Officieele Landbouw-
mededeelingen
VERVOLGVERHAAL
Het kruis waarbij
't spookte.
SERVATIUS-OMROEP
Wedorom heeft het goweldige
enthousiasme van de Valk, de be
paald meerdere techniek van Servatius
in bedwang gehouden, door hun een
gelijk spel af te dwingen. Door het
hopelooze verprutsen van diverse op
gelegde kansen, ontging Berv. reeds
voor de rust een goede voorsprong.
Nog zelden zagen we de Serv.-voor
hoede zóo slecht. De Valk-voorhoede,
alhoewel de hechte Serv.-verd. haar
geen kans tot schieten gaf, was toch
nog stukken gevaarlijker dan die van
Serv.
Reeds voor de rust had Serv. een
verdiende 1-0-voorsprong. Ongeveer
een kwartier voor het einde, na een
voortdurende Serv.-veldmeerderheid,
schoot de Valk-spil van groote af
stand op doel en via de handen van
den Serv.-doelman vloog de bal in het
doel. Toen ontstond er een heftig duel
om de leiding. Doch de wederzijdsche
verdedigingen blever. meester van hun
terrein en zoo eindigde deze wedstrijd
in een gelijk spel, waarmee vooral de
gasten buitengewoon in hun nopjes
waren, daar ze wel iets meer kregen
dan hun toekwam. Overigens werd
deze wedstrijd in een echte derby-
sfeer betwist, doch over hot algemeen
niet unfair. De leiding van den heer
Vissers was goed.
Zondag a.s. moet Serv. I naar Hel
mond om aldaar Geel-Bruin voor de
bekerronde te ontmoeten, Geel-Bruin
heeft ongeslagen het kampioenschap
van de dorde klas harer afd. behaald.
De Venrayers zullen dus met hun
beste spel voor den dag moeten ko
men 0111 oen behoorlijk resultaat te
behalen.
Serv. II zal in Venlo de reserve van
de Boys ontmoeten; dit is nog een
competitie-wedstrijd. Nog altijd heeft
Serv. II een kansje om de onderste
plaats aan anderen over te laten, doch
dan moeten de twee laatste uitwed
strijden gewonnen worden. We zijn
benieuwd.
over een flink uithoudingsvermogen
beschikten. Er was veel belangstelling
zoodat ook het financieele gedeelte
wel geslaagd mag heeten.
Morgen speelt D.I.S. een wedstrijd
tegen L.V.S. I, kampioen der tweede
klas L.V.B. Hoewel de groen-witten
niet meer hetzelfde elftal op de been
kunnen brengen waarmee de compe
titie gespoeld werd, verwachten we
toch, dat zij door een overwinning de
eer van hun klasse zullen hoog
houden.
Wie met
zuinig is.
zijn
zit
stroom niet
weldra in de
duisternis
VALK-REVUE
Een talrijk publiek was getuige van
een meer spannende dan fraaie wed
strijd, welke eindigde meel 1. Broe
derlijk werden de puntjes gedeeld en
velen zuller. zulks voor de beste op
lossing gevonden hebben.
Was liet veldspel van Servatius
beter verzorgd, daar tegenover staat
dat do afwerking der aanvallen veel
te wenschen overliet, tengevolge
waarvan de doolverdediger der Valken
geen gevaarlijk werk kreeg op te
knappen.
De Valk zondigde door slecht plaat
sen, maar was aanvallend veel ge
vaarlijken Voor de rust had de ver
dediging de handen vol, mede door
den straffen wind, die recht over het
veld staande, Servatius in het offen
sief bracht. De aanvallen welke de
Valk in deze periode ondernam, waren
zeer sporadisch, doch de verdediging
der Valken was in goeden vorm en
slechts eenmaal moesten zij capitu
leeren.
Na de th^e starte de Valk met
den wind in den rug en kon nu meer
aandacht besteden aan de voorhoede.
De Valk kwam er steeds beter in en
nu werden de bordjes verhangen.
Bü een der aanvallen, toen de ge-
heele verdediging van Servatius zich
voor het doel terug trok, loste de
spil een schot, var. verre afstand en
onhoudbaar vloog den bal in de ton
wen. De resteerende minuten brach
ten nog enkele gevaarlijke aanvallen
en toen de scheidsrechter, die den
wedstrijd volkomen beheerschte, voor
de laatste maal floot, was het einde
daar van deze eerste bekerwedstrijd.
Morgen zal de Valk, op eigen ter
rein, den strijd aanbinden tegen Ven-
losche Boys en om de kans te be
houden zal er gewonnen moeten wor
den dus Valken van begin tot einde
gestreden voor de overwinning, dan
zal het succes aan U zijde zijn
D.I.S.-nieuws
In een gemoedelijk partijtje hebben
D.I.S. en de veteranen elkaar be-
kampt, waarbij tenslotte hoe kan
't anders - de vroegere sterren het
moesten afleggen. Toch waren er bij
de veteranen nog wel enkelen die 't
nog lang niet verleerd waren en nog
voor de Provincie Limburg
Landbouwgereedschappen,
prikkeldraad enz.
Nog steeds bereiken mij aanvragen
om een vergunning of urgentiever
klaring ter verkrijging van kleinere
gereedschappen (rieken, schoppen,
harken) alsmede ter verkrijging van
prikkeldraad, gladdraad e.d.
Gereedschappen, prikkeldraad e.d.
vallen niet onder de regeling voor
landbouwmachines werktuigen en
apparaten doch worden gedistri
bueerd door het Centraal Bureau voor
den IJzerwarenhandel en zijn voor
zoover voorradig nog vrij in de yzer-
warenzaken te betrekken.
Zyn »zy hier niet voorradig dan
wende men zich tot het Centraal
bureau voor den IJzerwarenhandel,
Laan van Meerdervoort 95, 's-Graven-
hage.
Aangezien ik met de regeling dei-
distributie enz. van gereedschappen
en prikkeldraad geen enkele be
moeienis heb, zullen eventueele aan
vragen en verdere correspondentie
over deze zaken voortaan onbeant
woord ter zijde worden gelegd.
De Rjjkslandbouwconsulent
De resten van de school te Brie! Ie,
het doel van een terreuraanval was.
welke Donderdag j.l. bij goed zicht
(SS Bildberichter Fritz-Stapf-Pax s)
Het slachten van geiten en
geiten-bokken.
Geiten of geiten-bokken mogen
slechts met toestemming van de
P.V.C. worden geslacht. Aanvragen
voor slachting dienen by den plaat-
selijken bureauhouder te worden in
gediend.
By een aanvrage voor een machti
ging dient voortaan steeds een ver
klaring van een dierenarts of van
het Provinciaal Stamboek der Geiten-
fokkerij te worden overgelegd, waar
uit blijkt, dat do betreffende geit of
bok, ongeschikt is voor de fokkerij.
Aanvrage voor slachting waarbij
niet een van beide genoemde verkla
ringen wordon overgelegd, kunnen
kunnen niet in behandeling worden
genomen.
De P.V.C. voor Limburg
Aan den Nederlandschen SS-pantser-
jager Gerardus Mooyman, die op 16
Febr. j.l. met zijn pantserafweerkanon
13 Bolsjewistische pantserwagens
heeft vernietigd in den strijd ten
Zuiden van het Ladogameer, is het
Ridderkruis verleend.
(C.N.F./Fotodienst N.S.B.-Pax s)
15.
Zwijgend liep Giessers voort, met
gebogen hoofd, als hoorde hy in de
verte de mannen naast hem, dieniet-
wisten waarover te beginnen, praten
over regen, oogst, winter.
De voorsten van den droeven ver-
huisstoet waren al den zijweg inge
slagen, die naar de hei voerde. Over
enkele tellen zou hij 't huis niet
meer kunnen zien. Even kijken. Ter
sluiks wendde hij 't hoofd om... Een
kreet smoorde hem op de lippen...
Groote hemel....
Wat was dat? Wat zei Giessers
daar Verbaasd zagen de boeren hem
aan. Waar keek hy zoo naar? zoo
strak, zoo gek. Verschrikkelijk, wat
zag zijn gelaat er uit!
Er was niets te zien op den weg.
Wat is er, Jan
Wat schrok hjj op. Akelige
bleekheid grauwde over zijn gezicht,
dat trilde. Zweetdruppels parelden
tusschen de rimpels van zijn hoog-
opgetrokken voorhoofd. Heel zijn lijf
sidderde. Krampachtig greep hy den
naastbijzijnden boer in den schouder,
dat deze een schreeuw gaf van schrik.
JanWat is er toch
Niks, niks, mannen schokte't
hem uit den zenuwachtig-trekkenden
mond. Niks... maar... maar...
- Wat dan toch
- Niks, zeg ik je... Hoor 'ns... Ik
heb... ja, nog wat vergeten... Ik moet
nog 'n oogenblik terug. Loop vast
door, ik haal jelui wel in...
Is 't nou echt waar, Jan
Ja, ja, 'n oogenblik maar Piet,
ik loop hard.
Dan ga ik met je mee, Jan.
Nee, Piet. Trekken van ver
schrikkelijken angst drukten zich
diep in zijn ontzet gezicht.
Nee, nee, niemand meegaan II-
ben dadelijk terug. Niet doen, versta
je. Wacht, ik ga hier, ik ga liever
achterom, ja, ja, dan ben ik er direct
Ik moet achter in 't huis zijn. Gaat
vast door jelui 1
Met ontdane gezichten zien de man
nen 't aan, hoe Jan niet over den
grooten weg, maar dwars door 't
veld rennend vooruitschiet, met een
grooten sprong ginds over de beek
springt en verdwijnt achter 't kreu
pelhout langs den oever.
Sprakeloos zien ze elkaar aan. Wat
zou dat te beteekenen hebben
Onbegrijpelijk roept een dei-
mannen uit.
Ja, dat zeg je goed, buur. Waar
lijk, als je niet wist, dat er niet in
't minst op hem te zeggen valt, dan
zou je haast denken: er zit wat an
ders achter.
Wat er achter zit? fluistert een
ander geheimzinnig. En met den
vinger naar 't voorhoofd wijzend: dit!
Neen, dat gelooven ze niet, want
hij die den grootsten mond heeft,
zegt dat hjj zooiets niet kan aan
nemen.
Nou, wat moeten we doen
Weet je wat, oppert er een.
We kunnen wel even doorloopen,
heel langzaam en als Jan dan niet
gauw terugkomt, dan gaan we terug
kijken. Wel stribbelden er 'n paar
van de mannen tegen, ze moesten
liever dadelijk gaan, maar 't gevoelen
van de meerderheid vindt, dat er
zoo'n haast niet noodig is. Langzaam
slenteren ze den zijweg in.
Als ze geweten hadden...
Met verbazende snelheid, de pet in
de hand, 't hoofd vooruitgestoken, is
Jan voortgerend. Afgrijselijk is zijn
verwilderd gezicht. Schorre zuchten
hijgen hem uit de benauwde, zwoe- i
gende borst. Als een kat wringt hij
zich door de heg achter 't huis. Diep
bukkend sluipt hjj den akker over...
O, als ik maar op tijd kom O, als ik
maar op tijd kom... o, als 'twaar is,
o, dat bandje... Ha, de staldeur open
gebleven. Kruipend onder 't raam be
reikt hij de half openstaande deur.
Met fonkelende oogen gluurt hij dooi
den kier. Ha, in den stal niemand,
Voorzichtig heft hij zich op. treedt
geruischloos den stal binnen. On
hoorbaar gaat hij verder naar de
deur van de huiskamer. In 't midden
van die deur is een kleine opening
uitgesneden. Behoedzaam, 't hoofd
zoover mogelijk afgewend, loert Jan
er doorheen. «-#90
Er is een man in de kamer. Hjj is
er Kragers.
Sidderend drukt Jan de handen op
't hart, houdt ze stijf er tegen aan
gedrukt. Met geweld tracht hij 't
gesnuif van zijn opengesperde neus
gaten, 't amechtig hijgen van zjjn
trillenden mond tegen te houden.
Daar staat hjj midden in de kamer,
die ellendeling.
Wat een gomeene grijnslach 1 Van
duivelachtig genoegen wrijft hy de
handen over elkaar. Luister, hij praat,
o, als... Dichter steekt Jan 't hoofd
vooruit; krampachtig ballen zich zijn
vuisten I 1,nister-
vuistenLuister:
Ha een hatelijke hiklach schiet
Kragers uit de keei. Ha, deugnieten,
gewroken! Daar had ze altijd gezeten,
akelig dier van 'n wijf. Driftig
geeft hij een schop in de richting
vrouw Giessers plaats. Was
je maar mot mij getrouwdHé, zeg
waarom wou je 't laatst niet doen,
toen die smerige vent van je de deur
uit was, hé, heilige boon! Ha, ha,
sterf nou van den honger met je
heele huishouden, hoor jeAh, zoo
lekker gewroken Als een gek-danst
Kragers de kamer op en neer, akelig
grijnzend en grimassend van genot.
Ja, ja, wat ik me toen mooi ziek
heb gehouden. Jammer, dat de zaak
niet lukte. Wie weet 't, dat ik dien
nacht uit was, wie weet 't, dat jij 't
bent geweest, Kragertje, die dien
schurk van een Giessers bij 't witte
kruis een mes in zyn...
Een daverende bons
Met een smakkende klap wordt de
deur 'opengeslagenEen afgrijselijke
gil, een knierpend gehuil uitstootend
schiet Giessers de kamer binnen, 't
mes in de vuist. Brullend als een
woedende tyger springt hy op Kra
gers toe.
Hier moordenaar!
Een akelig gegrom is uit Kragers
borst opgeschoten; hy staat daar als
een beeld van bleeken bloedeloozen
schrik.
Moordenaar 1 Met een plof valt
Giessers vuist neer op zijn schouder,
omknelt dien met ijzeren greep. Met
een ruk heft Jan de rechterhand,
waarin 't mes flikkert, omhoog, om
met bliksemende kracht 't wapen
diep neer te stooten in de borst van
den schurk.
Naar de hel, moordenaar Maar
plots, met de tegenwoordigheid van
geest, die schurken eigen is, doet
Kragers een geweldigen ruk. Meteen
slingert hy behendig den eenen voet
om 't been van Jan, doet hem met
een schielijke beweging achterover
tuimelen.
Nog nietgilt hy, springt naar
de voordeur, stormt 't huis uit. Maar
in een oogenblik is Jan overeind ge
sprongen, vliegt hem achterna.
Toch zal ik je krygen, moordenaar!..
Wordt vervolgd.