TWEEDE BLAD VAN PEEL EW MAAS
Krakelingen
FEUILLETON.
Mei Napoleon naar
Rusland en (erug.
In Salomon s zoeklichten
Zaterdag 21 September 1940
Een en Zestigste Jaargang No 38
KIESWET.
Stemmen bij volmacht.
Burgemeester en Wethouders van
Venray vestigen de aandacht op het
bjj de wet van 21 Juni 1928 inge-
lascht artikel 4a der Kieswet, luiden
de als volgt:
„De kiezer is, met inachtneming
van het in deze wet bepaalde, be
voegd bij volmacht te Btemmen, in
dien zgn beroep of werkzaamheden
medebrengen, dat hij herhaaldelijk
of althans gedurende het gedeelte
van het jaar, waarin de stemming
gewoonlijk valt, werkzaam pleegt te
zijn bulten de gemeente op weiker
kiezerslijst hij voorkomt, mits zijne
afwezigheid indien hij gedurende het
tijdvak of tijdvakken, waarin hij
aldus werkzaam is, een of meerma
len in die gemeente terugkomt, als
regel telkens langer dan drie dagen
duurt.
Mede is met inachtneming van het
in deze wet bepaalde, bevoegd bg
volmacht te stemmen do vrouw,
welke gehuwd met een kiezer, die
voldoet aan de in het vorige lid
gestelde voorwaarden, met haar man
in verband met diens beroep of
werkzaamheden, afwezig pleegt te
zijn."
Bij het gewijzigde artikel 7 der
Kieswet is bepaald, dat meD, ten
einde op de kiezerslijst te worden
aaogewezea als bevoegd om bij vol
macht te stemmen, een daartoe
strekkend met redenen omkleed
verzoekschrift aan het Gemeente
bestuur moet indient in het laatste
kwartaal van het voorafgaande jaar.
Voor de kiezerslijst 1941/1942 (d.i.
de lijst, welke op 22 Februari 1941
wordt vastgesteld en geldig Is van 1
April 1941 tot en met 31 Maart
1942) zullen dergelijke verzoekschrif
ten dus moeten worden ingediend
tusschen 1 October en 1 Januari a.s.
Formulieren voor deze verzoek
schriften zijn vanaf 15 September
tot en met 31 December a.s. koste
loos verkrijgbaar ter gemeente-secre
tarie, alwaar tevens nadere inlich
tingen worden verstrekt.
Venray, 12 September 1940
Burgemeester en Wethouders van
Venray,
A. H. M. JANSSEN
De Secretaris,
VAN HAAREN
van JAN DE BAKKER.
Eer is teer.
De „gemengde berichten" in de
krant geven soms aardige lectuur.
Ook het verhaal van de Amsterdam-
sche dame, die gemeend had haar
taschje kwijt te zijn, zal wel zijn
weergegeven als een moppig staaltje
van gedachteloosheid van sommige
menschen. Maar ik kreeg vooral een
bitter gevoel door de lezing van dat
stukje. Vergeetachtigheid iB te exu-
seereD, zoolang men er slechts per
soonlijk de dupe van wordt; worden
anderen het slachtoffer van eigen
vergeetachtigheid, dan is dat heele-
maal niet in den haak.
Zoo stonden de zaken in het ge
val der vergeetachtige Amsterdam-
sche dame.
Ze had Iets gekocht bij een bloe-
menkoopman en een poosje, nadat
ze weg was van dien wagen, miste
ze haar taschje, waarin een bedrag
van f 200, eenige distributiebeschei
den en wat kostbare bescheiden.
Fiuks volgde aangifte bij de politie,
want het vermoeden was dat ze het
taschje op den wagen van den man
had laten liggen. De Amsterdamsche
politie was dadelijk zeer actief en
wist den koopman op te snorren,
maar van het verdwenen taschje
wist de man niets.
Waarschijnlijk heeft de politie het
Lotgevallen van een
Belgischen soldaat.
19.
Nu was ons land een Fransche
bezitiing geworden Men wilde mij
dringen de wapens te dragen en voor
de verdrukkers v. n mijn vaderland te
Strijden Daarvan wilde ik niet houren,
en vluchtte in de bosschen.
Op zekeren dag doodde ik een
gendarm, dia mij wilde aanhouden en
den v errader, die hem voor .leidsman
diende. Dan werd het mij onmogelijk
langer in mijn land te blijven; ik ging
vluchten en eenige dagen later was ik
een Pruisisch soldaat. Korten tijd na
dien vernam ik, dat de koning, die ik
nu diende, zich Frankrijks bondgenoot
had gemaakt; dan liep ik weg en
kwam naar Rusland.. Nu kent gij mijne
geschiedenis Uw keizer is verslagen,
binnen eenige dagen zal geheel Euro
pa tegen hem opstaan en*toekomende
zomer zullen onze paarden het gras
eten uwer wandelplaatsen.
Die woorden bedroefden mij. In
weerwil mijner ongelukken, was ik
Frankrijk getrouw gebleven en kon
niet aannemen, dat dit land door den
vijand zou overrompeld worden. Van
den anderen kant begreep ik, hoe bitter
mijn redder geleden had vooraleer tot
den vijand over te loopen en ik durfde
hem noch verontschuldigen, noch be
strijden. Mijn gedachte radend, haastte
hij zich te zeggen:
Laat ons daaraan niet meer den
ken; het is te hopen, dat de keizer
hare van den man gedacht, totdat
een poosje later de telefoon op het
bureau ging en een verheugde dame
mededeelde, dat het verlorene weer
terecht was: ze had het taschje
thuis op de tafel laten liggen en het
dus heelemaal niet mee gehad
Terecht mag hier de vraag wor
den gesteld, of de dame zich ook
naar den bloemenkoopman heeft ge
haast om dezen haar excuses aan
te bieden. Het verhaal in de krant
gewaagt er niet van. Want zulk
soort vergeetachtigheid, welke ge
richt is op het gedenken aan de
booze neigingen van den (armen)
medemenech en het gemakkelijk ver
geten van de eigen tekortkomingen,
als slordigheid b.v., is een leelijk
euvel.
Ik weet niet, of de gedupeerds
bloemenkoopman óók geoeigd is om
dadelijk het slechtste te veronder
stellen van zijn medemensch. Anders
is hij zich misschien gaan afvragen,
of... de bovenbedoelde dame de bloe
metjes niet vergeten heeft te betalen,
toen ze wegging. Immers, ze had
toch haar tasch met geld thuis laten
liggen
Het kwade gerucht.
In aansluiting op het vorenstaande
zou een stukje passen, dat we inde
Prov. Zeeuwsche Courant vonden en
over het kwade gerucht handelt, dat
zoo gemakkelijk in omloop wordt
gebracht en vooral in onze dagen
welig tiert. We zijn allemaal in
dezen tjjd pro-dlt of pro-dat en dat
leidt er gemakkelijk toe, dat we
gemakkelijk het kwade gelooven en
verbreiden, wat van hem of haar,
die anti-dit of anti-dat is, wordt
gezegd.
Men hoede zich voor deze hebbe
lijkheid, want nog eenseer is teer.
Het kwade gerucht is nooit nijdi
ger van aard dan juist nu, omdat j
het fluisterend en dus met de noodige
geheimzinnigheid omgeven, wordt
voortgestuwd. Terwijl de een den
laster vertelt aan den ander, wordt
de waarschuwing er bij gegeven
maar pas op, mondje dichtEr zijn
Immers zooveel verraders! Wat is er
zoeter bezigheid voor den mensch
dan een geheim fluisterend door te
geven...?
Aldus worden heel wat reputaties
geknakt in deze dagen Als de oorlog
eens ten einde is, zullen we allemaal
onze beurt hebben gehad en dan zal
de een den ander wantrouwend aan
zien en hem, ten onrechte, ln Btilte
verachten.
TAFELSCHUIMERS
Lieden met een ruim geweten, die
zich aan hun verplichtingen in café
en restaurant trachten te onttrek
ken, komen in alle landen voor. Som
migen ervaren het als bij zonder tra
gisch, dat de dorst in omgekeerde
rede staat tot den inhoud van de
beurs. In Duitschland maakt de rech
ter geen omslag met deze heeren.
Zoo'n oplichter, wiens zonde tot voor
kort met een echrobbeering geëindigd
zou zijn, moest ze met twee jaar
tuchthuis bezuren.
Een verslaggever van de West-
deutscher Beobachter is eens gaan
hooren bjj houders en kellners van
koffie- en eethuizen, of die misbruiken
daar ook voorkomen. Zij hebben het
geleerd gezichten te lezen. Menschen-
kennis en algemeene ondervinding
waarschuwen hen tegen vreemdelin
gen, die, eerst alleen, bij een vrolijk
gezelschap aanschuiven en goede
sier met hen makeD. Zulke klanten
„vergeten" dikwijls het geld.
Bedotterij uit a' moede, uit werke
lijke honger of dorst komt tegen
woordig niet meer voor. En in een
tijd van registreerkassa's is het be
zwaarlijk vol te houden, met een
bankbiljet, eerst opzichtig getoond,
betaald te hebben, als het vervolgens
tersluiks weer in den zak gleed. Een
bekende truc Is, zich te goed te doen,
te eindigen met een meegebrachte
van Rusland en zijn bondgenooten
liever vrede maken met Napoleon dan
eenen nieuwen veldtocht te beginnen
Wat er ook moge voorvallen, indien ik
ooit naar België terugkeer, 2al ik u
wel weten te vinden..Nu wordt het
tijd, dat ik u vaarwel zeg; mijn gezel
is een goede jongen, maar hij zou kun
nen ongeduldig worden, indien ik hem
langer deed wachten. Bovendien zal
ons regiment weldra door het dorp
trekken en ik zou niet gaarne te laat
komen Vaarwel en dat de Hemel u
bescherme 1
lk wilde antwoorden, maar de ont
roering ontnam mij de spmak
Moed geschept, mijn beste vriend,
sprak de Kozak, mij nog eens de hand
drukkende. Moed en geduld indien gij
uw vaderland wilt terugzien. Wees
I voorzichtig en houd altijd een oog in
't zeil De weg, die we nu volgen,
komt uit aan de groote baan, die naar
de Poolsche grenzen leidt. Wijk nooit
ver van die baan f, maar houd u
j toch in het woud, om alle slechte
j ontmoetingen te vermijden Ga dan
altijd rechtuit, totdat gij aan eene rivier
zult komen, we ke Polen van Rusland
scheidt. Eens over dit water, zijt gij
I nog wel niet in vrijheid, maar het erg-
ste is toch voorbij.. Vaarwel I
Ik besproeide met tranen van dank-
baarheid de hand die hij mij toerei i. te
i en stapte treurig voort De Kozak iiep
1 mij terug.
Hebt gij geld vroeg hij.
Neen...
Dit was wel te denken.. Gij zult
het wel noodig hebben. Gelukkig bezit
ik nog eenige roebels.
En hij reikte mij zijne beurs.
Neen I riep ik, dit ware misbruik
maken van uw goedheid, en ik zou
er mijn geheel leven lang spijt over
gevoelen.
Gij moet het aannemen, zeide
mijn redder, want gij weet niet hoeveel
waarde het voor u kan hebben. Zoo
gij blijft weigeren, om u te bewijzen
vlieg in het eten te leggen en zich
zoo op te winden, dat de chef het
geraden acht, den klant „zonder
meer" te laten vertrekken. Men
mocht er anders eens last mee krg-
gen! Voorts zijn er de gasten, die
van ouds hun verplichtingen nakwa
men, op een goeden dag gerant of
kellner een kleinigheid te leen vra
gen en sindsdien het lokaal mjjden
zonder de schuld af te doen.
Het slot is geljjk dat te Pargs ge
schiedde, ten tijde dat er af en toe
luchtalarm gemaakt werdterstond
bg het toedienen van spgs en drank
betalen om het degenen onmogelijk
te maken uit te kngpeD, die slechts
hierop wachten om het genoegen te
smaken voor niets gelaafd en gevoed
te zijn.
Gemeenteraad
Maashees-Overloon
Woensdag 11 Sept. nam. 4nur
Het lid Franssen was met kennis
geving afwezig.
1. NOTULEN; Deze werden onver
anderd vastgesteld.
2. INGEKOMEN STUKKEN; De
volgende raadsbesluiten werden door
Ged. Staten goedgekeurd:
Het wederverhuren van gemeente-
boerderijen aan Beunen, Thoonen en
Lange, en der gemeentewoningen
aan H. Hendriks en H. Metselaars.
Verder werd nog goedgekeurd het
verpachten van verschillende per-
ceelen grond aan diverse huurders,
De verkoop van grond aan J. Gerrits
werd eveneens goedgekeurd. Al deze
iogekomen stukken werden voor
kennisgeving aangenomen. Ingeko
men is verder een brief van den
Commissaris der Provincie, houdende
een opmerking inzake de nieuw vast
gestelde verordening veldwachters.
De aanmerking betreft de aanvangs-
wedde en de gratificaties. De Raad
gaat met deze wijzigingen accoord,
evenals met de nieuwe instructies
voor den directeur en het personeel
van den Keuiingdienst voor Waren
te Nijmegen.
De volgende subsidie aanvragen
kwamen binnenConsultatiebureau
te Vierlingebeek, de Provinciale
Noord-Brabantsche bond van het Wit-
Gele Kruis en de Noord BrabantBche
R.K. Blindenzorgvereen.
De Voorzitter stelt voor om deze
aanvragen aaD te houden tot bij de
begrooting 1941.
De Raad besluit adhaesie te be
tuigen aan de motie van den Raad
te Boxmeer, inzake de oprichting
eener streek-ambachtsschool aldaar.
In de kosten van oprichting wordt
door het Rjjk bijgedragen 70 pet,
door de gemeente Boxmeer 20 pet.
en 10 pet. door belanghebbenden.
Blijkens schrijven van den Com
missaris bestaat het voornemen tot
reorganisatie van het bouw-, woniDg-
en weistand-toezicht. op basis van
een gemeenschappelijke regeling. Op
voorstel van B. en W. wordt besloten
de beslissing inzake al of niet toe
treding tot deze regeling aan te
houden, in verband met het feit, dat
binnenkort onze gemeente zal ge
annexeerd worden.
3. Aanvraag aankoop grond.
Van A. v.d. Wegst te Overloon is
een aanvraag ingekomen om een per
ceel gemeentegrond te koopen in het
Schaartven.
De Voorzitter zegt, dat dit niet
mogelijk is, daar deze grond in huur
is bij W. Jeuken. Hij kan echter een
ander stuk koopen bjj Wejjmans.
B. en W. zullen met aanvrager
overleggen.
Aan M. Lemmen te Overloon zal
een perceel grond worden verkocht
nabjj M. Hendriks, Peelkant, aan
f 3 50 p8r are.
Gerrits is van meening om voor
een beginneling de prjjs niet te hoog
ie stellen.
De Raad kan zich dan ook ver
dat ik het gemakkelijk kan missen, zal
ik het ver van mij wegwerpen
Daar was niets tegen in te brengen;
ik nam het beursje en verborg het met
zorg in mijn binnenzak.
Nog eens drukten wij elkander de
hand, en nu voor goed op weg
Ik zou niet kunnen zeggen hoe
pijnlijk mij nu de eenzaamheid viel. De
Kozak zag er ook weemoedig uit toen
hij zich omkeerde om dorpswaarts te
stappen en het scheen mij toe dat hij
geweld deed om zijn ontroering te
verbergen. Het is zoo gemakkelijk niet
een land te vergeten waar men geboren
is en waar men de schoonste jaren
zijns levens heeft doorgebracht.
Ik draaide het hoofd om. Mijn wel
doener slapte altijd voort met gebogen
hoofd, als iemand die in diepe gedach-
i ten verzonken is... of die tranen stort.
Lang bleef ik staan, hopende dat hij
nog eens zou omzien en mij een laat-
sten groet zou toezend'.n. Hij verdween
zonder mii die vertroosting te gunnen.
Wal ging er om in dit verbitterd ge
moed
Nooit heb ik dien edelmoedigen man
weergezien. Langen tijd nadien hoorde
ik vertellen dat een Russische soldaat,
die in 1815 deel maakte van die schrik-
verspreidende legerkorpsen der „geal-
i lieerden" het huis van een inwoner van
B in brand stak en verklaarde, dat
j hij aldus handelde om zich te wreken.
Hij sprak goed Vlaamsch, doch niemand
heeft mij zijn naam kunnen zeggen.
Was het mijn redder
Meer dan eens heb ik den Heer ge
smeekt dat hij hem de genade zou
verleenen aan zijn wraakzuchtige ge
dachten te verzaken.
In het woud waar ik nu doortrok,
lag niet te veel sneeuw. Vier uren lang
stapte ik moedig vooruit en legde
tamelijk veel weg af. Zonder het klein
paadje te volgen, hield ik het altijd
goed in 't oog en ik zag van tijd tot
tijd ln 't rond om mij te verzekeren
eenigen met f 3 per are.
4. Verpachting van grond.
De raad besluit verder grond te
verpachten aan
P. J. Peeters en G. H. Swinkelste
Overloon groot 2.56 87 H.A. a f 30.
per HA., elk de helft.
J. G. Verhoeven en W. Beckers
een stuk grond groot 2 50.00 H.A.
elk de helft voor f 35.per H.A.
L. J. van Kempen, Overloon, een
stuk grond groot 2 H.A., afkomstig
van de boerderg van H. v. Schgndel
k f 30.— per H.A.
Wat de verpachting van een per
ceel grond groot 1.1816 H.A. tegen
f 35.per H.A. aan A. Klaassente
Overloon betreft, deze pachtprijs is
te hoog gebleken ln verband met de
mindere kwaliteit van grond. B. en
W. worden gemachtigd om ln over
leg met pachter een lagere prjjs
vast te stellen.
5. Wgziging heffing Couponbelas
ting.
B. en W. stellen aan den raad voor
om gebruik te maken van de be
voegdheid bjj de rentebetaling de
verschuldigde couponbelasting af te
houden. Zulks in verband met de
wjjziging der wet tot heffing van
een couponbelasting. Wordt goedge
keurd.
6. Vaststelling staat van oninbare
en nog te verhalen posten.
De raad gaat over deze vaststel,
ling in geheime zittlDg.
7. Voorloopige vaststelling der
gemeenterekening dienstjaar 1939.
Do voorzitter zegt, dat de ge
meente-rekening met de daarbjj be-
hoorende bescheiden gedurende 14
dagen voor eenieder ter Inzage heeft
gelegen.
De raad onderzocht vervolgens de
rekening post voor po3t, waarbjj de
noodige toelichting wordt verstrekt.
Het lid Jans zegt, dat 't hem voor
komt, dat de salarissen der ambte
naren te laag zjjn en zou deze
eeDlgzins willen opvoeren.
De Voorzitter zegt dit in een vol
gende vergadering te willen bespre
ken.
De Voorzitter verklaart waarom
het batig saldo dezer rekening
slechts f 83.61 bedraagt. Dit vindt
zjjn oorzaak in de volgende uitgaven
boven de aanvankeljjk geraamde be-
grootlDgsposten:
Luchtbescherming f 700; onderhoud
wegen f 1400; onderhoud gemeente
eigendommen f 1000; subsidie arm
besturen f 1000 en terugbetaling
financieels verhouding f 575.
De rekening wordt voorloopig
vastgesteld als volgt;
Gewone dienst. Inkomsten f 88415 03
uitgaven f 88331.42. Batig saldo
f 88.61.
Kapitaaldien8t. Inkomsten f 14077.69
uitgaven f 36867 80. NadeeUg saldo
f 22790.11.
De rekening van het Burgerljjk
Armbestuur wordt als volgt vast.
gesteld: voor Maashees met een
batig saldo van f 6131 en voor
Overloon met een nadeelig saldo
van f 122.41.
Rondvraag.
Bonants dringt aan op verkoop
van boomen.
De Voorzitter zegt hierover reeds
ln onderhandeling te zjjn getreden.
Op een vraag van Bonants aan
gaande verkoop van een strook grond
aan Fr. KerBten. Halte Holthees,
zegt de Voorzitter, dat B. en W.
ter plaatse zullen gaan zien.
Bonants stelt vervolgens voor om
aan M. J. van Abel voor den bouw
zjjner landarbeiders woning in plaats
van aan den Venraysche weg een
perceel ie verkoopen aan den Vier-
lingsbeeksche weg, nu de gemeente
daarover nog te beschikken heeft.
De voorwerker woont aan den Vier-
lmgsbeeksche weg veel beter, terwjjl
de grond aan de Venraysche weg
slecht is.
Weth. Crooymans is van meening,
Onrechtvaardig verkregen schatten brengen geen zegen
maar rechtvaardigheid redt van den dood.
(Spr. 10: 2).
In de tegenstelling schuilt de diep
zinnige wjjsheld.
Het resultaat van de onrecht
vaardigheid is precies het tegen
overgestelde van dat der rechtvaar
digheid. De volksmond zegt„on
rechtvaardig verkregen goed gedjjt
niet". Het brengt geen geluk aan.
Misschien wel luxe en confort en
z.g. vreugde, maar niet de ware
innerljjke vreugde, die immer, van
binnenuit komt. Vreugde, die niets
met lol, niets met lawaai, niets met
bedwelming of verdooving gemeen
heeft. De vreugde der wereld, ge
kocht met geld, houdt niet van stilte.
Zjj baart droeve morgens en rood
geschreide oogen. De ware vreugde
bloeit in de stilte van èen tevreden
hart. Zjj kan een mensch niet ont
stolen worden door armoe, tegen
slag, laster, kwaadspreken, onrecht
vaardigheden. Deze vreugde kan
evengoed genoten worden ln een
hooischelf met een kale boterham
en lauwe koffie, als in het weelderig
restaurant met kaviaar en champagne
Mogelijk nog beter en intenser. Dit
van binnenuit opgebouwde geluk
kunnen onrechtvaardig verkregen
goederen nimmer schenken. Integen
deel. Vruchten van de onrechtvaar
digheid zijn onrust en wroeging. Een
onrechtvaardig mensch is jachtwild
van den tyran hebzucht, die met zijn
knoet zwaait en met zjjn zweep
jaagt tot in den dood.
Onrechtvaardigheid is een der
kenmerken van dezen tjjd; een wrange
vrucht van het liberalisme. De on-
rechtvaardigen hebben een eigen
moraal gemaaktde z.g. zaken-
moraal: je bent wel gedwoDgen.
Een nieuwe vorm van onrecht
vaardigheid is het leven op kosten
van het geld, dat de leverancier
dat me geen gevaar dreigde.
Nu begon mij de honger te kwellen
Ik at een weinig beschuit met spek en
zette mij wederom op weg. Toen de
avond kwam, vond ik nergens een
schuilplaats en daar ik liever door
reisde, dan in de sneeuw te gaan lig
gen, bleef ik doorgaan, recht door,
tot middernacht.
Toen zag ik een kleine, bouwvallige
woning, waarin naast een groote hoop
stroo, een klein bankje stond. Het was
waarschijnlijk een jagershut. Ik sloot
de deur zoo goed mogelijk en kroop
in het stroo.
Ik begin te gelooven, dacht ik, dat
Onze Lieve Heer mij uit dit treurige
land wil redden Morgen avond, indien
de Kozak goed gerekend heeft en
vooral geen al te groote hinderpalen
in den weg slaan, zal ik over de Pool
sche grenzen zijn, eenige dagen daar
na kom ik in Oostenrijk en bevind mij
in 't midden van vrienden en bondge
nooten.
Weldra sliep ik in en droomde, dat
ik in mijn geboortedorp terugkwam.
IV.
IN POLEN.
Ik sliep niet lang. De begeerte om
zoo spoedig mogelijk een streek te
verlaten, waar elke inwoner het als
een roemwaardige daad aanzag een
vijand te mishandelen of te dooden,
dreef mij vooruit.
Na vijf of zes uur goed gestapt te
hebben, kwam ik aan den grooten weg
waarvan mijn vriend gesproken had,
omdat hij het waarschijnlijk zelf niet
wist, dat er hier nu en dan kleine
groepjes Kozakken verschenen, die
alles zorgvuldig doorzochten, gelijk de
jagers die op klopjacht zijn. Doch in
plaats van het wild zochten zij arme
Fransche soldaten, die zij uitplunder-
i den en dan half naakt op den bevroren
sneeuw lieten liggen.
dat die kwaliteit van gronden geen
gewicht in de schaal leggen, maar
wenscht hierover niets meer te zeg
gen, dit heeft h\j destjjds reeds ge
daan.
De voorzitter zegt, dat de raad
indertgd anders heeft beslist, doch
deze beslissing kan herzien worden.
Het voorstel vaD Bonants wordt
vervolgens ln stemming gebracht en
aangenomen met 5 tegen 1 stem.
De koopprijs werd bepaald op f 8
per are. Hierna sluiting met gebed.
Ingekomen en vertrokken
personen*
Van 6 tot 13 September
INGEKOMEN
M. Ortmeger, kloosterzuster, Olrlo
E 19b van Maasbree
G Tenhagen, idem, Overloonsche
weg 2 van Tegelen
J. W. Heesen en gezin, chauffeur,
Langeweg 22 van Boxmeer
W. de Jonge en gezin, restaurateur
Kamp A van 'sHage
J. M. C. Peeters, z.b., Heuvelstraat
3 van Tilburg
G. H. Schwachöfer, dienstbode,
Broekweg 17 van Venlo
P. J. A. van Rgr, landarbeider,
Smakterweg 5a van Bergen (L
J. J. de Graaf, marechaussee,
Langstraat 39 van Lelden
F. A. Toonen, id., id., van 'sHage
L. J. H. M. Loenen, bakker, Hen-
seniusstraat 6 van Venlo
C. Punselie, marechaussee, Lang
straat 39 van Rotterdam
P. H. van Leuven, dienstbode,
Olrlo E 36 van Meerlo
H. M. G. ArtB, idem, Hoenderstr.
25 van Arnhem
moest hebben. Onnoodlg uitstel van
afbetaling, omdat men zich eerst up
to date wil kleeden, aardig wil wonen,
een uitstapje maakt, aan alles mee
doen en als er wat overschiet ook
nog de bakker, de slager, de kruide
nier, de loodgieter, de manufacturier
enz. wel wil betalen. En hun wissels
En hun zaak Hun personeel Hun
gezin Hun uitstapje Kent gij hun
zorgen
Onrechtvaardig zijn zij, die carrière
maken door ander en Bllnkschte wip
pen, met of zonder kruiwagens. Deze
worden pienter genoemd, gladde lui.
Hun schatten zullen hen niet redden.
Hun sluwe vlucht langs het Leven,
kan niet verhLnderen, dat zij eens
het Leven zullen ontmoeten en zij
zullen ervaren dat Hg een correcte
Boekhouder is. Hij maakt 's menschen
balans op. Gelukkig
De rechtvaardigen, die het veel
moeilijker hadden en vaak voor suk
kels en tobbers werden gehouden,
zullen sluiten met een batig saldo
Alles te goedhet Laven. Dan zul
len zij genieten van het Leven Zelf.
De onrechtvaardlgen, die schijnbaar
van het leven genoten hebben, wat
ze konden, zullen van Het Leven
nooit génieten.
In de bergrede de bloemlezing
van het Evangelie Btaat een ver
pletterende vermorzeling voor de
hebzuchtigefa, die onrechtvaardigheid
niet schuwen „Zalig (d.w.z. geluk
kig in waren zin) zijn de armen van
geest". Die onthecht zijn aan het
stoffelijke, hebben tijd en liefde over
voor het geestelijke en zjj zullen zich
daaraan hechten en omhoog heffen
als een klimopsteeds vaster, steeds
hooger, tot bij Vader thuis.
S. L,
In groot gevaar van een verkeerde
richting te nemen, verwijderde ik me
tamelijk ver van de groote baan. Het
scheen mij overigens, dat als ik niel
rechts of links afweek, ik onvermijde
lijk aan de rivier moest komen.
De nacht verraste mij echter midden
in het woud. Ditmaal vond ik geen
hut, schuur of stal, waar ik den kou
den, snijdenden wind kon ontvluchten.
ln treurige gedachten verzonken, at
ik de helft der levensmiddelen, die ik
nog bezat en strekte mij dan uit op
het koude sneeuwbed
Wat schrikkelijke nacht I
Het geblaf van een hond of' het ge
hinnik van een paard vervulde mij met
vrees; dan beefde ik van angst, als ik
dacht dat tijdens mijn slaap de wolven
mij op het lijf konden vallen en ver
slinden. Ik kiom in een boom; doch
weldra dwong de koude mij naar be
neden te komen en omdat ik veen
koorden om mij vast le binden en al
slapende kon ik vallen en mijn nek
breken.
Het beste wat mij te doen stond
was den heelen nacht te waken. Ik
leunde met den rug tegen den stam
van een zwaren eik en sloeg met de
armen om mij een weinig te verwar
men.
Ontelbare sterren blonken aan den
blauwen hemel en zaaiden over het
witte sneeuwveld millioenen diamanten.
Dit alles verblindde mij en deed mijn
oogen schemeren. Mijn hoofd begon te
draaien en een soort van koorts over
viel mij. Weldra zag ik niets meer dan
vuur èn licht en lag zelf als wegge
smolten in die brandende massa.
Een zachte warmte doortrok mijn
lichaam en, aan den voet van een boom
neerglijdende, sliep ik in.
Wat een zoete droom, of beter, wat
troostend verschijnsel komt mij nu ver
kwikken 1 De glinsterende zomerzon
verschijnt aan het Oosten en zendt haar
gouden stralen over de aarde. Wat een
licht en wat aangename warmtel
M. Ch. Ciaassens, landarbeider,
Oude Oostrumscheweg 42 van Seve-
len Dl.
J. J. M. Janssen, apoth. ass. Paters-
Straat 35 van Hilversum
M. F. Thlesen, landbouwer, Olrlo
F 20 van Meerlo
J. Kockelkoran, meteraflezer, Hen-
seniusstraat 19 van Horst
H. G. Op 't Broek, marechaussee,
Langstraat 39 van Roermond
E Staal, id., ld., van Amersfoort
Ch. J. Rutten, z.b., Paterslaan 1
van Maastricht
F. A. van Haren, vertegenwoordi
ger, Grootestraat 35 van Nijmegen
H. F. A. Haffmans, ambtenaar
distributie, Groote Markt 11 van
Broekhulzen
G. Th, M. Rongen, dienstbod©,
Heijde I 5 van Maashees
Th. J. van Rooij, orderwjjzer, Oos
trum D 1 van Heesch
M. J. Brophy, kloosterzuster,
Eindstraat 10 van Kerkrade
P. C. M. de Rugter, Pater, Leun-
scheweg 1 van Weert
M. A. Weiten, kloosterzuster,
Overloonsche weg 2 van Tegelen
N. P. Nielen, Pater, Leunscheweg 1
van Heerlen.
VERTROKKEN
M. Gerdelmann, kloosterzuster,
naar Eist
J. L. Swinkels, landbouwer, naar
Sevenum F 77
M. M. A. Volleberg, dienstbode,
naar Venlo
A. P. J. Verhegeo, z.b., naar Zun-
dert
P. L. F. Emonds, 11, naar Nijmegen
Langeveldatraat 16
W. A. Hendriks, dienstbode, naar
Vught, Eikenlaan 1
G. C. J. Beiten, kapelaan, naar
Nijmegen, v. Slichtenhorststraat 91
W. F. M. C. Randag, Pater, naar
Baexem
J. H. M. Merks, broeder, naar
Lelden, Haagweg
B. J. M. Kotte, idem. naar Katwjjk
Th. J. C. Starrenburg, id., naar ld.
t\ J. Huihoven, Pater, naar Woer
den, Wilhelminaweg 13
Ik zie een groote malsche weide, waar
schoone vette koeien en huppelende
schapen grazen. Het groene tapijt waar
zij overloopen is met witte en geele
bloempjes besprankeld en met lommer
rijke fruitboomen beplant.
Witte hagedoornen bestrooien den
weg met de blanke sneeuw hunner
geurige t.loemen en daarginder, in dien
struik, zit een nachtegaal wiens wel
luidende gezangen mijn ooren streelen.
Hoe schoon is die moeshof daar Hij
is in kunstig afgeteekende bedden ver
deeld en langs de paadjes staan veel
kleurige bloemen die het oog verblijden,
Bloemen, overal prachtige en welrie
kende bloemen, overal zoetluidende ge
zangen. Vreugde voor de oogen, vreug
de voor de ooren, vreugde voor het
hart
Hoe schoon is voofal de kleine hoeve
die in dit groene nest als verdeken
staat 1 Ah ik herken ze wel 1 Daar
wonen mijn oudets daar ben ik geboren.
Een dikke rookwolk komt uit de schouw
en klimt zachtjes omhoog.
Op het dak zitten witte duiven, die
elkander ronkend vervolgen.
Dit alles herleeft in mijn geheugen
en staat mij helder voor de oogen.
lk zie mijne ouders, mijn zusters en
broeder. Allen zijn welvarend en ge
zond en komen mij met uitgestrekte
armen tegemoet
En ik ontwaak 1...
Ik ben met mijn gezicht op den hard
bevroren grond gevallen en het bloed
stroomt uit mijn neus. Maar goed. want
na eenigen tijd zou opstaan niet meer
gegaan zijn, daar mijn lichaam reeds
half verstijfd was.
Wordt vervolgd.