as Jaarmarkt Venray MAANDAG 5 FEBRUARI De bij in den Winter. Damclub „De Schuivers", Yfcelsi Voor Boeren en Tuinders Provinciaal Nieuws Gemengde B Markdieri De Heer MILLEN kan zich betreffende dit punt niet met den Voor zitter vereenigen. De Heer PUBBEN verklaart echter zich niet met de zlenawjjze van den heer Mlllen te kunnen vereenigen. Spreker hoopt zelfs, dat de opbrengst het dubbele zal zijn van hetgeen geraamd is, maar is het nog onnoodtg z.i. om erover te praten die opbrengst ten bate van den gewonen dienst te brengen; die hoogere opbrengst gedurende, een of twee jaren is vol komen toevallig. De VOORZITTER zegt het geheel met het door Wethouder Pubben gesprokene eens te zijn. Het zou dit jaar weliswaar een meevaller kun nen beteekenen, doch in vele andere jaren zou het wellicht een tegen valler zijn.-. De VOORZITTER vraagt, hierna of het Voorstel Millen wordt ge steund, waarop de Heer STEEGHS antwoordt, dat hij steunt. Wijl elk voorstel tenminste door 2 personen dient te .worden gesteund wordt het niet in stemming gebracht. De Heer GUELEN wilde hierna zijn steun nog toezeggen, doch deed dit te laat. Bij vlgnr. 243 „Onderhoud en administratie van bezittingen, niet voor den publieken dienst gebruikt of van werken en inrichtingen die geheel of voor een groot gedeelte buiten de gemeente gelegen," merkt de Heer GUELEN op, dat de raming van dezen post in de begrooting een verschil geeft van f 105.met de recapitulatie in de toelichting der begroot in g. DE VOORZITTER antwoordt, dat dit inderdaad juist is, doch dat de memorie van toelichting een type fout geslopen is, die reeds is gezien en hersteld. Het bedrag in de begrooting zelf is juist. Bg vlgnr. 342 „Kosten van overbrenging, plaatsing en verpleging van arme krankzinnigen" vraagt de Heer VAN HAREN naar de reden der verhooging van dezen post met ruim f 2000. De VOORZITTER antwoordt, dat bg deze raming rekening gehou den moest worden met een grooter aantal patiënten en op de tweede plaats met een vermoedelijk stijgenden verpleegprgs. De Heer VAN HAREN vraagt of de post voor onvoorziene uitgaven dan niet beter wat hooger geraamd had kunnen zgn en dan deze post wat verlagen, wijl toch nog niet zeker is dat de verpleegprgs zal stggen. De VOORZITTER antwoordt, dat dit toch practisch op hetzelfde neerkomt. Als de prijs werkelijk niet zou stggen, dan zullen de uitga ven minder zijn en komt dit dan even goed ten bate van het saldo. Bg vlgnr. 347 vraagt de Heer VAN HAREN of het inderdaad wel noodig is, dat het Armbestuur het ongekend hoog bedrag van f 23500.- subsidie krijgt. De VOORZITTER antwoordt, dat het bedrag is overeenkomstig de goedgekeurde begrooting van het Burgerlijk Armbestuur. Er zijn trouwens wel kleinere gemeenten, waar het subsidie nog veel hooger is. Bij vlgnr. 366, „Jaarwedden van ambtenaren en beambten bg het bureau voor steun verleening en werkverschaffing" stelt de Heer MIL LEN voor het geraamde bedrag zoodanig te verhoogen, dat daaruit aan de tgdelijke hulpkrachten een vergoeding van f 35.per maand kan worden toegekend. De VOOPZITTER antwoordt, dat deze thans f 20.per maand ver dienen en dat Burgemeester en Wethouders gemeend hebben een ver hooging van f 5.per maand te mogen voorstellen. De Heer VAN HAREN weet niet, over welke capaciteiten deze hulp krachten beschikken, doch vindt een vergoeding van f 20.per maand toch al zeer gering, zeker in verhouding tot de bezoldiging van het andere daar werkzame personeel. Spreker zou een tusschenvoorstel willen doen en stelt voor de hulpkrachten een belooning toe te kennen van f 30.per maand. Dit voorstel wordt gesteund door de Heeren Nelissen en Arts en hierna door den Raad zonder hoofdelgke stemming aangenomen. Daar thans geen der leden nog over een of anderen post afzonderlgk het woord verlange, merkt de Heer ODENHOVEN nog op, dat hem is opgevallen, dat er dit jaar zoo weinig van de b'egrooting gezegd is hij persoonlijk heeft ook zeer weinig aan de discussies deelgenomen. Vroeger duurde de behandeling van de begrooting soms wel driemaal zoo lang. De reden, dat Spreker zoo weinig op te merken had, was niet, dat hij de begrooting niet goed bestudeerd heeft, doch omdat zij hem in haar geheel werkelijk is meegevallen. De gemeente is gelukkig nog niet noodlgdend. Zijn hoop op belastingverlaging heeft Spreker maar weer naar de toekomst verschoven en verder hoopt hg, dat de volgende begrooting in een blgder sfeer, een sfeer van vrede, zal kun nen besproken worden. In verband met de luchtbescherming is thans nog een groot bedrag uitgetrokken, o.a. voor aanschaffing van een sirene. Laten we echter hopen, dat deze voor onze gemeente slechts een sieraad zal mogen zijn, doch nooit voor de praktgk als een werk tuig zal behoeven gebruikt te worden. De Heer MILLEN wgst er op, dat hg bij de voorbespreking de nood zakelijkheid van het instellen van commissie's reeds nadrukkelijk naar voren heeft gebracht en rekent het tot zgn plicht nogmaals op de voordeelen daarvan te moeten wijzen. Wijl het College van Burgemees ter en Wethouders aan de instelling daarvan echter blgkbaar niet wenscht mede te werken, kan Spreker zgn stem aan deze begrooting niet geven. De Heer Wethouder PUBBEN zegt hierna toe, dat Burgemeester en Wethouders zooveel mogelijk met de naar voren gebrachte wenschen rekening zullen houden. Hij hoopt, dat steeds van de Raadsleden indivi dueel en ook van de bevolking desgevraagd bg de voorbereiding van verschillende plannen medewerking zal worden ondervonden. Spreker meent, dat onze begrooting voor 1940 goed in elkaar zit en nog niet wat men noemt een ongunstig financieel beeld vertoont, ondanks de bijzonder moeilijke omstandigheden, waaronder zij moest worden opge maakt; hij acht zich overtuigd, dat, als de toestand niet schromelijk ten ongi'nste verandert, Burgemeester en Wethouders in 1940 flink met deze begrooting zullen kunnen werken. De VOORZITTER onderschrijft hierna het gezegde van den Heer Odenhoven, in verband met de aan te schaffen sirene. Ook Spreker hoopt, dat zij niet in ernst voor luchtalarm gebruikt zal behoeven te worden, doch dat zij zal mogen zijn een „vredessirene", waarmee liefst spoedig, de vrede ingeluid zal kunnen worden. Verder hoopt Spreker, dat de Raad eendrachtig zal blijven samen werken, niet alleen met het College van Burgemeester en Wethouders, doch ook onderling. Laten we ons in deze ernstige tjjden niet te zeer bekommeren over allerlei persoonlijke belangen en belangetjes, maar laten wg' door eendrachtige samenwerking voorkomen, dat het gemeen tescheepje om eens een actueel beeld te gebruiken op een mijn loopt of getorpedeerd wordt en laten wij alles in het werk stellen, om het veilig door deze ongunstige tgden heen te voeren, daarbij alle kleinigheden terzijde 'stellend en steeds het groote, het algemeene, het ons dierbaar gemeentebelang voor oogen houdend. Moge het ons met Gods hulp gegeven zgn, dat wij einde 1940 met andere en betere voor stellen zullen kunnen komen. Ook Spreker zou niets liever zien, dan dat bij de volgende begrooting althans reeds een kleine belastingver laging kan worden voorgesteld, al kan daarop zeker thans nog niet eenig vooruitzicht worden geopend. Laten wij, onder Gods bijstand, moedig en vertrouwvol het jaar 1940 ingaan. De gemeentebegrootlng wordt hierna, zonder hoofdelgke stemming, in haar geheel vastgesteld, voor wat den gewonen dienst betreft op f 1463672,65 in inkomsten en uitgaven en voor wat den kapitaaldienst betreft op f 132645413 in inkomsten en uitgaven. De Heer MILLEN verzoekt aanteekening in de notulen, dat hij geacht wenscht te worden te henben tegen gestemd, terwijl de Heer van Haren op dat moment afwezig was. De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 7 der agenda „Be handeling en vaststelling begrootihg van den tak van dienst het bedrijf der Gasfabriek." Deze begrooting wordt eveneens in haar geheel vastgesteld op f 27433 30 in baten en la3ten en voor wat den kapitaaldienst betreft op f 15555 25 in inkomsten uitgaven. De Heer van Haren komt hierna wederom in de vergadering. Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 8 der agenda; „Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen te machtigen zooals gebruikelijk, tot het doen der gewone verkoopingen van hakhout, turf- slrjk enz. en verpachting van de vervallen pachten." Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. De VOORZITTER stelt daarna aan de orde punt 9 der agenda; «Voor stel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van het bedrag, dat in 1940 per leerling voor de bijzondere scholen wordt beschikbaar gesteld ter bestrgdiDg der kosten, bedoeld in art. 55 bis der L.O. wet 1920, respectievelijk op f 6,22 voor de lagere scholen en f 15.voor de U.L.O. school. Wordt zonder hoofdelijke stemming besloten deze vergoeding aldus te bepalen. Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 10 der agenda: „Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen de bevoegdheid te geven art. 141 der Algemeene Poli tie verordering en art. 5 der Bioscoop verordening ook wederom voor 1940 buiten werking te stellen". Wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Hierna stelt de VOORZITTER aan de orde punt 11 der agenda: „Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen te machtigen tot het opnemen van de voor den dienst 19*0 noodige kasgelden". Wordt zonder hoofdelgke stemming besloten dit credlet toe te staan tot een maximum bedrag van f 300 000en naar een reDte tot het percentage, hetwelk de Nederland9che Bank berekent voor gelden, die in Rekening-Courant worden opgenomen. De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 12 der agenda „Benoeming van twee leden in de Commissie van Toezicht op de Ge meentelijke tevens •Districtsarbeidsbeurs, wegens periodieke aftreding op 30 Juni 1939 van H J. H. Sala als Voorzitter en J. H. H. Ouden hoven als vertegenwoordiger der werkgevers, en A. G. Mlllen als ver tegenwoordiger der werknemers. Tdt stemopnemers worden door den Voorzitter aangewezen de heeren van Djjck en Steeghs. De Heer Sala wordt hierna zonder hoofdelgke stemming opnieuw tot Voorzitter benoemd. In de vacature Oudenhoven waren, behalve dezen, voorgedragen de Heeren P. Wijnhoven en G. Verstraelen. Uit de gehouden stemming blgkt, dat de Heer Oudenhoven 11 stem men heeft behaald en dus is herbenoemd, terwijl een der leden een blanco briefje inleverde. In de vacature Millen waren, behalve dezen, voorgedragen de Heeren P. H. Manders en M. Kelders. Uit de gehouden stemming blijkt, dat de Heer Millen 10 stemmen heeft behaald en dus eveneens is herbenoemd, terwijl wederom een der leden een blanco briefje inleverde. Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 13 der agenda „Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van het Raadsbesluit van 6 April 1934 tot het aangaan eener gemeerschappe- lijke regeling met de gemeenten, gelegen ten Noorden van de Noorde lijke grens der gemeenten Nederweert, Heythuizen, Roggel, Neer, Kes- sel en Belfeld, tot instelling van eene Commissie, welker taak het is een streekplan „Noord-Limburg" vast te stellen." Deze wijziging is slechts van formeelen aard en is noodig geworden door de wet van 22 April 1937 (Staatsblad 311), waarbij aan art. CIX der wet van 31 Januari 1931 (Staatsblad 41) tot herziening der ge meentewet een nieuw lid is toegevoegd, volgens hetwelk alle gemeen schappelijke regelingen, welke niet voldoen aan de nieuwe voorschriften der Gemeentewet, vóór 1 Januari 1940 daarmede in overeenstemming moeten worden gebracht. Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad deze wijziging aan te brengen. De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 14 der agenda „Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het voor 1939 verleenen van een extra-bijdrage groot f 226.01 aan het Groene Kruis afd. Ven- ray, wegens door haar gemaakte kosten in verband met de bestrijding der in deze gemeente geheerscht hebbende kinderverlamming." Wordt zonder hoofdeiijke stemming goedgevonden deze extra-bijdrage te verleenen. Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 15 der agenda: „Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verbouwing en ver betering der arrestantenlokalen onder het Gemeentehuis, zulks over eenkomstig de voorschriften." Bij een namens den Heer Procureur-Generaal bij het Gerechtshof te 's-Hertogenbosch gehouden controle is komen vast te staan, dat de cellen onder het Raadhuis niet voldoen aan de dienaangaande gestelde eischen. De cellen moeten nu voor 1 Januari 1940 in overeenstemming zijn gebracht met die eischen, aangezien tot dien datum slechts op schorting van voldoening aan die eischen kan worden verleend. Burge meester en Wethouders stellen den Raad voor hun het voor het aan brengen van die verbeteringen benoodigde crediet, zijnde maximaal f 1000.te willen toestaan. De Heer ODENHOVEN vraagt of dit werk nu publiek zal worden aanbesteed, daar vroeger eens een besluit genomen Is, dat alle werken boven f 200.— k f 300.publiek aanbesteed moeten worden. De VOORZITTER antwoordt, dat, als er in deze gemeente een der gelijk besluit bestaat, Burgemeester en Wethouders zich daaraaD zullen houden. Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad hierna het benoodigde crediet toe te staan. Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 16 der agenda; „Wijziging gemeentebegrooting 1939 (gewone en kapitaaldienst)." De voorgestelde wijzigingen hebben voor de Heeren Raadsleden ter secretarie ter Inzage gelegen. Wordt zonder hoofdelgke stemming besloten deze wijzigingen aan te brengen. De VOORZITTER stelt daarna aan de orde punt 17 der agenda „Verzoek van W. Martens e.a. te Oirlo, om wijziging van de data, waarop aldaar de jaarlgksche kermis wordt gevierd." Burgemeester en Wethouders stellen voor, afwijzend op dit verzoek te beschikken, daar nog slechts kort geleden, n.l. in 1933, de dagen, waarop te Oirlo de kermis gehouden wordt, opnieuw zgn vastgesteld, zulks op verzoek van vrijwel de geheele bevolking van Oirlo. De thans nieuw voorgestelde data zouden, naar zij vreezen, ook niet goedgekeurd worden, daar de kermis te Oirlo alsdan meerdere malen zou samen vallen met die te Leunen en die in naburige gemeenten, zooals o.a. te Geijsteren en Meerlo en vaak ook op 2e Pinksterdag. Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt zonder hoofdelgke stemming besloten op dit verzoek niet in te gaan. De VOORZITTER deelt hierna mede, dat alsnog een verzoek is bin nengekomen van het Schoolbestuur van de Jongensschool in de kom, waarbij wordt .verzocht eenige wijziging te willen aanbrengen in de door den Raad op een verzoek tot verbetering der speelplaats genomen besluit, en wel in dien geest, dat het Schoolbestuur een stukje grond, gelegen achter het plansoentje en tusschen het oude en nieuwe gedeelte der school, erbij zou krijgen, om daar dan de overdekte speelplaats te kunnen maken. De bestaande W.C 's zouden dan afgebroken moeten worden en worden verplaatst. Persoonlijk, zegt Spreker, veel voor deze oplossing te voelen. De speelplaats Is zooal erg klein voor 500 a 600 jongens, zoodat het beter is daarop de overdekte speelplaats niet te maken; de eenigste mogelijkheid zou dan trouwens zijn een afdak te maken tegen de nieuwe school, of tegen de woning van den secretaris belde oplossingen zouden het aanzicht van het geheel niet verfraaien en wat laatstgenoemde betreft, zou er ook nog dit groot bezwaar zijn, dat er dan de volle Noordenwind in komt. Spreker zou dan ook wUleD voorstellen medewerking, als gevraagd in principe, te verleenen en een stukje grond van circa 75 M2 aan het Schoolbestuur, voor vergrooting der speelplaats beschikbaar te Btellen. Dan is het mogelijk om een practische en niet misstaande overdekking te maken. De kosten zullen echter natuurlijk wat hooger worden wegens de verplaatsing der W.C 's, doch deze wegen ruimschoots op tegen de te verkrijgen voordeelen. De Heer MILLEN vindt dit een zeer goed voorstel, wgl de kinderen alsdan van alle zijden beschut "zullen zijn. Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad hierna accoord met het voorstel tot het volgens de Lager Onderwijswet verleenen van mede werking tot verbetering van de speelplaats op de bovengenoemde wijze, Bij de hierna gehouden rondvraag wijst de Heer MILLEN op den ellendig slechten toestand van een gedeelte van den Langeweg nabij de Hoenderstraat. D© VOORZITTER antwoordt, dat aan den directeur van gemeente werken reeds eerder is opgedragen om deze aangelegenheid te regelen, doch daar zit een particuliere kwestie tusschen. De Heer VAN HAREN zou den landmeter eens laten komen om die zaak daar op te meten, want het is nog een vraag of de man gerech. tigd is om daar puntdraad te zetten. De VOORZITTER zegt toe, dat dit eens grondig zal worden bezien, De Heer STEEGHS zegt, dat in den weg naar de voor een paar jaar geleden verpachte gronden in het Castenraysch Broek een groote heuvel is; de menschen, die daar den grond gepacht hebben, ondervinden er veel hinder van en een van de conditie's bg de verpachting van die gronden was, dat die weg verbeterd zou worden. De VOORZITTER zegt, dat het werk aan dien weg geen voortgang kon hebben in yerbaDd met het onttrekken van werkioozen aan de ge meentelijke werkverschaffing; er zal echter eens bekeken worden, of met niet te veel kosten deze weg eenigszins kan verbeterd worden. De Heer CLAESSENS merkt op, dat de verbindingsweg vanaf de kapel te Veltum met den Leunscheweg. die nog maar kortgeleden ge heel Is opgeknapt, thans weer in onhoudbaren toestand verkeert. Langs dien weg moeten waterlossingen gemaakt worden, anders spoelt hij telkens bg eenigen regenval van beteekenls weer uit. De VOORZITTER zegt een onderzoek toe. De Heer VAN HAREN verzoekt om dadelijk nog even een besloten vergadering te houden. De VOORZITTER antwoordt, dat hij ook nog een punt ter bespreking in besloten vergadering heeft en verzoekt de Heeren te dien einde na afloop der vergadering nog even bijeen te blijven. De Heer ODENHOVEN wijst er hierna nog op, dat de St. Servatius- weg langs het land van Jeuken ook ontzettend slecht is. De VOORZITTER antwoordt, dat ook hier bezien zal worden, wat ter verbetering kan gebeuren. Hierna gaat de Raad over in besloten zitting. Na heropening besluit de Raad zonder hoofdelijke stemming tot aan koop van het van Vrestein en Koppel te Amsterdam In huur zijnd spoorwegmateriaal, te weten 4000 M. spoor en 100 kipwagens, waarvoor het benoodigd bedrag op de begrooting aanwezig is. Ten slotte dankt de VOORZITTER de Heeren Raadsleden nog voor de vlotte en aangename wijze, waarop deze begrootingsvergadering, telkens de belangrijkste van het geheele jaar, Is verloopen. Thans niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord verlangend, sluit de VOORZITTER de vergadering met gebed. De winter is een stuursche vent, Hij kleurt de velden grg's. Het water is zijn legertent En heel de joelige schaatserbent Vindt haar vermaak op 't ijs. De vorst moge voor jonge en oude liefhebbers van de ijspret een paradijselijke vreugde zgn, voor de bg is de koude gewoon een gruwel. Nooit zag men een b\j op de schaats. En zou een enkele durver zich die weelde permitteeren, op hetzelfde oogenblik zouden haar magere bot ten zoodanig van de kou ineenkrim pen, dat ze haar laatste ademtocht op het ondermaansche had volbracht. De bij houdt van warmte. Hoe hooger de temperatuur stijgt, hoe levendiger ze wordt. In deze koude dagen zit ze bij haar zusteren ge zellig aan den warmen haard. Men moet dit ook weer niet letterlijk opvatten. Een kachel of centrale verwarming zou voor haar even noodlottig kun nen worden als een kijkje in de koude winterlucht. Dat zou haar in den waan kunnen brengen, dat bui ten reeds de lente haar intocht had gedaan en een proeftocht zou voor haar fataal zijn. Het gebeurt wel eens, dat het heldere winterzonnetje zoo lekker in den korf schijnt, dat de bij naar buiten stormt en jammerlijk in de sneeuw den dood vindt. In zoo'n ge val moet men de sneeuw voor den bijenstal verwijderen. In den winter zitten de bijen met een 10 k 15000 en meer kameraden in de woning bg'een tot een dichten tros. Al is de warmte van den een ling ia de natuur niet merkbaar, door de massa ontstaat er zoo'n hooge temperatuur, dat ze er zich behaaglijk bij vindt. Wordt deze te laag, dan weten ze die door vleugel slag weer tot de vereischte hoogte op te voeren. De bijentros zit dicht bij de vlieg opening, want ook de bijen hebben in den winter lucht noodig. Een winterslaap houden ze er niet op na. Gluurt men door de opening naar binnen, dan is er altijd eenige be weging te bespeuren. In het midden troont de koningin, die sedert den herfst de eierleg heeft gestaakt. Daaromheen zitten de jonge bijen en aan den buitenkant van den tros de oudere. Dat zjjn allemaal werkbijen. Darren komen 's winters niet te pas. Zijn die toch aanwezig, dan wijst dat op iets verdachts. Meestal is 't een bewijs, dat 't volk moerloos. Wordt hierin m 't voorjaar niet voorzien, dan is dat volk onherroepelijk ten doode opgeschreven. De bg'en zitten nu op de ledige raten. Deze zgn met lucht gevuld en daar lucht 'n slechte waimtegeleid- ster is, blijft de warmte gemakkelijk op peil. AL weer een een bewijs van de wonderlijke doelmatigheid in de na tuur. Al wat leeft, heeft voedsel noodig, zoo ook de bijen in den winter. Dit voedsel hebben de diertjes het vorige jaar als wintervoorraad opgeslagen. Dat Is eigenlijk de natuurlijke gang van zaken. Maar daar kwam de mensch tusschenbelda en verbrak die harmonische eenheid. Hij ontnam aan de bij den koste- lijken honing en gaf er de goedkoope accijnsvrije suiker voor ln de plaats, Honing is een volledig voedingsmid del H^ bevat alle bestanddeelen voor de voeding. Suiker is dat niet, ze bevat maar één voedingsstof, de sui ker, terwijl hierbij tevens water wordt toegevoegd. Bovendien zgn er ook nog cel en met stuifmeel in de nabijheid. In ieder geval is het een feit, dat een bijenvolk, uitsluitend met suiker ge voed, best door den winter komt. Boven en achter de bgentros zjjn de cellen gevuld met honing of sui keroplossing. Die voorraad moet strekken tot het voorjaar, we kun. nen gerust zeggen tot Maart, April. Een korf, die ingewinterd is, moet met bijen en al een gewicht hebben van om de 25 pond, wil men met een gerust hart willen beweren, dat tot midden Maart er geen gebrek zal geleden worden. En dat is noodig, want hoe meer men op de koude voorjaarsdagen het volk met rust laat, hoe beter. Eerst wordt het voedsel naar boven opgeteerd en dan naar achter De buitenste bg'en reiken er van over aan haar zusteren en deze zorgen, dat ook de koningin haar deel krijgt. De deksels van de cellen worden doorgekcaagd en die vallen ais kleine wasschilfertjes tusschen de raten op de bodemplank. Men ziet ze daar in het voorjaar liggen in rijen net zooals de raten z^n aangebracht. Zoo lang de zoo genaamde mulrgen den achterkant, van de korf niet bereikt hebben, be staat er nog geen gevaar voor voed selgebrek. Om de koude te weren, hebben we de vlieggaten verkleind. Bg de kor ven zoodanig, dat er goed een bg" door kan. Bg de kasten is de vlieg- spleet met een paar lappen tot een paar cm dlchtgestopt. Toch moet men nog zorgen, dat bg een sneeuw jacht de vliegopening niet dicht sneeuwt, want het is ae zuurstofpoort, waardoor ze de noodige lucht moeten ontvangen. De woningen zgn van boven afgedekt, om de warmte beter te kunnen behouden. Wie dit heeft verwaarloost, kan het nu nog doen. Strikt noodzakeigk is het niet, maar wél aanbevelenswaard. Als de voor raad voldoende is, komen ze de win ter best door. De bgen verlangen ln dezen tgd niets dan rust. Klapperende deuren en springende deuren en springende katten doen de bodemplank in tril ling brengen. Dat veroorzaakt onrust en er wordt meer voedsel opgenomen. We imiteeren in den wintertgd zooveel mogeigk de stilte van de Pool en wachten geduldig de lente- Overzicht van de Competitie 1939^940. 1 23 4 1 V 1-i 2-1 0-2 0-*v 2 0 2 0- f'2 X 0-2 0.3.2 2-< 0-2 032 1 1 234 2.(2.0 0- KLASSE A. M. Keysers 1 Jac. Janssen 2 Wim Janssen 3 S. Keysers 4 Fr. Janssen 5 A. Kleuskens 6 KLASSE B. A. van Asten 1 A. Winnen 2 Joh. Kleuskens 3 Jac. Claessen 4 G. Verheyen 5 H. Arts 6 1 2 3 4 5 6 x 0 2 1-1 2 0 2-0 2-0 1-1 x 0 2 2 0 2 0 2-0 1-1 1-1 x 2 0 2 0 2 0 0 2 2 0 2 0 x 1-1 0-2 0-2 2 0 1-1 1-0 x 2-0 0 2 0 2 0 2 2-0 0 2 x 1 2 3 4 5 6 x 2-0 1-1 0 2 0 2 0-2 0-2 x 2-0 0 2 2 0 2 0 0-2 0 2 x 0 2 2-0 1-1 1-1 2 0 2 0 x 2 0 2 0 2 0 2 0 0-2 2-0 x 2-0 2 0 2-0 2-0 0-2 1-1 x 0-2 xO-2 2-0 2-0 x 2 0 2 0)-2 2 0 0-22-0 2-0 2 02 0 dagen af. als de warme zonnestralen het volkje weer naar buiten lokken. Heel. J. H. DELHOOFEN. Bodemarbeid wordt slecht beloond. 't Is maar een boer, of het is maar een tuinder hoort men wel eens zeg gen. ln het woordje „maar", dat voor ons beroep geplaatst wordt, zit de angel, het vernederende het ach ter uitzet ten van onzen stand. Alsof de bodemarbeid minderwaar dig is aan het andere werk, aan dat op kantoor of winkel, op atelier of ln werkplaats. Alsof onze vuile klee ding ons meer misstaat dan een kaal gesleten kantoorbroek of een muffe winkel jas. Alsof schop en riek minderwaardige werktuigen zgn en minderwarig zouden zgn aan een pen, schrgfmachine, ellestok of pakpapier. Alsof men minder hersens noodig heeft voor het telen van producten dan voor het verkopen ervan. Alsof er minder overleg noodig is voor het opmaken van een teeltplan op onze gronden, dan voor het schrgven van een brief of het afwegen van een ons kaas en een onsje zeep Neen, wg kunnen onzen bodemar beid niet als iets minderwaardigs zien. En toch wordt hij minderwaar dig geacht. En minder beloond ook. Dat is al vaak beweerd en even dik- wgis tegengesproken. Nu is het waar, dat het al heel moeiigk is om vergeigkingen te tref fen tusschen geheel verschillende soorten arbeidsprestaties en de daar voor gegeven belooningen. In Duitsch- land heeft men eens vóór dezen oorlog een onderzoek ingesteld over deze aangelegenheid. Men ging hoeveel het heele volksin komen 3 en daarnaast hoeveel het in komen van de agrarische bevolking was. Het bleek dat in de laatste 5 jaren vóór 1939 het loon van de bodemarbeiders resp. 20,20,19,18 eD 17 percent van het geheele volksin komen bedroeg. Als nu het aantal arbeidenden op akker en in tuin ook hetzelfde percentage vertoonden, dan was er niets tegen te zeggen. Maar zoo was het niet. Het aantal der- genen, die van land- en tuinarbeld leefden beliep resp. 30, 28, 27, 25 en 24 percent van alle arbeidenden. Daar zit wat in, in het naast- elkaar zetten van deze cgfers. Der tig procent der werkenden genieten slechts 20 pet. van het loon. Dat wil dus zeggen, dat land- en tuin- arbeid in Duitschland maar met twee derden van het algemeen loon be taald wordt. En we gelooven dat het in ons land niet anders is, in geen geval beter. Agricola. VENRAY. 27 Januari 1940 Keuring van hengsten. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen nader ter kennis van belanghebbenden, dat de keuring van tot dekking bestemde hengsten van het type trekpaard, welke zgn inge schreven in een stamboek van een stamboekvereenlging voor de provin cie Limburg niet zal worden gehou den op 1 Februari 1940, doch op Woensdag 31 Januari 1940 te Maas tricht. Venray, 19 Januari 1940. Burgemeester en Wethouders vnd, A. H. M. JANSSEN. De Secretaris, VAN HAAREN. Em. Pastoor N. v. d. Berg. f Zondagmiddag is te Tegelen, waar hg rustend was, op zeventig-jarigen leeftgd overleden de Zeereerw, heer N. van den Berg, oud-pastoor van Swalmen. Nicolaas van den Berg werd ge boren te Oostrum 13 September 1869. Hg studeerde aan de seminaries van het Bisdom Roermond en werd priester gewgd op 10 Maart 1894 Achtereenvolgens volgde zgn benoe ming tot kapelaan te Blitterswgk op 15 September 1894, kapelaan te Afferden op 20 September 1897, kapelaan te Helden op 1 October 1904, pastoor te Siebengewald op 18 September 1914 en pastoor te Swal men op 1 Maart 1921. Winterkl anten boven de Peel. Boven de Peel worden de laatste dagen vogels waargenomen, die ken merkend zgn voor de heftigheid van het winterweer. O.m. zgn er wilde zwanen gezien. Dit zgn prachtige vogels met zwaren vleugelslag. Zg worden ook „Denen" genoemd. Deze dieren komen niet over deze streek en hun aanwezigheid wordt sinds jaar en dag door het landvolk be schouwd als een bgverschgnsel bg" zeer lage temperaturen. In dat ver band ls hun verschg'nen thans wel uitermate veelzeggend. Behalve wilde zwanen worden de laatste dagen ooKtalrgi vriesganzen gesigaieerd. op groote hoogte iiüen tri V.-vorm en wel va:Noor< Zuid-West. Een fiets onier d< Aan een trein, de te V veerde hing een halve onderzoek werd inge: leverde geen direct res het station Tieniay we meerd. Ook daar Bist m ongeluk. Ook wgrd zoek ingesteld, x£tT bi dat men tusschen "ienra; langs de lijn hetande van de fiets vond. Toen gezocht en vond men wachterswoningen ten mf Deze was verkleimd geworden en had ajn fii rails van de spoortaao daarna de wachbrswo gegaan om zich tewarr LUXOR THEA Heden Zaterdagavond en Zondag om 5 a 8 i Luxor U een komiiche DE MAAN SCHUNT TUCKY." Caroline Vanderiusse dag uit in de wachtkai radio-omroepstatioi te de hoop dat ma eei luisteren Daar haaimuz ties... geen kans h<or. 1 wijl zeggen de heren gramm&leiding tejen e zg' betere en oor$)ron mers moeten heblen. quent is men somtjjds. Jerry Wade woiit om naar Kentucly natuurtalenten te »ntd< line krggt daar de li verteld het aan laar drie Ritz Brothers,die men en naar Ktntu< Daar worden ze entde dan hun talenten de sturen, dat gepaard g moeilgkheden en pietm toch. Als tweede hoifdfi Luxor U..CHARGE'S HONOLOELOE". Efeze ley Chan vervult ajn i voorganger. Deze spi waarin twee en één dtetaHU n.bet Chan is 't >£&n dfe d< derd en('er een eini aE de moordenaar te »ntd vangen te nemen Ei die u in spanning hoi film zien. De kolendampve te Roermc Omtrent het geval vi vergiftiging, dat zich van Zaterdag op Zond gedaan in het opvoi „Sint Joseph" te Roer: een broeder en een h het leven zijn gekon vernomen, dat de twe soneD, waarbg" zich zi selen hebben voorgedi pleegden waren. Het b knechten, die tot l\et d van de inrichting behc Burgemeester van beek gaat 1 Met ingang van 1 1 aan A. J. Jenniskens eervol ontslag verlei meester der gemeente onder dankbetuiging durige diensten als zoo Aanbesteding B.l te Boxmi Onder architectuui S. Dings uit Beek (L het bouwen vanc"*\/> voor buitengewoon' 1 te Boxmeer. Hiervoo schrgvingen ingekom inschrgver Hendriks voor f 62320laags Kersten te Overloon Door trein ge( gedood Maandag is de i spoorwegarbeider T. NgmegenGroesbeek, Anna en Brakkenstei meente Ngmegen, do< gegrepen en op slagj was bezig met het sc wissels, die onder de Het slachtoffer wat had geen kinderen. VENLO. Op de C eeniging van Maandi voer 1.650.000 eièfèstT Kippeneieren van Kleine eieren van 1 Eendeneieren van 1 ROERMOND >p( vereeniging v«2 M aanvoer 5.250.000 eie Kippeneieren van 1 Eendeneieren van f

Peel en Maas | 1940 | | pagina 6