PTfPT Trixr MA AC
Jl iLiJuJu JjIi lYliLAij
•Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
Alleen Boter
„VENRAY"
boter
Gemeentelijke
Jeugd-registratie.
Het nieuwe raadhuis
te Wanssum.
Binnenland.
Provinciaal Nieuws
Zaterdag 13 Juli 1940Een en^Zestigste Jaargang No 28
7ADVERTENTIEPRIJS 1-8 regels 60 cent, 1 UITGAVE Fa. van den MUNCKHOF VENRAY 1 ABONNEMENTSPRIJS: voor Venray 65 ct.
Va ct. per regel, bij contract groote reductie. Tel. 512 Grootestraat 28 Giro 150652 buiten Venray 75 ct. per kwartaal. Afz. no. 5 ct.
is zeer fijne boter
O. L. Vrouw
„Behoudenis der Kranken"
OOSTRUM
In het begin van dit jaar, op
29 Januari, heeft het Departement
van Sociale Zaken een schrijven
gericht tot de gemeentebesturen
van die plaatsen, waar een Ar
beidsbeurs gevestigd is, om hen
te verzoeken om hun medewer
king tot oprichting van een bureau
voor Jeugdregistratie.
Hel gemeentebestuur van Ven-
ray heeft haar volle instemming
betoond met de plannen van het
Departement, waardoor zij be
wezen heeft, de nooden van de
tegenwoordige jeugd, vooral de
werklooze jeugd, te begrijpen.
Door het uitbreken van den
oorlog is de oprichting van het
bureau voor de Jeugd-registratie
uitgesteld moeten worden. Maar
nu, ondanks de moeilijkheden, is
het er toch gekomen, zoodat 15
Juli begonnen wordt met het
eigenlijke werk van de Jeugd-
registratie, het oproepen en con
tact zoeken met alle niet-schooi-
gaande jongens en jonge mannen
van 14 tot 21 jaar.
Wat is nu het doel van de
Gemeentelijke Jeugdregistratie
Wanneer men weet, dat de
jeugd geen sociaal houvast in
een goede organisatie heeft, dat
zij een deskundige leiding mist,
dan begrijpt men, dat deze jeugd
onverschillig wordt, dat zij afzakt,
dat zij heelemaal geen belang
stelling toont voor cultureel werk,
zooals jeugd- en kampwerk en
centrale werkplaatsen.
In haar schrijven aan de ge
meentebesturen gewaagt het De
partement hierover:
„Zeer veel jongeren hebben in
perioden van werkloosheid aan
den hier geschetsten arbeid deel
genomen. Echter moet helaas
worden vastgesteld, dat groote
groepen jongeren dit nog niet
deden. Nu kon echter de laatste
jaren worden geconstateerd, dat
in die gemeenten, alwaar de zorg
van gemeentewege, ten behoeve
van de hierbedoelde jongeren
was samengetrokken in een bij
zondere instelling, n.l. een bureau
voor Jeugdregistratie, het deel
nemen van de jongeren aan den
genoemden arbeid veel grooter
werd dan voorheen het geval
was.
Het bureau voor de Jeugdre
gistratie, zoo vervolgt de circu
laire, moet worden gezier. als
het centrale punt in een gemeente,
alwaar de belangen van de niet-
schooigaande jeugd worden be
hartigd, in het bijzonder voor het
geval deze jeugd met werkloos
heid heeft te kampen.
Door goede kennis omtrent
iederen jongen man, die bij het
bureau staat ingeschreven, zal
het mogelijk zijn, mede door zoo
mogelijk gebruik te maken van
voorzieningen op het gebied van
voorlichting bij beroepskeuze,
dat de leiding van het bureau
den jongen man met raad en
daad terzijde staat, hem o.a. bij
werkloosheid aanraadt aan cur
sussen, kampwerk e. d. deel te
nemen.
Hierdoor wordt bereikt, dat
betrokkene niet alleen in tijden
van werkloosheid aan zinvollen
arbeid deelneemt, maar bovendien
dal zijn geschiktheid om in het
vrije bedrijf te worden geplaatst,
wordt vergroot.
Door een goede samenwerking
van het plaatselijke bureau voor
Jeugdregistratie met de afdeeling
Cultureele zorg en Sociale Jeugd
zorg van het Departement kan
bereikt worden, dat deze afdee
ling over het materiaal de be
schikking krijgt, hetwelk noodig
is om landelijk die voorzieningen
te treffen, welke het meeste effect
voor de jonge werkloozen kunnen
sorteeren.
Geleidelijk zal dan tevens een
vorm van samenwerking, ook
voor de verwerking van het ver
zamelde materiaal, kunnen wor
den verkregen, welke aan het
gestelde doel zoo goed mogelijk
beantwoordt".
o—
Als uiteindelijk resultaat van
de bemoeiingen van het bureau
voor de Jeugdregistratie verwacht
men
1. een volledig overzicht van
de arbeidsmarkt van de jongeren
van 14 tot en met 21 jaar;
2. dat de werkgevers beter in
de gelegenheid zijn betrouwbaie
inlichtingen te krijgen bij sollici
taties van jonge mannen;
3. dat aan de jonge arbeiders
voorlichting wordt gegeven bij de
keuze van een beroep, in verband
met hun persoonlijken aanleg,
doch ook in verband met de
kansen op de arbeidsmarkt;
4. dat de jongeren voortdurend
worden herinnerd aan de moge
lijkheden, welke voor hen bestaan
om door het volgen van cursus
sen e.d. hun vakbekwaamheid te
vergrooten;
5. dat werklooze jongens wor
den gewezen op de verschillende
mogelijkheden, welke er voor hen
zijn om in perioden van werk
loosheid niet doelloos rond te
loopen;
6. dat de jongeren er in ster
kere mate toe worden gebracht
zich bij de Arbeidsbeurs te laten
inschrijven, waardoor, indien
tevens een speciale afdeelingvoor
arbeidsbemiddeling voor hen be
staat, de plaatsingsmogelijkheid
wordt vergroot.
- o—
Uit het bovenstaande blijkt
voldoende het groote nut van de
Jeugdregistratie.
Het is nu aan de jongens en
aan de ouders van de jongens
om hun volledige medewerking te
verleenen met de leiding van het
bureau, door het verstrekken van
de noodige inlichtingen, door
advies in te winnen bij het zoe
ken naar werk en bij de keuze
van een beroep.
Op deze wijze zal ook voor
de Gemeente Venray het bureau
voor de Jeugdregistratie een in
stelling blijken te zijn, die goed
en nuttig werk kan verrichten;
vooral in de huidige omstandig
heden, nu er weer zoovele thuis
zijn gekomen wegens de demo
bilisatie van het leger en uitzien
naar passend werk.
H.
28 Juni vergaderde de raad der
gemeente voor het eerst in hetnieuwe
raadhuis. Aanwezig waren alle leden
en de ambtenaren.
Alvorens de vergadering geopend
werd had de inzegening van het ge
bouw plaats. De notulen der laatste
vergadering werden goedgekeurd.
Aan de orde kwam het voorstel
van B. en W. om het raadhuis in
gebruik te nemen. De burgemeester
wees daarbij op het volgende:
De omstandigheden, waaronder
deze vergadering plaats heeft, zijn
heel anders dan wij verwacht, althans
gehoopt hebben. Het is geen tijd om
feest te vieren, veeleer een tijd om
na te denken wat was, wat is, wat
zijn zal.
Een nieuwe wereldoorlog is over
Europa gekomen, de groote mogend
heden strijden om zijn of niet zijn,
om geweldige staatkundige ensoclaal-
ecoDomische problemen. Het dultsche
leger is ten slotte plotseling met
groote macht en nog grooter snel
heid ons land binnengevallen om van
hieruit op te trekken tot den beslis-
senden slag tegen de eigenlijke vijan
den. Het leger van ons kleine land
kon den aanvaller niet tegenhouden,
het kon alleen onze nationale eer
verdedigen als onzijdige staat. Na
vijf dagen moest het de wapenen
strekken, om niet te overziene ram
pen voor de burgerbevolking te voor
komen.
Wij willen hulde brengen aan allen,
die in deze dagen hun plicht hebben
gedaan, vooral degenen met eerbied
en dankbaarheid gedenken, die daar
bij hun bloed en leven hebben op-
opgeofferd.
Wij willen ook God danken, dat hij
onze gemeente en de streek voor
verwoesting heeft gespaard.
Toch verkeert ook onze gemeente
zooals ons heele land, in groote
moeilijkheden. De regeering heeft
gemeend het land te moeten verlaten,
om vrij te blijven, om de belangen
van het overzeesche gedeelte van het
Rijk te kunnen behartigen, om te
kunnen werken voor het behoud
daarvan voor het moederland.
Onze Koningin voelde zich ver
plicht in het uur der uiterste nood
aan de bevelen van den Opperbevel
hebber van Land- en Zeemacht even
zeer te moeten gehoorzamen als de
minste soldaat.
De Opperbevelhebber heeft toen als
regeering aangewezen de secretaris
sen-generaal, waaraan later enkele
regeeringscommissarissen zijn toe
gevoegd. Het duitsche Rijk heeft
door de bezetting feitelijk alle macht
in handen gekregen hetgeen uitge
drukt werd door de benoeming van
den Rijkscommissaris voor Neder
land.
Volgens het volkerenrecht heeft
de bezetter het recht en de plicht
ervoor te zorgen, dat behoudens
eigen militaire belangen, het bezette
gebied overeenkomstig de belangen
der bevolking geregeerd wordt. Zon
der regeling en zonder onderwerping
aan de regeering is het niet moge
lijk, dat gedaan wordt wat in het
algemeen belang van ons land en
ons volk noodig is.
Er is ontzaglijk veel noodig. Veel
wat was is vernietigd, veel wat
thans meer dan ooit noodig blijkt is
in het verleden niet tot stand ge
komen, nieuwe nooden eischen
nieuwe maatregelen.
Het is niet denkbaar, dat een
moreel, sociaal, economisch en staat
kundig herstel plaats hseft, wanneer
de kracht der NederlandBChe volks
gemeenschap niet met veelvouden
wordt vermeerderd. Dit kan alleen
op die wijze geschieden, waarbij
allen eensgezind zijn in den wil, de
dienstbaarheid aan het algemeen
belang te aanvaarden, wanneer allen
eendrachtig samenwerken bij de toe
passing der maatregelen die alleen
uitkomst bieden, wanneer allen een
parig zich onderwerpen aan een
sterke leiding, die boven de standen
staat, die nauw aaneengesloten ieder
voor zich en onderling dit groote
werk zulien moeten uitvoeren.
Het algemeen belang, de nationale
eer moet boven alles gesteld worden.
Wat er gedaan moet worden moet
het Nederlandsche volk zelf doen.
Er mag niet gewacht worden totdat
dwang opgelegd wordt of totdat een
kleine groep, die niet beschouwd kan
worden ala de Nederlandsche volks
gemeenschap zal trachten dit werk
ter hand te nemen.
Noch formeele moeilijkheden noch
persoonlijke Bympathlën of anti-
pathlën, noch het feit dat men
vroeger anders heeft geoordeeld
mogen iemand weerhouden dat te
doen wat thans gedaan moet worden,
wat elders bewezen heeft doelmatig
te zijn, wat ook hier uitkomst zal
brengen mits aangepast aan Neder
landsche toestanden en uitgevoerd
op echt Nederlandsche wijze In den
besten zin van het woord.
Er zullen offers gebracht moeten
worden, maar laat ons bedenken,
dat wie geen offers bijtijds wil bren
gen, kans loopt alles te verliezen,
dat ongebreidelde vrijheid de onder
gang beteekent van de ware vrijheid,
dat wie de dienstbaarheid aan de
gemeenschap niet aanvaardt zal zien
dat zijn eigen belangen in het ge
drang komen, dat, wie niet met
allen wil samenwerken spoedig hulpe
loos alleen zal staan.
Het is niet zoo moeilijk, want
zonder het zelf duidelijk te beseffen
zijn wij reeds eerder onder den drang
der omstandigheden op menig ge
bied de goede richting ingedreven.
Het Nederlandsche volk is wel eens
klein geweest in tijden van voor
spoed en heeft zijn krachten laten
verslappen, maar in tijden van na
tionale rampen was het devies„Ik
zal handhaven", geen holle leuze,
kwam een einde aan de zelfzucht
die het algemeen belang in gevaar
bracht en aan de verdeeldheid die,
geheel overbodig, vruchtbare samen
werking in de weg stond.
Ook thans is het uur gekomen
om de eensgezindheid op staatkun
dig gebied tot stand te brengen en
onbaatzuchtig samen te werken bij
het herstel van tucht en orde, van
vlijt en eerlijkheid, van nationale
fierheid en vooral om allen een be
staan te waarborgen.
Er zal hard gewerkt moeten wor
den. Laat ons eerbied hebben voor
den arbeid, alle arbeid verricht
binnen de palen van Gods wetten
is dienst aan de gemeenschap en
adelt den mensch. Het eerste en
hoogste gebod blijft nog steedsGod
eeren en de menschheid zijn
schepping dienen. Een eerste
verelschte Is derhalve dat voorwerk
gezorgd wordt en wel vooral voor
degenen die, hetzij a's zelfstandigen,
hetzij als gezinshoofden recht op
arbeid kunnen doen gelden, terwijl
anderen zullen moeten werken in
het belang van eigen bekwaamheid,
van hun opvoeding om later op de
meest nuttige wijze voor zich zelf
te kunnen zorgen en de gemeenschap
te dienen.
Tal van andere groote vraagstuk
ken moeten thans tot oplossing ge
bracht worden en wei ten spoedig
ste.
Wanneer daarbij gerekend kan
worden op de noodige bereidwillig
heid, om offers te brengen, op de
noodige dienstbaarheid aan onze
volksgemeenschap, op de noodige
durf en voortvarendheid, op eens
gezinde samenwerking en onderwer
ping aan de onmisbare sterke leiding,
wanneer afgezien wordt van alles
wat tot nu toe verdeelde en daar
door de kracht van ons volk ver
zwakte en opstandigheid in de hand
werkte, wanneer spoedig de meest
bekwame personen, uitsluitend het
algemeen belang voorop stellend, het
eens zullen zijn geworden, wat be
treft richting en leiding, dan kunnen
wij hopen dat Nederland Nederland
blijve, overeenkomstig zijn aard en
zijn geschiedenis, niet meer niet
minder, dan kan ook het aloude
Ideaal der natie, verbonden aan het
huls van Oranje en de persoon van
onze geëerbiedigde Koningin in toe
komst recht wedervaren.
Moge hare woorden van 27 Januari
1939„Draagt elkanders lasten,
zoekt de eenheid, dient de gemeen
schap, beginne een ieder terstond
en bij zich zelf", niet vergeten
worden door degenen, die in dit
nieuwe raadhuis zullen werken .of
tot beraadslaging bijeenkomen tot
heil van de gemeente, het gewest,
het Vaderland.
Nadat de Raad met deze woorden
van den voorzitter zijn algemeene
instemming had betuigd, werd be
sloten het raadhuis in gebruik te
nemen.
Nadat mededeeling was gedaan
van enkele administratieve stukken
werd behandeld het verzoek van het
R. K. Kerkbestuur Wanssum om
subsidie in herstel der torenklok.
De gemeente zal de helft der kosten
betalen.
Het verzoek salaris verhooging
kantonniers wordt afgewezen, zoo
noodig zal gelegenheid tot bijver
dienste worden gegeven, waarbij op
de samenstelling van het gezin zal
gelet worden.
De kohieren van hondenbelasting,
hand- en spandiensten en weidegeld
worden vastgesteld. Gewijzigd wordt
ambtenarenreglement en veldwach
ters verordening overeenkomstig
wenschen van het departement.
Een wijziging der begrootiog 1939
en 1940 alsmede het voorstel tot
verleenen van B-steun wordt goed
gekeurd.
Het salaris der ambtenaren zal
pas definitief vastgesteld kunnen
worden als blijkt, welke werkzaam
heden de toestand voor dezen nog
zal meebrengen en welke vergoeding
daarvoor gegeven zal worden.
Nadat bij de rondvraag nog enkele
onderwerpen betreffende wegen ter
sprake waren gekomen, wordt de
vergadering gesloten.
ZUINIG MET BOUW
MATERIALEN.
De commissie voor ten uitvoerleg
ging van de wet ter bescherming
van de nationale oeconomie heeft
bevolen, dat alle bouworders van
overheidsinstanties moeten worden
stopgezet of ingekrompen.
Uitzonderingen worden gemaakt
voor orders van de weermacht en de
spoorwegen, voor het aanleggen van
wegen en het bouwen van fabrieken
en voor de bouwwerkzaamheden in
de mijnen.
Deze maatregel wordt verklaard
uit het gebrek aan bouwmaterialen
vooral tengevolge van storingen bij
den invoer.
DE HOUT A AN VOEREN
UIT DE OOSTZEE.
Volgens berichten uit Stockholm
verwacht men in scheepvaartkringen
aldaar, dat binnenkort de versche
pingen van hout van Leningrad,
Finland en Zweden naar Dultschland
weer zullen plaats vinden.
Men neemt tevens aaD, dat ook
Nederland dan weer op flinke hout
leveranties kan rekenen.
SCHOENEN WEER
VERKRIJGAAAR.
Inkomstengrens vervalt.
Naar de Tijd verneemt is de dis
tributie van schoenen thans zoo ge
wijzigd, dat iedereen, ongeacht de
grens van zijn inkomen, een paar
nieuwe schoenen kan koopen.
Geldig blijft evenwel de bepaling,
dat men kan aantoonen over niet
meer dan één paar schoenen te be
schikken, dat gerepareerd moet wor
den. Bovendien moet men bij de
aangewezen Instantie een formulier
invullen en onderteekenen.
Bezit men een paar werkschoenen
en één paar wandelschoenen, welke
gerepareerd moeten worden, dan ook
kan men op vertoon van een bon
een nieuw paar van deze categorie
schoenen verkrijgen.
Militairen in werkelijken dienst
kunnen schoenen koopen op vertoon
van hun zakboekje.
HET AANTAL OORLOGS
GEWONDEN.
De generaal-majoor van de Roemer»
inspecteur van den geneeskundigen
dienst der landmacht verklaarde Id
een onderhoud:
In het begin had men den Indruk,
dat het aantal oorlogsgewonden veel
grooter was, dan het later inderdaad
bleek te zijn, dank zij het feit, dat
de gebeurtenissen hier te Jande zeer
spoedig tot het einde voerden. Het
zullen er ongeveer 900 zijn, gewon
den wel te verstaan, van wie het
overgroote deel tenslotte reeds een
algeheel herstel bereikt heeft of nog
kan bereiken.
Het aantal van hen, die een arm
of been missen, of door ander letsel
tot deze groep moeten worden ge
rekend, is gelukkig zeer gering; het
zullen er niet meer dan een vijftig
of zestig zijn, voor zoover wij thans
kunnen overzienwant er komen nog
een vijf honderd soldaten uit Frank
rijk en het spreekt vanzelf, dat wij
op het oogenbllk niet kunnen nagaan
hoeveel er daaronder zijn, die medische
hulp behoeven, en in welke mate.
PEELONTGINNING.
De Peelwerken worden
voortgezet.
Onlangs kwam onder voorzitter
schap van den Commissaris der Ko
ningin, mr. dr. W. G. A. van Sons-
beeck, het bestuur der Stichting
„Binnenkolonlsatie", de provinciale
Limburgsche Ontginnin gsmaatschap -
pij, te Maastricht bijeen.
Uit het verslag van den Burge
meester van Sevenum, die als direc
teur der Stichting optreedt, bleek,
dat de groote ontginning van woes
te Peelgronden in de gemeente Se
venum, ook na het uitbreken van
den oorlog met kracht is voortge
zet. In het complex van 400 ha.,
hetwelk het eerst werd aangepakt,
zijn de wegen en waterlossingen
nagenoeg alle gereed, een opper
vlakte van plm. 300 h a. is reeds
ontgonnen en de eerste proefboer-
derij is eveneens vrijwel voltooid.
Een negental kavels, welke voor
de eerste maal reeds met goed ge
volg zijn beakkerd, zullen thans
worden verkocht, zoodat binnenkort
de jonge boeren aldaar aan den slag
kunnen gaan.
Om de verruiming van vestigings
mogelijkheden ook elders te bevor
deren, werd besloten de werkzaam
heden in geheel Limburg te blijven
activeeren, o.a. door de bevordering
van omvangrijke ruilverkavelingen.
Coöp. Roermondsche Eiermijn
Verschenen is het jaarverslag 1939
van de Coöp. Roermondsche Eiermijn,
waaraan wij het volgende ontleenen:
Het aantal afdeelingen bleef contact
nl. 245, terwijl het ledental steeg en
op 31 Dec. 1938 19816 bedroeg. Vele
afdeelingen herdachten hun 25-jarig
bestaan.
Tengevolge van den oorlog en de
daarmede gepaard gaande stijging
der prijzen van de voederartikelen
liep de productie terug en werd het
verwachte kwantum van 300.000.000
eieren niet bereikt. De aanvoer was
echter 30 mlllioen stuks hooger dan
de hoogste aanvoer in de vooraf
gaande jaren. De elerprijzen waren
gedurende de eerste 5 maanden van
1939 hooger dan in de correspondee-
rende maanden van 1938. Daarom
werden de prijzen lager dan in het
voorafgaande jaar, zoodat de gemid
delde prijs ongeveer gelijk werd aan
dien van het vorige jaar. De ren
tabiliteit der Pluimveehoudersdag
stemt niet tot bijzondere tevreden
heid.
In het jaar 1939, het 35ste van
haar bestaan, heeft de C. R. E. de
hoogste aanvoer mogen boeken, n.l.
286l/t millioen kippen- en eenden
eieren en toch uit het gebied van
den N.C.B. 208 1/4 millioen en uit het
gebied van den L. L. T. B. ruim
781/4 millioen stuks.
In vergelijking met 1938 steeg de
totale aanvoer met 138 pet. Het aan
tal eendeneieren liep sterk terug nl.
van 614.547 in 1938 op 278,224 in
1939.
De totale omzet In de laatste 5 jaar
bedroeg
1935 203a/< mlllioen.
1936 199 millioen.
1937 2117, millioen.
1938 2507, millioen.
1939 2867, mlllioen.
De gemiddelde netto uitbetaalde
prijs over 1939 bedroeg f 3.65. Het
totaal bedrag dat netto aan de leden
werd uitbetaald was f 10.453.909.83
tegen f 8.391.114 06 in 1938.
De netto uitbetaalde prijzen over
de laatste 5 jaar bedroegen:
1935 f 2.46; 1936 f 2.96; 1737 f3.47;
1938 f 3 55; 1939 f 3.65.
Het bedrijf der C.R.E. is hoe lan
ger hoe meer gemechaniseerd. Het
is dan ook niet te verwonderen, dat
bij een wekelgkschen aanvdbr van 8
tot 9 millioen eieren zich gebrek aan
plaatsruimte doet gevoelen en een
aanmerkelijke uitbreiding van de
gebouwen der C.R.E. noodzakelijk
wordt.
De hengelaar symbool van
goeden Nederlander»
In het aardige Maasbode-rubriekje
„Onder Ons" wordt een bespiegeling
gewijd aan den Nederlandschen hen
gelaar.
Na gewezen te hebben op de
groote schade aan den vischstand
tengevolge van de strenge vorst
vervolgt de schrijver o.m.
Maar de hengelaars betrokken
even trouw hun post aan den water
kant, of in de groengeverfde roei
bootjes, zij zitten met dezelfde ver
wachting van altijd te turen naar
hun dobbers en genieten trouw de
spanning van een oogenblikje beet.
Op dezen stralenden zomermiddag
vertegenwoordigen deze hengelaars
hun volk, duidelijker en inniger dan
zij zelf wel weteD, Hun traag en
stil vermaak weerspiegelt den een
voud van het goede Hollandsche
leven, hun zwijgzaamheid en taai
geduld zijn wezenlijke verworven
heden van onzen landsaard.
En daar komt nu nog Iets bij.
Ook de kans op een slechte vangst
bij een zoo gehavenden vischstand
als die van dit jaar heeft ze niet
thuis kunnen houdeD. Welgemoed
en vastberaden steken zij den hen
gelstok over den rietkraag en laten
zij het dunne snoer zakken tusschen
het kroos. Zij zetten door, ook als
de omstandigheden tegen zijn, dapper
volharden zij ook bij schamel gewin.
En dan overweeg ik, hoe deze
hengelaars misschien nog meer ver
tegenwoordigen dan de deugden van
hun volk. In hun vertrouwen en
hun stille bereidvaardigheid doen zij
aan die andere visschers denken,
die het net uitwierpen enkel op het
woord van hun Heer.
VENRAY, 13 Juli 1940
NEDERLANDERS.
De Rijkscommissaris voor het be
zette Nederlandsche gebied, Rijks
minister Seyss Inquart heeft In zijn
te Rotterdam gehouden rede uit
drukking gegeven van zijn bijzondere
voldoening, daar hij thans de ge
legenheid heeft tot het In het leven
roepen van een KINDERACTIE
VOOR KINDEREN VAN BEHOEF
TIGE NEDERLANDSCHE GEZIN
NEN, en zijn dank te kunnen toonen
voor de in de na-oorlogsjaren van
Nederlandsche zijde doorgevoerde
kin derhulpactie voor Oostenrijksche
kinderen.
Toentertijd waren duizenden Oos
tenrijksche kinderen voor ontspan
ning in Nederland. Thans heeft de
Rijkscommissaris toegezegd dat 6000
KINDEREN NAAR DE MOOIE
GOUW OPPERDONAU (SALZ-
KAMMERGUT) kunnen gaan.
Met de voorbereidingen voor deze
reis is het Nederlandsch-Dultsch
Comité gereed.
De eerste vacantletreinen voor
deze ontspanning behoeftige kinde
ren kunnen vertrekken op 15 Juli a.s.
De duur van het verblijf is gerekend
tot October, zoodat een absolute
ontspanning gewaarborgd Is.
In Oostenrijk staan de kinderen
onder toezicht van Nederlanders,
Bovendien staan alle kinderen onder
geneeskundige controle, en worden
ondergebracht in vrijgemaakte hotels,
vacantieoorden en bij gegoede fami
lies, en wel uitsluitend in de meest
mooie gedeelten van Opper-Oosten-
rijk. Op verren afstand van den
oorlog 8n zijn gevolgen kunnen en
zulien zij genieten,
Uitsluitend uit sociaal oogpunt
worden de kinderen uitgezocht, d.w.z.
die kinderen die een ontspanning
het meest noodig hebben. De politieke
en godsdienstige richting der ouders
speelt hierbij geen rol.
Ds gouw Opperdonau zal alles doen
wat in haar vermogen ligt te ver
goeden wat Nederlanders destijds
voor de Oostenrijksche kinderen
hebben gedaan.
AANMELDING.
De ouders moeten zoo spoedig
mogelijk opgave doen bij den burge
meester van hun gemeente. Er mag
niemand geweigerd worden.
Om transportredenen mogen op het
oogenbllk maar 6000 kinderen wor
den opgenomen. Men wende zich in
geval van twijfel tot het Neder-
landsch Centraal Bureau voor de
kinderactie Nederland—Ostmark,
Dod Haag, Binnenhof 19, Telefoon
18 38.20, toestel 26.
Nederlandsch Centraal Bureau
voor de Kinderactie
NederlandOstmark.
De Burgemeesters van Venray
brengt ter openbare kennis, met
verzoek opgave van kinderen, die
nog niet zijn opgegeven alsnog ten