WEEKBLAD VOOR VENRAY EN OMSTREKEN
Provinciaal Nieuws.
De zwarte handel
Hongersnood in Nederland
Buitenland.
WELKE BESLISSING IN
N.-AFRIKA
ZONDAGSDIENST.
Dr. H. BLOEMEN
R.K. Handelsavondschool
64e Jaargang No 11
Verantwoordelijk voor
den geheelen inhoud:
A.J. van den Munckhof,
Venray. Tel. 512 Giro
150652 K 2446 P 1100/1
PEEL EN MAAS
UITGAVE DRUKKERIJ FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, GROOTESTRAAT 28 VENRAY
Zaterdag 17 April 1943
Advertenties 12 ct. per
3 min Vraag en aanbod
10 ct. per 3 mm Vraag
en aanbod betrekkingen
8 ct. per 3 mm Abonne
mentsprijs: voor Venray
70 ct buiten Venray 80
ct per kwartaal".
Twee fundamenteele waarheden
moet elke Nederlander leeren begrij
pen. De eerste is Iedere hoeveelheid,
die clandestien gekocht of verkocht
wordt, verdwijnt ten nadeele van het
Nederlandsche volk.
De tweede luidt: Zwarte handel be-
teekent hongersnood, zedenverwilde
ring en inflatie.
Iedere Nederlander weet, hoe het
met onze voedselvoorziening gesteld
is Afgesneden van eiken import, met
een bevolkingsdichtheid, die op Belgiö
na het hoogste van Europa is en een
Landbouwarsenaal, niet toereikend om
ons volk te voeden zooals het moest,
zijn wy volkomen op ons zelf aange
wezen. Wat ons land opbrengt is
precies genoeg om ons volk te be
hoeden voor den hongersnood. Elke
kilogram voedsel, die dan ook clan
destien aan de distributie onttrokken
wordt, brengt het spookbeeld van den
hongersnood dichterbij.
Tot voor kort wisten wij in ons
land niet wat hongersnood beteekende.
Zeker, wij lazen er over aan het ont
bijt, in de jaren die achter ons liggen.
Wij lazen over den hongersnood in
de Sovjet-Unie, het directe gevolg
van de bolsjewistische heerschappij.
Wij lazen over hongertyphus, over
tot op het gebeente vermagerde men-
schen, die gra,s aten en boomschors,
ja, zelfs medemensehen en lijken.
Wij lazen over den hongersnood
in China, over de millioen dooden en
wij kopten een nieuw eitje en zeiden
tegen elkaar: „Zooiets gebeurt hier
nooit".
Maar zooiets kan thans wel gebeu
ren. Onzo voedselpositie is zoo, dat
zelfs bü de beste verdeeling de grens
van den honger gevaarlijk dichtbij
komt. Deze grens loopt thans, dank
zij den misdadigen zwarten handel,
groot gevaar overschreden te worden,
ja op sommige oogenblikken werd zij
zelfs overschreden. Men kan zich
daarom de gevolgen van werkelijken
honger en hongersnood niet te ernstig
voorstellen. Het doet zijn gevolgen
gelden op alle terreinen des levens.
De volksgezondheid wordt aangetast,
de arbeidskracht ondermijnd, de be
standheid tegen infectieziekten gaat
verloren. Dit is evenwel nog niet
alles. Hongersnood beteekent ook ver
scheurdheid van het volk, verwilde
ring van de zeden, vermeerdering
van misdaden op ongehoorde schaal.
Nog zyn wij gespaard gebleven voor
dozen verschrikkelyksten geesel van
alle tijden. Maar reeds werpt de rui
ter op het vale paard zijn sombere
schaduw vooruit. Jeugdcriminaliteit,
zedenverwildering, woeker, bedrog,
diefstal en moord zyn helaas alle-
daagsche verschijnselen geworden.
Een bedenkelijk zedelijk defaitisme
maakt zich meer en meer van ons
volk meester.
Wy moeten ons zelf helpen en wy
kunnen ons zelf nog helpen. Het
geeft niet of men zich overgeeft aan
bespiegelingen, hoeveel beter het zou
zyn, als het allbs anders gekomen
was., als wij buiten den oorlog waren
gebleven. De gevaren, die ons be
dreigen, kunnen nog worden afge
wend.
Maar dan zullen wij strijd moeten
voeren, hoe moeilijk dit ook velen
zal vallen. Ieder op zijn plaats, ieder
op zijn wijze zullen wy moeten vech
ten, hard en onverbiddelijk, om den
honger buiten ons land te houden.
Slapheid kan niet langer geduld wor
den. Want wy vechten thans voor
het eigen naakte loven.
Vorige week nog hebben wy onzen
twijfel uitgesproken of de As-troepen
in N.-Afrika op het smalle gedeelte
tusschen de zoutmeren en de Golf
van Gabes tot het uiterste tegenstand
zouden bieden. Thans is die twijfel
verdwenen, want de berichten spreken
al van de ontruiming van Sfax, Kai-
rouan en zelfs Soussa, dat reeds circa
200 KM. noordelijk van Gabes ligt.
In snellen opmarsch naderen de
geallieerde troepen de stad Tunis en
daarmee het beslissende punt.
Ook nu weer kan er twijfel wor
den uitgesproken over wat er volgen
zal.
Het is mogelijk,,dat de troepen der
Asmogendheden Hier een verzet tot
het uiterste organiseeren om de door
vaart door de Middellandsche Zee te
bly'ven verhinderen, maar ook is het
mogelijk, dat zij ook deze voorposten
niet van plan zyn tegen een over
macht aan menschen en materiaal,
zoowel te land als in de lucht tot 't
uiterste te verdedigen en er de voor
keur aan geven, een zee-engte van
240 KM. tusschen aanval en verdedi
ging te stellen.
Want ook na de prijsgave is de
doorvaart door de Middellandsche Zee
nog niet vry, omdat de bedreiging
vanuit Sicilië en de andere Italiaan-
sche eilanden blijft.
Hoe men in militaire kringen te
Berlijn hierover denkt, blijkt voldoen-
deze uit deze ééne zin van een des
betreffende beschouwing Ook in de
maanden, waarin de spiltroepen nog
niet in Tunis stonden, was het bezit
der Italiaansche eilanden voldoende,
om het geheele scheepvaartverkeer
in het centrale bekken lam te leggen.
In elk geval verkeeren de gealli
eerde mogendheden by het landfront
in Afrika steeds in de gunstigste
positie, ook al omdat dit het eenige
front is waarop zy ernstig te strijden
hebben, terwijl de Asmogendheden
op zooveel andere fronten nog paraat
moeten blijven, fronten, die bovendien
oneindig belangrijker zyn. In elk ge
val zullen wij niet lang in twijfel
behoeven te verkeeren en wellicht
reeds de volgende week weten, wol
ken kant het hier uitgaat, want
Soussa ligt nog slechts ongeveer 100
K.M. van Tunis verwijderd.
En daarmee is de geschiedenis der
krijgsbedrijven deze week verteld want
op 't Oostfront schijnt de dooi alle
grootscheepsche acties van weerszij
den onmogelijk te maken. We behoe
ven voorshands vandaar dan ook geen
groot nieuws te verwachten. Dat zal
zeker nog wel een of twee maanden
uitblijven.
Van meer belang is daarom de bij
eenkomst der leiders van de Asmo
gendheden, Hitler en Mussolini.
Van 7 tot 10 April hebben zy be
sprekingen gehouden over don mili
tairen en politieken toestand en op
nieuw te kenneil gegeven hunne
harde vastberadenheid oorlog te
voeren tot aan de definitieve over
winning.
Merkwaardig mogen we daarbij
noemen, dat herhaald werd het oor
logsdoel: te stryden tot de volledige
uitschakeling van elk toekomstig ge
vaar dat de Europeesch-Afrikaansclie
ruimte van het Westen en het Oosten
bedreigt.
De beide leiders waren vergezeld
van de kopstukken der land- en zee-
strijdkrachten als daar zyn generaal
veldmaarschalk Keitel, groot-admiraal
Dönitz en tevens van de leiders der
diplomatie.
Alle kwesties der oorlogvoering zyn
dei halve wel ter tafel geweest, ook
Tunis natuurlijk.
Merkwaardig is alleen, dat er met
geen enkel woord meer wordt gerept
van den vrede, of van den duur van
den oorlog.
Van Duitsclie zijde wordt sedert
jaar en dag niet moer gesproken over
wanneer de oorlog zal zyn geëindigd,
doch slechts over zyn einde na een
volledige overwinning.
De overzijde daarentegen wil de ge
dachte aan een spoedig einde aan zijn
volken opdringen, door de kwesties
van na den oorlog op het tapijt te
brengen, alsof de oorlog zelf geen
kwestie meer is.
En toch is en blijft de oorlog de
eerste en voornaamste kwestie.
Nederlandsche vrijwilligers stryden in het Oosten. (O-H-D— P s)
Maar wellicht is dat praten over
vraagstukken van na den oorlog ook
wel mede propaganda, die de werke
lijke toestanden moet doen vergeten.
Want aan dien werkelyken toestand
wordt nog weer eens herinnerd door
een bericht van 9 April uit Tokio,
dat aldus luidt:
Sterke formaties Japansehe marine
luchtstrijdkrachten hebben een aan
val ondernomen op een vijandelijke
vloot voor de kust der Florida-eilan-
den (Noordelijk van Australië) en de
volgende resultaten bereikt: een vijan
delijke kruiser, een vijandelijke tor
pedojager en 10 vijandelijke trans
portschepen tot zinken gebracht, 3
vijandelijke transportschepen bescha
digd, waarvan 2 ernstig; 37 vijande
lijke vliegtuigen neergeschoten.
Onze verliezen bedroegen 6 vlieg
tuigen, die zich vrijwillig op de vijan
delijke doelen stortten".
Daarby is derhalve de Japansehe
vloot niet eens opgetreden.
Bovendien speelt zich dat af op
5000 K.M. afstand van het Moederland.
Al wat daartussehen ligt wordt door
de Japansehe vloot- en luchtmacht
volkomen beheerscht en dan praten
de geallieerde diplomaten over de
vraagstukken van na den oorlog.
Iets of wat belachelijk is het wel.
Het zal evenveel jaren van inspan
ning kosten om Japan uit zyn ver
overingen te verdrijven, als dit maan
den noodig had om deze te verkrijgen,
als het ooit mogelijk is, waaraan men
gerust ernstig mag twijfelen. Japan
bouwt zich in enkele jaren een positie
in Oost-Azië op, die bestand is tegen
de vereenigde machten van Engeland
en Amerika, ook al, omdat het alle
grondstoffen in overvloedige mate
thans ter beschikking heeft om zich
onoverwinnelijk te maken.
Ondertusschen vechten Engeland
en Amerika tegen 'n onderdeel van
't Duitsch-Italiaansche leger in Noord-
Afrika en meenen daarmee al heel
wat te bereiken, vooral in het oog
der onnadenkende massa.
Vooruitziende mannen, als de mi
nister-president van Australië, Curtin,
denken daar heel anders over en
spreken nu reeds over het gevaar,
dat zy Japan nooit meer de baas
zullen kunnen worden.
Eenzelfde kreet van bezorgdheid
klinkt er uit Tsjoenking-China, waar
Sjang Kai Sjek nu al 5'/, jaar een
uitzichtloos verzet gaande houdt en
zijn echtgenoote uitzond naar de
U.S.A.
Maar tegelijkertijd was daar Mr.
Eden op propaganda-tocht voor de
Engelsche belangen. En omdat de
Engelsche belangen voorloopig nog
dichterbij liggen, nl. in Europa en
Mr. Eden wellicht meer invloed heeft
of beter praten kan, blijft de actie
der geallieerden nog op Europa ge
richt.
Doch de belangen van Amerika
liggen meer in China, in Nederlandsch
Indie en in Australië, dan in Europa,
zoodat er vanzelf een tegenstelling in
oorlogsdoelen ontstaat tusschen Enge
land en Amerika. Om die tegenstel
ling te overbruggen moet Eden praten
en. als het hem gelukt is, deze tegen
stelling weg te praten, heeft hy han
dig van het woord gebruik gemaakt.
Over het algemeen mag de opmer
king worden gemaakt, dat wij Euro
peanen geneigd zyn den factor Japan
over het hoofd te zien, ofschoon het
niet uitgesloten is, dat dit de door
slaggevende factor worden zal.
Voor ons is Oost-Azië ver weg en
daarom beschouwen wij het als van
minder belang. Maar Amerika heeft
er een levensbelang van gemaakt en
alleen op aandringen van Engeland
en gezien de groote nood van dit
land, zyn krachten tegen Europa go-
richt. Wellicht zal dit spoedig ver
keeren, vooral zal het dat, indien de
acties in Europa tot geen beslissing
leiden. En hierop is vooralsnog wei
nig uitzicht.
- Dr. Gübbels gebruikte ter ty
peering van de beteekems van het
duikbootwapen op het verloop van
den oorlog dit beeldEngeland heeft
ons met de luchtaanvallen op onze
steden aan den pols, maar wy heb
ben met onze duikbooten Engeland
aan de keel.
Met zyn duikbooten blijft Duitsch-
land inderdaad den hartader van het
imperim bedreigen. Honderdduizenden
tonnen scheepsruimte verhuizen maan
delijks naar den bodem der zee.
Deze week meldde een extra bericht
weer het tot zinken brengen van 21
schepen met een inhoud van 138.500
ton.
VENRAY, 17 April 1943
ZONDAG 18 APRIL
Te rekenen vanaf Zaterdagavond 8
uur tot Maandagmorgen 8 uur kan
men zich voor hulp in dringende
gevallen wenden tot:
Stationsstraat 9 Telefoon 465
Deze week werden de eindexamens
gehouden van de Handelsavondschool
te Venray. Woensdag had de uitrei
king der diploma's plaats in tegen
woordigheidvan het Bestuur, de heren
Gecommitteerden en H.H. Leraren.
De Voorzitter,'de heer J. Derksen,
spoorde in zyn openingswoord do
leerlingen aan, zich verder te blijven
ontwikkelen. De oud-voorzitter en
grote promotor der Handelsavond
school, de heer Hub. Verheugen, reik
te onder een toepasselijk woord het
diploma uit aan de volgende leer
lingen;
Cisea v.d. Berg, Oirlo: Jo Bouten.
M. Geurts te Venray; A. Jacobs, Ys-
selsteyn; N. Kappel, Venray: D. Michels
Oirlo: A. Bloemen, Overloon; J. Euwals
Geijsteren; Mathieu Janssen, Venray;