as Jaarmarkt Venray
MAANDAG 5 FEBRUARI
De bij in den
Winter.
Damclub „De Schuivers", Yfcelsi
Voor Boeren en
Tuinders
Provinciaal Nieuws
Gemengde B
Markdieri
De Heer MILLEN kan zich betreffende dit punt niet met den Voor
zitter vereenigen.
De Heer PUBBEN verklaart echter zich niet met de zlenawjjze van den
heer Mlllen te kunnen vereenigen. Spreker hoopt zelfs, dat de opbrengst
het dubbele zal zijn van hetgeen geraamd is, maar is het nog onnoodtg
z.i. om erover te praten die opbrengst ten bate van den gewonen dienst
te brengen; die hoogere opbrengst gedurende, een of twee jaren is vol
komen toevallig.
De VOORZITTER zegt het geheel met het door Wethouder Pubben
gesprokene eens te zijn. Het zou dit jaar weliswaar een meevaller kun
nen beteekenen, doch in vele andere jaren zou het wellicht een tegen
valler zijn.-.
De VOORZITTER vraagt, hierna of het Voorstel Millen wordt ge
steund, waarop de Heer STEEGHS antwoordt, dat hij steunt. Wijl elk
voorstel tenminste door 2 personen dient te .worden gesteund wordt het
niet in stemming gebracht.
De Heer GUELEN wilde hierna zijn steun nog toezeggen, doch deed
dit te laat.
Bij vlgnr. 243 „Onderhoud en administratie van bezittingen, niet voor
den publieken dienst gebruikt of van werken en inrichtingen die geheel
of voor een groot gedeelte buiten de gemeente gelegen," merkt de Heer
GUELEN op, dat de raming van dezen post in de begrooting een verschil
geeft van f 105.met de recapitulatie in de toelichting der begroot in g.
DE VOORZITTER antwoordt, dat dit inderdaad juist is, doch dat de
memorie van toelichting een type fout geslopen is, die reeds is gezien
en hersteld. Het bedrag in de begrooting zelf is juist.
Bg vlgnr. 342 „Kosten van overbrenging, plaatsing en verpleging van
arme krankzinnigen" vraagt de Heer VAN HAREN naar de reden der
verhooging van dezen post met ruim f 2000.
De VOORZITTER antwoordt, dat bg deze raming rekening gehou
den moest worden met een grooter aantal patiënten en op de tweede
plaats met een vermoedelijk stijgenden verpleegprgs.
De Heer VAN HAREN vraagt of de post voor onvoorziene uitgaven
dan niet beter wat hooger geraamd had kunnen zgn en dan deze post
wat verlagen, wijl toch nog niet zeker is dat de verpleegprgs zal stggen.
De VOORZITTER antwoordt, dat dit toch practisch op hetzelfde
neerkomt. Als de prijs werkelijk niet zou stggen, dan zullen de uitga
ven minder zijn en komt dit dan even goed ten bate van het saldo.
Bg vlgnr. 347 vraagt de Heer VAN HAREN of het inderdaad wel
noodig is, dat het Armbestuur het ongekend hoog bedrag van f 23500.-
subsidie krijgt.
De VOORZITTER antwoordt, dat het bedrag is overeenkomstig de
goedgekeurde begrooting van het Burgerlijk Armbestuur. Er zijn
trouwens wel kleinere gemeenten, waar het subsidie nog veel hooger is.
Bij vlgnr. 366, „Jaarwedden van ambtenaren en beambten bg het
bureau voor steun verleening en werkverschaffing" stelt de Heer MIL
LEN voor het geraamde bedrag zoodanig te verhoogen, dat daaruit
aan de tgdelijke hulpkrachten een vergoeding van f 35.per maand
kan worden toegekend.
De VOOPZITTER antwoordt, dat deze thans f 20.per maand ver
dienen en dat Burgemeester en Wethouders gemeend hebben een ver
hooging van f 5.per maand te mogen voorstellen.
De Heer VAN HAREN weet niet, over welke capaciteiten deze hulp
krachten beschikken, doch vindt een vergoeding van f 20.per maand
toch al zeer gering, zeker in verhouding tot de bezoldiging van het
andere daar werkzame personeel. Spreker zou een tusschenvoorstel
willen doen en stelt voor de hulpkrachten een belooning toe te kennen
van f 30.per maand.
Dit voorstel wordt gesteund door de Heeren Nelissen en Arts en
hierna door den Raad zonder hoofdelgke stemming aangenomen.
Daar thans geen der leden nog over een of anderen post afzonderlgk
het woord verlange, merkt de Heer ODENHOVEN nog op, dat hem is
opgevallen, dat er dit jaar zoo weinig van de b'egrooting gezegd is
hij persoonlijk heeft ook zeer weinig aan de discussies deelgenomen.
Vroeger duurde de behandeling van de begrooting soms wel driemaal
zoo lang. De reden, dat Spreker zoo weinig op te merken had, was
niet, dat hij de begrooting niet goed bestudeerd heeft, doch omdat zij
hem in haar geheel werkelijk is meegevallen. De gemeente is gelukkig
nog niet noodlgdend. Zijn hoop op belastingverlaging heeft Spreker
maar weer naar de toekomst verschoven en verder hoopt hg, dat de
volgende begrooting in een blgder sfeer, een sfeer van vrede, zal kun
nen besproken worden. In verband met de luchtbescherming is thans
nog een groot bedrag uitgetrokken, o.a. voor aanschaffing van een
sirene. Laten we echter hopen, dat deze voor onze gemeente slechts
een sieraad zal mogen zijn, doch nooit voor de praktgk als een werk
tuig zal behoeven gebruikt te worden.
De Heer MILLEN wgst er op, dat hg bij de voorbespreking de nood
zakelijkheid van het instellen van commissie's reeds nadrukkelijk naar
voren heeft gebracht en rekent het tot zgn plicht nogmaals op de
voordeelen daarvan te moeten wijzen. Wijl het College van Burgemees
ter en Wethouders aan de instelling daarvan echter blgkbaar niet
wenscht mede te werken, kan Spreker zgn stem aan deze begrooting
niet geven.
De Heer Wethouder PUBBEN zegt hierna toe, dat Burgemeester en
Wethouders zooveel mogelijk met de naar voren gebrachte wenschen
rekening zullen houden. Hij hoopt, dat steeds van de Raadsleden indivi
dueel en ook van de bevolking desgevraagd bg de voorbereiding van
verschillende plannen medewerking zal worden ondervonden. Spreker
meent, dat onze begrooting voor 1940 goed in elkaar zit en nog niet
wat men noemt een ongunstig financieel beeld vertoont, ondanks de
bijzonder moeilijke omstandigheden, waaronder zij moest worden opge
maakt; hij acht zich overtuigd, dat, als de toestand niet schromelijk
ten ongi'nste verandert, Burgemeester en Wethouders in 1940 flink
met deze begrooting zullen kunnen werken.
De VOORZITTER onderschrijft hierna het gezegde van den Heer
Odenhoven, in verband met de aan te schaffen sirene. Ook Spreker
hoopt, dat zij niet in ernst voor luchtalarm gebruikt zal behoeven te
worden, doch dat zij zal mogen zijn een „vredessirene", waarmee liefst
spoedig, de vrede ingeluid zal kunnen worden.
Verder hoopt Spreker, dat de Raad eendrachtig zal blijven samen
werken, niet alleen met het College van Burgemeester en Wethouders,
doch ook onderling. Laten we ons in deze ernstige tjjden niet te zeer
bekommeren over allerlei persoonlijke belangen en belangetjes, maar
laten wg' door eendrachtige samenwerking voorkomen, dat het gemeen
tescheepje om eens een actueel beeld te gebruiken op een mijn
loopt of getorpedeerd wordt en laten wij alles in het werk stellen, om
het veilig door deze ongunstige tgden heen te voeren, daarbij alle
kleinigheden terzijde 'stellend en steeds het groote, het algemeene, het
ons dierbaar gemeentebelang voor oogen houdend. Moge het ons met
Gods hulp gegeven zgn, dat wij einde 1940 met andere en betere voor
stellen zullen kunnen komen. Ook Spreker zou niets liever zien, dan
dat bij de volgende begrooting althans reeds een kleine belastingver
laging kan worden voorgesteld, al kan daarop zeker thans nog niet
eenig vooruitzicht worden geopend. Laten wij, onder Gods bijstand,
moedig en vertrouwvol het jaar 1940 ingaan.
De gemeentebegrootlng wordt hierna, zonder hoofdelgke stemming, in
haar geheel vastgesteld, voor wat den gewonen dienst betreft op
f 1463672,65 in inkomsten en uitgaven en voor wat den kapitaaldienst
betreft op f 132645413 in inkomsten en uitgaven.
De Heer MILLEN verzoekt aanteekening in de notulen, dat hij geacht
wenscht te worden te henben tegen gestemd, terwijl de Heer van Haren
op dat moment afwezig was.
De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 7 der agenda „Be
handeling en vaststelling begrootihg van den tak van dienst het bedrijf
der Gasfabriek."
Deze begrooting wordt eveneens in haar geheel vastgesteld op
f 27433 30 in baten en la3ten en voor wat den kapitaaldienst betreft op
f 15555 25 in inkomsten uitgaven.
De Heer van Haren komt hierna wederom in de vergadering.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 8 der agenda;
„Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen te machtigen zooals
gebruikelijk, tot het doen der gewone verkoopingen van hakhout, turf-
slrjk enz. en verpachting van de vervallen pachten."
Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
De VOORZITTER stelt daarna aan de orde punt 9 der agenda; «Voor
stel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van het bedrag,
dat in 1940 per leerling voor de bijzondere scholen wordt beschikbaar
gesteld ter bestrgdiDg der kosten, bedoeld in art. 55 bis der L.O. wet
1920, respectievelijk op f 6,22 voor de lagere scholen en f 15.voor de
U.L.O. school.
Wordt zonder hoofdelijke stemming besloten deze vergoeding aldus
te bepalen.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 10 der agenda:
„Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen de bevoegdheid te
geven art. 141 der Algemeene Poli tie verordering en art. 5 der Bioscoop
verordening ook wederom voor 1940 buiten werking te stellen".
Wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Hierna stelt de VOORZITTER aan de orde punt 11 der agenda:
„Voorstel van Burgemeester en Wethouders om hen te machtigen tot
het opnemen van de voor den dienst 19*0 noodige kasgelden".
Wordt zonder hoofdelgke stemming besloten dit credlet toe te staan
tot een maximum bedrag van f 300 000en naar een reDte tot het
percentage, hetwelk de Nederland9che Bank berekent voor gelden, die
in Rekening-Courant worden opgenomen.
De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 12 der agenda
„Benoeming van twee leden in de Commissie van Toezicht op de Ge
meentelijke tevens •Districtsarbeidsbeurs, wegens periodieke aftreding
op 30 Juni 1939 van H J. H. Sala als Voorzitter en J. H. H. Ouden
hoven als vertegenwoordiger der werkgevers, en A. G. Mlllen als ver
tegenwoordiger der werknemers.
Tdt stemopnemers worden door den Voorzitter aangewezen de heeren
van Djjck en Steeghs.
De Heer Sala wordt hierna zonder hoofdelgke stemming opnieuw tot
Voorzitter benoemd.
In de vacature Oudenhoven waren, behalve dezen, voorgedragen de
Heeren P. Wijnhoven en G. Verstraelen.
Uit de gehouden stemming blgkt, dat de Heer Oudenhoven 11 stem
men heeft behaald en dus is herbenoemd, terwijl een der leden een
blanco briefje inleverde.
In de vacature Millen waren, behalve dezen, voorgedragen de Heeren
P. H. Manders en M. Kelders.
Uit de gehouden stemming blijkt, dat de Heer Millen 10 stemmen
heeft behaald en dus eveneens is herbenoemd, terwijl wederom een der
leden een blanco briefje inleverde.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 13 der agenda
„Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van het
Raadsbesluit van 6 April 1934 tot het aangaan eener gemeerschappe-
lijke regeling met de gemeenten, gelegen ten Noorden van de Noorde
lijke grens der gemeenten Nederweert, Heythuizen, Roggel, Neer, Kes-
sel en Belfeld, tot instelling van eene Commissie, welker taak het is
een streekplan „Noord-Limburg" vast te stellen."
Deze wijziging is slechts van formeelen aard en is noodig geworden
door de wet van 22 April 1937 (Staatsblad 311), waarbij aan art. CIX
der wet van 31 Januari 1931 (Staatsblad 41) tot herziening der ge
meentewet een nieuw lid is toegevoegd, volgens hetwelk alle gemeen
schappelijke regelingen, welke niet voldoen aan de nieuwe voorschriften
der Gemeentewet, vóór 1 Januari 1940 daarmede in overeenstemming
moeten worden gebracht.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad deze wijziging aan te
brengen.
De VOORZITTER stelt hierna aan de orde punt 14 der agenda
„Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het voor 1939 verleenen
van een extra-bijdrage groot f 226.01 aan het Groene Kruis afd. Ven-
ray, wegens door haar gemaakte kosten in verband met de bestrijding
der in deze gemeente geheerscht hebbende kinderverlamming."
Wordt zonder hoofdeiijke stemming goedgevonden deze extra-bijdrage
te verleenen.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 15 der agenda:
„Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verbouwing en ver
betering der arrestantenlokalen onder het Gemeentehuis, zulks over
eenkomstig de voorschriften."
Bij een namens den Heer Procureur-Generaal bij het Gerechtshof te
's-Hertogenbosch gehouden controle is komen vast te staan, dat de
cellen onder het Raadhuis niet voldoen aan de dienaangaande gestelde
eischen. De cellen moeten nu voor 1 Januari 1940 in overeenstemming
zijn gebracht met die eischen, aangezien tot dien datum slechts op
schorting van voldoening aan die eischen kan worden verleend. Burge
meester en Wethouders stellen den Raad voor hun het voor het aan
brengen van die verbeteringen benoodigde crediet, zijnde maximaal
f 1000.te willen toestaan.
De Heer ODENHOVEN vraagt of dit werk nu publiek zal worden
aanbesteed, daar vroeger eens een besluit genomen Is, dat alle werken
boven f 200.— k f 300.publiek aanbesteed moeten worden.
De VOORZITTER antwoordt, dat, als er in deze gemeente een der
gelijk besluit bestaat, Burgemeester en Wethouders zich daaraaD zullen
houden.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de Raad hierna het benoodigde
crediet toe te staan.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 16 der agenda;
„Wijziging gemeentebegrooting 1939 (gewone en kapitaaldienst)."
De voorgestelde wijzigingen hebben voor de Heeren Raadsleden ter
secretarie ter Inzage gelegen.
Wordt zonder hoofdelgke stemming besloten deze wijzigingen aan te
brengen.
De VOORZITTER stelt daarna aan de orde punt 17 der agenda
„Verzoek van W. Martens e.a. te Oirlo, om wijziging van de data,
waarop aldaar de jaarlgksche kermis wordt gevierd."
Burgemeester en Wethouders stellen voor, afwijzend op dit verzoek
te beschikken, daar nog slechts kort geleden, n.l. in 1933, de dagen,
waarop te Oirlo de kermis gehouden wordt, opnieuw zgn vastgesteld,
zulks op verzoek van vrijwel de geheele bevolking van Oirlo. De thans
nieuw voorgestelde data zouden, naar zij vreezen, ook niet goedgekeurd
worden, daar de kermis te Oirlo alsdan meerdere malen zou samen
vallen met die te Leunen en die in naburige gemeenten, zooals o.a. te
Geijsteren en Meerlo en vaak ook op 2e Pinksterdag.
Overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt
zonder hoofdelgke stemming besloten op dit verzoek niet in te gaan.
De VOORZITTER deelt hierna mede, dat alsnog een verzoek is bin
nengekomen van het Schoolbestuur van de Jongensschool in de kom,
waarbij wordt .verzocht eenige wijziging te willen aanbrengen in de
door den Raad op een verzoek tot verbetering der speelplaats genomen
besluit, en wel in dien geest, dat het Schoolbestuur een stukje grond,
gelegen achter het plansoentje en tusschen het oude en nieuwe gedeelte
der school, erbij zou krijgen, om daar dan de overdekte speelplaats te
kunnen maken. De bestaande W.C 's zouden dan afgebroken moeten
worden en worden verplaatst. Persoonlijk, zegt Spreker, veel voor deze
oplossing te voelen. De speelplaats Is zooal erg klein voor 500 a 600
jongens, zoodat het beter is daarop de overdekte speelplaats niet te
maken; de eenigste mogelijkheid zou dan trouwens zijn een afdak te
maken tegen de nieuwe school, of tegen de woning van den secretaris
belde oplossingen zouden het aanzicht van het geheel niet verfraaien
en wat laatstgenoemde betreft, zou er ook nog dit groot bezwaar zijn,
dat er dan de volle Noordenwind in komt. Spreker zou dan ook wUleD
voorstellen medewerking, als gevraagd in principe, te verleenen en een
stukje grond van circa 75 M2 aan het Schoolbestuur, voor vergrooting
der speelplaats beschikbaar te Btellen. Dan is het mogelijk om een
practische en niet misstaande overdekking te maken. De kosten zullen
echter natuurlijk wat hooger worden wegens de verplaatsing der W.C 's,
doch deze wegen ruimschoots op tegen de te verkrijgen voordeelen.
De Heer MILLEN vindt dit een zeer goed voorstel, wgl de kinderen
alsdan van alle zijden beschut "zullen zijn.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de Raad hierna accoord met het
voorstel tot het volgens de Lager Onderwijswet verleenen van mede
werking tot verbetering van de speelplaats op de bovengenoemde wijze,
Bij de hierna gehouden rondvraag wijst de Heer MILLEN op den
ellendig slechten toestand van een gedeelte van den Langeweg nabij de
Hoenderstraat.
D© VOORZITTER antwoordt, dat aan den directeur van gemeente
werken reeds eerder is opgedragen om deze aangelegenheid te regelen,
doch daar zit een particuliere kwestie tusschen.
De Heer VAN HAREN zou den landmeter eens laten komen om die
zaak daar op te meten, want het is nog een vraag of de man gerech.
tigd is om daar puntdraad te zetten.
De VOORZITTER zegt toe, dat dit eens grondig zal worden bezien,
De Heer STEEGHS zegt, dat in den weg naar de voor een paar jaar
geleden verpachte gronden in het Castenraysch Broek een groote heuvel
is; de menschen, die daar den grond gepacht hebben, ondervinden er
veel hinder van en een van de conditie's bg de verpachting van die
gronden was, dat die weg verbeterd zou worden.
De VOORZITTER zegt, dat het werk aan dien weg geen voortgang
kon hebben in yerbaDd met het onttrekken van werkioozen aan de ge
meentelijke werkverschaffing; er zal echter eens bekeken worden, of
met niet te veel kosten deze weg eenigszins kan verbeterd worden.
De Heer CLAESSENS merkt op, dat de verbindingsweg vanaf de
kapel te Veltum met den Leunscheweg. die nog maar kortgeleden ge
heel Is opgeknapt, thans weer in onhoudbaren toestand verkeert. Langs
dien weg moeten waterlossingen gemaakt worden, anders spoelt hij
telkens bg eenigen regenval van beteekenls weer uit.
De VOORZITTER zegt een onderzoek toe.
De Heer VAN HAREN verzoekt om dadelijk nog even een besloten
vergadering te houden.
De VOORZITTER antwoordt, dat hij ook nog een punt ter bespreking
in besloten vergadering heeft en verzoekt de Heeren te dien einde na
afloop der vergadering nog even bijeen te blijven.
De Heer ODENHOVEN wijst er hierna nog op, dat de St. Servatius-
weg langs het land van Jeuken ook ontzettend slecht is.
De VOORZITTER antwoordt, dat ook hier bezien zal worden, wat
ter verbetering kan gebeuren.
Hierna gaat de Raad over in besloten zitting.
Na heropening besluit de Raad zonder hoofdelijke stemming tot aan
koop van het van Vrestein en Koppel te Amsterdam In huur zijnd
spoorwegmateriaal, te weten 4000 M. spoor en 100 kipwagens, waarvoor
het benoodigd bedrag op de begrooting aanwezig is.
Ten slotte dankt de VOORZITTER de Heeren Raadsleden nog voor
de vlotte en aangename wijze, waarop deze begrootingsvergadering,
telkens de belangrijkste van het geheele jaar, Is verloopen.
Thans niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het
woord verlangend, sluit de VOORZITTER de vergadering met gebed.
De winter is een stuursche vent,
Hij kleurt de velden grg's.
Het water is zijn legertent
En heel de joelige schaatserbent
Vindt haar vermaak op 't ijs.
De vorst moge voor jonge en
oude liefhebbers van de ijspret een
paradijselijke vreugde zgn, voor de
bg is de koude gewoon een gruwel.
Nooit zag men een b\j op de schaats.
En zou een enkele durver zich die
weelde permitteeren, op hetzelfde
oogenblik zouden haar magere bot
ten zoodanig van de kou ineenkrim
pen, dat ze haar laatste ademtocht
op het ondermaansche had volbracht.
De bij houdt van warmte. Hoe
hooger de temperatuur stijgt, hoe
levendiger ze wordt. In deze koude
dagen zit ze bij haar zusteren ge
zellig aan den warmen haard. Men
moet dit ook weer niet letterlijk
opvatten.
Een kachel of centrale verwarming
zou voor haar even noodlottig kun
nen worden als een kijkje in de
koude winterlucht. Dat zou haar in
den waan kunnen brengen, dat bui
ten reeds de lente haar intocht had
gedaan en een proeftocht zou voor
haar fataal zijn.
Het gebeurt wel eens, dat het
heldere winterzonnetje zoo lekker in
den korf schijnt, dat de bij naar
buiten stormt en jammerlijk in de
sneeuw den dood vindt. In zoo'n ge
val moet men de sneeuw voor den
bijenstal verwijderen.
In den winter zitten de bijen met
een 10 k 15000 en meer kameraden
in de woning bg'een tot een dichten
tros. Al is de warmte van den een
ling ia de natuur niet merkbaar,
door de massa ontstaat er zoo'n
hooge temperatuur, dat ze er zich
behaaglijk bij vindt. Wordt deze te
laag, dan weten ze die door vleugel
slag weer tot de vereischte hoogte
op te voeren.
De bijentros zit dicht bij de vlieg
opening, want ook de bijen hebben
in den winter lucht noodig. Een
winterslaap houden ze er niet op na.
Gluurt men door de opening naar
binnen, dan is er altijd eenige be
weging te bespeuren.
In het midden troont de koningin,
die sedert den herfst de eierleg
heeft gestaakt. Daaromheen zitten
de jonge bijen en aan den buitenkant
van den tros de oudere. Dat zjjn
allemaal werkbijen. Darren komen
's winters niet te pas. Zijn die toch
aanwezig, dan wijst dat op iets
verdachts. Meestal is 't een bewijs,
dat 't volk moerloos. Wordt hierin
m 't voorjaar niet voorzien, dan is
dat volk onherroepelijk ten doode
opgeschreven.
De bg'en zitten nu op de ledige
raten. Deze zgn met lucht gevuld en
daar lucht 'n slechte waimtegeleid-
ster is, blijft de warmte gemakkelijk
op peil.
AL weer een een bewijs van de
wonderlijke doelmatigheid in de na
tuur.
Al wat leeft, heeft voedsel noodig,
zoo ook de bijen in den winter. Dit
voedsel hebben de diertjes het vorige
jaar als wintervoorraad opgeslagen.
Dat Is eigenlijk de natuurlijke gang
van zaken. Maar daar kwam de
mensch tusschenbelda en verbrak die
harmonische eenheid.
Hij ontnam aan de bij den koste-
lijken honing en gaf er de goedkoope
accijnsvrije suiker voor ln de plaats,
Honing is een volledig voedingsmid
del H^ bevat alle bestanddeelen voor
de voeding. Suiker is dat niet, ze
bevat maar één voedingsstof, de sui
ker, terwijl hierbij tevens water
wordt toegevoegd.
Bovendien zgn er ook nog cel en
met stuifmeel in de nabijheid. In
ieder geval is het een feit, dat een
bijenvolk, uitsluitend met suiker ge
voed, best door den winter komt.
Boven en achter de bgentros zjjn
de cellen gevuld met honing of sui
keroplossing. Die voorraad moet
strekken tot het voorjaar, we kun.
nen gerust zeggen tot Maart, April.
Een korf, die ingewinterd is, moet
met bijen en al een gewicht hebben
van om de 25 pond, wil men met een
gerust hart willen beweren, dat tot
midden Maart er geen gebrek zal
geleden worden. En dat is noodig,
want hoe meer men op de koude
voorjaarsdagen het volk met rust
laat, hoe beter.
Eerst wordt het voedsel naar boven
opgeteerd en dan naar achter De
buitenste bg'en reiken er van over
aan haar zusteren en deze zorgen,
dat ook de koningin haar deel krijgt.
De deksels van de cellen worden
doorgekcaagd en die vallen ais kleine
wasschilfertjes tusschen de raten op
de bodemplank.
Men ziet ze daar in het voorjaar
liggen in rijen net zooals de raten
z^n aangebracht. Zoo lang de zoo
genaamde mulrgen den achterkant,
van de korf niet bereikt hebben, be
staat er nog geen gevaar voor voed
selgebrek.
Om de koude te weren, hebben we
de vlieggaten verkleind. Bg de kor
ven zoodanig, dat er goed een bg"
door kan. Bg de kasten is de vlieg-
spleet met een paar lappen tot een
paar cm dlchtgestopt. Toch moet
men nog zorgen, dat bg een sneeuw
jacht de vliegopening niet dicht
sneeuwt, want het is ae zuurstofpoort,
waardoor ze de noodige lucht moeten
ontvangen. De woningen zgn van
boven afgedekt, om de warmte beter
te kunnen behouden. Wie dit heeft
verwaarloost, kan het nu nog doen.
Strikt noodzakeigk is het niet, maar
wél aanbevelenswaard. Als de voor
raad voldoende is, komen ze de win
ter best door.
De bgen verlangen ln dezen tgd
niets dan rust. Klapperende deuren
en springende deuren en springende
katten doen de bodemplank in tril
ling brengen. Dat veroorzaakt onrust
en er wordt meer voedsel opgenomen.
We imiteeren in den wintertgd
zooveel mogeigk de stilte van de
Pool en wachten geduldig de lente-
Overzicht van de Competitie
1939^940.
1 23 4
1 V
1-i 2-1
0-2 0-*v 2
0 2 0- f'2 X
0-2 0.3.2 2-<
0-2 032 1
1 234
2.(2.0 0-
KLASSE A.
M. Keysers 1
Jac. Janssen 2
Wim Janssen 3
S. Keysers 4
Fr. Janssen 5
A. Kleuskens 6
KLASSE B.
A. van Asten 1
A. Winnen 2
Joh. Kleuskens 3
Jac. Claessen 4
G. Verheyen 5
H. Arts 6
1 2 3 4 5 6
x 0 2 1-1 2 0 2-0 2-0
1-1 x 0 2 2 0 2 0 2-0
1-1 1-1 x 2 0 2 0 2 0
0 2 2 0 2 0 x 1-1 0-2
0-2 2 0 1-1 1-0 x 2-0
0 2 0 2 0 2 2-0 0 2 x
1 2 3 4 5 6
x 2-0 1-1 0 2 0 2 0-2
0-2 x 2-0 0 2 2 0 2 0
0-2 0 2 x 0 2 2-0 1-1
1-1 2 0 2 0 x 2 0 2 0
2 0 2 0 0-2 2-0 x 2-0
2 0 2-0 2-0 0-2 1-1 x
0-2 xO-2
2-0 2-0 x
2 0 2 0)-2
2 0 0-22-0
2-0 2 02 0
dagen af. als de warme zonnestralen
het volkje weer naar buiten lokken.
Heel. J. H. DELHOOFEN.
Bodemarbeid wordt slecht
beloond.
't Is maar een boer, of het is maar
een tuinder hoort men wel eens zeg
gen. ln het woordje „maar", dat
voor ons beroep geplaatst wordt, zit
de angel, het vernederende het ach
ter uitzet ten van onzen stand.
Alsof de bodemarbeid minderwaar
dig is aan het andere werk, aan dat
op kantoor of winkel, op atelier of
ln werkplaats. Alsof onze vuile klee
ding ons meer misstaat dan een
kaal gesleten kantoorbroek of een
muffe winkel jas. Alsof schop en riek
minderwaardige werktuigen zgn en
minderwarig zouden zgn aan een pen,
schrgfmachine, ellestok of pakpapier.
Alsof men minder hersens noodig
heeft voor het telen van producten
dan voor het verkopen ervan. Alsof
er minder overleg noodig is voor het
opmaken van een teeltplan op onze
gronden, dan voor het schrgven van
een brief of het afwegen van een ons
kaas en een onsje zeep
Neen, wg kunnen onzen bodemar
beid niet als iets minderwaardigs
zien. En toch wordt hij minderwaar
dig geacht. En minder beloond ook.
Dat is al vaak beweerd en even dik-
wgis tegengesproken.
Nu is het waar, dat het al heel
moeiigk is om vergeigkingen te tref
fen tusschen geheel verschillende
soorten arbeidsprestaties en de daar
voor gegeven belooningen. In Duitsch-
land heeft men eens vóór dezen
oorlog een onderzoek ingesteld
over deze aangelegenheid. Men ging
hoeveel het heele volksin komen
3 en daarnaast hoeveel het in
komen van de agrarische bevolking
was. Het bleek dat in de laatste
5 jaren vóór 1939 het loon van de
bodemarbeiders resp. 20,20,19,18 eD
17 percent van het geheele volksin
komen bedroeg. Als nu het aantal
arbeidenden op akker en in tuin ook
hetzelfde percentage vertoonden, dan
was er niets tegen te zeggen. Maar
zoo was het niet. Het aantal der-
genen, die van land- en tuinarbeld
leefden beliep resp. 30, 28, 27, 25 en
24 percent van alle arbeidenden.
Daar zit wat in, in het naast-
elkaar zetten van deze cgfers. Der
tig procent der werkenden genieten
slechts 20 pet. van het loon. Dat
wil dus zeggen, dat land- en tuin-
arbeid in Duitschland maar met twee
derden van het algemeen loon be
taald wordt.
En we gelooven dat het in ons
land niet anders is, in geen geval
beter.
Agricola.
VENRAY. 27 Januari 1940
Keuring van hengsten.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen nader ter kennis van
belanghebbenden, dat de keuring van
tot dekking bestemde hengsten van
het type trekpaard, welke zgn inge
schreven in een stamboek van een
stamboekvereenlging voor de provin
cie Limburg niet zal worden gehou
den op 1 Februari 1940, doch op
Woensdag 31 Januari 1940 te Maas
tricht.
Venray, 19 Januari 1940.
Burgemeester en Wethouders vnd,
A. H. M. JANSSEN.
De Secretaris,
VAN HAAREN.
Em. Pastoor N. v. d. Berg. f
Zondagmiddag is te Tegelen, waar
hg rustend was, op zeventig-jarigen
leeftgd overleden de Zeereerw, heer
N. van den Berg, oud-pastoor van
Swalmen.
Nicolaas van den Berg werd ge
boren te Oostrum 13 September 1869.
Hg studeerde aan de seminaries van
het Bisdom Roermond en werd
priester gewgd op 10 Maart 1894
Achtereenvolgens volgde zgn benoe
ming tot kapelaan te Blitterswgk op
15 September 1894, kapelaan te
Afferden op 20 September 1897,
kapelaan te Helden op 1 October
1904, pastoor te Siebengewald op 18
September 1914 en pastoor te Swal
men op 1 Maart 1921.
Winterkl anten boven de Peel.
Boven de Peel worden de laatste
dagen vogels waargenomen, die ken
merkend zgn voor de heftigheid van
het winterweer. O.m. zgn er wilde
zwanen gezien. Dit zgn prachtige
vogels met zwaren vleugelslag. Zg
worden ook „Denen" genoemd. Deze
dieren komen niet over deze streek
en hun aanwezigheid wordt sinds
jaar en dag door het landvolk be
schouwd als een bgverschgnsel bg"
zeer lage temperaturen. In dat ver
band ls hun verschg'nen thans wel
uitermate veelzeggend.
Behalve wilde zwanen worden de
laatste dagen ooKtalrgi
vriesganzen gesigaieerd.
op groote hoogte iiüen tri
V.-vorm en wel va:Noor<
Zuid-West.
Een fiets onier d<
Aan een trein, de te V
veerde hing een halve
onderzoek werd inge:
leverde geen direct res
het station Tieniay we
meerd. Ook daar Bist m
ongeluk. Ook wgrd
zoek ingesteld, x£tT bi
dat men tusschen "ienra;
langs de lijn hetande
van de fiets vond. Toen
gezocht en vond men
wachterswoningen ten mf
Deze was verkleimd
geworden en had ajn fii
rails van de spoortaao
daarna de wachbrswo
gegaan om zich tewarr
LUXOR THEA
Heden Zaterdagavond
en Zondag om 5 a 8 i
Luxor U een komiiche
DE MAAN SCHUNT
TUCKY."
Caroline Vanderiusse
dag uit in de wachtkai
radio-omroepstatioi te
de hoop dat ma eei
luisteren Daar haaimuz
ties... geen kans h<or. 1
wijl zeggen de heren
gramm&leiding tejen e
zg' betere en oor$)ron
mers moeten heblen.
quent is men somtjjds.
Jerry Wade woiit
om naar Kentucly
natuurtalenten te »ntd<
line krggt daar de li
verteld het aan laar
drie Ritz Brothers,die
men en naar Ktntu<
Daar worden ze entde
dan hun talenten de
sturen, dat gepaard g
moeilgkheden en pietm
toch.
Als tweede hoifdfi
Luxor U..CHARGE'S
HONOLOELOE". Efeze
ley Chan vervult ajn i
voorganger. Deze spi
waarin twee
en één dtetaHU n.bet
Chan is 't >£&n dfe d<
derd en('er een eini aE
de moordenaar te »ntd
vangen te nemen Ei
die u in spanning hoi
film zien.
De kolendampve
te Roermc
Omtrent het geval vi
vergiftiging, dat zich
van Zaterdag op Zond
gedaan in het opvoi
„Sint Joseph" te Roer:
een broeder en een h
het leven zijn gekon
vernomen, dat de twe
soneD, waarbg" zich zi
selen hebben voorgedi
pleegden waren. Het b
knechten, die tot l\et d
van de inrichting behc
Burgemeester van
beek gaat 1
Met ingang van 1 1
aan A. J. Jenniskens
eervol ontslag verlei
meester der gemeente
onder dankbetuiging
durige diensten als zoo
Aanbesteding B.l
te Boxmi
Onder architectuui
S. Dings uit Beek (L
het bouwen vanc"*\/>
voor buitengewoon' 1
te Boxmeer. Hiervoo
schrgvingen ingekom
inschrgver Hendriks
voor f 62320laags
Kersten te Overloon
Door trein ge(
gedood
Maandag is de i
spoorwegarbeider T.
NgmegenGroesbeek,
Anna en Brakkenstei
meente Ngmegen, do<
gegrepen en op slagj
was bezig met het sc
wissels, die onder de
Het slachtoffer wat
had geen kinderen.
VENLO. Op de C
eeniging van Maandi
voer 1.650.000 eièfèstT
Kippeneieren van
Kleine eieren van 1
Eendeneieren van 1
ROERMOND >p(
vereeniging v«2 M
aanvoer 5.250.000 eie
Kippeneieren van 1
Eendeneieren van f