DERDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
mmm
Mijnhardtjes
H. C
Spionnage en straf
maat.
Limb. Bedevaart
naar Lourdes.
Voor Boeren en
Tuinders
Binnenland.
Provinciaal Nieuws
roor
ommume
Van de
Sport
velden
Zaterdag 23 Maart 1940
Een en Zestigste Jaargang No 12
ZIJN ER GRADUEELE
VERSCHILLEN 1
„Zwijgen is goud, spreken
is zilver".
Ook zij, die niet houden van
„dikke woorden" in gedrukte
.lectuur, zullen hun instemming
wel niet willen onthouden, als ik
hier constateer, dat spionnage
een schurftig bedrijf is. Een ge
wone moordenaar vind ik een
sympathieker mensch dan een
spion.
Een gewone moordenaar ont
neemt het leven aan één mensch
of enkele menschen en hij heeft
daartoe min of meer persoonlijke
redenen: een spion stelt het leven
en welzijn van een hem niet
vooraf bekend aantal, hem na-
staande medemenschen soms
van heel een eigen volk in de
waagschaal, zonder dat hij eenige
grief tegen deze menschen heeft
of eenig ander belang hem drijft
dan eigen vuig en klein gewin.
Klein gewin. De verhalen
dat spionnage met goud wordt
betaald, zijn niets dan fabels,
een enkele uitzondering daar
gelaten als het om de onthulling
gaat van b.v. een volledig stra
tegisch plan of een beslissend
geheim wapen. Meer dan 99 pet.
der spionnen eten van de krui
mels der tafelen van de volks
vijanden; voor het verraad van
hun eigen menschen oogsten ze
slechts wat zilverlingen en de
verachting van hen, in wier dienst
ze staan.
Wat het verradersloon betreft,
is nog altijd het voorbeeld van
Judas het meest markant en his
torisch. Judas verried meer dan
een land en een volk; hij ontving
daarvoor 30 zilverlingen, nauwe
lijks genoeg om den strop te
koopen, aan welken hij zich ver
hing.
„Spreken is zilver en zwijgen
is goud".
Dit spreekwoord geldt letterlijk
voor dezen tijd. Met spreken
(voor verraad) zijn luttele pennin
gen te verdienen en met zwijgen
verwerft men zich 't goud der
trouw, het geluk van een gaaf
karakter.
Zwijgen is het goud van het
behoud. Men kan in onze dagen
niet te voorzichtig zijn, want men
is verraden-tegen-wil-en-dank,
vóór men het weet of beseft. De
muren hebben ooren: de verrader,
de spion slaapt niet; hij zal eer
der het uiterlijk van een vriend
dan van een vijand vertoonen.
Ge hebt niets te verraden en
ge kunt u niet verspreken, omdat
ge niets weet?
Dan hebt ge het mis. Men
heeft er over het algemeen geen
idee van, welke nietswaardig lij
kende bijzonderheden voor een
partij, welke van booze voorne
mens is bezield, van groot be
lang kunnen zijn. Men moet eenige
oorlogspractijk hebben gehad
en inderdaad heb ik deze om
zich niet meer te verbazen over
de schijnbaar onbeteekenende
dingen, voor welke een vijande
lijke partij zich interesseert.
Zwijgen is goud (en goed);
spreken is zilver (verraad en ge
vangenis).
o—
De afschuw van het gemeene
bedrijf van spionnage is zóó al
gemeen, dat de regeering van
haar voornemen kon doen blijken
om de maximum-straf, op dit
misdrijf gesteld te verhoogen van
zes tot vijftien jaar opsluiting in
de gevangenis. De massa waar
deert deze prijsstijging ten'zeerste.
Reeds zijn enkele menschen,
die hun land hebben verraden, tot
het huidige als maximum vast
gestelde aantal jaren zes -
veroordeeld. „Men" prijst alge
meen de gestrengheid van dit
vonnis.
Maar wat „men" niet begrijpt,
is de mildheid, welke tot uiting
kwam in den eisch tegen een
paar hooge regeeringsambtenaren,
die bij de uitoefening van het
vuige spionnagebedrijf het
verraad van eigen volksbelan
gen aan vreemden zouden zijn
betrapt. De eischen tegen hen
varieerden van 1 tol 21/a jaar on
der aftrek van voorarrest.
„Men" begrijpt dat niet en ik
begrijp dat ook niet.
Let wel, misschien zijn die
menschen onschuldig; ik hoop
het. Maar dar, is elke strafeisch
tegen hen, een schandelijk teveel
Echter, zijn ze schuldig, dan ook,
zoo voelen velen het, de volle
maat aan straf voor deze verra
ders. Het voelt geen onderscheid
tusschen verraad en verraad. Een
dief en een dief zijn twee. De
een kan een groote waarde stelen
van een arme, de ander kan een
rijke voor 'n kleinigheid bena-
deelen. Dat geeft een sterk gra
dueel verschil.
Maar men kan niet „een beetje"
z'n land en volk verraden óf heel
erg. Wie een verrader is, verraadt
alles wat hij weet en de andere
partij ten voordeel kan strekken.
Of dat, wat hij weet, toevallig
meer of minder is, doet aan de
veiligheid van het Dedrijf niets
af.
Slechts wie verraadt pleegt,
zonder door persoonlijke nood
druft te worden gedreven, dus
wi? verraadt enkel en alleen, of
in hoofdzaak, óm het verraad,
die is een verrader in het
kwadraat. En wie daarbij een
vertrouwenspositie misbruikt, hem
door de regeering van het volk
verleend, hoort voor altijd van de
volksgemeenschap te worden uit
gesloten.
Daarom begrijpt „men" de
mildheid niet van den eisch in
de zaak tegen de hooge regee
ringsambtenaren tegenover de
volksgemeenschap.
De zaak tegen de ambtenaren
is met gesloten deuren behan
deld „om redenen van algemeen
belang". Mogelijk dus is van
omstandigheden gebleken, welke
de mildheid van den eisch vol
komen rechtvaardigen. We weten
het niet.
Maar we vreezen, dat met de
sluiting der deuren schade werd
toegebracht, wellicht een niet te
vermijden schade, aan het groote
belang dat een ieder een onge
schokt vertrouwen zal hebben en
behouden in de onpartijdigheid
der Nederlandsche rechtspraak.
Ons eigen vertrouwen in dat
opzicht is niet geschokt, maar
naar wat we zoo hoorden van
menigen eenvoudigen mensch, die
gewoon is om te oordeelen naar
wat hij weet en geen rekening
houdt met de mogelijkheid van
zijn niet-weten, heeft helaas het
geloof van met weinigen, dat er
ten onzer.t wordt recht gesproken
zonder aanzien des persoons, een
schok gekregen.
Dit jaar zullen de ziekentreinen
van de Limburgsche Bedevaart bijna
zeker niet naar Lourdes gaan. Zoo
lang het oorlog is, is het niet moge
lijk, die reis te maken met de zieken.
Toch heeft de Limburgsche Bede
vaart haar actie voor haar Liefde
werk ten bate van on- en minver
mogende zieken ook dit jaar door
gezet.
Wanneer onze zieken weer naar
Lourdes zullen gaan, weten we niet.
Wèl weten we, dat het eerste tran
sport kostbaar zal zjn en zeer talrijk.
Ook zijn er plannen in voorbereiding
om zoo mogelijk de zieken dit jaar
in ons Vaderland wellicht in
Valkenburg bij elkaar te brengen
en hun iets te geven, dat hun eenige
dagen in de sfeer van Lourdes
brengt.
De zelateurs en zelatricen voor
het Liefdewerk zijn 'ook dit jaar
rondgegaan ze gaan nog. Het
Liefdewerk vraagt van zijn leden
één gulden. Degenen, voor wie een
gulden te veel is, kunnen dit bedrag
ook per maand of per drie maanden
met kleinere bedragen voldoen. Voor
velen is die eene gulden een offer.
Maar zal de Koningin van den vre
de niet glimlachen om dat offer,
ter Harer eer gegeven voor de arm
ste der armen: de hulpelooze zieken?
Uit Noord-Limburg zijn sinds het
bestaan van het Liefdewerk reeds
méér dan 200 arme zieken naar
Lourdes gegaan.
Als U een van hen kent of ge
kend hebt, weet U wat Lourdes voor
hun beteekent.
Op 1 April wordt de actie voor
dit jaar gesloten. De zelatricen en
zelateurs doen hun best. Stuurt U
ze niet voorbij.
LEVENDIGE VRAAG
NAAR THOMASMEEL
Men kan soms van die wonderlijke
tegenstrijdigheden opmerken. Van
die berichten, die op zich zelf onbe
grijpelijk zijn, die elkaar geheel of
ten deele tegenspreken, terwjl ze
toch beiden den naam willen hebben
geheel juist te zijn.
Zoo lazen we dezer dagen in een
vakblad, dat van volkomen betrouw
bare zijde was medegedeeld, dat in
weidegebieden nog niet een vierde
deel der uitgereikte kunstmestbon-
nen was ingeleverd, terwjl men ook
geen beduidende vermeerdering meer
verwachtte.
Dat Ijkt onbegrjpeljk, want ai-
leen al het feit, dat er distributie
van kunstmest is, doet de veronder
stelling wettigen, dat alles wat ver
krijgbaar wordt gesteld, wordt opge
nomen, zelfs al zou men het niet
noodig hebben. Men redeneert dan
neem wat je krjgen kunt, want je
kunt nooit weten. Dat is bij het in
stellen van distributie meestal de
gewone gang van zaken. En nu le
vert men nog niet vierde deel in der
ontvangen bonnen
Maar nu de schjnbare tegenstrij
digheid. In een marktoverzicht van
dezelfde week lezen we: er is in ons
land levendige vraag gekomen naar
Thomasmeel. Dat is sch jnbaar tegen-
strjdig met ,het eerstgenoemde be
richt. Schijnbaar, omdat daar alleen
van de weidestreken gesproken wordt
En toch zou het goed zijn, dat daar
ook levendige belangstelling voor
thomasmeel ontstond.
Wat voor goed gras, een natuur
lijk en belangrjk veevoeder, met
name in deze tjden van krachtvoer-
rantsoeneering, is naast stikstof en
kali een eerste veretechte een goede
gift fosforzuur en kalk. Beide zjn
in thomasmeel aanwezig.
Thomasmeel, dat het fosforzuur
en de kalk in voor de grassen direct
gemakkei jk opneembaren vorm be
vat en daarom voor grasland van
zoo groote beteekenis is.
Daar zit wat in, dat er nu zoo'n
levendige vraag i3 naar Thomasmeel.
Een bewjs van goed overleg en
doorzicht bj hen, die er naar vroe
gen en een beschamend voorbeeld
voor hen, die het nog niet deden.
AGRICOLA.
Nederland en Indië
Een zeer mooie radiorede werd
Dinsdagavond 1.1. uitgesproken door
Minister Weiter ter gelegenheid van
het feit, dat het op dien dag was in
den jare 1602, dat krachtens octrooi
van de Staten-Generaal der Veree-
nigde Nederlanden werd opgericht
een rechtspersoon, we zouden nu
zeggen een N.V.. die naar de zeden
van die dagen de naam kreeg van
de Vereenigde Nederlandsche geoc-
troyeerde Oost-Indische Compagnie.
Minister Weiter roemde het onver
saagde werk der pioniers, die ons
land groot en welvarend maakten.
Het is een wonder, zoo verduideljk-
te hij, wat toen werd gewrocht door
de bes*en van ons volk, dat toen
slechts anderhalf millioen zielen tel
de en nochthans de zeeën beheersch
te en groote landen veroverde.
GROOTE VISCHSTERFTE
IN FRIESLAND.
Wat gevreesd werd door visschers
en anderen, die bj de zoetwater -
visscherj betrokken zjn, heeft zich
bewaarheid: de winter heeft een
enorme sterfte van visch op zjn
geweten
Het bljkt, dat de vischsterfte in
Friesland zeer groot is geweest.
Reeds tjdens den winter kon men
hler-en daar een verschijnsel waar
nemen, dat aangaf hoe droef het
met de visschen onder water gesteld
was.
Zoo bj voorbeeld heeft men in het
Oudkerkemeer, op plaatsen waar 't
js doorschijnend was, geconstateerd
dat het water „bleek" geworden
s, als een gevolg van het rot
tingsproces, waarin de planten op
den meerbodem begrepen waren.
Hierdoor verdwjnen de laatste
zuurstof resten uit het water en waar
dus de plant niet meer kan leven,
daar is ook geen levensmogelijkheid
meer voor de visch aanwezig.
Men kan wel zeggen, dat duizen
den ponden visch gestorven zjn uit
gebrek aan zuurstof.
Vooral in de ondiepe vaarten en
polders is de sterfte abnormaal ge
weest. Hier toch had het js een
dikte van soms wel veertig centi
meter bereikt; te weinig onbevroren
water bleef over om den vischstand
met zuurstof te kunnen voeden.
Zoo kon men op verschillende
plaatsen in polders, vooral in de
nabijheid van een gemaaltje, in open
js zwermen visch waarnemen, die
naar lucht hapten.
Bj het stoomgemaal te Zoutkamp
dreef een groote hoeveelheid doode
visch, die door de zuigkracht der
schroeven was aangevoerd.
In sommige polders, die buiten
den boezem liggen heeft de visch
stand geducht te 1 jden gehad. Men
ziet hier honderden ponden visch,
van bliek tot paling, dood in het
water drjven. Soms kan den stank
reeds van verre waarnemen.
Overal neemt men hetzelfde waar
nameljk baarzen, zeelt en palingen,
30ms ook snoek, die in het js be
vroren zjn geraakt. Met het weg
smelten van het js en het zakken
van het water bij ven de doode vis
schen soms hangen in het struikge
was. Natuurlijk vinden de meeuwen
en roeken hier een dankbaar aas
De visschers zjn erg onder den
indruk van dezen ramp, gelijk zij
het noemen.
Als men weet, dat het aantal
broodvisschers in Friesland groot is,
beseft men welke droevige gevolgen
de sterfte van de visch voor deze
menschen heeft gehad en nog zal
hebben. Want de vischstand eenmaal
gedecimeerd, heeft jaren noodig om
peil te komen.
Gebleken is, dat de visch die in
het boezemwater leefde dus in
de Friesche kanalen en meren
over het algemeen den winter heeft
doorstaan. Daaruit bljkt, dat de
visschers in het Noorden der pro
vincie het ernstïgt zjn getroffen.
Straks gaan net en fuik weer uit.
Op hoop van zegen. Maar het valt
te vreezen, dat de binnenvisschers
in de resultaten van hun arbeid zeer
teleurgesteld zullen worden.
EEN VIERDE
LEEFT VAN STEUN
Wanneer we in de krant lezen van
de alom heerschende werkeloosheid
van de sommen, benoodigd voor
de steun, dan zegt dat alles den
meesten menschen nog zoo weinig:
de cjfers zijn te groot.
In Rotterdam belegt de wethouder,
die „sociale zaken" beheert, in het
begin der jaars met de directeuren
van M. H. en Arbeidsbeurs, alsmede
de pers, een conferentie, waarin de
staat van zaken uit het afgelopen
jaar wordt besproken. Laten we nu
eens bekijken, wat de werkeloosheid
in kleiner verband, enkel dus voor
de stad Rotterdam betekent.
In de eerste oorlogsmaand liep het
aantal ingeschreven werkeloozen op
van 40 683 tot 44 034. Maar aan het
einde van het jaar was het afgezakt
tot 42.003 (tegen 48.343 een jaar te
voren). Een mooie verbetering dus,
welke waarschijnljk"door de „ople
ving" der defensie-industrie werd
bewerkt.
Momenteel zjn er in de metaal
industrie te Rotterdam zelfs nog
500 vacatures, waarvoor geen ge
schikte krachten te vinden zjn.
De vermindering bedraagt 17Va
pet. én voor werkloozen van 24 jaar
en jonger zelfs 37 pet.
En toch hoe ontzettend zwaar
is nog de last der werkloosheid, als
men bedenkt, dat
in Rotterdam in totaal 44 235
hoofden van gezinnen moesten
worden gesteund en dat deze
gezinnen uit 153 099 leden bestaan
en aldus bljkt, dat een vierde
deel van de bevolking van Rot
terdam tot de werkloozen en
armlastigen behoort.
Over heel Nederland gerekend, zal
de verhouding niet veel anders zjn.
Wij kennen gemeenten, waar de
omstandigheden op de arbeidsmarkt
gunstiger zjn dan in Rotterdam,
maar ook vele, waar ze ongunstiger
zijn.
Te bedenken, dat 1 vierde deel van
het volk door de rest moet worden
onderhouden en dat ons volk thans
bovendien staat voor de kosten,
(1.700.000 gld per dag) van een mo
bilisatie, welker duur niet te over
zien is, vervult den mensch van zorg
ten aanzien van wat er uit dat alles
worden moet.
Als het nu nog maar zóó ware, dat
naast 1 vierde gesteunden 3 vierde
van de bevolking stond, welke van
de vruchten van haar arbeid kon
leven... Doch zoo is het alweer niet.
In tal van bedrjven we denken in
het bjzonder aan de veehouders en
de tuinders wordt voor niets ge
werkt of teert men, arbeidende, door
verlies in, op het vroeger gewonnen
bezit.
De regeering heeft wel een zeer
moeilijke en verantwoordelijke taak.
VERBOUW VAN POFMAIS
IN KLEINE TUINTJES
Voor 75 cent een geheel jaar
aanvullend voedsel voor een
gezin van vier personen*
Hoewel de voedermais en de sui-
kermais in ons land algemeen be
kend zjn is de kleinste soort, de pof-
mais, tot heden op den achtergrond
aebleveu. Alleen in Amerika en
Transvaal schjnt zij een gangbaar
tafelgerecht te zjn.
Van 1936 af heeft de heer Bennink
te Apeldoorn, die jarenlang in Ame
rika heeft gewoond, te Rekken. Baar-
le-Nassau en Alkmaar proeven met
den verbouw van deze maissoort ge
nomen. Thans is gebleken, dat zj
overal in ons land normaal groeien
kan. De pofmais onderscheidt zich
van de andere granen doordat zj
ook in het klein verbouwd kan wor
den. Haar scheikundige samenstel
ling wjkt af van de meeste andere
granen, bj droge verhitting onder
gaat zj een zeer sterke expansie.
Na drie minuten verhit te zjn. vliegt
elke korrel met een knal uitelkaar
en vormt zich tot een groote, licht
verteerbare vlok. Vermengd met bo
ter en suiker of zout zijn deze vlok
ken een gerecht, dat algemeen zeer
smakeljk wordt gevonden. De voe
dingswaarde van pofmais heeft een
hooger gehalte dan dat van voltar-
wemeel.
De verbouw van de pofmais, waar-
bj van den akker tot de etenstafel
geen enkele machine noodig is, wordt
van belang geacht voor eventueele
schaarschte aan granen in den ko
menden tjd. Een klein tuinhoekje
er mee bepoot en gewoon bemest
levert voldoende op voor een gezin
van drie vier personen om gedu
rende een geheel jaar pofmais als
aanvullend voedsel te gebruiken, ter-
wjl de kosten naar verhouding zeer
gering zjn, slechts ?5 cent.
Tegen het eind van April moet
de pofmais gepoot worden en in Sep
tember is zj rjp. Dit voorjaar wordt
het zaad van de pofmais in den han
del gsbracht.
tegen Hoofdpijn, Kiespijn Migraine
Hulp aan gemobiliseerden
Het wordt in deze mobilisatie
dageljks bewezen, dat ons volk nog
mannen genoeg „van stavast" heeft,
bereid en in staat om te verdedigen
wat voorgeslachten ons nalieten.
Maar hun zorgen zjn vaak groot;
,t is in ons land niet meer zoo'n
rijke boel als in de dagen der „com-
penie".
Maar we steunen elkaar zooveel
mogeljk. In dat verband valt ten
zeerste het initiatief toe te juichen,
dat geleid heeft (uit de Centrale
Raad voor O. en O.) tot de vorming
van commissies van bijstand (verte
genwoordigers K.v.K., middenstands
organisaties, gemeentebesturen e.a.)
aan gemobiliseerden.
Deze zal zich in het bjzonder be
lasten met practische hulp aan de
kleine zelfstandigen, wier bestaan
door de mobilisatie in gevaar wordt
gebracht.
Geïntresseerden kunnen zich tot
deze commissies wenden.
In cantines e.d. zullen binnenkort
mecTedeelingen over deze commissie
worden aangeplakt.
VENRAY, 23 Maart 1940
De Zomertijd.
Bij Kon. Besluit van 9 Maart 1940
is bepaald, dat de vervroeging met
één uur van den wetteljken tjd dit
zal aanvangen den 19en Mei en zal
eindigen den 6en October.
Hoofdkeuring
van Springstieren.
De Burgemeester van VENRAY
brengt ter algemeene kennis, dat de
houders van springstieren, die hun
stieren aan de op 18 April a.s. te
Venray te houden hoofdkeuring wen-
schen te onderwerpen, hiervan ter
Secretarie aangifte moeten doen
vóór 9 April a.s.
Na genoemden datum zullen ter
Secretarie geen aangiften meer
worden aangenomen.
Venray, 13 Maart 1940.
De Burgemeester van VENRAY,
A. H. M. JANSSEN.
LEUNEN Alhier zullen op den
2den Paaschdag groote harddrave-
r jen gehouden worden, georganiseerd
door de Rjvereeniging „De Cowboy",
Er zullen nog diverse andere ver-
makel jkheden aan verbonden worden.
Alle ruiters uit Leunen en omge
ving worden uitgenoodigd hieraan
deel te nemen.
Opheffing bewaakte
overwegen.
De minister van Waterstaat heeft
aan de Nederlandsche Spoorwegen
ontheffing verleend van de verplich
ting tot afsluiting van de volgende
overwegen:
in de ljn ArnhemVenlo in de
gemeente Grubbenvorst;
in de ljn MaastrichtVenlo in de
gemeente Tegelen.
Bij deze overwegen zullen automa
tische lichtseinen worden geplaatst.
Paaschveemarkt te Horst.
De Paaschveemarkt trof dit jaar
geen gunstig weer en ondanks dit
weer, was de markt toch nog goed.
Er viel een buitengewoon groote
belangstelling waar te nemen van
mesters, boeren en handelaren. De
aanvoer van vee was van zeer goede
kwaliteit. De prjswinnaars uit de
individueele klassen wisten ook nog
beslag te leggen op 2 dieren van de
mooiste collectie van een eigenaar,
n.l. van dhr. M. Poels te Meterik.
Na afloop van de tentoonstelling
werden de prijzen uitgereikt door
Burgemeester Dr. van Grunsven. Aan
6 dieren werd tevens een lauwer
krans toegekend. De fotografen leg
den een en ander op de gevoelige
plaat vast.
Bekroningen: Koeien: la G. Peeters
Horst, aangekocht door J. Joosten-
Bastins Venlo; lb P. J. Litjens, aan
gekocht door de Gebr. Schloosz te
Sevenutn; Individueele groep: 1 pr.
Smits-Cantelberg Venlo; Individueele
groep vaarzen: 1 pr. Smits-Cantel
berg Venlo; vaarzen met 4 tanden:
le pr. Gebr. Camps Oostrum: aan
gekocht door gebr. Lam Winssen bj
Njmegen; Vaarzen met 2 tanden: le
A pr. Lens Vossen, Eindhoven; le
B pr. J. Andriessen te Eindhoven 2e
pr. dezelfde; Pinken la K. v. Goch,
Deurne; lb P. Litjens Sevenum; Os
sen le pr. Gebr. Wijnhoven, eigenaar
en mesters, slagerj Horst. De pr js
voor de mooiste collectie vetvee van
een eigenaar viel ten deel aan M,
Poels, Meterik. Bj de schapen werd
de le prijs gewonnen door G. Peeters
Horst.
Op de wekeljksche markt werden
aangevoerd 168 dieren, waarvan 52
stuks rundvee, 7 paarden, 1 schaap
108 biggen de handel was over
het algemeen zser goed. Ongemerkte
biggen brachten 13 a f 14.op. Ge
merkte biggen tot f 23.
De Paaschmarkt mag schitterend
geslaagd heeten.
Kerkboeken,
Missaals,
Rozenkransen, enz.
Fa. van den Munddiof
Alle Copie hierop
betrekking hebben
de, moet Donderd.
voor 1 uur in ons
bezit zjn.
SER VA riUS-OMROEP
Ook nu zette Servatiusl z'n zege
vierende opmarsch voort, ditmaal
ten koste van de Venlosche Vossen,
welke in eigen home met 42 wer
den afgedroogd.
Wat is Servatius van plan In
Venlo vertoonden de Venrayera
wederom hetzelfde vlotte, frlssche
spel, hetwelk we de laatste weken
van hen gewoon zjn geworden.
Even na de rust had Servatius
zelfs een 4—0 voorsprong. Toen met
een flinke overwinning in 't zicht
vond men het welletjes en hierdoor
kreeg V.O.S. vr j spel, waarvan ze
maar al te dankbaar profiteerden
door de achterstand met twee goede
goals in te loopen. Met een 4—2
overwinning moest Venray ten slotte
genoegen nemen.
Tweede Paaschdag komt V.I.O.S.T.
op bezoek. Dat met deze Tegelschen
heusch niet te spotten valt heeft
D.E.V. Zondag j.l. aan den ljve on
dervonden. V.I.O.S.T. staat bekend
als een gave, technisch goed onder
legde ploeg, die er steeds een hoog
tempo weet in te houden. m
Met deze wetenschap kan Serva
tius haar voordeel doen, door met
dezelfde wapens in het veld te komen
en deze dan ook uit te buiten. Men
kan er dan van overtuigd zjn dat
deze ontmoeting een felle kamp zal
worden tusschen twee gel jkwaardlge
tegenstanders. Indien het weer maar
Als
Uw dochtertje
er zoo lusteloos
uitziet
neem dan maatregelen, want
dan heeft ze pijn. Help het
kind en geef haar zoo'n on
schadelijk WITTE KRUISJE
Hoofdpijn, periodieke pijnen
en depressie kunnen bij jonge
vrouwen en opgroeiende
meisjes niet beter worden
bestreden.
En wat vooral zoo prettig is, ze
kunnen zoo gemakkelijk wor
den ingenomen want ze zijn
practisch geheel smakeloos.
DUTIM OEGSTGEEST