Hel bloedige
Schaakspel.
Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
Alleen Boter
is boter
„VENRAY"
boter
Buitenland.
op reis
met een
u£ccru
V. PIJLS
Zaterdag 13 April 1940]
Een en Zestigste Jaargang No 15
PEEL EN MAAS
ADVERTENTIEPRIJS1-8 regels 60 cent,
7Va ct. per regel, bij contract groote reductie.
UITGAVE Fa. van den MUNCKHOF VENRAY
Tel. 512 Grootestraat 28 Giro 150652
ABONNEMENTSPRIJS: voor Venray 65 ct.
buiten Venray 75 ct. per kwartaal. Afz. no. 5 ct.
is zeer fijne boter
Neutrale Volkeren zijn dé stukken, waarmede de
grootmeesters elkaar mat pogen te zetten.
De verbijstering over het geweld
en onrecht, dat in deze dagen
opnieuw, thans weer anderen,
neutralen volken wordt aange
daan, moeten we terugdringen,
want we hebben ons rustig
hoe zal 't mogelijk zijn te
bezinnen over wat er nu weer
doende is.
We moeten in meerderlei op
zicht ons een oordeel vormen, al
ware het maar uit eigenbelang.
Dan kunnen we ons bedacht
houden op de dingen, welke
mogelijk blijken.
Van den oorlog in onze dagen
schijnt gezegd te kunnen worden,
wat altijd ten aanzien van den
Dood heeft gegolden: hodie tibi
eras mihi. Heden gij, morgen wij
(ik).
Laten we het wèl in het oog
houden, dat de nieuwe feiten
reeks begonnen is met het leggen
van mijnen door marine-strijd
krachten der geallieerden in
Noorsch territoriaal water.
In Duitschland heeft men daar
vreeselijk over getoornd, maar
deze partij mist het recht om er
over te oordeelen. Duitschland
heeft herhaaldelijk, tevoren, de
rechten van andere volken met
voeten getreden: we herinneren
aan de overweldiging van Tsje-
choslowakije en van Polen; we
herinneren aan de wijze waarop
de Duitschers marine reeds lang
ter zee eigendommen en levens
van neutralen vernietigt; we her
inneren aan Duitsche schendin
gen van neutraal rechtsgebied,
b.v. aan het beschieten van neu
trale vliegtuigen boven het eigen
neutrale land (België en Neder
land) en aan het wegsleuren van
Nederlanders en twee Engelschen
van Nederlandsch grondgebied.
Duitschland heeft, wat den
eerbied betreft voor het interna
tionale recht, niets te zedemees-
teren over anderen.
Er zijn voorts machtige „neu
tralen", die ook beter doen om
met hun beboterd hoofd niet in
het zonnetje van het internatio
nale recht te gaan staan: we
denken aan Rusland en aan
Italië.
Toen de geallieerden mijnen
legden in de Noorsche territo
riale waren, deed men in Rome
vreeselijk verontwaardigd.
De „Tribuna" b.v. schreef, dat
de Engelschen en Franschen,
behalve dat zij het volkenrecht
met voeten treden, een zeer
ernstigen aanslag op de belangen
der neutrale landen doen.
Ziet: het tijdstip, waarop de
Italianen bemerken, dat er aan
slagen worden gepleegd op de
rechten van neutralelanden, dis-
qualificeert het thans uitgespro
ken oordeel.
Wie het geweld niet tellen,
dat jegens Abessinië werd be
gaan en Albanië, wie de Oosten
rijkers bij hun overweldiging aan
hun lot overlieten, wie slechts
hoon en verachting over hadden
voor de Tsjechen, toen dezen
zich hun onafhankelijk bestaan
ontroofd zagen, wie hun politieke
vriendschap met de Polen heb
ben verraden, toen dezer land
verwoest werd, wie voor de
zwakke aangevallen Baltische en
Finsche volkeren nog geen partij
durfden kiezen tegen de zoo ver
achte Russische communistische
imperialisten, die moeten niet
doen, alsof toen pas recht en
vrijheid van neutrale volkeren op
ernstige wijze werden bedreigd,
toen Engeland en Frankrijk op
duidelijk aangewezen plaatsen
mijnen legden in Noorsche wa
teren 1
Neen, we willen de handel
wijze der geallieerden niet ver
ontschuldigen, integendeel: we
veroordeelen ze ten scherpste.
Maar de eenigen, die ter zake
rechtvaardig oordeelen en recht
van protest hebben, dat zijn de
kleine neutrale staten van Europa,
die sedert maanden ^worden be
dreigd en niet slechts enkel van
de zijde der geallieerden.
We veroordeelen de geallieer
den om wat ze deden, omdat we
recht recht heeten. We veroor
deelen, omdat het recht van
anderen nooit mag worden opge
offerd aan het belang, dat men
zelve heeft. Een schending van
recht van anderen, hoe gering
deze schending ook moge zijn
en hoe groot het belang van de
andere partij daarbij ook weze,
is en blijft onrecht.
En daarom veroordeelen we
de eigen gerechtigde daad der
geallieerden, die mijnen legden
in de Noorsche territoriale wa
teren.
Maar we hebben en houden
oog voor realiteiten. Het leggen
der mijnen in de Noorsche ter
ritoriale wateren bedreigde niet
de levens van neutralen en was
een oorlogsdaad van de eene
oorlogvoerende partij tegen de
andere.
Toen deze daad werd gesteld,
waren van het kleine Noorsche
volk (21/2 millioen zielen) reeds
meer dan 400 kloeke zeelieden
ten offer gevallen aan de Duit
sche strijdmachten ter zee.
Het antwoord van Duitschland
op de schending der Noorsche
neutraliteit door de geallieerden,
is een nieuwe inbreuk geweest
op de neutraliteitsrechten van
volkomen ook in het nieuwe
conflict onzijdige staten.
Duitschland laat systematisch
de neutralen boeten, voor wat
een machtige tegenstander het
aandoet. De heele oorlogvoering
ter zee is er het bewijs van. En
ook nu weer moest Denemarken
in de eerste plaats, weldra ge
volgd door de andere Scandina
vische rijken, den prijs betalen;
het zijn landen, waarmee noch
Engeland of Frankrijk, noch
Duitschland eenig geschil had
den.
Een oorlog werd niet verklaard,
onverwachts, in den donkeren
nacht, togen Duitsche legers en
marine-strijdkrachten uit om het
neutrale land te overweldigen.
Duitschland heeft op elke daad
zijner tegenstanders - zooals 't
zelf trotsch erkent een ant
woord klaar. Maar het is steeds
een antwoord, dat den mach-
eigen tegenstander onverlet laat
maar kleine, onzijdige volkeren
doet sidderen en in de grootste
ellende dompelt. Met dapperheid
en krijgsmanseer heeft zulk ant
woord niets gemeen.
Het is niet onze bedoeling om
te dezer plaatse de ontwikkeling
te schetsen van de gebeurtenis
sen, welke heel Scandinavië in
den oorlog hebben betrokken;
men zie daarvoor onder de ru
briek „buitenland".
We willen hier slechts con-
stateeren, hoe gevaarlijk een
neutraliteits-positie is in het hui
dige conflict.
Ook de onze.
Het gaat er niet enkel om
zelfs niet in de eerste plaats
of een neutraal volk, zijn neutra-
liteitsplichten onverlet nakomt,
maar ook ja: vóóral of
zijn afzijdigheid al dan niet een
belang der oorlogvoerende landen
is.
De feiten hebben het uitge
wezen: noch de eene noch de
andere partij zal onze rechten
ontzien, wanneer het zich met
een schending dier rechten ge
baat acht.
De Scandinavische rijken, in
het bijzonder Denemarken en
Noorwegen, missen een weer
macht, welke in staat is om een
onverwachten vijandelijken stoot
op te vangen.
Wat dat betreft, verkeeren wij
in een andere en gunstiger po
sitie. Onze weermacht moet van
dag tot dag, Vvan uur tot uur
paraat blijven.
Een aanval, van welke kant
hij ook ondernomen worde, moet
kunnen worden opgehouden, tot
de groote vreemde strijdmacht,
welke door den loop der gebeur
tenissen automatisch tot mede
stander wordt gemaakt, zich aan
onze zijde kan hebben geschaard.
Als onze eigen weermacht tot
tijdelijken weerstand aan een vij
andelijken inval in staat is, ver
valt daarmee elk voordeel, dat
een schending van onze neutra
liteit voor een der oorlogvoeren
de partijen zou kunnen hebben.
Slechts leger en vloot kunnen
ons buiten den oorlog houden,
op „rechten" alleep kan geen
vrij en onafhankelijk bestaan
meer steunen.
Willen we buiten den oorlog
blijven, dan moeten wij erop
bedacht zijn, dat we er elk
oogenblik in kunnen worden be-
trokken.
Oorlogs-verklaringen worden
niet meer gedaan. Als een oor
logvoerende er belang bij heeft,
verrast deze ons volk en onze
weermacht op een onverwacht
moment in den slaap.
En daarom mogen we bij
wijze van spreken geen oogen
blik slapen vóór de vrede is
geteekend.
Md.
DE ALGEMEENE
TOESTAND.
DE ONDERGANG DER
VRIJHEID.
De rrj der geknechte en gemartel
de volken is in slechts' enkele jareD
tijds op angstwekkende wijze ge
groeid Abessinië, Oostenrijk, Tsje-
cho-Slowakge, Albanië, Polen, 'Est
land. Letland, Finland, Denemarken,
Noorwegen....
Wie volgt
En dat alles om het onrecht van
Versailles te herstellen Het zou
wat
En nu is enkel Duitschland nog
maar aan de beurt van nemenals
Duitschland den oorlog wint, zal
Italië om zijn portie komen en
Rusland en Japan.
Dat zijn de „jonge" of verjongde
volkeren der wereld, die recht zeg
gen te hebben op levensruimte ze
dreigen alles en allen te verslinden,
tot ze aan elkaar zijn toegekomen
en dan pas zal de oorlogshei opz'n
hevigst laaien.
Voor het oogenblik zijn weer twee
kleine volkeren hopen we voor
slechts tijdelijk in boeien geklon
ken Zweden en Noorwegen.
Ze zijn
verpletterd tusschen het
geweld
dat van beide kanten der oorlog
voerende partijen werd uitgeoefend.
Hoe men de zaken ook bekijkt: de
geallieerden hebben ook schuld aan
dit drama.
Het leggen van mijnen in Noorsch
territoriaal water, was een welbe
wuste en tevoren weloverwogen
schending van de rechten eener
kleine natie. Een schending, welke
werd begaan, ómdat deze natie klein
was. Albion moge machtig zijn, het
zal geen mijnen laten leggen in het
kustterritoir der Vereen. Staten,
van Rusland of van Italië
Men kan voor Engeland en Frank
rijk verzachtende omstandigheden
aanvoeren en beloogen, dat zij ge
tart zijn door voortdurende grove
schendingen van het internationale
recht door de Duitschers men kan
zeggen, dat de geallieerden zich zelf
in het nadeel zouden hebben ge
bracht, indien ze de tegenpartij niet
met gelijke wapenen aangrepen.
Men kan er op wijzen, dat het
leggeD van mijnen op aangeduide
plaatsen in de Noorsche wateren
niemands leven bedreigde. Alles goed
en wel, maar deze daad der ge
allieerden heeft Duitschland het
voorwendsel
aan de hand gedaan om tegen De
nemarken en Noorwegen op te tre
den en deze weerlooze volkeren te
overweldigen.
Mogelijk zelfs hebben de geal
lieerden een dergelijke, zij het niet
zoo snelle en scherpe, Duitsche
reactie voorzien, en hebben zij haar
wellicht gewenscht, teneinde aldus
een tweede front te land te ver
krijgen tegen de Duitschers, een
front, waarop de strijd gemakke
lijker tot ontwikkeling zou zijn te
brengen dan aan de Duitsch
Fransche grens.
Hoe dat ook zij, de wijze waarop
Duitschland reageerde, verdient nog
veel scherper veroordeeling dan de
onrechtmatige daad der geallieerden;
actie en reactie staan in geen enkele
verhouding tot elkaarde actie der
geallieerden benadeelde rechtstreeks
sen oorlogvoerende partij (Duitsch
land), de reactie vernietigde in één
slag het bestaan van twee vrije,
onafhankelijke volkeren, die slechts
één wensch hadden, n.l. met beide
groepen van oorlogvoerenden gelijke
en vriendschappelijke betrekkingen
te onderhouden.
Pers en radio hebben zooveel be
richten verspreid over de feiten,
welke we hiervoren op het oog had
den, dat we daaromtrent kunnen
volstaan met een zeer
kort resumé*
Reeds Zondag j.l. werd bekend,
dat de Duitsche oorlogsvloot op-
stoomde in noordelijke richting, ge
volgd door tientallen trawlers, eenige
groote en vele kleine troepen-
transportschepen, tesamen tot een
getal tusschen 100 en 150 liggende.
In den nacht van Zondag op
Maandag werd via de Duitsche ge
zantschappen aan de regeeringen
van Denemarken en Noorwegen de
eisch gesteld om Duitsche troepen
het land te laten bezetten en onder
militair bestuur te laten nemen „ter
bescherming van de neutraliteit van
Denemarken (en Noorwegen)".
Meteen werd aangekondigd, dat
deze „bescherming" zoo noodig met
geweld zou worden opgedrongen,
want elk verzet zou worden ge
broken.
De Deensche regeering capitu
leerde aanstondsde Duitsche troe
pen trokken in Sleeswgk over de
grens de Deensche eilanden werden
bezet door landingstroepen van de
vlooteen gelijk lot onderging de
hoofdstad Kopenhagen. In den loop
van nog denzelfden dag was heel
het Deensche territoir in handen van
het Duitsche leger.
De koning wendde zich des na
middags in een radio-rede tot zijn
volk, het mededeelende, dat hij en
zijn regeering onder protest zich
badden moeten schikken naar het
geweld. Hg riep de bevolking op tot
rust en kalmte, het vragende om in
dit uur te denken aan
Denemarken, enkel aan
Denemarken.
Tot goed begrip van zaken diene,
dat Denemarken en Noorwegen niet
over doeltreffende middelen tot ver
dediging beschikken. Deze landen
hadden dan ook niet gemobiliseerd.
Het jaarlijksche contingent troepen
bedraagt in Denemarken slechts
8500 man, in Noorwegen 12.000 man_
De Noren hebben zich in de eerste
instantie tegen de Duitsche eischen
verzet, maar natuurlijk kon de af
weer iu het begin geen oogenbiik
doeltreffend zijn, al wordt die ook
steeds beter. Maar zelfs al zou de
mobilisatie onder den druk van het
oogenblik goed hebben kunnen ver-
loopen, dan kon deze ten hoogste
100 000 man ter been brengen, d.i.
10 000 man voor een gebied, zoo
groot als Nederland. Noorwegen is
n.l. tien maal zoo groot als Neder
land (en heeft nóg geen 3 millioen
inwoners).
De afweer van Noorwegen concen
treerde zich dan ook min of meer
op de Oslo-fjord waaraan hun hoofd
stad is gelegen. De verdedigers wis
ten den aanvallers verliezen toe te
brengen, o.a. werden drie kruisers
de „Karlsruhe", de „Bluecher" en de
„Embden" tot zinken gebracht. Maar
reeds Dinsdagmiddag moest de hoofd
stad capituleeren, terwijl de regee
ring steeds verder het binnenland in
trok. Inmiddels loopen er geruchten
als zou Oslo weer door de Duitschers
ontruimd zijn, daar Britsche oorlogs
bodems in de fjord met een bom
bardement zouden hebben gedreigd.
De Duitschers zetten hun over
rompelingactie in zeer snel tempo
voort en Dinsdag waren alle strate
gische punten en belangrijke
Noorsche havens bezet.
Dat de Duitsche vloot daar toe in
staat was, lijkt op het oog verbazing
wekkend. Echter, de zee is groot ge
noeg om er, hoe zwak de partij ook
moge zijn, een overrompelende actie
te ondernemen. De Duitschers ver
schenen met hun oorlogsbodems on
verwachts voor de Noorsche havens
en daar in die havens in het geheel
geen troepen ter verdediging aan
wezig waren, (behalve dan in Oslo.
Christiansand en een kleine bezetting
in Bergen) konden de kruisers en
torpedobooten veilig naar binnen
varen en de bezettiDgsdetachemen-
ten werden ^ontscheept. Op vele
plaatsen had then hulp van in Noor
wegen wonende Duitschers, die er
het hunne toe bijdroegen de steden
te overweldigen. Te Narvik bleken
de daar liggende Duitsche ertssche
pen bemand met militairentevens
een bewijs, dat de inval reeds lang
voorbereid was.
De oorlogsschepen bleven som
mige althans in de havens, wel
ke ze waren binnengelopen, legden
mijnen voor den toegang en zijn
betrekkelijk veilig voor eventueele
aanvallen, tenzij deze met een over
macht worden ondernomen.
Terwijl de Duitsche radio-zenders
Woensdagochtend vermeldden, dat in
Oslo een tegenregeering (van land
verraders) was gevormd, welke met
de Duitsche autoriteiten zou samen
werken en dat de naar Hamar uit
geweken regeering een „commissie
van drie" onder leiding van ex-pre
mier Mohwinkel had benoemd om
met de Duitschers over een accoord
te onderhandelen, werd later bekend,
dat inderdaad
van onderhandelingen geen
sprake was en dat daarentegen het
Storting (de volksvertegenwoordi
ging) in een geheime bijeenkomst in
den nacht van Dinsdag op Woensdag
met algemeene stemmen besloten
had om den tegenstand tot het
uiterste voort te zetten. Voor de
verdere ontwikkeling der gebeurte
nissen zou het er trouwens niet veel
aan toe- of afdoen, of de Noorsche
regeering al- of niet tot een accoord
met Berlijn zou kunnen worden ge
dwongen. De geallieerden zullen het
zich tot taak rekenen men kan
het concludeeren uit woorden van
Chamberlain in het Lagerhuis
om het Noorsche grondgebied te...
beschermen tegen de beschermers
van het oogenblik, m.a.w. de geal
lieerden beschouwen de Noren als
hun bondgenooten en reeds wordt
elke Britsche radio-uitzending des
avonds besloten met de volksliederen
aller verbondenen, t.w. het Britsche,
het Noorsche, het Fransche en het
Poolsche.
De geallieerden zullen een
Noorsch front scheppen
en trachten om den oorlcg tegen
Duitschland in het Noorden van
Europa uit te vechten. Daartoe zal
hun expeditieleger (waarover straks
nader) allereerst in Noorwegen,
opereeren, maar deze operaties zullen
bij gunstig verloop van zaken onge
twijfeld ook naar Deensch grondge
bied worden overgebracht en waar
schijnlijk ook naar Zweedsch territoir.
Het valt te voorzien, dat Zweden
zich niet buiten den strijd zal kun
nen houden. Ook de Duitschers be
seffen dat blijkens hun
nota aan Zweden,
waarin werd gevraagd, hoe de
Zweedsche regeering positie kiest in
het huidige corflict. Waarop vanuit
Stockholm werd geantwoord, dat
Zweden van plan is om zijn neutra
liteit te handhaven, en deze, zoo
noodig, te verdedigen tegen geweld
dadige inbreuk daarop. De belangen
van Zweden en Noorwegen loopen
te zeer ineen, dat het lot van de
Noren de Zweden onberoerd zou
kunnen laten, maar ongetwijfeld zal
men te Stockholm probeeren om zich
op vreedzame wijze de Duitschers
van het lijf te houden, zoolang de
situatie voor de Noordsche staten
niet gunstiger is geworden.
Van groot belang is natuurlijk de
vraag, wat de Russen zullen doen in
het huidige stadium van den oorlog.
Het lijkt zeer onwaarschijnlijk, dat
de jongste Duitsche oorlogsdaad het
behoud van de Russisch-Duitsche
vriendschap ten goede is gekomen.
De RasseD hebben zelf te ernstige
aspiraties in de richting van Scandi
navië (een venster op den Atlanti-
schen Oceaan!) dan dat ze'met
kalmte en gerustheid het kunnen
aanzien, dat de Duitschers dit ge
deelte van Europa onder eigen mili
taire voogdij brengen. Vanuit Mos
kou is dan ook reeds de uitdrukke
lijke verzekering gegeven, dat men
daar niets zal ondernemen om de
Duitsche actie te ondersteunen.
En thans de gebruikelijke vraag,
welke by elke verrassende gebeurte
nis opkomt
WAT NU
De Duitschers voeren een Blitz
krieg, d.w.z. als ze er de kans toe
hebben. Aan het front langs de
Fransche grens is van geen bliksem
snelheid sprake, maar het militair-
zwakke Polen was inderdaad in
enkele weken tgds grondig overwel
digd en voor een groot deel verwoest
Ook thans weer tegen de Denen en
de Noren, die geen eigeniyke weer
macht bezaten, hebben de Duitschers
„successen" behaald, welke door hun
verassend karakter de Europeesche
toeschouwers een oogenblik beduusd
hebben gesteld.
Er zit inderdaad „dynamiek", om
niet te zeggen dynamiet, in de snelle
en ongedachte Duitsche militaire
en diplomatieke initiatieven en re
acties. Dat is een heel groot voor
deel, zoolang.... het goed gaat.
Nog altijd geldt het woord van
Von Moltke of was 't Bismarck,
die het sprak „de eerste slag
is een daalder waard".
Een situatie, 'n oogenblik denkeD,
'n besluit, héndelen Negen van de
tien keeren gaat het goed, maar de
tiende keer kan een
WfATHCRpAOor
gekocht bij
VENRAY
f,,*,, t
vernietigende mislukking
beteekenen. Snelle besluiten en snelle
uitvoeringen, maken groote en on
herstelbare fouten mogeiyk. Het
valt nog niet te zeggen, of zulk een
fout thans is gemaakt, maar het
lijkt daarop. Chamberlain zei er
zeker van te zyn. Wat ze nu heb
ben ondernomen, voorspelde hg, zal
hun ondergang bewerken.
En inderdaad, men vraagt zich af:
de Duitschers zitten nu in Noor
wegen, maar hoe komen ze er uit,
als het noodig is Hun achterwaart-
sche verbinding voert over zee en
ter zee kunnen de Duitschers wel
eens iets by verrassing ondernemen,
maar ze beheerschen de zee niet.
De Noorsche kust heeft, ongere
kend de tallooze bochten en inham
men, een lengte van 3200 kilometer.
Over die ontzettend groote lengte
verspreid, ligt er thans hier en daar
een Duitsch oorlogschip in een Noor
sche haven of (en) een betrekkelgk
klein detachement Duitsche troepen.
Nu de verrassing er is geweest,
wordt de achterwaartsche verbinding
welke over zee, n.l. door het Skager
Rak gaat, door de Britsche marine
voortdurend bestookt. De aanvoer
van nieuwe troepen en voorraden is
dus moeiiyk, zal zelfs vaak onmo
gelijk zgn.
Maar bovendien kan een sterk
Britsch eskader elke door de Duit
schers in Noorwegen zoo zwak be
zette haven aanvallen; op elk wil
lekeurig punt van de 3200 K.M. lange
kustlgn kan een
Britsch expeditieleger
landen en de kleine Duitsche bezet
tingen (tesamen nochtans een tal-
rgke macht) in den rug aanvallen.
Als een muis in de val zit, behoeft
men geen overglde maatregelen te
nemen.
Reeds zgn Britten op Noorsch
gebied, o.m. met enkele honderden
vliegtuigen geland. Ook over zee is
de Interventie der geallieerden tot
uitvoering gekomen, maar men kan
er van op aan, dat men te Londen
en Pargs, hoewel zich haastende, de
actie van het expeditie-corps goed
en zorgvuldig organiseert.
Over het verloop der Britsch-
Fransche tusschenkomst leze men
de berichten.
Het zou ons niet verwonderen,
wanneer de jongste Duitsche oorlogs-
zet, de verrassendeoverweldiging
van Denemarken en Noorwegen, de
beslissende fout zal blijken te zgn,
welke de voordeelen der Duitsche
dynamische methoden tot een ramp
voor het Derde Rgk zullen omzetten.
Trouwens, de bezitting van de
Noorsche kust, hoe snel ook ver-
loopen, is niet zonder
gevoelige verliezen
voltrokken. Toevallige eenheden van
de Britsche vloot, welke in het Ska
ger Rak en de omgevende wateren
vertoefden, hebben o.m. een duikboot
tot zinken gebracht en een troepen
transportschip de Rio de Janeiro,
waarby ongeveer 200 man moeten
zgn verdronken.
Voorts is aan de Noorsche kust
een groote Duitsche tankboot van
10.000 ton getorpedeerd en het 9000
ton groote transportschip „Amaris".
De battergen van Oslo schoten een
kruiser in den grond en nabg Ber
gen werd een toi pedoboot tot zinken
gebracht.
De berichten daaromtrent werden
niet enkel van Britsche zgde gemeld
maar ook van Noorsche en Zweed
sche zgde bevestigd.
De Duitschers zelf hebben omtrent
deze verliezen niets meegedeeld,
maar ze trachtten daartegenover om
den indruk er over te verdoezelen,
door opgeschroefde berichten over de
verliezen, welke hun luchtmacht zou
hebben; toegebracht aan de Britsche