TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
AKKERTJES
FEUILLETON.
De vondelinge
Ons weekpraatje.
Krakelingen
Zaterdag 25 Januari 1941
Twee en Zestigste Jaargang No 4
Het kapitaal voor
de Nederlandsche
onderneming.
Ieder, die wat geld heeft overge
spaard, het maakt geen verschil of
het veel is of weinig, heeft maar
één wenschdit geld zoo veilig
mogeljjk te bewaren. Er zijn lieden
geweest en er zjjn er ook heden ten
dage nog, die meenden, dat de veilig
ste plaats waar men zjjn geld kon
opbergen en dan vooral in klin
kenden munt en niet in papier
de linnenkast is. Dat men dan geen
rente van zjjn geld maakte, liet den
eigenaar onverschillig, voor hem
was het belangrijker, dat hij zijn
spaardulten dagelijks kon natellen
indien hij dit wenschte, en hij, naar
bij vermoedde, niet de minste risico
liep.
Met die rentederving berokkent
hij op zijn hoogst nadeel aan zich
zelf en niet aan anderen, maar, dat
hij zijn duiten in de linnenkast stopt
en niet naar een spaarbank brengt,
Is sociaal minder te rechtvaardigen,
Immers zoo'n spaarbank bestaat
niet uit een linnenkast van formi
dabele afmetingen om het geld der
spaarders in op te bergen, neen, zij
leent deze gelden op haar beurt weer
uit aan hen, die credlet behoeven.
Een landbouwer b.v., die een nieuwen
stal wil laten bouwen en niet over
voldoende geldmiddelen beschikt
„neemt een hypotheek op zijn land"
en krijgt die bij de spaarbank.
Het gespaarde geid van den eenen
komt dus door tusschenkomst van
de spaarbank als credlet ten goede
aan den ander, die het rendabel weet
te maken. Daarom Is het een plicht
van lederen Nederlauder, zijn spaar
gelden niet in de kous te stoppen,
doch aan zijn medeburgers ter be
schikking te stellen.
Haast even onnationaal als de
linnenkast-spaarder, is de aartsgok
ker hij is het andere uiterste. Geen
risico is hem te groot, mits hij maar
kapitaalwinst maakt of althans een
hoog dividend op kan strijken. De
financleele techniek om met weinig
geld groote risico's te kunnen loopen,
zoodat men Inderdaad groote winsten
maakt, maar evenzeer groote verlie
zen kan lijden, is vergevorderd. Het
is daarbij merkwaardig, dat men
deze speculanten veelal aantreft
onder de kleinere spaarders, die
bovendien niet het minste verstand
hebben van de fondsen waarin zij
speculeeren. Hun kennis houdt
meestal op bij den naam van het
fonds en den koers van de beurs-
noteering. Het zijn lieden, die afgaan
yjpj den „fijnen neus" van hun com-
missionnair in effecten, of die een
„tip" hebben gekregen aan de bor
reltafel en dan Ineens overtuigd zijn,
dat zij slapende rijk zullen worden.
De meesten hunner zijn echter sla
pende arm geworden, voorzoover zij
althans geen slapelooze nachten
hadden.
Indien deze lieden nu maar in
Nederlandsche fondsen gokten, zou
het nog te aanvaarden zijn, maar
neen, het zijn haast altijd buiten-
landsche papleren, waarin zij hun
geluk beproeven en hun geld verlie
zen. Hun spaardulten stroomen dus
naar het buitenland.
Ook de grootere belegger achtte
het nog niet zoo heel lang geleden
veiliger om een deel van zijn ver
mogen in Russen, Hongaren, Brazi
lianen e.a. exotische effecten te be
leggen, dan in Nederlandsche
industrieele fondsen. De verliezen,
die daarmede zijn geleden beloopen
honderden millloenen guldens en ons
nationaal vermogen is met een even
groot bedrag verminderd.
In dien tijd waren wij echter nog
een rijk volk, dat zich dergelijke
verliezen kon veroorlooven, zonder
dat de gevolgen ervan in breeden
kring werden gevoeld. Ook moet
men het den belegger uit dien tijd
niet al te kwalijk nemen, want de
mogelijkheden om zijn geld in Neder
land of Nederlandsch-Indlë uit te
zetten, waren beperkt. Wat dus
aldaar geen emplooi kon vinden,
vloeide naar het buitenland. Was
ons land toen ook reeds meer „in
dustrieel Ingesteld" dan had men
wel nieuwe beleggingsmogelijkheden
in de Nederlandsche industrie ont
gonnen, doch behalve bij eenlge
families van groot-industrieelen, was
de belangstelling voor het Neder
landsche bedrijfsleven van de zijde
van den belegger zeer gering.
Gelukkig is daarin ia de laatste
tientallen jaren een groote verbete
ring gekomen, maar er zij a nog
steeds lieden, die liever een gokje
wagen in een onbekend Amerlkaant je
dan in een Nederlandscb fonds, waar
van balans enproduct voor ieder te
zien rijm
In de toekomst Is er echter in het
geheel geen plaats meer voor af
vloeiing van gok-kapltaal naar het
buitenland. Wij zullen goed moeten
beseffen, dat ons nationaal vermogen
door dezen oorlog danig is geslonken.
Het gevolg is, dat van minder kapi
taal en dus van minder opbrengst
evenveel menschen zullen moeten
leven. Het zal dan ook niet te ont
komen zjjn, dat eenerzijds het wel
vaartsniveau zal dalen en dat ander
zijds er minder over zal blijven om
te sparen. Dit laatste nu Ia van ver
gaande beteekenis, want dit houdt
in, dat voor uitbreiding en vernieu
wing van ons industrieel apparaat
minder gelden beschikbaar zullen
komen.
Maar dan moet het ook uit zijn
met het sparen in de linnenkast en
het gokken in bultenlaodsche pa
piertjes. Deze gelden moeten voor
de Nederlandsche ondernemingen ter
beschikking komen. Er zullen geen
kapitalen meer mogen worden ver
mist, want elke gespaarde gulden
zal moeten worden aangewend om
wat vernietigd is, weer op te bou
wen.
Laat men nu niet meenen, dat de
schatkist maar moet worden aan
gesproken voor de ontwikkeling en
opbouw van de Nederlandsche in
dustrie, want uiteindelijk moeten
ook deze gelden door den Nederland-
schen belastingbetaler worden bijeen
gebracht. Men kan beter zelf zijn
geld aan die Nederlandsche onder
nemingen ter beschikking stellen,
waarin men vertrouwen en belang
stelling heeft, dan zulks door de
tusschenkomst van de schatkist te
laten doen. Hier zal een omschake
ling van den Nederlandschen beleg
gingsgeest noodlg zijn, een vernieu
wing die door zoo velen, en onder
hen ook door De Nederlandsche Unie
wordt bepleit. De Nederlander is van
huis uit spaarzaam, laat bij zijn
spaarzaamheid in de toekomst op de
juiste wijze aanwenden.
10
Ik had een leelijken droom gehad
sprak Mireille. Je hebt goed gedaan
roet mij wakker te maken.
Van het begin af had ze tot Paula
en Mad. Kerlan heel vertrouwelijk jij
en jou gebruikt. Irene sprak ze aan
met u, want bij haar kon het kind
haar hartje niet geheel uitstorten.
Paula was hiermee blij, daar ze jong
gebleven was van hart.
Het kleine metsje wilde maar altijd
naar de groene weiden, welke de Scorff
omringden hare schreden richten, maar
Paula zei steeds:
Een beetje geduld, als je sterk
bent kun je loopen waar je wilt
Maar ik ben sterk, mejuffrouw
Wil ik het je bewijzen, dan klim ik in
dien boom 1
O, wat een deugniet! Een klein
meisje mag zoo iets niet doenweet
je dat niet
Het kind beet zich op de lippen, zij
ging weg zonder te antwoorden, onder
voorwendsel dat zij een bloem wilde
plukken, welke ze daarna Paula kwam
aanbieden.
Op zekeren morgen werd Mireille
vroeger wakker dan gewoonlijkhet
begon te schemeren zij sprong uit het
bed en ging naar het raam, dat op
bevel van den dokter altijd open stond.
In haar lange nachtpon, met de
krulharen om haar lief gelaat, scheen
zij een schoon engeltje dat met ge
vouwen handen God in zijn werken
aanbidt. Zij had inderdaad de gewoonte
bare handen te vouwen, wanneer het
UITVINDERS EN HUN
VERANTWOORDELIJK
HEID.
Alle vooruitgang is nog
geen verbetering.
De lezer heeft natuurlijk wel eens
het verhaal gehoord van kleine Jan,
die op school de schuld placht te
krijgen van a!le kattekwaad, dat er
in de klas werd uitgevoerd. Op een
moment, dat Jantje zat te soezen,
vroeg de meester hem, wie het bus
kruit had uitgevonden.
Daar heb je het al weer dacht
het kleine kereltje en in hullen uit
barstende, riep hjj: „Ik heb 't heusch
niet gedaan, meester
Nou valt h$t in werkelijkheid ook
niet mee om voor den uitvinder van
het buskruit te worden gehouden,
want dat plofbare goedje heeft maar
een of ander hare bewondering wekte.
En hoe zou zij dien morgen den heer
lijken bloementuin niet bewonderd heb
ben die aan hare voj.ten lag en een
harmonie van kleuren ten toon spreidde.
Mireille had een grenzelooze geest
drift voor de natuur, alsof hare oogen,
als twee donkere bloemen, zich in de
schaduw van ruischende bosschen ge
opend hadden. Toen ze nog heel klein
was, en de wagen van Marcello in i et
open veld stilhield, vloog zij weg om
bloemen te plukken.
Als ze dan moe was, zette zij zich
op het gras onder de schaduw van een
boom of een haag, en beschouwde
met verrukking al de kleine wonderen
welke haar omringden. Zij luisterde
naar het gezang dar vogels, naar het
gegons der bijenzij streelde het mos,
en in de holte van haar handje schepte
zij het water van de frissche bron om
het te drinken.
Wanneer zij terugkeerde werd zij be
knord door Marcello, omdat zij de
oefeningen niet had bijgewoond maar
zij trok zich van die verwijten niets
aan, omdat zij al dat schoons nog zoo
levendig voor den geest had.
Dan was er Juana nog altijd die een
kus op hare wangen drukte en de
bloemen in een vaasje zette, opdat zij
langer van hunne kleuren en geuren
kon genieten.
Deze schoone morgen, waarop zij
reeds zoo vroeg aan het venster stond,
bekoorde haar, zooals vroeger de open
vlakte, welke zij van uit het getralied
venstertje van den wagen kon zien.
Aan de bekoring kon zij geen weer
stand bieden.
In het kasteel was nog niemand op
maar zij vroeg zich af of zij niet langs
het klimop naast het balkon in den
tuin kon komen Een gymnaste, zoo
bij de hand als zij, kon zich toch niet
laten weerhouden door een gesloten
deur, wanneer het raam openstond op
bevel van de faculteit. Zij kleedde zich
bitter weinig zegen voor de menach-
heid opgeleverd en integendeel door
eeuwen heen ontzaglik veel leed,
jammer en rouw over de wereld
gebracht.
Toch wa3 de uitvinder een brave
monnik. Hjj sehjjnt geenszins te
hebben voorzien, welk kwaadaardig
gebruik de menschheld van zjjn vin
ding zou maken; ontplofbare stoffen
kunnen voor talrijke nuttige doel
einden worden aangewend, maar
helaas in de kraam van den oor-
logsduivel zjjn ze het meeat van pas
gebracht.
De persoonljjkeverantwoordelijk
heid van uitvinders voor de gevolgen
van hun vinding, kan slechts een
zeer betrekkeljjke worden geacht.
De tjjd moet rjjp wezen voor be
paalde ontdekkingen en dan worden
ze ook gedaan, zoo niet door den
een dan door den ander. Van vele
belangrjjke vindingen wordt het au
teurschap betwist: onderzoekingen
op een bepaald doel gericht, lelden
vaak op verschillende plaatsen en
bjjoa tegeljjkertjjd tot bet beoogde
resultaat.
Dat ls begrjjpeljjk. Naarmate de
wetenschap en techniek voortschrjj-
den, worden de mogeljjkheden zicht
baar om tot doelen te geraken, die
voorheen onbereikbaar waren,
Ik had deze inleiding noodig om
den lezer eenlgszins mild te stem
men jegens den jongen Haarlemmer,
die een dezer dagen de...,. fietsradio
uitvond
Men moet hem niet te hard vallen
de tijd was er rjjp voor. Had hjj
het ding niet in elkaar geknutseld,
dan zou een ander het hebben ge.
daan.We hadden reeds het huis
kamertoestel, dat de radio-golven
uit den aether opvingwe kregen
de verplaatsbare zend- en ontvang-
installaties, speciale apparaten wer
den geconstrueerd, welke men in
auto's kon meenemen eu „dus" kon
de vinding der fietsradlo niet uitbljj-
ven.
De bedoelde Haarlemmer heeft
helaas de vele technische moeiljjk-
heden kunnen overwinnen, welke aan
de vinding nog in den weg etODden.
Het toestelletje, dat hjj samenstelde,
is uiterst klein, kan gemakkeljjk op
het stuur worden "gemonteerd, de
stroom wordt geleverd door een
dynamo, op den fietsband aange
dreven, de lampen kunnen niet los-
schokken, op vernuftige wjjze Is het
vraagstuk der aardleiding opgelost
en wat voor den gebruiker het
voornaamste schjjnt te zjjn - de
Haarlemmer heeft het apparaat van
een wonderbaarljjk krachtig geluids
volume weten te voorzien.
Het heet, dat de vinding in een
behoefte tegemoet is gekomen. O,
natuurlijkNiets is den mensch te
dolalles begeert hjj, wat binnen
zijn bereik is gekomen. Tot nu toe
waren we er gelukkig om, dat de
fiets het eenlge vervoermiddel was,
dat geen gerulach maakte. Men
schoof er onhoorbaar mee de natuur
in, verstoorde het spel en het lied
der vogels niet mee, het joeg geen
wanklanken door de indrukwekkende
geluidloosheid van een zoelen zomer
avond.... Maar nu zjjn we ineens tot
de conclusie gekomen we verna
men zulks uit een enthousiast ge
stemd dagbladartikel dat een
fietstocht eentonig is, vervelend,
geestdoodend en slaapwekkend.
Daarom allemaal een fietsradio
aanschaffen
Een fietstocht wordt er een ge
nieting doorwe stemmen af op een
program, dat ons boeit, we voelen
dan geen moeheid meer en we zjjn
aan ons doel, voor we het weten. Ik
zou er aan willen toevoegeD vóór
we iets hebben gezien van al bet
schoone, dat we rakelings passeerden
misschien óók zonder iets te
hebben gezien van het obstakel op
onzen weg. In dat laatste geval
komen we wel niet aan het doel, dat
ons hadden gekozen, maar toch
wel aan het einde van onzen levens
weg en aan het slot van veel dwaas
heid.
Ik voorzie niet veel goeds van de
uitvinding der fietsradlo. De fietsers
behooren in het algemeen toch al
niet tot de meest oplettende weg
gebruikers en''wat moet er van ze
worden, alsmede van de overige
weggebruikers, alshun gedachten
nog meer afgeleid gaan worden
Wat een cacaphonle van geluiden
zal er zich overal in het openbaar
gaan ontwikkelen, als de fietsradlo
populair wordtStel je voorlk
fiets en heb afgestemd op Berljjnlk
word achterhaald door een demo
craat, die ik spreek van den
komenden vredestjjd Londen heeft
aangezetwe snauwen mekaar wat
toe en worden onderwjjl tegemoet
gereden door een communistischen
wellusteling, die een Moskousche
internationale door de lucht laat
schallen... Natuurljjkj'volgt er een
botsing en over ons heen komt een
fietser te rollen, die naar een jasz-
band aan het luisteren was, een
andere, die genoot van het oogge
tuige-verslag van een bokswedstrjjd
een bedaagde juffrouw, die ge
nietende was van een oratorium van
om met hun verwanten in ons land
te telefoneeren.
Wat str jjdende part jjen uit oorloge-
noodzaak meenen te moeten doen,
vermogen we niet te beoordeelen,
nog minder te becritlseeren.
We begrjjpen het volkomen, dat
de Dultsche regeering allereerst
plichten heeft tegenover Dultsche
volksgenooten en daarom ongerecht,
vaardlgd geachte maatregelen tegen
dezen, met gepaste tegenmaatrege
len moet beantwoorden. Leed toe te
brengen ls in oorlogstijd niet steeds
te vermjjden, maar het toegebrachte
leed te verzachten, ls een daad van
menscheljjkheld, welke in alle om.
standigheden kan worden bedreven.
En zal worden^ gewaardeerd.
De boer en de grond.
Het stemt tot groote voldoening,
dat ook in den huldigen oorlogstjjd
sterk gejjverd wordt voor de ver
meerdering van den cultuurgrond In
ons land, waardoor meer boerenzo
nen aan een eigen bedrjjf kunnen
worden geholpen. Zoo wordt binnen
Bach. En al deze klanken klinken kort ook de Bieschbosch voor dat
door, terwjjl wjj liggen te kreunen doel Ingepolderd.
Toch zal men zich moeten bezin-
of te reutelen....
Ik moet er niet aan denken. Sinds
de uitvinding van de fietsradio ben
ik me gaan verheugen over de in
voering der radio-belasting. Uit de
opbrengst der belasting voor de
fietsradlo's kunnen misschien een
paar krankzinnigengestichten worden
gebouwd. DIXL
VAN JAN DE BAKKER.
OORLOGSLEED.
heel stil, kroop over het balkon en
klom vlug langs het klimop naar be
neden.
Paula was door een lichte hoofdpijn
de eerste uren van den nacht wakker
gebleven en was op dat oogenblik in
diepen slaap
Met een paar sprongen was het
meisje in het parkde zilveren stralen
der opgaande zon spiegelde zich in
het kleine meer. O, dat waler zien,
waardoor de Scorff stroomde, dat water
waarop de schaduwen van takken en
groen en bloemen zich bewogen Ze
had het al zoo dikwijls aan Paula ge
vraagd, maar deze vreesde het kille
water voor de herstellende, welke nog
steeds een lichte koorts had. en niet
tegenstaande de zoete woordjes en de
smeekende traanljes weigerde zij
En van morgen was ze er dicht bij,
bij dat meer in het kleinzij kon er
haar fijn schaduwbeeld in bewonderen I
In het eerst bleef zh met gevouwen
handen staan, prevelde haar morgen
gebed en zag op naar den helderen
blauwen hemel. Zij dacht er zelfs niet
aan om God vergiffenis te vragen voor
de ongehoorzaamheid aan haar, die zoo
straks tevergeefs zou gaan zoeken, in
vrees en angst, waar zij zich zou kun
nen bevinden.
Het kind had tot nu gedaan wat het
wilde. Juana liet haar gaan en komen
zooals zij verkoos, wanneer de meester
er niet was, zij dacht dus niet dat zij
kwaad deed.
Zij zag een klein wit bootje, met
lichte roeiriemen, dat aan een boom
stam was vastgemaakt. Een toer in dat
vaartuig op het heldere water had voor
haar iets aanlokkelijks. Zenuwachtig
maakte zij het touw los, ging in het
bootje, nam de roeiriemen en was al
gauw midden in den vijver.
Op dit oogenblik had Mireille alles
vergeten. Zij dacht aan niets anders,
dan om van dezen heerlijken morgen te
genieten, die alleen scheen aangebro
ken voor haar.
Er is voor de microfoon van het
Algemeen Nederlandsch Persbureau,
dat zich tegenwoordig behalve met
berichtgeving ook met propaganda
bezig houdt, heel wat gejammerd
over het feit, dat de Ned. autori
teiten geweigerd hebben om radio
gesprekken toe te staan tusschen
Nederland en zjjn overzeesche ge
westen ter gelegenheid van Kerstmis
en Nieuwjaar.
Dat verbod, aldus de woordvoer
der van het A.N.P., scheidde aldus
ouders en kinderen van elkaar en
onthield aan bezorgde gemoederen
de vertroostende stemmen van ver
wanten.
Dat die gesprekken geen voort
gang konden hebben dit jaar, is
natuurljjk buitengewoon jammer.
Dat de Ned. Indische autoriteiten
ten deze schuldig zjjn, zou ik niet
durven beweren of onderschrijven.
Oorlog voert In vele opzichten tot
bittere noodzakelijkheden. We weten
niet welke verontschuldigingen men
in Batavia zou kunnen aanvoeren en
ik veroordeel niemand graag, als Ik
zjjn verontschuldiging niet kan aan-
hooren.
Het feit zelve bljjft in tusschen
jammer, heel jammer, ook al betreft
het hier een verbreken van een con
tact, dat eerst sinds enkele jaren
tot de mogelijkheden behoorde. Oor
log is verfoeilijk om zjjn gevolgen,
gevolgen, welke maar al te dikwijls
op de hoofden van onschuldlgen
neerkomen.
Onze gedachten gaan heel dikwijls
met deernis uit naar al die families
die door de buitengewone omstan-
van dezen tijd vaneen gescheurd zijn,
naar hen dus ook, die In Indië ver
toeven en naar dezer verwanten In
ons land. Eveneens naar de vaders
of zoons, die ln Dultschland zijn
geïnterneerd alt vergelding der in-
terneering van Duitschers Id Indië.
Deze in Dultschland vertoevende
vaders en zodoq zijn óók Nederlan
ders, Nederlanders, die hier familie
hebben achtergelaten; Nerlanders,
die persoonlijk geen schuld hebben
aan wat men in Indië mocht doen
of misdoen. We hopen, dat deze
Nederlanders met Kerstmis en met
Nieuwjaar wél in staat zijn gesteld
Plotseling werd haar naam door een
wanhopige stem uitgesprokenzij
schrok beefde over al haie lede
maten Paula zocht haar.
Toen zij wakker werd, was zij opge
staan en had zich eerst naar het bed
van baar lieveling begeven, zooals zij
gewoon was. Welke was haar schrik
toen zij de legerstede ledig vond 1 Eene
vreeselijke gedachte kwam in haar op,
de kunstenmakers welke het kleine
meisje verlaten hadden, waren terug
gekomen, en nu zij genezen en weer
gezond was, hadden zij haar wederom
gestolen.
Zij vloog naar beneden en riep
Victoire, de keukenmeid, die juist naar
den tuin wilde, toe
Hebt ge Mireille niet gezien?
Neen, mejuffrouw.
Was de deur gesloten toen ge
opstond
Zooals gewoonlijk, mejuffrouw. Ik
zelf ben het eerst naar buiten gegaan,
daarna mejuffrouw Irene, welke naar
de kerk is.
Het kind is niet op zijn kamer,
zeide Paula met angstige stem.
Victoire schrok, richtte hare groote
handen ten hemel, en wees hare mees
teres daarna op een lange rank van
klimop, die gebroken naar beneden
hing.
Daarlangs zijn de dieven gegaan
die haar hebben meegenomen, zuchtte
de bedroefde Paula.
Onmogelijk, mejuffrouw, hoe zou
den zij in den tuin gekomen zijn?
Dat volk klautert over muren
heen, al worden ze ook nog zoo goed
bewaakt 1
Misschien is het kind alleen naar
beneden gegaan.
Ban je dan gek, Victoire! Hoe
kan een klein meisje, dat nog lijdend
is, zoo naar beneden klimmen
Maar, mejuffrouw, indien zij de
dochter van een kunstenmaker is, zal
ze zonder twijfel wel toeren kunnen
maken.
nen op een afdoende oplossing van
het grondvraagstuk voor den boer.
We leven nier niet in Rusland of
Canada met onbegrensde ontgin,
ningsmogeljjkheden.
Onze boerenstand is gezond en hjj
breidt zich regelmatig sterk uit.
We kunnen onmogelijk ln gelijke
verhouding cultuurgrond blijven win
nen. De boer van heden ls tevreden
over de meerdere verzekerdheid,
welke men hem schonk ten aanzien
van het grondgebruik. Datls echter
een voordeel, dat slechts hem en zijn
opvolger ten goede komt. Er ls er
blijft weinig toekomst voor de kin
deren van den boer ln de Neder
landsche boerenwereld.
Zou men in boerenkringen niet
ins sterk de emigratie en koloni
satie en kolonisatie gaan voorbe
reiden
Dc reclame voor Winterhulp.
Herhaaldelijk hebben we er op aan
gedrongen, dat men de inzamelingen
voor Winterhulp naar vermogen zal
steunen. Er moet ontzaglijk veel nood
worden gelenigd en de vorm der or
ganisatie van deze hulpverleening
doet niets af aan onzen plicht tot
offeren. Als iemand in het water
ligt en om hulp roept, gaat men toch
ook niet staan discusssleeren over
mooiste manier om te helpen,
maar men helpt op de manier, welke
zich voordoet. En anders Is men een
kletsmajoor, laf en nutteloos.
Omdat de extra-hulp voor nood
lijdenden. ln dezen tjjd slechts vla
Winterhulp kan worden geboden,
daarom verheugen we ons over de
intensieve propaganda, welke voor
de inzamelingen worden gehouden.
Van een onderdeel dezer propaganda
echter, vreezen we een resultaat, dat
tegengesteld ls aan de bedoelingen.
Collectanten en gevers mogen gerust
naar voren worden geschoven, opdat
hun voorbeeld navolging zal wekken,
maar de bedeelden houde men zoo
veel mogelijk op den achtergrond.
Het Ib voor vele armen al erg moei
lijk om met de hun verstrekte bon
nen van W. H. naar de winkels te
moeten gaan, waar ze zich moeten
legltlmeeren en dan naam en adres
op de achterzijde der bonnen ver
melden...
Maar nu zagen we in de bladen
ook al enkele keeren een foto afge
drukt van de ultdeeling der bonnen
Op een dezer foto's kwam een vrouw
voor, die kennelijk haar best deed
om niet op de kiek te komen. Deze
vrouw openbaarde daarmee gevoelens
welke lk me levendig kan Indenken.
Wordt deze soort reclame voortgezet,
dan zullen de brutalen weer eens de
halve wereld verwerven, maar de
stille armen zullen zich liever zon
der spreken laten ondergaan.
zijn dikwijls het gevolg
van kouvatten. Goed trans
pireeren en "AKKERTJES"
nemen, helpt U altijd snel,
goed en zeker ervan af!
Door hun bijzondere sa
menstelling bevorderen
immers "AKKERTJES" niet
alleen het transpireeren,
maar verwijderen tevens
de stoffen, die de aan
doening veroorzaken. Zij
werken direct pijnstillend.
Opelk"AKKERTJE"staat't
Akker-merk: Uw garantie!
v Let U daarop vooral en
j laat U toch géén waarde-
looze namaak of imitaties
aanpraten die niet helpen.
tegen pijnen, hoofdpijn, koorts,kou
13 stuks - 12 stuivers; 2 stuks - 2 stuivers
Genoeg daarvan!... zeide Paula
droogjes.
De meening van de keukenmeid was
misschien juist. Paula liep door het
park en riep den naam van het kind.
Dit roeide haastig voort om weer
den oever te bereiken en mejuffrouw
Paula gerust te stellen. Zij was boos
op zich zelf omdat ze haar door die
vroege verdwijning zooveel onrust ver
oorzaakt had. Maar de stroom was nog
al sterk en de kleine handen waren erg
zwak om het bootje in de goede rich-
ring te houden.
Toen Paula haar bemerkte was het
alsof de eene onrust de andere volgde.
- Mijn God, riep zij uit, indien zij
daar onder mijne oogen moest ster
ven
Het kind zelf werd bijna wanhopig.
- Ik kan niet meer 1... stamelde het.
Gelukkig kwam op dit kritiek oogen
blik Willem aanloopen Hij had de kreten
der twee vrouwen gehoord, sprong
in het water en was weldra bij het
bootje. Eenige oogenblikken later reikte
hij de kleine over aan haar meesteres.
Toen Mireille de bleekheid van haar
weldoenster gewaar werd, zag zij in
hoe schuldig zij waszij strekte, badend
in tranen de armen naar haar uit.
Hier bij dit meer, waar je bijna
het leven gelaten hebt, zul je me be
loven zoo iets nooit meer te doen.
Ja, ik beloof het, nooit meer,
nooit meer!... Maar ik had zoo graag
het meer gezien, en het was zoo heer
lijk toen de zon opkwam 1
Bij deze geestdrift die zij toonde,
ofschoon het gevaar zoo groot was
geweest, kon Paula een glimlach niet
weerhouden.
- Je lacht, mejuffrouw, zeide Mireille
en klapte in de handen, dus ben je
niet meer kwaad l
De kleine roekelooze werd weer
gauw te bed gebracht. Toen Paula
droomend op het balkon leunde en dat
eenigszins vernielde klimop beschouw
de, zeide zij bij zich zelf
Voor Boeren en
Tuinders.
Ongunstige vooruitzichten.
Het ljjkt een moeilijke puzzle te
worden voor de boeren en tuinders.
Men verwacht, het volk verwacht,
dat er meer dan gewone moeite ge
daan zal worden om den Nederland
schen bodem tot nog hooger produc
tie te brengen, dan de Nederland
sche boer en tuinder reeds kan. En
dat was al niet weinig, meer dan in
eenig ander land ter wereld. Gaarne
zal ieder van de land- en tuinbou
wers het z|jne doen om de productie
van den bodem nog meer op te
voeren, doch het moet ook kunnen.
En het is de vraag, of het zal kun
nen. Voor plantengroei Is planten-
voedsel noodig. Dat zit, wat sommige
stoffen aangaat, in den bodem als
reserve dat wordt gegeven in den
vorm van stalmest en van kunst
mest.
Stalmest Is er In geen geval meer
dan in vorige jaren en kunstmest....
Dat ziet er niet zoo mooi uit. Stik
stof gaat wel, dank zij de luchtstik-
atoffen. Kali gaat ook. Maar de
fosforzuurmeststoffen, die laten ons
ln de steek. Super wordt niet meer
gefabriceerd. En slakkenmeel, verre
weg de grootste fosforzuurbron..,
moet uit België komen. W|j gebrui
ken daarvan per jaar zoo'n 400.000
ton. Nu beloofden ze ons begin
December 20.000 ton. Dat is een
twintigste deel. Wjj waren al bl|j
met dat twintigste deel. Maar nu
bl|jkt, dat het vervoer naar ons land
zulke groote bezwaren biedt, mogen
wjj al heel erg blij z|jn als zelfs dit
beetje hier al vast maar eens binnen
ls. Dat zijn dus geen gunstige voor
uitzichten,
Zjj, die gewoon waren met slak
kenmeel te mesten, kunnen het
dikwijls wel eens een keer zonder
stellen. Deze fosforzuurmest leent
zich nl. bijzonder voor voorraadvor-
ming ln den grond en in tijden van
gebrek als wjj doormaken, komt dat
den geregelden slakkenmeelgebrui-
kers goed te stade.
Voor hen z|jn de vooruitzichten
niet zoo ongunstig als voor anderen,
maar toch, om van het land een
verhoogde opbrengst van land- en
tuinbouwproducten te krjjgen, daar
ls zoodoende veel minder kan3 op,
AGRICOLA.
Is zij het kind van een kunsten
maker Heeft hij het gestolen Wie
zal mij den sluier over dat geheim op
lichten
HOOFDSTUK VII.
TUSSCHEN TWEE GENEGENHEDEN.
De streek van Mireille had geen
slechte gevolgen gehad. Zij was thans
volkomen genezen en zq kon volop
van hare geliefde natuur in deze heer
lijke Mei-maand genieten.
Op nieuw was zij gaan roeien op
het meertje in het witte bootje, maar
nu vergezeld van Paula, en zij kon
zich, zonder vrees voor gevaar, laten
wiegelen op de kabbelende golfjes.
Een anderen keer liep zij door de
groene weiden of ging op het droge
hooi liggen, dat een aangenamen geur
verspreidde. Soms strekte zij haar wan
delingen uit tot op de oevers van de
Scorff, tot dicht bij den molen.
Wat was die molen aardiggeheel
wit, zag men hier en daar kleine
venstertjes, omkranst met het loof van
een wingerd. Hij lag niet zoo heel ver
van het kasteel en de dames de Monts-
corff kwamen meer in den molen dan
op de boerderij, die door een bosch
gescheiden, er verder van af lag.
Hij was werkelijk schoon, die holle
en schaduwrijke weg, die er heen leidde.
Elk seizoen bracht hem nieuwe bloe
men. De witte hagedoorn en de wilde
gele rozelaar strooiden hun bloesems
over het groene mos, de kamperfoelie
hechtte zich! met haar fraaie en aan
genaam geurende bloemen overal vast,
waar zij slechts een geringen steun
vond, en eindelijk de groote hulst met
zijn schitterende bladeren, waariusschen
roode bessen blonken Waarlijk, het
was een prachtige weg.
Wordt vervolgd.