KERSTMIS. Kerstmis Hat is de magneet Ketótmis van 4let 4ferfig aai. 't St. Hnnakapeüeke WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN <\V"/ Kerkinwijdingen te Geijsteren en aan het Veulen. Venrays Vroede Vaderen vergaderden. BEL BIJ BRAND 39 2 Zaterdag 24 December 1949 No. 51 Zeventigste Jaargang Druk en Uitgave Firma van den Munckhof Drukkerij Kantoorboekhandel Grooteatraat 28 Telefoon K 4780 512 Postrekening 150652 PEEL EN MAAS Advertentieprijzen op aanvraag verstrekt Abonnementsprijs per kwartaal: voor Venray fl 1.00 buiten Venray fl 1.20 uitsluitend vooruitbet. Honderden jaren beierden in de Kerstnacht de zware klokken van onze Grote Kerk dreunend over het Land van Peel en Maas. Als andere herders trok het Venray se4, volk door de nacht naar de nieuwe stal van Bethlehem, naar de grote St. Petrus- Banden, naar de kleine kerken van enkele kerkdorpen. Hoog aan de hemel tinkelden in de vrieslucht de sterren en met kleine groepjes trokken de mensen uit de boerderijen en daggelderswoningen op ter Nachtmis. Naar de kerk, waar het orgel de schoonste muziek van het jaar speelde en het koor de beste liederen zong. En daar voltrok zich dan telkens weer dat nieuwe wonder van Chris tus' komst op aarde. In het licht van ontelbare kaarsen, in zijn schoonste gewaden droeg de priester het H. Offer op en verhaalde, hoe in de dagen dat Augustus keizer was, Jozef en Maria naar Bethlehem trokken om te voldoen aan het keizerlijke bevel dor volkstelling. Hoe Maria haar Zoon moest baren in een stal, omdat er by de mensen geen plaats meer voor Hem was. Hoe de Engelen Christus' komst op aarde bekend maakten aan de herders, hoe deze optrokken naar Moeder en Kindje en Het verheer lijkten en loofden. Nooit klonk het „Gloria in Excelsis" Ere aan God in den Hoge en op aarde vrede voor de mensen van goede wil, schoner en betekenisvoller dan in die wondere Kerstnachten. De ty'den veranderen en wy met hen. Terwyl in de grote wereld de periodieke machten elkander belagen, terwijl andere sterren gevolgd worden als de ster, die naar Bethlehem leidt, groeit ons dorp, groeit onze gemeen schap. Nieuwe straten, nieuwe wijken, nieuwe kerkdorpen. Een oorlog is over ons los gebars ten en in de Kerstnacht van 1949 zullen slechts enkele klokken der kerkdorpen het Venray se volk ter Nachtmis roepen, maar de grote St. Petrus Banden zal zwijgen. Zyn zwa re bronzen klokken zyn omgegoten tot oorlogstuig of tot stukken geval len of geschoten. Zyn grote toren vwyst niet meer naar den hemel en vfeakyan het oude schoons en zo ver trouwde is niet meer. Maar in iedere kerk, in ieder huis zal toch weer het Kribje staan van de Vredevorst. En het zal weer een goede Kerst mis zijn, ondanks alle veranderingen, ondanks alle nood, omdat dan onder ons weer is de grote Vredevorst, die de wereld niet meent nodig te heb ber. en waardoor zy ook zal ten onder gaan. „Een Kind is ons geboren en Het zal genoemd worden Vorst des Vre- des", zo zingt de Introïtus der Her dersmis. En die Vredesvorst zal dan leven in onze harten, in ons huis. in onze gemeente. Vredevorst. Het mensenwerk van deze tyden, die een vrede cp willen bouwen met hamer en sikkel, met atoomwapens en vliegmachines, met vergaderingen en conferenties, dat kent het Kind in de kribbe niet. Machtswellust, dictatuur, gods dienstvervolging, zy willen als Herodes het Kind vermoorden, maar zullen zelf omkomen, omdat zy de vrede nooit verwerven. Egoïsme en harteloosheid sturen het Kind en Zyn Moeder verder, als eertijds de inwoners van Bethlehem. Vredesvorst, terwijl als het resul taat van mensenwerk ryen soldaten graven kilometers lang liggen op Zyn wereld. In zulk een wereld leven wij, die van klokken kanonnen maken en van Engelen revuè-sterren. Maar toch zingen de Engelen telken jare weer opnieuw de Boodschap van het Kerst kind over de wereld: VREDE AAN DE MENSEN VAN GOEDE WIL fcS'&S Goddank leeft in Venray nog de goede wil. Ondanks de moeilijke tijden bloeit de charitas, is er nog offerzin, kent men nog naastenliefde- Het oude geloof leeft nog en het lied der Engelen wordt verstaan en begrepen.. Slechts debekommeringen van deze weield kunnen soms zo groot en dringend zijn, dat er geen tyd en aandacht meer geschonken wordt aan het Kind in de kribbe. En juist dan zyn dagen als die van Kerstmis zo wonder mooi, om dat dan tyd en gelegenheid te over is, om het weer goed te maken, om Hem, die regeert over wereld en mensen, te vragen om vrede des harten, om vrede met de naasten, om vrede in onze gemeenschap. Dan zal 't tenslotte ook mogelijk zyn, dat deze arme wereld de vrede vinden zal, omdat zij dan eindelijk ook horen en begrijpen wil het lied der Engelen by de Herders. Al luiden dan niet de klokken als vroeger, al schittert de oude St. Petrus Banden nog niet in zyn oude glorie, al is veel moois en schoons verdwenen, in ons hait zal het dan toch. weer Kerstmis, feest van vreug- Het is toch iets aparts met Kerstmis. Mensen, die een heel jaar lang nooit een voet in een kerk zetten, staan nu midden in de geurige wierookwolken en de feestelijke drukte. Ook zij hebben geen Kerstmis gehad, als ze de Nachtmis niet hebben bijgewoond. die hen in de heilige nacht naar in de kribbe, met zijn moeder en Wat is de magneetnaald, de kerk trekt Is het alleen het Kind zijn trouwe voedstervader Is het alleen de sneeuw daarbuiten, als het een ouderwetse Kerstmis is Zijn het alleen de sterren, die dan in de stille, heilige nacht te pinkelen staan als kleine lichtjes van welkom Of gaat er een hogere werkelijkheid schuil achter al die tere poëzie, een werkelijkheid, die sterker en boeiender is dan de sleur van vele mensen Een Kind is ons geboren en wij komen allen naar dit Kind, maar het is een heel bijzonder Kind, want het wil ons allen weer tot kind maken, ons herstellen in onze prille onschuld. Het dwingt ieder van ons terug te denken aan onze eigen on schuld, die wij verloren hebben in de stormen en de modder van deze wereld. Daarom voelt de mens zich thuis bij dit onschuldig Kind, daarom' hoopt de zondaar, dat dit Kind hem zijn verloren on schuld zal teruggeven, daarom voelen allen niet meer zo zwaar de druk van hun zonden, als ze in die klare ogen kijken en naar die reine handen grijpen. Want allen, in ieder hart, waar het geloof niet klaarder brandt dan een uitwalmend pitje, geloven vandaag in een Ver losser, die op onze aarde komt om ons te verlossen en zalig te maken, niet om ons te verdoemen en te veroordelen. Dit is de diepste achtergrond van Kerstmis: onze hoop op verlossing, onze zekerheid, dat als onze handen zich uitstrekken in een smekend gebaar, wij God zelf zullen omvatten. Grijpbaar en tastbaar ligt Hij nu voor ons op het harde stroo. Het Kind ligt voor ons in de kribbe. Het strekt naar ons zijn handen uit, wij horen het schreien van heimwee en verlangen naar ons ge luk, naar onze zaligheid. De O-antiphonen, die wij de laatste dagen voor Kerstmis aan het einde van de Magnificat zingen, zeggen ons dit duide lijk in een herhaling, die ons niet moe maakt of verveelt. o Kom en leer ons de weg der voorzichtigheid, want zon digen is dwaling en dwaasheid Kom om ons vrij te kopen in de kracht van uw arm 1 Kom om mij vrij te maken en stel uw komst niet uit Kom en bevrijd ons uit de gevangenis des doods 1 Kom en spreid Uw licht over allen, die gezeten zijn in de duisternis en de schaduw van de dood 1 Kom en red de mens, die Gij uit het slijk gevormd hebt 1 Kom en red ons, Heer en God 1 Aanschouw de vreugde, die van God tot ons zal komen, vreugde om Christus, de lang verwachte der volkeren, de Mes sias, onze Zaligmaker. Wij zoeken hun allen in de Kerstnacht, want wij hebben Zijn licht en Zijn heerlijkheid gezien, want Hij is gekomen om onze ziel te verlichten en om ons aan Zijn hand te leiden naar het Vaderhuis, waar het eeuwig Kerstmis is P. H. RONGEN, O.C.R. Zondag was liet feest in Geysteren en aan het Veulen. Twee nieuwe kerken - zyn verrezen, een ter ere van St. Willibrordus, de andere onder de sehutse van St. Antonius van Padua. En daarmee is niet alleen een flink stuk materiële opbouw besloten, maar is tevens een begin gemaakt van een nieuwe, geestelyke opbouw Want café's en beugelbanen zyn, ondanks alle goede bedoelingen geen kerken, waar men als van zelf aan het bidden komt. Integen deel, en juist daarom was het feest in deze twee dorpen, waar God een nieuwe en een waardiger woonplaats heeft gekregen- Praat niet meer met Pastoor van Wyngaarden over de voorbereidingen, over de onderhandelingen, over de formulieren, over materiaalgebrek en duizend andere dingen, die de bouw van de nieuwe St. Willibrordkerk hebben gestagneerd. Dat leed is nu allemaal geleden. Midden in Geysteren is een eenvou dige en practische kerk gebouwd, waar O.L. Heer een schone rustplaats heeft er. waar men vanzelf tot bidden komt. de en liefde, dan zal het zyn een Zalige Kerstmis. Dat zij U allen zonder uitzondering van harte toe gewenst. Een plechtig Te Deum sloot ook hier de ingebruikneming der nieuwe kerk, waarbij naast vele geestelyke autoriteiten, ook de wereldlijke over heid by aanwezig was. Maar die van Geysteren blijven niet stil zitten, met frisse moed wordt begonnen met sparen voor de toren, die wel wat mager uitgevallen is, maar ja. ook dat zal met de hulp van St. Willibrordus wel geklaard worden. VEULEN. „Ozze Rektor ziene motor hit ut motte kunne", zeggen ze op 't Veulen, maar Zondag had hy dan eindelijk eens wat rust. Men bouwt per slot van rekening in deze dagen geen nieuwe kerk met op de stoel te blij ven zitten. Tegenwoordig scheelt het weinig of een bouwpastoor moet ook nog metselen kunnen) maar alles, ook Was het een wonder, dat Zondag het dorp vlagde toen de Hoogeerw. Heer Deken Berden, namens de Bis schop, deze kerk aan de dienst 7an God wydde. In plechtige processie werd het Allerheiligste naar de nieuwe kerk gebracht, waar Pastoor van Wijn gaarden de eerste H. Mis opdroeg. Feestelijk klonk het nieuwe orgel en het zangkoor bracht een twee-stem mige mis zeer verdienstelijk ten ge hore. Pastoor Geurts uit Griendtsveen hield de feestpredikatie, waarin ZEw. benijdde om het schone nieuwe bouw en waarin hij de betekenis van de kerk in de plaatselijke gemeen schap kenschetste als een poort naar de hemel. Talrijk waren de mensen van Geys teren opgekomen en de toch ruime kerk was te klein om al de belang stellenden te bevatten. En het beeld van St. Willibrordus, een der weinigen gespaarden uit de oude kerk, glim lachte van zyn nieuwe plaats, om al dat schoons. dat is achter de rug en in de hemel heeft St. Antonius en St. Willibrord smakelijk zitten „steggele" wie de schoonste kerk kreeg. Want die van het Veulen mag er zijn en de mensen daar moeten wel een onbeperkt vertrouwen hebben in de Heilige van Padua, om een derge lijk fraai gebouw in deze ty'den te bouwen. Trouwens ze zijn er ook stiekem trots op, dat bleek wel uit de grote stoet, 'die naar de nieuwe kerk trok, toen de HEw. Heer Deken ook daar met het gebruikelijke cere monieel de kerk wijdde. In het daarop volgende plechtige Lof hield Pastoor Hillebrandt een hoogstaande feestpredicatie, waar ook weer eens de betekenis van het kerk gebouw werd besproken en waarin de gelovigen werden aangespoord om het enthousiasme, waarmede zy de kerkbouw zyn begonnen, te bewaren voor een verdere uitbouw en ver- fraaïng der kerk. Aanbieding Begroting 1950. Benoeming Welstandscommissie. Ondanks de o punten, die de agen da vermeldde en het haast tradito- nele bijkomer.de punt, was deze laatste vergadering van 1949, wel de kortste, die dit jaar gehouden werd. In een goed half uur tyds was het gebeurd en torstten de heren Raads leden huiswaarts met enkele zware boeken, inhoudende de begroting van 1950, waarmede ze de Kerstdagen aangenaam en nuttig kunnen door brengen. Hiermede hebben de ambtenaren van het gemeentehuis de prestatie geleverd, om in één jaar tyds twee begrotingen en een viertal rekeningen op de tafel te brengen. Een feit, dat de VOORZITTER vol waardering ver meldde en waarvoor hy zyn harte lijke dank betuigde. Hiermede is tevens een belangrijk stuk wederopbouwwerk geëindigd, namelijk dat van de wederopbouw der gemeenteadministratie, welke dcor de oorlog er. door de evacvatie zeer veel geleden had. Intussen zal de Raad al deze stuk ken eens bestuderen en in comité- generaal volgende week Zaterdag de moeilijkheden naar voren brengen. De ingekomen stukken hielden schrijven in van Ged. Staten, waarin de volgende Raadsbesluiten, werden goedgekeurd: de garantieverklaring, dat de rente door de Stichting Venray tot het oprichten en exploiteren van Peel- boerderyen aan de Maatschappij voor financiering van Nationaal Herstel zal worden voldaan. b. verstrekking van hypotheken. c. vaststelling van de verordening op de heffing van marktgelden. d. kosteloze overdracht van Peel- grond aan bovengenoemde Stichting Venray. Zy werden voor kennigeving aan genomen. Twee millioen wilde B. en "W. graag hebben voor kasgeldlening en de Raad had er geen bezwaar tegen, slechts de heer VAN HAAREN merkte op, dat hy liever eerst de begroting behandeld had. De VOORZITTER liet echter door schemeren, dat zo lang niet kon ge wacht worden en zodoende kreeg B. en W. de toestemming zonder hoofde lijke stemming. Eveneens kreeg B. en W. zonder h. st. toestemming om de gewone verkopingen te houden van hakhout turf enz. in het komende jaar. Personen beneden is jaar mogen niet naar de bioscoop, maar de Raad gaf zoals gewoon ontheffing van deze verbodsbepalingen. De school aan de Heide kreeg de gevraagde f 226.— voor leermiddelen nadat de heer Fr. JANSSEN de op merking gemaakt had, dat deze voor zover mogelijk, dan ook in de meente moesten besteed worden. De Rekening van Inkomsten en Uitgaven over 1948 en de daarbij be horende bedryfsrekeningen en de rekening van het Algemeen Burger lijk Armbestuur kreeg een commissie voor onderzoek; bestaande uit de heren "Wismans, Fr. Janssen en de Bruyn. De Wed. M. Litjens—Peeters te Leunen had de gemeente een per ceeltje grond verkocht, groot 8 are. maar tevens aan W. Kusters te Leu nen dit stukje beloofd, welke hierop een huis wil bouwen. Gelukkig is er nog geen verkoop akte opgemaakt en kan Kusters dit alsnog kopen, waardoor de bouw van de woning kan doorgaan. De Raad ging er zonder meer mee accoord, dat het raadsbesluit van deze aankoop vernietigd zou worden. De bezwaarschriften tegen belastin gen werden als gewoonlijk in een besloten zitting verhandeld, maar nog eerst kwam eens na te kijken, daar deze nogal eens verstopt was. Verder kwam hij weer eens infor meren hoe 't stond met de plannen van de Ambachtsschool De VOORZITTER moest weer eens vertellen, dat den Haag nog steeds geen antwoord gegeven had op de ingediende plannen. Maar hy zou als nog weer eens om antwoord verzoe ken. „Niets te verzoeken", aldus de heer VERMEULEN; „eisen", het heeft nu lang genoeg geduurd. De heer HAAREN zou graag licht zien op het Kerkpaadje, maar toen de V00R2ITTER verteld had, dat de P.L.E.M. daarvoor aan het werken was, was het hek van de dam. De heer OUSTERS vroeg toen ook meer licht voor Klein-Oirlo, dat in deze duistere tyden 's avonds schijn baar niet te vinden is. De heer STEEGHS greep meteen ook de gelegenheid aan om 'ook voor Castenray eens een goed woordje te doen, hy had daar zelfs al met de PLEM plannen over gemaakt. De VOORZITTER wees er nog eens nadrukkelijk op, dat onze ge meente 14,600 Ha. groot is en dat er nog wel meer duistere plekjes te vinden zyn. Bovendien was er geen materiaal en geen centen, maar des niettemin zou hy by de PLEM nog wel eens informeren. De heer OUSTERS klaagde verder over de vuilnisbelt in Oirlo, die er schijnbaar zo beroerd by lag, maar Wethouder WINTELS tikte hem op zijn vingers met de mededeling, dat de inwoners van Oirlo zelf ook wel eens een beetje beter mee konden werken. Gemeentewerken zal echter nog wel eens bekijken of er geen omrastering om kan komen. De heer ODENHOVEN stak een tamelyk verward verhaal af over bouwlustigen, die wel willen bouwen en hiervoor een herbouwgeval ge kocht hebben, maar dit niet konden, omdat zy buiten het uitbreidingsplan lagen. Dit vond spreker niet juist, daar op het ogenblik wel niemand van de 17.000 inwoners kon zeggen, waar de kom nu feitelijk begon en eindigde. De VOORZITTER antwoordde, dat B. en W. toch uiterst soepel waren voor herbouwgevallen. Deze konden, waar enigzins mogelijk, weer op de zelfde plaats bouwen, maar er moest bouwvolume zyn en dat was er veel te weinig. De heer Fr. JANSSEN vertelde verder, dat dit bouwvolume naar billijkheid over de herbouwgevallen verdeeld werd, maar het is logisch, dat eerst die herbouwgevallen aan de beurt komen, die zelf opbouwen, om dat zy hun huis, zaak of fabriek nodig hebben, en dan pas degenen, die een herbouwgeval gekocht heb ben. De heer ODENHOVEN wist echter meer, maar Wethouder WINTELS verzocht hem na de vergadering dan maar eens teiten te noemen, dan kon dit onderzocht worden. De heer CAMPS zou de trottoirs in Oostrum even mooi willen zien als die op de weg naar het Station en verder een richting aanwijzer op de hoek by Verheggen. Gemeentewerken zou zien, wat zy doen kan. Welstands-commissie. De VOORZITTER had nog één puntje. Vorige keer was besloten, dat de Raad zelf een Welstands-commis sie zou samenstellen, die de te bouwen objecten naar uiterlijke schoonheid en aanpassing met het geheel zou be oordelen. Welnu, B. en W. hadden Pater Briels, Architect P. W. Lerou en de Beeldhouwer P. van Dongen bereid gevonden om hierin zitting te nemen. De Raad ging zonder meer met deze keuze accoord. de Rondvraag. Als gewoonlijk opende de heer Fr. JANSSEN dit debat en hij deed een dringend beroep op Gemeentewerken om de riolering in de St.Odastraat 1111 !i li I i :ii 1 ii;1111! 111: i n 11 n 1 in li 1 li 1111111 Heden Zaterdag beginnen in Rome de officiële plechtigheden van het H. Jaar. Omtrent het ontstaan van deze viering zyn verschillende meningen maar onderstaande, die wij ontlenen aan een artikel van de Pastoor uit Overloon, in „Ons Eigen Erf" isj-wel een der meest verbreide. Volgens de geschiedenis zou aan een paar oude mensen, met lange, wapperende baarden, uit Frankrijk, de oorsprong van het Heilig Jaar te danken zijn. Op het einde van 't jaar 1299 kwa men ze te Rome. Tot hun grote vreugde werden ze by de Paus ter audiëntie toegelaten. En daar vertel den ze, dat ze 100 jaren oud waren en dat ze aan hun vaders beloofd hadden om by de wisseling van de eeuw naar Rome te zullen trekken. Dat hadden hun vaders ook gedaan, want bij elke jaarwisseliug zou de Paus grote geestelijke gunsten ver lenen, o.a. kwijtschelding van alfb tijdelykefcStraffen. Ofschoon de Paus hun zeide, dat Hy daar niets van wist, bleven ze dat volhouden. Na hun vertrek gaf de Paus aan Zyn Kardinalen de opdracht om de annalen van de Kerk na te kyken, of daar iets van stond opgetekend, möiar zy konden niets vinden. Ook aan de alleroudste kardinalen was niets van een Jubeljaar bekend. Misschien waren de archieven van de Kerk, die daarop betrekking had den, tydens de troebelen en plun deringen van de stad verloren gegaan. Wy kunnen ons by ondervinding zo iets gemakkelijk voorstellen. Om de gelovigen in hun verwach tingen niet teleur te stellen, vaardig de Paus Bonifacus VIII in 1300 „een Heilig Jaar" uit en bepaalde in Zyn Encycliek, dat dit telkens om de 100 jaar vernieuwd zou worden. Latere Pausen hebben dit veran dert om de 50 en om de 23 jaar, ornaat anders vele mensen verstoken zouden blijven om in die geestelijke gunsten te delen. Zo zal Paus Pius XII vandaag op de vooravond van Kerstmis met grote plechtigheid en praal, onder toeloop van duizende Romeinen en pelgrims „het Heilig Jaar" afkondigen en ge durende het jaar 1930 zullen van alle landen en windstreken de pel grims naar Rome bezoeken en aldaar de voorgeschreven gebeden doen om deelachtig te worden aan die grote geestelyke gunsten. Aan de vooravond van het H. Jaar zal Z. H. de Paus de H. Deur openen in de St. Pieter, terwijl in twee an dere hoofdkerken in Rome Pauselijke Legaten deze plechtigheid eveneens verrichten. Vorige Zondag hebben de Bisschop pen van Nederland in een Herderlijk schrijven, dat van de preekstoel is voorgelezen, hun gelovigen aange spoord om zoveel mogelijk met de bedoelingen en met de intentie's van de Paus mede te leven. Ook in Venray zullen ter gelegen heid van het Heilig Jaar verschillen de acties ondernomen worden, maar in verband met voorschriften van het Bisdom, kunnen wy hierover nog niets melden. Meerdere van onze veldkapellen zyn gelukkig al weer hersteld, andere wachten nog steeds tot de buurt er zich eindelyk eens over ontfermen zal. Maar wat ni6t langer wachten kon of mocht, was de restauratie van het oude St. Annakapelleke aan de Langeweg, dat nu byna in de kom van ons dorp is komen te liggen. Al te lang had het er zo gehavend, zo troosteloos by gelegen, vooial nu de wegen rondom worden opgeknapt, nu er nieuwe huizen, ja, hele nieuwe buurten verrezen zyn in de onmidde- lijke nabijheid. Tallozen passeren er tegenwoordig byna dagelijks, maar niemand scheen zich te ontfermen over het verminkte heiligdom van Moeder Anna. Of herhaalde zich ook hier weer, wat zo dikwijls het goede in de weg staat: terwijl we allen wel zien, dat er iets behoort te gebeuren, terwijl we ons zelf wel enigszins medeschul dig voelen, meent de een op de ander te moeten wachten en dan... gebeurt er natuurlijk niets. De Schoonheidscommissie van VVV, die al herhaalde malen een oproep deed om onze oude glorie, die toch zoveel zeven over Venray moet ge bracht hebben, toch niet te verwaarlo zen, heeft in dit bijzonder geval, in samenwerking met het Kerkbestuur, zelf het initiatief genomen en reeds, zoals men heeft kunnen zien, een begin van uitvoering gemaakt. De kapel zal geheel gerestaureerd worden, in- en uitwendig, in de oude trant, alleen zal de wat al te radicale afsluiting verbeterd worden. Rondom zal het kleine pleintje met veldkeien

Peel en Maas | 1949 | | pagina 1