TWEEDE BLAD
Donoso Cortés...
profeet
WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
Hazenkcansmaand
De vleesdistributie
overleefde zichzelf.
dank.
Zaterdag t October 1949 No. 39
Zeventigste Jaargang
Firma
Druk en Uitgave
van den Munckhof
Drukkerij
Kantoorboekhandel
Grootestraat '2S
Telefoon K 4780 512
Postrekening 150652
PEEL EN MAAS
Advertentieprijzen
op aanvraag verstrekt
Abonnementsprijs
per kwartaal:
voor Venray fl 1.00
buiten Venray fl 1.20
uitsluitend vooruitbet.
Voordat Rusland een wereld
oorlog zal beginnen, moet eerst
de aansluiting van alle Slavische
volken onder invloed van Rusland
plaats hebben. Wanneer we in
Oost-Europa do confederatie zul
len zien van de Slavische volken
en in West-Europa slechts twee
grote legers zijn, het leger van
de geteisterden en het leger van
de heroveraars, dan zal op de
klok van de tijd het uur slaan
van Rusland. Dan zal Ruslaud
rustig gaan over het land, het
geweer in de hand.
Wanneor we dit lezen op een mor
gen, dat ons het laatste nieuws over
de militaire maatregelen van het At
lantisch pact met kopletters_*onder
do ogen wordt geschoven, is onze
eerste vraag:
Wie schreef dat, durfde dit sehryveu
en wannoer
Dit schreef een man, die in 1849
(hot is geen drukfout), dusgprecies
honderd jaar geleden, schijnbaar iets
van onze geschiedenis af wist, toen
hij opineerde:
,,Het schijnt my toe, dat de scep
ter van de Europese dictatuur de
latijnse volken zal ontvallen en in
de handen van Duitse en Slavische
volken zal komen".
Veel in <}e geschriften van deze
man doet profetisch aan én om zijn
stijl én omdat hij zich veel met de
toekomst bezig hield. Enige bladzij
den verder lezen we:
„Het gaat met de wereld naar
de vorming van het meest reus
achtige en verholen despotisme,
dat men ooit gekend heeft. De
weg is open voor een gigantische
tyran, een internationale, onbe
rekenbare knechter."
„In Frankrijk zijn dan niets dan
aanhangers, in Italië trawanten, in
Duitsland leiders en kopstukken.
Zo zal het verschrikkelijke beest
steeds voor onze ogen staan en het
zal er zijn en tot nu toe is er nog
geen Oedipes, die "dit ïaadsel kan
opruimen. Het is een'verschrikke
lijke opgave voor Europa, dat niet
weet hoe het op te lossen en het
niet kan oplossen. Dat is de waar
heid en voor elk denkend mens,
die de zaak goed bekijkt, voorspelt
alles een ctaclysme, zoals de mens
heid nog nooit gezien heeft.
Zo schreef Donoso Cortes precies
oen eeuw geleden. De politicus, die
's avonds laat by zijn kaarsluchter
zat te worstelen met de toen reeds
actuele problemen van liberalisme,
socialisme en despotisme. De volgen
dag stond hy op de tribune in de
Staatsraad en durfde het eruit te
gooien in pamflettenstyl wat hy
dacht.
's Avonds stonden de volzinnen
van zijn rede in de Spaanse Herald
of de Madridse Figaro met kopletters
zoa's wy de woorden van een Chur
chill tot headlines maken. En zo'n
staatsman was hij.
Al klonk het wat pessimistisch
wat hij zei, zyn vrienden liepen er
niet om weg, zijn populariteit bleef.
Want Donoso Cortés sprak.
Wie was die Spanjaard
Geboren in 1809 heeft hy met zijn
begaafdheid- de kans gezien, om in
zijn korte leven van 44 jaar de vol
gende functies te doorlopen:
12 jaar oud al student op de uni
versiteit van Salamanca;
16 jaar haalt hy de graad van li
centiaat in de rechten;
19 jaar bestijgt hy een leerstoel in
de letterkunde, omdat hy met de
studie in de rechten klaar is en vol
gens de wetten van het land nog te
jong is om het beroep van advocaat
uit te oefenen. Van huis uit katho
liek wordt hij onder omstandigheden
fel dweper met Roussau. dan libera-
list, dan rationalist, om tenslotte, na
elke theorie met bloed der practyk
te hebben zien neergeschreven in do
straten van Madrid, terug te keren
tot het geloof van zyn kinderjaren.
Hij trouwt, maar zijn vrouw en kind
verliest hij reeds in 1835. Dat zelfde
jaar kwam hij in de Spaanse minis
terraad.
Toen in 1840 by revolutie de Pro
gressisten het hoft in handen kregen
ging hy tesamen met koningin
Christina in ballingschap naar Parijs
waar hy haar secretaris werd. Na de
overwinning van haar maarschalk,
keerde hy in 1843 in Madrid terug
en werd raadsheer van de koningin.
In 1849 gezant en Spaans ambassa
deur te Parys. Daar stierf hij in 1853
aan een hartkwaal. Zyn laatste woor
den waren toen men hem by een
laatste aanval nog een medicijn toe
reikte „Waar is dat goed voor
en grijpend naar het kruisbeeld: „Ik
heb niets anders nodig dan dit I"
Te zeggen, dat hetgeen hierboven
geciteerd werd, een voorspelling is
van hetgeen wij thans in onze tijd
zien, zou een mishandeling zyn van
degene, die deze woorden schreef.
Zeker is, dat deze man de pretentie
heeft gehad iets over de toekomst te
zeggen. Hy heeft gesproken over een
tyd, welke is niet zeker
Men heeft hem geciteerd in i860,
in 1870, in 1914, in 1939.
Jaartallen heeft hy zelf nooit ge
noemd. Maar feiten genoemd, die hij
als logische gevolgen zag, dat heeft
hij en wel met een zelfverzekerdheid
die arrogantie kan heten.
„Myne heren, ik verzoek u mijn
woorden te willen onthouden, want
wat ik u ga zeggen, zal naar de
letter vervuld worden in een toe
komst die ik niet ken. We gaan
naar een reusachtige en de meest
vernielende dictatuurstaat, die de
mensheid ooit gekend heeft. Om
deze dingen aan te kondigen, be
hoef ik geen profeet te zyn. Het is
voldoende het geheel der gebeurte
nissen te zien uit de ware gezichts
hoek, van het katholieke stand
punt".
Sommigen hebben de vraag gesteld
of hy een profeet was en wel bijzon-'
der een voorspeller van rampen, een
pessimist.
Dit te beweren kan men ook een
mishandeling noemen van zyn per
soon. Dat een biljarter van te voren
weet, hoe de drie ballen door zijn
stoot zullen komen te liggen en
waar zy tegen elkaar zullen klossen,
vindt ieder gewoon. Zo dacht Donoso
over de drie systemen: katholicisme,
liberalisme, socialisme (of wat wij
tegenwoordig noemen communisme),
Dat cultuur-philosophen en historici
met hun kyk op de geschiedenis
reeds van te voren kunnen zeggen,
dat het met een stelsel, een systeem
dat nu aan het groeier, is, om één
zwakke plek erin eens in de verre
toekomst zal mislopen, kan iedereen
aanvaarden.
Doen wy niet hetzelfde als wy van
'n kind in de straat zeggen: met die
jongen gaat 't verkeerd in de toe
komst
Tenslotte, zouden we daarom een
medicus pessimist kunnen noemen,
die tegen iemand, die er best uitziet,
dat hij niet lang meer te leven heeft
De dokter weet immers meer dan
een buitenstaander. En wat voor
iemand, die er geen kijk op heeft,
soms een raadsel is en een onaange
naam nieuws, is voor een man van
de wetenschap soms een duidelijk
zichtbaar feit.
Zo stond Donoso Cortés, die in
Madrid, Parys en Berlijn had gezeten
naar de dingen 0111 zich lieen te zien
en decreterende over de chronische
ziekte van ons werelddeel:
De Europese maatschappy sterft.
Haar beenderen beginnen al koud
te worden en het hart zal het
weldra zyn. En weet ge waarom
deze maatschappy ten onder gaat
Ze gaat ten onder, omdat God ze
voor het katholicisme geschapen
heeft en daarvoor wil doen leven
en de meesters der wetenschap
haar rationalistische kost hebben
te eten gegeven. Zy sterft, want
dwaling doodt en deze maatschap
py is erop gegrondvest".
„Zij sterft, omdat de mens niet
alleen van brood leeft, maar van
elk woord dat uit Gods mond komt;
zo gaan de staten niet alleen ter!
onder door het staal, maar door
elk anti christelijk woord, dat
voortkomt uit de mond van mo
derne wijsgeren. Ze schaadt zich
zelf, want de dwaling is een zelf
moordenaar."
Dit is zijn stijl; zo gaan zyn artike
len, gedragen, klassiek, in directe
beeldspraak.
Ze werden geschreven 's avonds
na negen uur. Dan had hy al drie
uur lang armen bezocht, adressen
afgelopen in de achterbuurten op
aanwijzen van de Kleine Zusters der
Armen. Hy, de staatsman, die vier
vijfde van zyn inkomen weggaf aan
de armen. Die Vincentiaan was voor
dat deze bestonden.
Zo laat 's avonds studeerde hy dan
nog voor 't marmeren kruisbeeld, de
diplomaat, die de huidige problemen
op een afstand van honderd jaren
scherper in hun kern heeft aange
raakt, dan iemand denkt.
Geen modern probleem liet hy
onaangeroerd. De omvang van d<
klassenstrijd, beschaving, moderne
bewapening, moderne perscampagne,
moderne wereldconferenties en hui
resultaat, moderne eis tot katholieke
actie, de moderne leugencampagne.
hy heeft het beschreven als stond
hy er vijftig meter van af.
Daarover misschien een volgende
keer. Want het is de moeite waard
deze man te lezen in deze tyden,
niet om bij hem de sensaiie op te
doen iets over de toekomst te horen,
maar wel om de oorzaken te kennen
van een toekomst, die een chaos
worden.
Als voorproef van zyn intuïtieve
begaafdheid dit wat hy zegt over
een toekomstigo moderne leugen
campagne. IJy ly-kt wel een „speciale'
verslaggever van het proces tegen
Kardinaal Mindszenty.
„Gij,. zult, als God.: geen mede
lijden met ons heeft, nog heel wat
anders zien. Gy zult zien, hoe on
beschoft de leugen zich zal gedra
gen en tegen de waarheid zal zeggen:
„Ik ben de waarheid, jij bent de
leugen". De lasteraars tot de be
lasterden „Wy zijn vals beschul
digden, gy zyt de vervalsers".
Niemand zal kunnen uitmaken wat
er echt van is en vals, waar van on
waar onderscheiden, de waarheid van
de leugen, de deugd van de ondeugd.
En dan zullen allen aan elkaar de
vraagstellen: „Wat is de waarheid?"
Zo wendt hy zich telkens naar het
kruis. Zoals het midden op zijn stu
deertafel stond, staat dekruisleer ook
midden in zyn synthese van zijn ge
schiedenisbeschouwing. Over cultuur
en beschaving schrijft hy:
„Elke beschaving komt van het
Christendom en dat blykt duidelijk
hieruit, dat de beschaving zich ge
concentreerd heeft in de christelijke
zone, Buiten deze is er geen be
schaving, alles is ei; barbarendom.
Zie slechts naar de tijden die Jiggën
aan de andere kant van het kruis.
Heel de maatschappy bestond uit
tyrannen en slaven".
Dat de volkeren zich tenslotte tot
groterè eenheden aaneen zouden
sluiten, voorzag hy. Maar ook, dat
het eerst zou geprobeerd worden zon
der God. Met een Volkenbond zonder
God, met een Uno zonder Gód, Ver
enigde Naties zonder God.
„Onze Heer Jezus Christus is op
aarde gekomen om in Zich en door
Zich de eenheid van het. menselijk
geslacht te grondvesten. Het is'de
grootste van alle bestaanbare zonden
zichzelf in Gods plaats te stellen
en die eenheid op een andere wyze
zien te bereiken. Maar God zal geen
andere eenheid toelaten dan de een
heid des kruises".
P. RENATUS, C.P.
Wie 's avonds in October als een
stille verspieder langs de huizen der
mensen drentelt en er niet op stad
en land het vredige gemurmel van
de rozenkransbidders ontdekt, heeft
•geen goede keuze gedaan.
In ieder huisgezin behoren alle leden
van de iamilie om de tafel geschaard
te zitten en waar ze nog petroleum
verlichting hebben, is de lamp uit
zuinigheid laag gedraaid, een harde
stem bidt voor en alle andere stem
men vallen brommend en min of meer
gelyk in en ze bidden allen het koor
gebed der eenvoudige lieden.
Het zou er in ons Limburg niet
meer goed uitzien, als we 's avonds
uit de huiskamers alleen nog het
getingeltangel van de radio vernamen
als wy vergaten voor onze Moeder dé
kransen te vlechten, dat zy van haar
kinderen verwacht.
Het is juist de kinderlijke hulde
van onze mond en ons hart, dat een
tonige kransen-vlechten, waarbij de
geest tot rust komt en waarby de ziel
alle intenties kan insluiten. Een gezin
heeit zoveel intenties, ontelbare zou
ik zeggen, maar het rozenkransgebed
neemt ze alle op en weet ze allé een
vaste plaats te geven.
Wie heeft de trieste moed het
rozenkransgebed saai en vervelend te
noemen
Er zit zoveel muziek en variatie
in. Alle woorden zijn koninklijk en
goddelijk, even gewijd als de woorden
van de H. Mis, even zinrijk als' de
boeiendste preek, alles insluitend wat
wy ooit te zeggen of te vragen kun
nen hebben.
Als wij Maria willen eren in haar
verhevenheid, in haar staan boven de
mensheid en de wereld bidden wij de
blijde geheimen van haar boodschap,
haar bezoeking, de geboorte van
Christus, zijn opdracht in de tempel
en zyn wedervinding te Jeruzalem.
Als wy de geheimen van het ver
loste leven willen eren, bidden wy
de glorieryke geheimen van onze
verlossing, van Christus' Hemelvaart,
van de zending van de H. Geest en
van haar eigen kroning.
En als wy bedenken, dat ons leven
niet over rozen gaat, dat ook wy in
ons leven hittere tranen schreien, dan
bidden wy de droevige geheimen van
de rozenkrans -en verenigen ons met
het grote lyden van Christus, om in
zyn voorbeeld de berusting te putten,
die wy nodig hebben en de moed ons
kruis te dragen tol op de kruin van
Golgotha.
En als wy aan alle verguizingen
van Christus denken in onze harde,
Premie voor de zwartslachters.
Er zyn door de overheid her
haaldelijk suggesties gewekt, dat
de vleesdistributie eerlang zou
worden opgeheven. Eerst werd
Augustus als waarschijnlijke datum
genoemd, later zou het September
worden. Beide data zyn verstreken
en niets wyst nog erop, dat de
Regering van zins is binnenkort
de distributie loste laten.Integen
deel, ze voert daar allerhande mo
tieven tegen aan, zoals een tekort
aan productie, noodzakelijkheid van
export, het duurder worden van
het vlees, wijl by opheffing ook de
toeslag zou komen te vervallen. In
ieder geval wordt sterk de schyn
gewekt, dat de overheid de vlees
voorziening vooralsnog in de hand
wil houden.
Slechts opheffing brengt
ons uit de chaos.
Maar kan de regering dat nog
De practyk wijst er op, dat zij dat
niet kan. De distributie heeft zich
zelve overleefd en er heerst een
chaos, die met alle regelingen spot.
Wij zitten nog altijd met onze
schamele paar honderd gram per
veertien dagen, maar aan het verhaal
van te weinig productie gelooft men
niet meer.
Er wordt aan zwartslachting ge
daan op een schaal als nooit te voren.
De rem is er volkomen af. Dat is
een publiek geheim. Men moet er da
slagers en de hoteliers, vooral in de
grotere steden maar eens naar vra
gen. Alles is te hebben, wat men
wil en zooveel men wil. En in 't
Noorden is het nog veel erger dan
in het Zuiden.
De distributie, in casu de overheid
baseert zich bij haar maatregelen
vrijwel uitsluitend op de aanvoer van
vee op de normale markten en reali
seert zich niet, dat een veel groter
kwantum zwart verhandeld wordt.
Het zwartslachten heeft zulke pro
porties aangenomen, dat we gerust
kunnen aannemen, dat er meer zwart
dan normaal geslacht wordt.
Wij hoorden o.a. var» een huiden
handelaar, dat hy meer huiden bin
nen kreeg van zwartslachtingen dan
legale. Door bonafide slagers en han
delaars is daarop een steekproef ge
nomen in een streek, waar ten op
zichte van het overige land weinig
zwart geslacht wordt.
De uitkomsten waren frappant. Er
kwam vast te staan, dat, voor zover
achterhaald kon worden, in de week
waarover het onderzoek ging, 32
stuks rundvee zwart was geslacht.
Het aantal varkens viel daarbuiten.
Slechts 2 kalveren waren normaal
geleverd, ofschoon er naar schatting
60 tot 80 stuks geboren waren.
In één maand tyds werden slechts
4 kalveren geleverd en bedroeg de
geboorte rond 300 stuks.
Nu is het waarschynlyk, dat de
boeren in deze overgangstijd naar
het nieuwe slachtseizoen, waarin de
oude vleesvoorraad gewoonlijk op is,
iets meer voor eigen gebruik hebben
geslacht, maar we kunnen toch heel
moeilijk aannemen, dat de rest dei-
niet geleverde halveren dood ter we
reld is gekomen.
Waarom wordt er
zwart geslacht
Tal van boeren gaan by deze wan
toestanden ook niet helemaal vry
uit. Zy leveren niet ongaarne aan de
zwartslachters, omdat deze steeds
conntant betaalt en tweedons kunnen
zij deze ontvangsten gemakkelijk
buiten de fiscus houden.
Feit is, dat de dieren voor de
zwartslachting legio te krijgen zyn
en die komen uiteindelijk toch van
de boeren.
Het vlees van deze slachtingen,
dat dus zonder bon te krijgen is.
behoeft daarom nog niet veel duur
niet-meer-biddende wereld, herhalen
wy gemeenschappelijk het schietgebed,
dat ons zegt waarom wy bidden en
waarom wy goed en vurig moeten
biddenEer aan de Vader en de
Zoon en de H. Geest. En heel de
schepping zal antwoordenZoals het
was in het begin en nu en altijd en
in de eeuwen der eeuwen der eeuwen
Amen.
Want het rozenkransgebed is een
eeuwig gebed, dat van mond tot mond
gaat, dat weer overgenomen en voort
gezet wordt, als lippen verstommen.
Het is het gebed van de levende Kerk,
van de kleine kerk var. de getrouwe
zielen, die daar opgesteld staan als
een leger in slagorde. Onze Kerk is
onoverwinnelijk sterk, als de avond-
murmel van de rozenkrans in al onze
dorpen en steden niet uitsteift, maar
steeds forser en sterker wordt.
Dan alleen weet God, dat wy onze
noden beseffen, weten dat wij zonder
Hem geen stap kunnen zetten en
geen hand kunnen uitsteken.
P. H. RONGEN O.C.R.
der te zyn dan het vlees op de
bon, want de winst, die de zwart-
slachter maakt en die gering is,
wordt prompt door het Rijk be
taald, althans voor een belangrijk
deel. Dat is geen Spaans, maar
Nederlands. Onze regering geeft
een premie op de zwartslachting,
zoals we zullen aantonen.
De proef op de som.
By wijze van proef werd door de
deskundigen het vet van twee koeien
by een zwartslachter gekocht, in
totaal 115 kg. a raison van f 90.—
Zoals bekend neemt de Regering dit
vet over tegen een prijs van f 1.40
per kg., zodat de totale opbrengst
f 161 bedroeg. Er is dus al een winst
van f 71, terwyl de Regering voor
verkoop aan de consument zorgt en
daarby een behoorlijk verlies neemt.
Dit is te berekenen als volgt:
Het vet wordt overgenomen door
de vetsmelter, vandaar gaat het via
ompakker en grossier naar de klein
handelaar, die het voor een prijs van
f 1.96 per kg. aan de consument ver
koopt.
Bij het smelten ontstaat echter
een gewichtsvermindering van circa
40 pet., zodat bovengenoemde lts kg
na smelting opleveren 69 kg. gesmol
ten vet ter waarde vau f 135.24.
Het verlies beloopt dus f 191
min f 135.24 isf 25.76
Winst voor smelter, ompakker
grossier en detaillist iond f 35.—
Door de regering te betalen
accijnsbanderol beloopt 69 x
28Va cent isf 19.66
Het totale verlies voor
de regering is dus
f 80.42
beuzelarijen. Hy wist vaak zelve niet
meer waar hij aan toe was en voelde
zich in een marionettenspel.
Maar ook het publiek heeft schuld
door zyn vaak onbillijke eisen en het
uitspelen van de ene slager tegen de
andere. En de zwartslachter op zyn
beurt probeert vaak zyn positie te
versterken tegenover de bonafide col
lega, die aan deze practyken niet
meedoet.
Nu is het vooi de Regering gemak
kelijk om te zeggen, goed, dan nemen
we geen vet meer af. De gevolgen
daarvan zouden zijn, dat de goede
het met de kwade moeten ontgelden
dat de prijzen van de zwarte bonnen
en het vlees zullen stijgen, want de
zwartslager zal het verlies op het
vet zoeken te compenseren.
Dit is de weg iiiet.
De fout van dit alles ligt in de
eerste plaats in de hogere regionen,
meer dan bij de kleine man en het
controle-apparaat.
Slechts de afschaffing van de vlees-
distributie kan aan deze praktijken
een einde maken. En gezien hetgeen
er thans gebeurt, is dat geen waag
stuk meer.
Al zou er tijdelijk een oplopen van
de vleespryzen zyn, door 't meerdere
aanbod op de normale markt, zou die
spoedig genivelleerd worden en weer
in normale banen terugvallen, zeker
voor de meer gevraagde vleessoorten
en artikelen.
Afschaffing is geen waagstuk, maar
noodzaak
Maar daarmee zyn we er nog niet,
want de regering verstrekt aan de
zwartslachter voor de ingeleverde 115
kg vet 1150 vleesrantsoenen, welke
hij kan verkopen voor 20 cent per
stuk door aan hen die meer vlees
wensen dan hun bonnen toelaten, ook
iets meer te berekenen. Hieraan ver
dient hij in de gauwigheid ook nog
f 230, zodat deze 115 kg vet hem een
winst bezorgen van totaal f 301, waar
van de regering er f 80 voor haar
rekening neemt. Deze praktijken zyn
schering en inslag.
Als nu de verkochte 1150 rantsoenen
in omloop komen, moet het Ryk deze
ook honoreren, er moet vlees voor
komen. En als de boeren niet genoeg
aan de normale markt leveren, wel
dan importeert de regering uit Ar
gentinië, Ierland of Amerika. We
kennen toch het bevroren vlees en de
heerlyke schapenbouten
Wanneer wij eens als voorbeeld een
willekeurige berekening maken, van
1000 zwartslachtingen per week voor
ons land de werkelijke cijfers lig
gen natuurlijk heel anders dan kan
de zwartslachter via 't vet daar aan
verdienen 500 x f.301 is f 150500. (By
de proef was hét vet van 2 dieren
gekocht.
Voor het Rijk is dat een verlies
post van f 40.201 buiten de ontdoken
belasting.
Voorts moet de overheid voor de
ten onrechte in omloop gebrachte
500 x 1150 rantsoenen is 575.000 rant
soenen vlees verstrekken. Dat zyn
57.500 kg zonder been of 92.500 kg
vlees me^been, ook dat kost veel geld.
Als we daarbij nog het verlies
nemen aan darmen, die zeer schaars
zyn en ingevoerd moeten wo:den,
verlies van afvalproducten, bloed^
huiden, beenderen, enz., dan mogen
we gerust het verlies op f 50 per koe
schatten. Dit betekent buiten de strop,
die de goegemeente aan de zwart
slachter moet opbrengen, nog een
verlies van rond f 50.000 voor het
nationaal vermogen per week. Over
de zwartslachting en hygiëne praten
we dan nog maar niet.
Ziende blind
Deze toestand is nu ongeveer een
jaar in volle gang. Van bekeuringen
is practisch geen sprake meer. In de
streek waar de proef genomen werd
is het laatste half jaar geen kilo zwart
vlees in beslag genomen. Plaatste niet
enige tijd geleden een bekende firma
een grote advertentie in de dagbladen,
dat ze voor de huiden var. zwart
slachtingen (waarop geen onderzoek
gebaseerd mag zyn!) goede prijzen
betaalde.
We moeten dus wel aannemen, dat
de Regering zich ziende blind houdt
en deze praktyken bewust subsi
dieert-
Wat moeten we denken van de des
kundigheid van de ambtenaren, die
deze regeling uitgedokterd hebben en
zulke mazen in het net lieten?
De Regering zelve heeft hier op de
eerste plaats schuld, die door haar
ambtenarij en ondeskundigheid deze
praktyken mogelijk gemaakt heeft
Zy heeft in het verleden maar al te
vaak de slager de zwarte weg opge
drongen, nadat zy hem eerst in
moeilijkheden gebracht had o.a. door
een verkeerde berekening van het kor
tingspercentage, duizend en een maat
regelen en vittery op alle mogelijke
8 isóchófipeiiike
Zelden hebben Wy ons met een
hart zo vol dankbaarheid en vreugde
aan U allen gericht als nu. Gy hebt
Ons veertigjarig Priesterfeest zo
schoon mogelijk gemaakt. Ofschoon
gy U trouw hebt gehouden aan Onze
wens om uiterlijk niets te doen, hebt
gy allen Ons toch zó veel geestelijke
gaven geschonken, dat Wy er niet
dankbaar genoeg voor kunnen zyn.
Ons hart was overvol, toen Wij hoor
den, hoeveel heilige Missen tot Onze
intentie zijn opgedragen en hoeveel
gebeden voor Ons zyn gestort. Wer
kelijk, het was voelbaar voor Ons,
dat Wy allen innig verbonden zyn
in Jezus en Maria.
God lone en zegene U voor dit alles.
Wij kunnen U allen de verzekering
geven, dat ook Wij veel voor U heb
ben gebeden en dat Wij dit zullen
blijven doen. Bidden en offeren is toch
de beste en grootste gave.
Nu staan wij weer voor de her
nieuwing van onze Toewijding aan
Maria, die ieder jaar door alle parochies
instituten en kloosters op Rozenkrans-
Zondag dus dit jaar op 2 October
hernieuwd wordt. Doet deze Toe
wijding weer echt van harte. Gy zelf
en Uwe kinderen J
Bereidt U goed voor, vooral door
een hartelijke H. Communie. En geeft
dan aan Uwe hemelse Moeder het
geestelijk geschenk, dat Wij U by ons
feest voor Ons zelf hebben gevraagd:
het trouwe bidden van de Rozenkrans,
vooral in de gezinnen en de viering
van de eerste Zaterdag van het On
bevlekt Hart van Maria.
De tijden zijn zwaar. De H. Kerk
lijdt meer dan ooit, vooral ook onder
de onverschilligheid en de verzin
nelijking van zovele van Haar Kin
deren. Werkt mee om deze verschrik
kelijke stryd te winnen. Werkt mee
door een echt Christelijk leven. Blijft
trouw aan Christus en aan Uw heilige
plichten. Blijft trouw ook aan Maria.
Zy zal ons ook in deze stryd by staan
en het Rijk van Christus in onze
zielen en in de wereld redden.
Wij danken U nogmaals en Wy
zegenen U allen van ganser harte.
Uw Herder en Vader
t GULIELMUS
Roermond, 15 September 1949.
Goedkoop frnit in Limburg
dank zij K.A.B.-actie
De actie van de Katholieke Arbei
dersbeweging in Limburg, die een
einde wil maken aan de hoge wins
ten, door de tussenhandel by de
verkoop van fruit gemaakt en die
daardoor tevens wil voorkomen, dat
enorme hoeveelheden kostbaar volks-
voedsel naar de mestvaalt moeten
verdwijnen, is goed gestart.
Verschillende detaillisten in groen
ten en fruit in de mijnstreek, begin
nen hun pryzen te verlagen teneinde
althans een deel van hun klandizie
die naar de winkels van de Coöpera.
tie „Ons dagelijks brood" is overge
lopen, weer terug te winnen.
En dat is precies wat de K.A.B-
met haar actie wenst te bereiken.
Boteryerbrnik in ons land daalt
Wij verklappen geen geheim, als we
mededelen, dat het boterverbruik in
ons land nog steeds dalende is. Was
het in 1946 per hoofd van de bevol
king nog 5.9 kg, in 1947 en 1948 be
droeg dit verbruik nog maar 5.3 kg,
terwyl het nu wordt geschat op 3 kg.
Uit andere cijfers blykt eveneens
de dalende tendens; in 1946 was de
botercon8umptie 38 pet. van het totale
vetverbruik; thans slechts 13 pet.