BINNENLAND
Officieele Landbouw-
mededeelingen
Een basis voor'
zijn toekomst.
voor de Provincie Limburg
Volkstuinen. Thans is aan alle
volkstuinders, die voor oogst 1943
reeds met vergunning een volkstuin
in gebruik hadden, een antwoord
kaart in drievoud, waarmede zü voor
oogst 1944 een volkstuinvergunning
kunnen aanvragen, toegezonden.
Degenen die deze kaart in drievoud
nog niet ingevuld en teruggezonden
hebben, kunnen zulks nog binnen
5 dagen doen. Daarna zuilen deze
kaarten niej; meer in behandeling ge
nomen worden en wordt de laatste
gelegenheid tot aangifte definitief
gesloten en zal met de controle wor
den begonnen.
De tuintjeshouders, die een tuintje
voor het e9rst in gebruik hebben en
daarvoor geen antwoordkaart in drie
voud ontvingen, kunnen alsnog bin
nen 5 dagen aangifte doen door 25
cent te storten op postrekening no.
239676 van den Prov. Voedselcom-
missaris te Roermond met vermelding
„Formulier Volkstuin".
Tuintjeshouders, die per 15 Juni
a.s. niet in het bezit zijn van een
volkstuinvergunning, stellen zich aan
vervolging bloot, mogen hun tuintje
niet bewerken en mogen de geteelde
gewassen niet vervoeren.
Verpachters van gronden voor volks
tuinen of bedrijfsvolkstuinen (ook
wanneer deze verpachting reeds veel
eerder geschiedde) zyn verplicht daar
voor alsnog vóór 5 Juni a.s. bij den
PI. Bureauhouder een aanvraagfor
mulier in te vullen.
Schapen. De houders van schapen
dienen er rekening mede te houden,
dat er op de schapen een leverings
plicht rust welke ongeveer bedraagt
voor sch'apen geb. vóór 1944 pl.m. 20"
der toewijzing en van de schapen
geb. in 1944 ongeveer de helft maal
het aantal fokooien, dat per 2 April
j.l. op de bedrijven was, waarbij
breuken naar boven afgerond worden.
Aan aanslag kan worden voldaan niet
alleen door levering aan het B.V.V.,
maar ook door contracteering. Bü
levering moeten de lammeren mini
maal 35 kg levend wegen.
De contract-schapen zjjn verhandel
baar aan gerestreerden die in het
bezit zijn van een aankoopvergunning
welke afgegeven worden door de
P.B.H.'s.
Ramlammeren mogen niet worden
afgezet anders dan voor levering aan
het B.Y.Y. tenzij ze gecontracteerd
worden door den kooper, welke het
contract moet afsluiten bij den P.B.H.
van den verkooper.
De contract-schapen moeten vóór
Januari 1945 aan het B.Y.Y. zijn ge
leverd tenzij ze volgens dehuisslach-
tingsvoorschriften voor huisslachting
mogen worden aangewend.
Nieuwe toewijzingen voor het aan
houden van fokschapen worden niet
meer verstrekt tenzij in qeer bijzon
dere gevallen. Wel kunnen gegadig
den zich tot hun P.B.H. wenden voor
een aankoopvergunning om een con
tract-schaap aan te koopen.
Vanzelfsprekend zal de prijs der
contractschapen aanmerkelijk minder
zijn- dan die der schapen welke vrij
van levering zjjn.
Schapen-markten. Speciale markten
voor de overname van slachtschapen
worden gehouden.
te Horst op Dinsdag 13 Juni
te Venray op Maandag 19 Juni
Op deze markten moeten de nog te
leveren contractschapen geboren vóór
1943 en andere nog openstaande
leveringen aangevoerd worden.
Geleidebiljetten moeten minstens
een week voor de levering bij de
P.B.H.'s worden afgehaald. De scha
pen dienen geschoren te worden aan
geboden. In mindering op aanslag
1944 kunnen voor 1 Aug. geen lafn-
meren aan het B.V.V. worden gele
verd daar de bonnen gedateerd voor
dezen datum niet afgeboekt mogen
worden.
De P.V.C. v. Limburg.
Terbod verbruik papiertouw
De directeur van het Rijks-textiel-
bureau heeft bepaald, dat het gebruik
van papiertouw voor andere doelein
den dan emballage met ingang van
30 Mei 1944 verboden is. Overtredin
gen^ van dit verbod kunnen straf
maatregelen tengevolge hebben.
Brandstoffen voor kook-
doeleinden.
Van 1 Juni tot en met 1 Juli 1944
geeft de bon 22 FK van de kook-
kaart U 405 recht op het koopen van
één eenheid vaste brandstoffen, met
uitzondering van fabrieksturf.
De verbruikers zullen met de op
dezen bon aan te schaffen brandstof
fen een maand moeten toekomen,
daar het in de bedoeling ligt op 1
Juli 1944 een derden bon van de kaart
405 aan te wijzen.
Thans ook Nederland!
De door de Anglo-Amerikanen sedert
eemgen tijd in Duitschland, Frank
rijk en België toegepaste methode om
de burgerbevolking door aanvallen
met de mitrailleurs var. laagvliegende
toestellen te terroriseeren, is thans
ook in toepassing gebracht op de
Nederlandsche burgerbevolking. Zoo
zjjn door aanvallen met mitrailleurs
op rijdende treinen en varende sche
pen in de bezette Nederlandsche ge
bieden tijdens de Pinksterdagen 22
Nederlanders gedood, 27 zwaar en
een groot aantal licht gewond.
Bonaanwijzing smeermiddelen.
Van 1 Juni tot en met 31 October
'44 geeft elk der bonnen „periode E"
recht op het op de bonnen vermelde
aantal eenheden smeermiddelen.
Generator-anthraciet en -turf
Van ^tot en met 30 Juni '44 geeft
elk der met de woorden „generator-
anthraciet dertigste periode" 'gemerk
te bonnen recht op het koopen van
1 hectoliter (max. 75 kg.) anthraciet-
nootjes 4 of 5: gedurende hetzelfde
tijdvak geeft elk der met de woor
den „generator-turf dertigste periode"
gemerkte bonnen recht op het koopen
van 50 stuks baggerturf.
Castratie van hengsten.
Er is een wijziging in de paarden-
verordening 1942 afgekondigd, op
grond waarvan met ingang van 15
Juni 1944 alle hengsten moeten zijn
gecastreerd. Van deze verplichte
castratie zijn uitgezonderd: a. De
Hengstveulens, welke in 1944-geboren
zijn of worden; b. de in 1943 gebo
ren hengsten, voorzoover de stam-
boekvereeniging voor deze hengsten
nog niet de gelegenheid heeft geboden,
om deze op een keuring te brengen,
waarop bewijzen van vermoedelijke
fokwaarde worden uitgereikt; c. de
in 1943 geboren hengsten, voorzoover
de stamboekvereeniging voor deze
hengsten wel de gelegenheid heeft
geboden om deze op een keuring te
brengen, waarop bewijzen van ver
moedelijke fokwaarde worden uitge
reikt. De hengsten, waarvoor een
dergelijk bewijs is afgegeven, behoe
ven dan niet te worden gecastreerd.
Alle andere in 1943 geboren hengsten
waarvoor geen bewijs is afgegeven en
dus ook die, welke niet op deze keu
ringen zijn voorgebracht, moeten dus
gecastreerd worden: d. de in 1942 ge
boren hengsten, waarvoor één der
stamboekvereenigingen op daartoe
aangewezen keuringen een bewijs
van vermoedelijke fokwaarde heeft
uitgereikt, totdat de eigenaren van
deze hengsten de gelegenheid hebben
gehad, deze op een keuring ter goed
keuring voor dekking van merries
voor te geleiden: e. de in 1941 en
vroeger geboren hengsten, welke door
één der erkende stamboekvereeeni-
gingen op daartoe aangewezen keu
ringen zijn goedgekeurd voor de dek
king van merries. Dit voorzoover deze
goedkeuring nog van kracht is: f. de
in 1941 geboren hengsten, welke dit
jaar op een keuring voor dekking
van merries zijn voorgeleid en niet
zijn goedgekeurd, doch waarvoor de
betreffende stamboekvereeniging een
aanhoudingsbewijs heeft afgegeven,
op grond waarvan de hengst op een
keuring voor dekking in 1945 nog
maals mag worden voorgeleid; g, de
bij het centraal bestuur voorliet draf-
en renwezen te 's-Gravenhage inge
schreven hengsten, waarvan dit be
stuur schriftelijk heeft verklaard, dat
zij in training zijn. Voor hengsten,
welke buiten een dezer categorieën
vallen, doch waarvan de castratie om
een bijzondere reden voorloopig on-
gewenscht moet worden geacht, kan
in een enkel uitzonderingsgeval van
wege het bedrijfschap voor vee en
vleesch ontheffing worden verleend.
Met iiame zijn bedoeld die gevallen,
waarin hengsten tengevolge van de
castratrie niet meer geschikt zijn voor
het doel, waarvoor zij thans zijn be
stemd, ofwel de bruikbaarheid der
hengsten na de castratie gedurende
een langere periode ernstig wórdt
geschaad (b.v. circuspaarden, schouw-
hengsten). De eigenaar dient hiertoe
een schriftelijke, met redenen om-
kleede aanvrage vóór 4 Juni a.s. te
richten aan genoemd bedrijfschap.
Laan van Meerdervoort 55 te 's Gra-
venhage. Onvoldoende gemotiveerde
of te laat ontvangen aanvragen kun
nen niet in behandeling worden ge
nomen, zoodat de hengsten dan moe
ten worden gecastreerd.
Het groote belang van (le
cultuur-teclinisclie werken
in deze streken.
In de rubriek „wat doet de direc
tie van den Landbouw" vfin den
Nederlandschen Omroep werd een
lezing gewijd aan „de cultuur-tech
nische werken in Oostelijk Noord-
Brabant en Limburg". In deze voor
dracht werd nog eens belicht wat
aan ontginningswerk, verbetering van
gronden enz. in en rond de Peel in
de laatste decennia tot stand is ge
komen, in uitvoering is ofwel wordt
voorbereid.
Het mag algemeen bekend heeten,
dat juist in dit deel van ons land
de boerenbevolking zich heef^neer-
gezet in woonkernen, vaak gevormd
om een kasteel of kasteelhoeve, ge
sticht op de best bereikbare en meest
vruchtbare gronden in de landstreek
en dat tengevolge van den sterk
katholieken inslag, de platteland-ge-
zinnen door de vele jaren heen een
kroostrijk nageslacht bezaten en nog
bezitten. De strijd om het bestaan is
hier dan ook met groote verbetenheid
gestreden, door geleidelijk de opper
vlakte cultuurgrond met eigen ge
zinsleden stukje bij stukje uit te
breiden om aan het jongere geslacht
een bestaan op eigen grond te ver
schaffen.
Bij dat alles is een enorme kracht
ontplooid, waarvan de meeste onzer
tegenwoordige boeren zich weinig of
niet bewust zijn. Men heeft 't zoover
kunnen brengen, dat een zeer groot
percentage boerenzoons op eigen grond
of in de naaste omgeving een nieuw
bedrijf kon stichten. Vaak moest men
daarbij genoegen nemen met van na
ture minder vruchtbare complexen,
omdat de waterstaatkundige toestan
den niet toelieten om de meer vrucht
bare beekdalen in gebruik te nemen.
Zoo is tenslotte het platteland van
Limburg en Oostelijk Brabant ge
groeid tot wat het voor betrekkelijk
weinig jaren was, een streek met
een zeer werkzame boerenbevolking,
genesteld op de daarvoor in aanmer
king komende ontginningsgronden.
ten deele samenwonende in de vele
oudere Limburgsche en Brabantsche
dorpen, ten deele ook verspreid op de
later ondernomen Ontginningen, maar
altijd nog met een drang naar meer
expansie wegens de blijvende be
hoefte aan grond voor de talrijke
jonge boeren. De animo om in de
stedelijke industrieën een bestaan te
vinden en daarmede het oude fami
liebezit en de oude traditie vaarwel
te zeggen, was bijzonder gering,
doch aan de noodzakelijkheid was
tenslotte niet te ontkomen-
De eerste, vaak slechts gedeelte
lijk waterstaatkundige verbeteringen
hebben een enormen invloed gehad
en, vele nieuwe dorpen konden wor
den gesticht, wij noemen slechts de
laatste: Venhorst en Odiliapeel, in
de groote Peelvlakte op de grens van
Limburg en Noord-Brabant, Maria-
hout in de heidevelden tusschen
Lieshout en St.Oedenrode en Nieuwe
Parochie onder de gemeente Someren.
Veelal waren dit evenwel verbeterin
gen, welke alleen plaatselijk van
belang waren, de groote vraagstuk
ken bleven tot deze in grooter ver
band werden bezien. Hieraan heeft
de Cultuurtechnische dienst zijn volle
medewerking verleend, zoodat thans
een groot aantal werken of voltooid,
of in uitvoering is ofwel op het
werkprogram staat.
In de provincie Limburg zijn in
sterke mate beeknormalisaties ter
hand genomen. Niet alleen konden
talrijke oeverperceélen voorheen een
prooi aan-de wilde overstroomingen
tot grootere productie worden ge
bracht, doch ook uitgestrekte gebie
den, vooral in de Peel onder Venray
Hij wist met zich zelf geen raad.
Wat moest hij worden?
Wat zou het beste voor zijn
toekomst zijn?
Wel, hij meldde zich als vrij
williger voor de Waf f en ff. Nu
was zfin toekomst verzekerd.
Doe als hij en meldt U voor
één der keuringen, die iedere
maand plaatsvinden en in de
dagbladen bekend worden ge
maakt. U krijgt daar alle in
lichtingen.
NAAM
ADRES
WOONPLAATS
verzoekt toezending eener brochure
over de Waffen ff.
Uitknippen en inzenden aan
Ersatz-kommando Niederlande.
Korte Vijverberg 5. Den Haag.
Horst, Sevenum, Meyel, Nederweert
en Heythuyzen waren dankbare ob
jecten voor den ondernemingsgeest
van dón plattelander en de gemeen
tebesturen.
In de drie eerstgenoemde gemeen
ten werd op groote schaal, een aan
vang gemaakt met ontginningswerk
zaamheden, die nog in volle uitvoe
ring zyn en die straks gelegenheid
zullen bieden om tal van nieuwe
boerderijen «te stichten en de kleine
bedrijven uit te breiden. Ook in deze
Peelvlakte worden echter specifieke
Peellandschappen behouden en wel
in dien zin, dat de oorspronkelijke
fauna en flora zullen blijven gehand
haafd, waaruit volgt, dat de omstan
digheden ten aanzien van waterstand
gelijk dienen te blijven.
Zooeven werd gesproken van in
voorbereiding zijnde werken; hiermee
wordt vooral gedoeld op de ruilver
kavelingen. Ruim 40 verkavelings
objecten zijn in Oostelijk Brabant en
Limburg in uitvoering of voorberei
ding; zfi zijn onderling zeer verschil
lend. Ieder van deze blokken heeft
z(jn bijzondere eischen, niet alleen
tengevolge van -de speoiale omstan
digheden, doch ook met betrekking
tot de eischen, welke het landschap
stelt. Zoo zal ieder van deze blokken
stiaks dienen te passen in zijn om
geving. Op deze wijze wordt dit ge
bied een streek, waarin natuur en
cultuur beide tot hun i®ht komen,
ten bate van den boer, ten bate ook
van den toerist.
Na de bevrijding...
Op den kameraadschapsavond te
Maastricht, waar Mussert ter gelegen
heid van zijn vijftigsten verjaardag
werd gehuldigd vertelde Adriaan van
Hees in het bijzfin van den Leider
de laatste mop, welke door de ruim
duizend aanwezigen op een daverend
gelach werd onthaald, aldus vertelt
de L.K. Hier gaat de mop:
De invasie is gekomen. Nederland
is „bevrü i". De onderduikers duiken
óp, vele N.S.B.'ers zjjn ondergedoken.
Mussert en van Geelkerken, als
vrouwen verkleed, wandelden in
Amsterdam. De Leider wil weten of
er nieuws is. Hij koopt aan een kiosk
„De Telegraaf". De kranten-juffrouw
zegt: Als 't u bliep juffrouw Mussert.
De Leider is hoogelijk verbaasd en
vertelt het geval aan van Geelkerken,
die ook de proef wil nemen. Van
Geelkerken koopt aan dezelfde kiosk
het „Algemeen Handelsblad" en de
juffrouw zegt: „Als 't u blieft, juf
frouw van Geelkerken 1"
Dat is van Geelkerken te machtig
en hjj vraagt: „Hoe komt u er bij mij
juffrouw van Geelkerken te noemen
Wie bent u eigenlijk
En de krantenjuffrouw antwoordt:
„Niet verder vertellen hoor, ik ben
juffrouw... Blokzijl 1"