Industrie in Venray. WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN Venray-Peking, enkele reis Qiauuitles.... Bel op bij brand No. 392. ODA, de Koningsdochter. WONING-PROBLEMEN. IQceemdetinqeH- lOeikeec Zaterdag 7 Juni 1947 No. 23 'Acht en Zestigste Jaargang Druk en Uitgave Firma van den Munckhof Drukkerjj Kantoorboekhandel Grootestraat 28 Telefoon K 4780 512 Postrekening 150652 PEEL EN MAAS Advertentieprijzen op aanvraag verstrekt Abonnementsprijs per kwartaal voor Venray fl 1.G0 buiten Venray fl 1.20 uitsluitend vooruitbet. Aan boord van s.s. Stephen Kearny* i. Het is Zaterdag 10 Mei, wanneer ik met dit verslag over mijn twede reis begin. We zijn nu drie dagen aan boord en de boot is nog steeds heel. Het is net of we weer aan boord zijn van onze vertrouwde „Edmund Fanning". Deze boot is van hetzelfde type, met dezelfde inhoud en afmetingen, dezelfde indeling, dezelfde snelheid, of beter gezegd met dezelfde traag heid. Het eten is hetzelfde, de lading is hetzelfde, alleen de bemanning is anders. Het is weer een verzameling van negers en Amerikanen, met dit verschil, dat er nu onder de officieren ook negers zijn. We zullen het wel weer kunnen vinden met hen. Ze zijn gedienstig en voorkomend. De kapitein heeft zich bij ons nog niet laten zien. Hij zal verlegen zijn als niet-katholiek tegenover zoveel paters tegelijk. Het is een klein mannetje, maar iemand met haar op zijn tanden. Vlak voor wij aan boord kwamen, heeft hjj zeven man van de bemanning erat gegooid, niet om plaats te maken voor ons, maar wegens doorlopende dronkenschap. Wanneer iemand een dag dronken is, wordt hem 10 dagen loon onthouden. We wonen weer op het achterdek en zien er behoorlijk uit. We troffen daar twee andere Nederlandse passa giers aan, een echtpaar, dat de reis meemaakt tot Bombay. Eergisteren hebben we een bezoek gebracht aan de „Rotte", een fonkel nieuw Nederlands viachtschip, dat zijn eerste trip maakt en op thuis reis is. Daar was accomodate voor 12 passagiers, voor evenveel als op onze boot. Maar de ruimte was daar minstens twintig keer zo groot. Alles was daar veel helderder en proper. Daar viel ons pas op, hoe smerig onze boot is en hoe wij ons moeten behelpen. We hebben verzuimd een Hollandse bezem mee te nemen. De negers houden nu eenmaal meer van zwart dan van blank. Daags nadat we in Genua aankwa men, ontmoetten we tot onze grote verassing, onze vroegere kapitein. Het weerzien was hartelijk. Gisteren kwam hy afscheid nemen. Hij gaat naar Amerika terug en zegt het zee mansleven vaarwel. Hij had genoeg van schepen. Een groot deel van de bemanning dacht er hetzelfde over. We hebben nog eens een bezoek gebracht aan de „Edmund Fanning"; die als een gebroken reus over ver gane grootheid ligt te dromen. Ons vertrek wordt van dag tot dag uitgesteld. Van 27 April is het al 13 Mei geworden. Er. moet hier een massa gelost worden en de Italianen hebben nu eenmaal een broertje dood aan werken. Ze houden momenteel nogal van communistische demon stratie, en voor de afwisseling staken ze een poos of houden een nationale feestdag. Donderdag bv. was de dag der overwinning op Duitsland. Je moet maar fantasie hebben. Volgens de laatste berichten ver trekken we Maandag 13 Mei, maar dat kan nog weerveranderen. Intus- schen is de zomer zover gevorderd, dat het een hete reis wordt. Vooral de Rode Zee schijnt in deze tijd een braadpan te zijn, waar je gebakken en wel uit te voorschjju komt. We zjjn benieuwd wat de be manning zal doen als het zover is. Ze hebben bij de warmte, die we hiér hebben, al zoveel uitgelaten, dat ze beslist niet verder kunnen gaan, volgens onze begrippen tenminste. We zijn reeds een goede drie en een halve week uit Nederland weg en reeds twee weken in Italië. De reis tot Genua hebben we per auto gemaakt. Een Nederlands inspecteur van politie heeft dat tochtje voor ons georganiseerd. We beschikten over twee auto's, een luxe-wagen en een kleine bus, die in de oorlog dienst deed als officieren-wagen. De hoogopgestapelde bagage op de wagen, de agenten-chauffeurs in uni form en vooral de inspecteur met zijn keurig uniform, trokken overal in het buitenland grote aandacht. Als de inspecteur zich liet zien, sprongen agenten in de houding. Ze meenden op zich minst eèn generaal voor zich te hebben. Het werd een interessante en avontuurlijke, maar ook zeer ver moeiende reis. De route was niet precies uitgestippeld, we wisten al leen, dat we door Frankrijk en Bel gië moesten. Als we 'smorgens weg reden, wisten we niet waar we 's avonds zouden belanden. We heb ben geluk gehad, eiken avond vonden wjj een goed bed. Dat was nodig. We zaten nu niet precies in de kussens, 's Morgens stapten we fris en monter in, maar kwamen er geklutst en ge radbraakt weer uit. Hier volgt het verloop van de reis in dagboekvorm: Dinsdag 22 April. Uitgeleid door veel minderbroeders en beladen met de beste wensen, rijden wij tegen 10 uur uit Alverna- Wychen op weg. Met de vier chauf feurs zijn we met elf man. Een Pater Missionaris voor Brits-Indië gaat tot Rome met ons mee en zal vandaar gaan vliegen. We hebben een rit van circa 1400 K.M. voor de boeg en moeten we wisten toen nog niet beter 27 April in Genua zyn. Met een matig gangetje de auto was zwaar beladen rijden we door het mooie Brabantse land. Om half een verlaten we by Reusel de vaderlandse bodem. Van de douane ondervonden we geen moeilijkheden. We houden op Antwerpen aan. We hebben daar een boodschap en vin den daar medebroeders, die ons een stevig maal bezorgen. Goed vier uur zaten we weer in onze sleeën. We wilde die avond de grens nog passeren. Brussel lag al gauw achter ons en namen met ge mak Waterloo, waar Napoleon met zyn leger zich te pletter liep. We naderde de Ardennen, met hun ont zaglijke bossen, waar wilde varkens en herten nog zeer talrijk moeten zyn. Ons plan om dien avond nog de Franse grens te passeren, moeten we opgeven. We zijn doodmoe als we om half elf een plaatsje bereiken by de grens, Bruly. We kloppen de pastoor uit bed, die daar gelukkig niet kwaad om wordt, maar ons een goed adres aanwijst om te overnach ten. Een kwartier verder ligt een groot Capucynenklooster, waar nog één pater woont om het klooster weer op te knappen en tevens het ambt van pastoor waarneemt. Hij ontvangt ons met open armen en voelt zich werkelijk vereerd met ons bezoek. Hy slooft zich uit om het ons zo aangenaam mogelijk te maken. De volgende morgen bezorgt hy ons een ontbijt, waar we de hele d?g mee zouden kunnen volstaan. De pan om eieren te bakken, kwam niet van het vuur. Woensdag 23 April. We passeren de Franse grens en breken zonder tegenstand door de Maginotlinie. Charleville, Sedan, Ver dun, herinneren ons eraan, dat we door de grote slagvelden rijden van zovele oorlogen. We zyn in het mooie Maasdal, dat een rit door Noord-Frankryk zo be koorlijk maakt. Nu eens ryden we vlak langs de <Maas, dan weer zien we de rivier als een zilveren lint diep onder ons. Aanvankely'k heeft onze auto moeite de hellingen te nemen. Later op de dag en de vol gende dagen ging het beter. Noord-Frankrijk is dun bevolkt. De dorpen liggen ver uiteen en zyn zeer klein. Grote stukken cultuurgrond liggen braak. We laten het ene dorpje na het andere achter ons liggen, maar stoppen even in Domrémy,het geboortedorp van de H. Jeanne d'Arc. Als we om 9 uur in Langres aan komen, besluiten we om daar te overnachten. Een klooster is er niet en moeten volstaan met een hotel. Donderdag 24 April. Om half zeven rijden we weer. We moeten er haast achter zetten, willen we op tjjd in Genua zyn. Wy ryden langs de Saone en zyn volop in het Bourgondise land. Wijngaard naast wijngaard. In Dyon stoppen weeven om te ontbijten. Onze wagen neemt nu de hellingen met gemak. We leggen even aan by een wijnbouwer om de Bourgondiër te proeven, 's Middags eten we by onze Paters in Lyon, die een klooster bewonen boven op een berg, van waaruit de sneeuwtoppen van de Mont-Blanc te zien zyn. Dan nemen nemen we weer steden en dorpen. Vienne, Valence, Monterismart. In de avond passeerden wy Orange, vanwaar ons vorstenhuis stamt. We hebben de bewoners opgeschrikt met een galmend „Wilhelmus". Om half tien zyn we in Auvignon, waar onze Paters ons met open armen ont vangen. Vrijdag 25 April. Vanuit Genua ontvangen we ant woord op een telegram vanuit Dyon en vernemen tot onze geruststelling, dat de boot pas op 3 Mei vertrekt. We hoeven ons niet meer zo te haasten, waar een der chauffeurs dadelyk misbruik van maakt, door dien dag in Acles te belanden in plaats van Marseille, 90 K.M. uit de koers. Tussen Acles en Marseille ligt een onvruchtbaar gebied. Wel drie kwar tier ryden we door een ontzaglijke vlakte, bezaaid met kiezel, waar al leen schapen nog iets eetbaars kun nen vinden. Vanuit Marseille waar we weer Paters vonden met een middagmaal ryden we over Toulon en stoppen 's avonds in een klein dorpje Salies- pont, waar we heel gezellig logeren in een dorpsherberg. Als we met ons avondmaal willen beginnen, komen er een paar typen binnen, van wie wij verwachten, dat ze een aalmoes komen vragen. Ze vragen echter onze papieren en ma ken zich bekend als burgemeester en secretaris van het dorpje. Ze zjjn gealarmeerd door de uniformen van onze politie, waarin ze Duitsers ver moeden. In dat' dorpje hebben wy voor 't eerst en wat mij betreft ook voor het laatst olijven ge geten. Zaterdag 26 April. We rijden door de veel gezochte Franse Rivièra. De natuur is er on uitsprekelijk mooi. De weg slingert zich van de ene rots r.aarde andere, vlak langs de zee; aan de ene kant een hoge rotswand, aan de andere een helling, die loodrecht de zee in gaat. Elders zachte glooiingen met groen en bloemen. Het is een lust om te zien. Maar het is jammer, dat dit mooie stukje natuur geheel in beslag is genomen door het moderne badleven. De hotels rijen zich aaneen langs heel de kust. We konden nog g< plekje vinden om te pic-nicken. Nice was nu reeds nog voor "t seizoen vol badgasten. Het strand was een uitstelling van menselijke poppen. We komen tamelijk vroeg in Mo naco, een zelfstandig vorstendom. Daar ligt het beruchte speelhol Mon te Carlo, „de stad van de duivel", zoals een inwoner ons verzekerde. Hele fortuinen worden daar op één avond verspeeld. Als de rotsen kon den «preken, zouden ze heel wat kunnen^ vertellen over het tragisch einde van velen, die daar heel hun fortuin verspeelden. Het is een stuk zelfkant van de maatschappij. De staat Monaco, die practisch uit één stad bestaat, leeft geheel van de opbrengst der speelbank. Belasting hoeven de mensen er niet te betalen. Zondag 27 April. Wegens banden- pech is het reeds laat, voor we kun nen vertrekken. Bij Mentona passeren we de Frans-Italiaanse grens, waar één van ons - die er het meest ver dacht uitzag gefouilleerd wordt. We ryden door de Italiaanse Rivièra, die even mooi is als de Franse, maar nog niet zo door de mensen in beslag genomen. 'sAvonds om half 10 komen we in Genua aan, waar we ons ver delen over drie kloosters. De volgende dag horen we, dat de boot eerst 5 Mei vertrekt. We heb).en dus de tyd om een reis naar Rome te maken, over die reis een volgende keer. Het staat nu definitief vast, dat we op Maandag 12 Mei vertrekken. De boot heeft een week nodig gehad om gelost en geladen te worden. In Rotterdam zouden ze het in 3 dagen hebben klaargespeeld. In Genua een stad van 700.000 inw. - lopen 25.000 verlaten kin deren rond, die geen ouders en tehuis meer hebben. Een groot deel van hen vooral de meisjes komen terecht in zeemanskroegen. Het geld ont breekt om een tehuis voor hen op te riehten. Zo is het in vele steden van Italië. Rome telt 80.000 van zulke kin deren. Men weet niet, hoe dat pro bleem op te lossen. De bevolking is voor een groot deel communistisch, maar weet by verre niet, wat 't communisme is. De burgemeester van Genua is een communist. In Rome zelf hebben de commu nisten de grootste party, toch zijn ze katholiek en gaan voor de Paus door het vuur. Er is hier gemis aan goede voorlichting. Er zjjn in Italië weer twee millioen werklozen. Er is werk genoeg maar geen materiaal. De economische toestand dreigt een chaos te worden. Er opereren verschil lende benden, waar de politie machte loos tegenover staat. Het verwondert ons niet, dat er velen zyn, die terug verlangen naar de tijden van Musso lini, toen er orde en tucht heersten. Italië heeft een sterk gezag nodig, wil het deze toestand te boven komen. Het is knapjes warm geweest deze week en velen hebben de gelegen heid waargenomen een welkome af koeling en verfrissing te genieten door te gaan zwemmen. En waar is dit anders mogelyk dan in de Maas, daar we hier in Venray nog steeds niet zo ver zijn, dat we 9en bescheiden plaatsje daar voor hebben. Het oude zwembad aan de Maas is niet meer en dus... moet ieder op zyn eigen houtje maar een kleedka mer zoeken, hetzjj in wei of bos, hetzjj achter struiken of op de vlakte. De Maas is groot en lang en bad gasten zyn er velen. Een goed ver staander heeft maar een half woord nodig. De ouders hebben hier een zeer grote verantwoording Zolang het tot de onmogelykheden schjjnt te behoren (waarom is my niet duideljjkom hier in Venray een badplaats te maken onder be hoorljjk toezicht, zolang er aan de Maas geen zwembad is, zolang zullen de ouders hun kinderen er telkens op moeten wjjzen wat zjj te doen en te laten hebben, zullen de oudere jongens en meisjes meeten tonen, dat zy zwemmen voor verfrissing en afkoeling en enkel en alleen daar voor. Wy willen ernstig waarschuwen en hopen, dat er mot alle middelen paal en perk gesteld wordt aan ge mengd zonnebaden langs de Maas, wat grote ergernis geeft voor velen. De beste oplossing is om in Venray zelf een badgelegenheid te maken, waardoor weer voldoende toezicht niogelyk zou zyn. IZEGRIM. Opvoering te VENRAY, door Toneelvereniging „H I O O B". Wat vorig jaar niet mogelyk is gebleken, gaat nu binnenkort ge- cchieden: De Toneelgroep „Hioob" zal op alle Zondagen van de maand Juli opvoeren het machtige stuk „Oda, de Koningsdochter", een spel van liefde, geïnspireerd op edele mo tieven en beheerst door de goddel jjko Ofschoon de tekst van dit spel niet dezelfde is als het roemruchte Odaspel van 1926, is het gegeven van dit stuk ook ontleend aan het leven van Oda. Oda was een dochter van koning Eugenius, die te Tara, in het land der Schotten resideerde. Zjj was aan vankelijk een trotse prinses, voor wie liefde en leven het grootste geluk was. Op de dag van hare verloving met Patrick, de kroonprirs van Mloter, wordt Oda, tydens de jacht, door blindheid geslagen, hetgeen men als een beschikking Gods kan beschou wen. Oda is te wereldlyk, dat zij dit lyden gelaten verdraagt en is op standig. In diezelfde tijd vertoeven enkele missionarissen aan het hof van Eu genius, hetwelk als rustpunt gold by hun verre reis naar de lage lan den aan de zee. Zy nu, vertelden van de wonderen, welke aan het graf van St. Lamber- tus te St. Pieter geschiedden en op hun aandringen ondernam Oda de lange, lastige voetreis naar St. Pieter, alwaar zij genas van haar blindheid. Zy legt aan het graf de gelofte van eeuwige kuisheid af, wat by haar terugkeer aan het hof aanleiding is tot eer. lievig conflict met haa^ vader, die haar wilde zien als do machtige koningin van Schotland. Zy houdt echter haar gelofte stand en bljjft dienstbaar aan de Koning der Ko ningen. Dit vormt het gegeven van het machtige Odaspel 1947, hetgeen als de voortekenen niet bedriegen, aan leiding zal zjjn, dat Venray binnen kort in het middelpunt van de belangstelling komt te staan. De Toneelgroep „Hioob" zal hier een bewjjs leveren van het culturele peil van Venray. In een volgend artikel zullen we de grote lijn van de historie van het Schotse volk in verband met dit spel beschouwen. getroffen gebied en menen dus ook deze hulp te kunnen verwachten. Dan kunnen do slachtoffers van de oorlog tenminste rustiger en onder menseljjker omstandigheden de tyd afwachten, dat een goed huis gebouwd wordt, waardoor de schade die door do oorlog aan onze volkshuisvesting is toegebracht, ongedaan wordt ge maakt. Want juist do minst draag krachtige zijn de eerste slachtoffers van deze schade. In de Raadsvergadering van Woens dag weid door ons gemeentebestuur een voorstel gedaan, om weer een gedeelte van het industrieterrein aan de Maasheseweg te verkopen en wel aan de Karei I Sigarenfabrieken te Eindhoven. Een voorstel, dat natuur lijk met vlag en wimpel aangenomen werd, zodat dus Venray binnenkort weer een sigarenfabriek zal bezitten, waardoor verschillende arbeiders in Venray, in plaats van elders, hun bestaan kunnen vir.den. Afgezien van de algemene econo mische toestand van ons land, die industrialisatie nodig maakt, ook buiten het Westen, is de toestand hier in de gemeente van dien aard, dat industrie noodzakelijk wordt. Immers, hoevele boerenzons zullen geen kans hebben op een o.-dryf en zitten practisch met de handen over elkaar. Hoe weinig vaklui hebben wy hier, uitgezonderd timmerlui en metselaars. Voor hoevelen is er een plaats in Venray, een werkgelegen heid, die zjj nu elders moeten zoeken. Deze en nog vele andere factoren maken het zeer wenseljjk, ook eigen industrie in Venray te hebben. Nu zjjn er, die de verschillende pogingen door gemeentebestuur en „Venray Vooruit" ondernomen, in 't belacheljjke trekken, maar zjj moeien niet vergeten, dat alle begin moeiljjk is en vooral niet, dat wij hier in 't getroffen gebied wonen, waar men de eigen mensen ternauwernood een dak boven hun hoofd geven kan, laat staan fabrieken, die heel wat meer eisen. Het is juist zo jammer, dat ook van hogerhand daar zo weinig op wordt gele£. Men is in Den Haag voor industrialisatie, maar 't getroffen gebied vist achter het net, doordat daar, waar practisch niets gebeurd is, de vestigingsmogeljjkheden heel wat beter zjjn. En als we nu al een drietal -fa brieken, hoo klein nu misschien ook, zonder steun van Den Haag uit, maar door eigen werk hier naar Venray hebben weten te krijgen, zonder dat hiervoor de benodigde ruimten beschikbaar waren, dan mo gen wij gerust tevreden zjjn en het zal een aansporing te meer zjjn, om op de ingeslagen weg voort te gaan. Jongelui krijgen hier een goede kans oen behoorljjk vak te leren, ouderen kunnen hun oud vak in eigen gemeente weer opnemen, hot ovenwicht tusschen landbouw en industrie zal dan ook hier hersteld worden. Wij kunnen het gemeentebestuur en „Venray Vooruit" dankbaar zjjn voor do nieuwe mogelijkheden, die zjj onze jeugd bied en slechts hopen, dat. zjj iedere kans zullen benutten om industrie naar Venray je krjjgen. Zonder er op t,e staan springen, om een twede Eindhoven of Heerlen.te worden, zal industrie Venray vooruit brengen Voor velen, die hier in Venray mensen en woningen geteld hebben, is het een ware ontdekkingstocht geweest, een ontdekking van ellende en armoede, van woningtoestanden, die men reeds lang tot het verleden rekenden, er wordt immers toch al lang beweerd, dat er geen krepeer- gevallen meer zjjn. Kippenhokken schuren e.d., bergen nog mensen, gezinnen en het zjjn er meer dan men denkt. Grotere jongens en meisjes slapen nog bjj eikaar in hokjes, die men nauwoljjks vertrek ken kan noemen. Gekookt en gewerkt, gegeten en geslapen wordt er in een en hetzelfde vertrek. Men wordt moedeloos, wanneer men dit zo ziet en vraagt zich af waarheen dat l6iden zal. Want en dat is wel het ergste, sommige vinden het al heel gewoon zo te wonen, zakken langzaam maar zeker af on verpauperen. Het is voor vele ouders ook bjjna niet te doen hun gezin behoorljjk op te voeden, te bljjven vechten tegen de duizend en één beroerigheden, die het leven in een kippenhok, te kleine woning, noodwoning, langzaam maar zeker omlaag trekken. Getob en ellende is er in vele ge zinnen en de verbittering groeit in vele harten. Want wat wordt er gedaan De Wederopbouw is machteloos. Arm als we zjjn, kunnen niet die materialen beschikbaar gesteld wor den. die nodig zjjn om de verschrik- keljjke nood te lenigen. Men kan zich wel kwaad maken om het feit. dat voor deze dienst zelf wel een barak kan gemaakt worden, waar minstens 5 gezinnen ruim in kunnen wonen en dat voor -de vreemde arbeiders barakken klaar gemaakt worden, die vele moeders doen watertanden ter- wjjl op de Langewog blokkendozen neergezet zjjn op voorschrift van dat zelfde Den Haag, die ieder die de Venrayse gezinnen kent, doet afvra gen, of ze nu helemaal tegen de keer in willen. De Wederopbouw en vreemde ar beiders zjjn hun barakken gegund, maar Venray is ernstig getroffen en heeft dus voorrang. Waarbljjft echter die voorrang Het bouwvolume, dat toegewezen is, is nog niet voldoende om de meer dan 150 paartjes, die enkel in Venray per jaar trouwen, van een bescheiden woning te voorzien, laat staan om de kippenhokbowoners e.d., nu eindeljjk eens een wat betere „woning" aan te bieden. Het grootste gevaar van dit alles is, we zeiden het reeds boven, dat men eindeloos moe van 't getob, Gods water over Gods land laat lopen, geen vertrouwen in de overheid meer heeft, die door te gulle beloften de workeljjkhoid nog harder maakt. De woningverdeling, hoe goed ook, zal jaloezie, haat en njjd opwekken omdat de een meent, dat de ander eerder geholpen is. En waar men samenwoont, hoe is daar de toestand dikwjjls? Daar gaat 't niet goed en daar en daar, o neen het is geen pessimisme, het is helaas nuchtere werkeljjkheid. Wanneer men dit ziet en hoort, wordt het een eindeloze litanie vol bitterheid. Wjj hebben juist Venray als voor beeld genomen. Ondank het vele, dat reeds is gebeurd bjj de Wederopbouw van ons dorp, raken wjj hoe langer hoe verder achter op. Daar zal een andere oplossing ge vonden moeten worden voor de heer sende woningnood. Het zjjn Minister Neher's eigen woorden de zeggen „Geljjk een gezonde ziel slechts huizen kan in een gezond lichaam, zo kunnen gezonde mensen slechts wo nen in goede huizen. Wjj geven de voorkeur aan barak ken als die van de vreemde arbeiders, als die van de Wederopbouw, boven het samenhokken van meerdere ge zinnen in één woning, want, evengoed als hiervoor goede barakken beschik baar zjjn, zullen deze ook voor deze gezinnen beschikbaar zjjn, eerder dan dat er materiaal is voor voldoende woningen. Laat men toch in 's Hemelsnaam deze mensen helpen. Wjj zjjn hier in Venray Deze week geven wjj U een kjjkje achter de schermen van de afdeling Vreemdelingenverkeer van do Ver. Venray Vooruit. Deze afdeling ressorteort recht streeks onder het hoofdbestuur van onze vereniging, terwjjl als admini- stratïce optreed Mej. L. Schaeffers, Patersstraat 30, die hieronder een korte uiteenzetting geeft over service en moeilijkheden van deze afd. Wjj willen eerst echter nog een tipje oplichten van do sluier, die onze plannen betreffende het vreem delingenverkeer voor de toekomst bedekt. Het ligt in de bedoeling Venray to maken tot het centrum van hot vreemdelingenverkeer via Overloon tot geheel Limburg. Wat dit voor Venray betekent, behoeft geen ver der betoog. De voorbereidingen hier toe zjjn reeds ver gevorderd en wjj hopen hierover binnenkort nadere mededelingen te kunnen verstrekken. Voorts zjjn reeds plannen uitge werkt om te komen tot opriclifing vun een kiosk, ton behoeve van het vreemdelingenverkeer, waai tevens de voorverkoop van plaatskaarten voor de Ned. Spoorwegen kan plaats hebben ten behoeve van het reizend publiek uit Venray, richting Venlo en Ejjmegen, alsmede richting Eindhoven via Helmond. Deze onderhandelingen verkeren in eindstadium en wjj hopen nog in dit seizoen in do gelegenheid te zjjn doze plannen te verwezenlijken. Zoals men de laatste jaren heeft kunnen opmerken, wordt Venray meer en meer een touristenplaats. Hoewel vroeger reeds bekend door haar prachtige omgeving, hebben vooral de achter ons liggende „magere" jaren de trek naar onze Parel der Peel, een flinke duw in de rug ge geven. Door do bombardementen en het granaatvuur waaronder Venray prac tisch ononderbroken 2 maanden heeft gelegen, is het aantrekkelijke van ons vroeger zo vriendeljjk dorp af, maar gelukkig bleef buiten nog veel natuurschoon gespaard. En vooral dit laatste is voor de stadsmens, die soms in dagen geen boom en in een hele zomer geen landweg ziet, omzoomd met margrieten, boterbloemen en klaprozen, het enige wat juist zjjn week vacantie zo aangenaam maakt. Wjj die iedere dag kunnen genieten van ons mooie Noord-Limburgse land schap, moeten er voor zorgen, dat het in dit opzicht minder rjjkeljik be deelde gedeelte van ons volk. ook hun kans krjjgt hiervan te geniéten. Op de eerste plaats kunnen wjj dit, door aan touristen onderdak te verschaffen. Ik ben er van overtuigd, we hebben zelf al met onze woon ruimten te kampen, maar toch, met een beetje goede wil is hier en daar nog wel een kamer, die wjj als onder dak voor vacantiegasten ter beschik king kunnen stellen. We verwachten, dat de hotelhouders in het nu begonnen seizoen zullon doen wat in hun vermogen ligt, maar alleen do hotels kunnen nooit de aan vragen ten volle opnemen. Daarom herhaal ik nogmaals het verzoek van de vorige jaren, die een of meer kamers vrjj hebt, geeft deze op. U hoeft geen angst té hebben, U bljjft baas in eigen huis on bovendien U krjjgt hiervoor een behoorljjko ver goeding, natuurljjk binnen redelijke grenzen. Ook adressen die pension gasten voor enige dagen, een week of langer willen nemen worden gaarne ingewacht. Reeds verschillende personen, die in de jaren voor de bevrjjding gere- geregekl vacantiegangers hadden en die nu door omstandigheden, niet meer in staat zjjn deze te nemen, be tuigen hun spyt, dat deze, hoewel bescheiden bron van inkomsten, hun nu ontbreekt. En op de tweede plaats kunnen wjj het Vreemdelingenverkeer van dienst zjjn, door wanneer een vreem deling U ooit om inlichtingen of de weg vraagt, hem kort doch duideljjk van dienst te zjjn. Daarom oriënteer U in onze mooie omgeving en kèn Venray. Voor inlichtingen die U niet kunt gevon, verwjjs daarvoor touristen naar het V.V.V., Inlichtingenkantoor voor Vreemdelingenverkeer: Paterstraat 30. Hier wordt aan de vroemdeling allo inlichtingen gegeven, over hotels, wandelwegen, tochten, bezienswaar digheden enz. Hoewol de werkruimte nog be scheiden is, toch kunnen wjj de be zoekers volledig inlichten over alles en hebben wjj de beschikking over

Peel en Maas | 1947 | | pagina 1