i li I i :ii 1 ii;1111! 111: i n 11 n 1 in li 1 li 1111111
Heden Zaterdag beginnen in Rome
de officiële plechtigheden van het H.
Jaar. Omtrent het ontstaan van deze
viering zyn verschillende meningen
maar onderstaande, die wij ontlenen
aan een artikel van de Pastoor uit
Overloon, in „Ons Eigen Erf" isj-wel
een der meest verbreide.
Volgens de geschiedenis zou aan
een paar oude mensen, met lange,
wapperende baarden, uit Frankrijk,
de oorsprong van het Heilig Jaar te
danken zijn.
Op het einde van 't jaar 1299 kwa
men ze te Rome. Tot hun grote
vreugde werden ze by de Paus ter
audiëntie toegelaten. En daar vertel
den ze, dat ze 100 jaren oud waren
en dat ze aan hun vaders beloofd
hadden om by de wisseling van de
eeuw naar Rome te zullen trekken.
Dat hadden hun vaders ook gedaan,
want bij elke jaarwisseliug zou de
Paus grote geestelijke gunsten ver
lenen, o.a. kwijtschelding van alfb
tijdelykefcStraffen.
Ofschoon de Paus hun zeide, dat
Hy daar niets van wist, bleven ze
dat volhouden.
Na hun vertrek gaf de Paus aan
Zyn Kardinalen de opdracht om de
annalen van de Kerk na te kyken,
of daar iets van stond opgetekend,
möiar zy konden niets vinden. Ook
aan de alleroudste kardinalen was
niets van een Jubeljaar bekend.
Misschien waren de archieven van
de Kerk, die daarop betrekking had
den, tydens de troebelen en plun
deringen van de stad verloren gegaan.
Wy kunnen ons by ondervinding zo
iets gemakkelijk voorstellen.
Om de gelovigen in hun verwach
tingen niet teleur te stellen, vaardig
de Paus Bonifacus VIII in 1300 „een
Heilig Jaar" uit en bepaalde in Zyn
Encycliek, dat dit telkens om de 100
jaar vernieuwd zou worden.
Latere Pausen hebben dit veran
dert om de 50 en om de 23 jaar,
ornaat anders vele mensen verstoken
zouden blijven om in die geestelijke
gunsten te delen.
Zo zal Paus Pius XII vandaag op
de vooravond van Kerstmis met grote
plechtigheid en praal, onder toeloop
van duizende Romeinen en pelgrims
„het Heilig Jaar" afkondigen en ge
durende het jaar 1930 zullen van
alle landen en windstreken de pel
grims naar Rome bezoeken en aldaar
de voorgeschreven gebeden doen om
deelachtig te worden aan die grote
geestelyke gunsten.
Aan de vooravond van het H. Jaar
zal Z. H. de Paus de H. Deur openen
in de St. Pieter, terwijl in twee an
dere hoofdkerken in Rome Pauselijke
Legaten deze plechtigheid eveneens
verrichten.
Vorige Zondag hebben de Bisschop
pen van Nederland in een Herderlijk
schrijven, dat van de preekstoel is
voorgelezen, hun gelovigen aange
spoord om zoveel mogelijk met de
bedoelingen en met de intentie's van
de Paus mede te leven.
Ook in Venray zullen ter gelegen
heid van het Heilig Jaar verschillen
de acties ondernomen worden, maar
in verband met voorschriften van het
Bisdom, kunnen wy hierover nog
niets melden.
Meerdere van onze veldkapellen zyn
gelukkig al weer hersteld, andere
wachten nog steeds tot de buurt er
zich eindelyk eens over ontfermen
zal. Maar wat ni6t langer wachten
kon of mocht, was de restauratie van
het oude St. Annakapelleke aan de
Langeweg, dat nu byna in de kom
van ons dorp is komen te liggen. Al
te lang had het er zo gehavend, zo
troosteloos by gelegen, vooial nu de
wegen rondom worden opgeknapt, nu
er nieuwe huizen, ja, hele nieuwe
buurten verrezen zyn in de onmidde-
lijke nabijheid.
Tallozen passeren er tegenwoordig
byna dagelijks, maar niemand scheen
zich te ontfermen over het verminkte
heiligdom van Moeder Anna.
Of herhaalde zich ook hier weer,
wat zo dikwijls het goede in de weg
staat: terwijl we allen wel zien, dat
er iets behoort te gebeuren, terwijl
we ons zelf wel enigszins medeschul
dig voelen, meent de een op de ander
te moeten wachten en dan... gebeurt
er natuurlijk niets.
De Schoonheidscommissie van VVV,
die al herhaalde malen een oproep
deed om onze oude glorie, die toch
zoveel zeven over Venray moet ge
bracht hebben, toch niet te verwaarlo
zen, heeft in dit bijzonder geval, in
samenwerking met het Kerkbestuur,
zelf het initiatief genomen en reeds,
zoals men heeft kunnen zien, een
begin van uitvoering gemaakt.
De kapel zal geheel gerestaureerd
worden, in- en uitwendig, in de oude
trant, alleen zal de wat al te radicale
afsluiting verbeterd worden. Rondom
zal het kleine pleintje met veldkeien