OP PATROUILLE MET
DE MARINE
FÉiele geheimen uit
[!e luclitvaartkeuken
Alleen zij, die aan de kust wonen, kunnen er dagelijks getuige van zijn
hoe door de vliegtuigen en de schepen van de kustwacht gepatrouilleerd
wordt, zoodat elke verdachte gebeurtenis onmiddellijk gerapporteerd
kan worden en het Marine-apparaat terstond in werking treedt. Zooals
men in Engeland en Duitschland angstvallig waakt voor het doorlaten
van schepen, die contrabande bevatten, zoo waken de neutrale mogend
heden Nederland en België er voor, dat geen schip onopgemerkt de ha
vens binnen loopt. Nog geen half jaar geleden was de zee vrij, thans is
dat een legende geworden. Men zou evenwel verkeerd doen de oogen te
sluiten voor de realiteit; beter op zijn plaats is thans een woord van
hulde voor de moedige Marinemannen, die weer of geen weer hun plicht
doen.
HOE GEWAAKT WORDT LANGS
DE KUSTEN.
Wanneer wordt een schip prijs gemaakt en
opgebracht?
Fatrouilleerende vliegtuigen en schepen
van den bewakingsdienst vormen een
gesloten keten.
TOEN de oorlog uitgebroken was, wa
ren Oostzee en Noordzee plotseling
schoongeveegd van eiken vorm van
scheepvaart. Men zag nauwelijks een schip,
althans in de eerste dagen. Dat veranderde
al spoedig, want nu hebben de vaartuigen,
die met den bewakings- en patrouilledienst
der verschillende landen belast zijn, de
handen vol werk om de schepen, die weer
de zeeën bevaren, te onderzoeken en na te
gaan. In de oorlogvoerende landen heeft de
Marine bovendien de taak de koopvaardij
schepen van het eigen land veilig heen le
loodsen door de gelegde mijnenvelden. Ge
lijk men weet zijn op tal van plaatsen, ook
voor de kusten van Nederland en België
my n versperringen gelegd door Engelschen
en Duitschers, waardoor bepaalde stukken
van de zee onbevaarbaar worden. Het doel
van de eene party is den tegenstander te
dwingen door nauwe engten te varen, zoo
dat hy daar een gemakkelijke prooi wordt.
Met dat al worden vele koopvaarders het
slachtoffer van deze mijnen, ten deele
doordat ze van hun anker zijn losgeslagen,
maar dan dienen ze door de speciale vei
ligheidsinrichting onschadelijk te worden.
Door omstandigheden, die men elders in
dit artikel vermeld kan vinden, geschiedt
dit niet altijd. Maar nog gevaarlijker zijn
de mijnenvelden, die officieus gelegd zyn
door een der oorlogvoerende naties en
waarvan geen opgave is gedaan aan de
sc eepvaartkringen.
In de Noordzee zijn er bijvoorbeeld ver-
D"'neidene geconstateerd. Deze mijnen zyn
wel verankerd en dan is er nog een tweede
soort mijnen, waarover den laatsten tijd
i-og al veel geschreven is: de magnetische
mijnen, die drijven. De nabijheid van me-
teal brengt de ontstekingsinrichting in wer-
1 :ng. Om het gevaar, dat van deze zijde
dreigt te ondervangen, wordt overwogen
con scheepswand bijvoorbeeld te overtrek
ken met een laag rubber,
De patrouille en bewakingsdienst van
r"utrale mogendheden als Nederland en
Iclgië bepaalt zich tot het signaleeren van
nl wat op ons territorium nadert. Daarbij
komen allerlei eenheden in actie een
'n de kenmerken van den modernen oor
log de Marine wordt gesteund door het
DE EERSTE MAN IN HET NIEUWE
VLIEGTUIG.
Da verantwoordelijke en gevaarlijke taak
van den invlieger.
Velen denken dat de vliegtuigen, die in
reris de fabrieken verlaten, onmiddellijk
kunnen opstijgen voor hun eerste vlucht.
£00 eenvoudig is het intusschen niet. Vele
formaliteiten moeten worden vervuld eer
het zoover is. Wanneer het toestel gereed
fi* montagehal verlaat, wordt het aan een
grondige inspectie onderworpen door de
fabriek en vervolgens door de overheid, die
daartoe een speciale deskundige commissie
heeft aangewezen. En wanneer het een
r.ieuw type betreft, volgt daarna het zoo
genaamde invliegen, waarbij het toestel
aan uitermate zware proeven wordt bloot
gesteld. Over dit gevaarlijke en allerminst
romantische beroep van den invlieger ver
tellen wij in onderstaand artikel een en
ander. Weliswaar leven wij niet meer in de
dagen van luchtvaartpioniers als Leonardo
da Vinci en Otto von Lilienthai, toen een
lwging om te vliegen vrijwel gelijk stond
met zelfmoord, maar nog altijd is de eerste
vlucht van een nieuw vliegtuig min of
meer een sprong in het duister en vooral
de duikvluchten, de tonneau's en derge
lijke, stellen aan den invlieger, die over
een enorme tegenwoordigheid van geest
moet beschikken de hoogste eischen.
DE invliegers van de vliegtuigfabrieken
zijn de mannen, die elke machine,
welke geheel gereed de fabrieken
verlaat, voor de eerste maal bestijgen en
voor het eerst de „kist", zij het een oorlogs
machine, zij het een verkeerskist, in zijn
element brengen. Deze arbeid is al heel
weinig romantisch. Hij moet zelf niet al
leen beschikken over een meer dan mid
delmatige vliegerservaring, maar hij moet
bovendien stalen zenuwen bezitten. Immers
hij moet het toestel op al zyn kwaliteiten
onderzoeken, hij dient door gevaarlijke
buitelingen, hoog in de lucht te onderzoe
ken of het draagvlak van de vleugels aan
de gestelde verwachtingen voldoet; hij
dient, vooral wanneer het een gevechtsma
chine betreft, een empirisch onderzoek in
te stellen naar snelheid en naa^ de wend
baarheid; dat wil zeggen, of de machine in
staat is om snel te manoeuvreeren. Het is
duidelijk dat eventueele constructiefouten,
die, hoe zorgvuldig volgens te voren ge
raakte teekeningen het werk ook is uitge
~?rd. natuurlijk wel eens .voorkomen een
f-tnhn afloop tengevolge kunnen hebben,
ff juist dan moet de invlieger beschikken
«ver een buitengewone tegenwoordigheid
an geest, om de kist toch nog veilig en
V.ël aan den jrond te zetten.
Het spreekt vanzelf dat deze moedige
mannen, die beschikken over een zekere
r--*e van doodsverachting, een behoorlijk
jnVnmen genieten, omdat hun beroep het
meebrengt, dat elk oogenblik een ontijdig
vliegtuig. Wie eens een strandwandeling jn
deze dagen mocht maken, zal de patrouil
le-vliegtuigen laag over het water langs de
duinen zien scheren, op slechts enkele
tientallen meters hoogte. De taak van den
piloot is veel omvattend. Hij moet uitzien,
ja eigenlijk naar alles. Al wat er vaart en
vliegt moet hij opnemen. Op vliegtuigen
van een vreemde mogendheid, die onze
kust te dicht naderen, wordt onmiddellijk
het vuur geopend en zij worden verdreven.
Dat is meestal niet noodig, want alleen de
nadering van het patrouillevliegtuig is al
voldoende om den vreemdeling er van te
doordringen dat hij uit zijn koers is ge
raakt. Gewoonlijk verdwijnen ze dan ook
onmiddellijk uit zicht. De patrouilleerende
vliegtuigen signaleeren bovendien de los
geslagen mijnen, die een groot gevaar kun
nen opleveren, in het bijzonder wanneer de
Noordwesterstormen op de kust beuken.
Elke gesignaleerde mijn wordt nauwkeurig
gevolgd en bij aanspoeling zoo spoedig mo
gelijk onschadelijk gemaakt.
De patrouilledienst van oorlogvoerende
landen heeft echter meer een offensief ka
rakter. Zij sturen hun vaartuigen er regel
matig op uit om de lading van alle moge
lijke in hun buurt varende schepen te on
derzoeken. Engeland houdt elk schip aan
dat in een der beide richtingen door het
Kanaal wil varen. Zij worden naar de
Downs verwezen en blijven daar meestal
geruimen tijd liggen voor het onderzoek
van de lading. Wat zoogenaamd contra
bande is, wordt van boord gehaald en in
Engeland opgeslagen. Op die wijze tracht
men zijn vyand den toevoer van grond
stoffen af te snijden, in de eerste plaats
van die, waarmede hij zijn oorlogsapparaat
in gang kan houden. Het is begrijpelijk dat
ook Duitschland dergelijke maatregelen
heeft genomen. Deze vaartuigen patrouil
leeren in de Oostzee en Noordzee. Alle
schepen, die varen met bestemming Enge
land en Frankrijk of een in de onmiddel
lijke nabijheid liggende natie, worden aan
gehouden.
einde aan hun leven kan komen, eerder
dan dat het geval is bij den verkeerspiloot,
die rustig zijn route vliegt, met een ma
chine, welke uitgebalanceerd is. Voor de
volledigheid dient vermeld te worden dat
aan elke fabriek nog zoogenaamde werk-
vliegers zijn verbonden, die de andere on
der het werk noodige vluchten uitvoeren,
in het bijzonder het „invliegen" van serie
toestellen.
De arbeid van het invliegen begint daar
waar het vliegtuig überhaupt begint te ont
staan; namelijk in het constructiebureau en
in de werkplaats. Reeds bij het ontwerpen
van nieuwe plannen, voorzoover het hierbij
gaat om het ontwikkelen van nieuwe ty
pen, zal men veelvuldig de raad inwinnen
van den invlieger, en dikwijls kan hij den
constructeur op grond van zijn rijke erva
ringen waardevolle practische raad geven.
Ook zal men den invlieger dikwijls in de
werkplaatsen zien, waar hij de werkban
ken langs gaat om kennis te nemen van elk
onderdeel. Want wil hij het vliegtuig aan
afdoende proeven onderwerpen, dan is het
noodig dat hij met de constructie van a tot
z op de hoogte is. Alleen als hij de con
structie haarfijn kent, kan hij de vlieg-
eigenschappen beoordeelen en by het op
treden van onregelmatigheden onmiddellijk
de oorzaak vaststellen en zooals wij boven
schetsten, maatregelen nemen om ernstige
gevolgen voor hem zelf te voorkomen en
later het prototype dienovereenkomstig te
laten veranderen.
Wanneer het vliegtuig geheel gemonteerd
en fonkelnieuw de montagehallen verlaat,
moet men het zich vooral niet voorstellen
als een onbeschreven blad papier, dat de
piloot op goed geluk overneemt, om eerst
daarna vast te stellen of de „kist" ook wes-
kelijk vliegt. Wanneer de invlieger in de
machine klautert, dan is deze reeds aan
twee zeer grondige onderzoekingen onder
worpen, namelijk de constructiecontrole,
die van de fabriek uitgaat en een controle,
welke verricht wordt door de overheid. De
vliegeigenschappen van het toestel zijn
precies berekend en vastgelegd. De invlie
ger weet dus van tevoren al wat hij met
het vliegtuig zal kunnen uitvoeren. Trou
wens by beide controles is hij tegenwoordig
geweest en heeft elk detail van de motor
en van de kern, zoo noemt men wel romp
en vleugels, van de stuurinrichting, van de
roeren, van den schroef en letterlijk van
alle onderdeelen, samen met de construc
teurs onderzocht. Wanneer bij de eerste
vlucht zich constructiefouten mochten
voordoen, dan treft den invlieger reeds in
zekere mate schuld, want met zijn techni
sche, rijke ervaring had hij een en ander
bij het vooronderzoek mede moeten zien,
ten minste, wanneer het een zichtbare fout
was. Het is evenwel een zeldzaam voorko
mend verschijnsel, dat ook na de tweede,
zeer strenge controle nog constructiefouten
verborgen blijven kunnen. Bij vliegtuigen,
die in serie gebouwd worden is het wel
haast uitgesloten. De eerste vlucht, die een
piloot uitvoert met een prototype is over
het algemeen van zeer korten duur; een
tweede proefvlucht strekt zich uit over
langeren tijd, en eerst bij de derde vlucht
wordt het uiterste van de machine gevergd
door kunstvliegen, in den vorm van stunts,
zoogenaamde „feuille mortes" en dergelijke
bravourstukjes, die men wel eens op vlieg
feesten te aanschouwen krijgt. Deze eerste
groote vluoht stelt dan aan den invlieger
Daartoe wordt, ryet vlaggen een signaal
gegeven, dat afte koopvaarders van welke
nationaliteit ze ook mogen zijn, onmiddel
lijk herkennen én dat zooveel wil zeggen
als: onmiddellijk stoppen. Het is bekend,
dat ingeval een koopvaarder niet terstond
aan het bevel voldoet, de commandant van
het oorlogsschip zich het recht voorbehoudt
om het koopvaardijschip in den grond te
boren. Onwilligheid beteekent ook op zee
maar al te dikwijls dat men iets te verber
gen heeft en de risico's van een weigering
aanvaardt. Meestal wordt terstond gehoor
gegeven aan dit sein en mindert de koop
vaarder snelheid. Van het patrouillevaar
tuig wordt een sloep uitgezet en de com
mandant begeeft zich naar het schip. Hij
vraagt inzage van de scheepspapieren, die
en aan zijn tegenwoordigheid van geest de
hoogste eischen. Zooals gezegd wordt van
elke machine gevergd dat tijdens dezen
grooten proeftocht ook een duikvlucht
wordt uitgevoerd, om een voorbeeld te noe
men van 5000 meter tot 1000 meter hoogte.
Bij dezen val, die slechts enkele seconden
duurt, moet de vlieger niet alleen letten
op zyn machine, maar tevens aanteekenin-
gen maken van zijn ervaringen op een
blocnote,'die op zijn knie vastgebonden is
en bovendien den tijd op zijn chronometer
afdrukken.
Ook is voorgeschreven dat het toestel
tien maal achtereen om zijn eigen as moet
draaien en de piloot mag het dan nog
slechts twee maal laten draaien om het
weer in den normalen stand te krijgen.
Ook deze tijden moeten door den invlieger
met zijn chronometer worden vastgelegd
en verder houdt hij aanteekening van den
stand der meetapparaten op zijn dashbord.
Reeds deze enkele grepen uit de ver
eischten bewijzen hoeveel verlangd wordt
van den invlieger. Wanneer hij na deze
proefvlucht het toestel in orde heeft be
vonden, onderwerpen de autoriteiten het
opnieuw aan een nauwgezet vliegtechnisch
onderzoek. En eerst wanneer dit onderzoek
geen fouten meer aan het licht heeft ge
bracht, wordt het nummer van het toestel
officieel geregistreerd en geven zij het vrij.
vergezeld van de noodige documenten.
Zeer zwaar is het werk van den invlie
ger, wanneer de nieuwe machine gebouwd
moet worden voor een speciaal doel. Na
elke vlucht worden dan nog veranderingen
aangebracht. Misschien wordt het bij de
eerste vluchten duidelijk dat de rome te
lang of te kort is, de roeren functionneeren
niet geheel en al naar behooren, het zwaar
topunt dient verlegd te worden en derge
lyke bijzonderheden meer. Steeds weer
komt het toestel van het veld in de werk
plaatsen en vandaar weer bij den invlieger.
die onvermoeid zijn proefnemingen voort
zet. Wanneer de machine dan in bedrijf
genomen wordt, en men is van plan er een
seriebouw van te beginnen, dan dient dit
in de eerste plaats de nationaliteit moeten
bevestigen; er wordt namelijk meer dan
eens door oorlogvoerende koopvaarders ge
varen onder de vlag van een neutrale mo
gendheid.
Als de scheepspapieren in orde bevonden
zijn, worden de ladingsbrieven aan een
zorgvuldige inspectie onderworpen. Wan
neer dan ook de lading zelf nog onderzocht
is en geen goederen, vermeld op de contra
bandelijst gevonden worden, kan de koop
vaarder na eenig oponthoud zijn reis ver
volgen. Maar natuurlijk kan men zich met
altijd in enkele uren overtuigen van den
aard der lading.
Indien eenige twijfel rijst omtrent de
juistheid van de verklaringen van den ka
pitein, wordt het schip opgebracht. Er gaat
dan een zoogenaamde prijsbemanning aan
boord, die het schip opbrengt naar een ha
ven, welke dient als basis van den patrouil
ledienst.
Zoo brengt Engeland de koopvaardij
schepen, die het Kanaal passeeren op naar
de Downs en Duitschland doet hetzelfde op
Koord- en Oostzee. Uit den aard der zaak is
het alles behalve prettig voor een koop
vaardijkapitein, wanneer hij plotseling
iemand boven zich gesteld ziet aan boord
van zijn eigen schip. In de eerste weken
kwam het dan ook nog wel eens voor, dat
zij zich met hun schip uit de voeten tracht
ten te maken. Zoo deed zich het merkwaar
dige geval voor in de Oostzee, dat een
klein neutraal schip de „Helmi", aan den
haal ging, nadat het prijs was gemaakt, in
den tijd, die het patrouillevaartuig noodig
had om een anderen koopvaarder te in-
specteeren. Het schip werd door het snel
lere Duitsche schip achterhaald en er werd
een versterkte prijsbemanning aan boord
gezet. Het onderzoek in de haven wees
echter niet uit, dat de „Helmi" verdachte
De kapitein van het aangehouden schip
staat den officier van den bewakingsdienst
te woord en verstrekt de gevraagde Inlich
tingen.
Mocht onverhoopt de eerste vlucht een on-
verwacht verloop hebben, zoodat een val
onvermijdelijk wordt, dan beschikt de pi
loot over het laatste redmiddel, de para
chute.
prototype natuurlijk een toppunt van ze
kerheid te zijn en een zoo groot mogelijk
prestatievermogen te bezitten.
De vliegtuigen, die nu volgens het
principe van het prototype gebouwd wor
den. kunnen door werkvlie'gers worden in
gevlogen. Wanneer het prototype door de
autoriteiten is vrijgegeven, is het werk van
den invlieger afgeloopen. De invlieger
draagt een groote verantwoordelijkheid
voor het leven van talloos vele menschen,
die na hem in een dergelijk vliegtuig plaats
zullen nemen en die zich, wanneer ze er
regelmatig mee gaan vliegen, zooals op
verkeersroutes. de ervaringen van den in
vlieger ten nutte maken. Maar de fabrieken
'runnen zich verlaten op hun invliegers,
evenals op de andere mannen, de construe
teurs en teekenaars, de monteurs en wie er
verder allen bij betrokken zijn om dat
wonder van den modernen tijd: het vlieg
uig tot stand te brengen.
VAN COPERNICUS TOT HINDENBURG.
Met de vroeger aan Poolsche heerschappij
onderworpen gebieden van Dantzig. West
Pruisen en Posen, is ook een aantal histori
sche plaatsen weer aan Duitschland geko
men. die aan de na'^achtenis van beroem
de mannen gewijd zijn.
Grijpen wij uit den overvloed van na
men er eenige, die ook buiten de Duitsche
grenzen klank gekregen hebben.
In 1473 werd in de stad Thorn de astro
noom Nicolaus Copericus geboren, die met
zijn werk ..De RevoluHonibus" het astro
nomisch systeem van Ptolemeus omver
lading vervoerde en het schip werd vrijge
geven. Hier had men dus te doen met een
geval, waarin de gezagvoerder niet gehoor
wenschte te geven aan de bevelen van het
patrouillevaartuig. Deze handelwijze had
intusschen noodlottig kunnen zijn voor het
vrachtschip, daar de kapitein van het oor
logsschip, zooals gezegd, gemachtigd was 't
schip in den grond te boren.
Bewapende treilers bij de kustwacht.
Voor den patrouille- en bewakingsdienst
zijn vele schepen van de koopvaardij- en
visschersvloot in allerijl omgebouwd, toe
gerust met paravanes en eenig geschut. In
de meeste gevallen zijn de schippers, die
vroeger op de zeesleepers en treilers ston
den, nu in dienst van de Marine als vrij
willigers.
Wat Nederland betreft, zijn zij te her
kennen aan een oranje band om den mouw;
ze steken bont af bij de keurig geuniform-
de bemanning, werkelijk Marinepersoneel.
Dat thans zooveel treilers voor deze doel
einden aan de visschersvloot zijn .onttrok
ken, levert geen moeilijkheden op, omdat
de vischvangs! in deze tijden toch ontzet
tend wordt bemoeilijkt en de meeste booten
niet meer uitvaren. Dat de oude beman
ning gedeeltelijk aan boord blijft is begrij
pelijk, omdat zij beter dan wié ook het
schip kent en er handig medé lean manoeu-
vreëren'.
Bij den bewakingsdienst zijn eveneens
ingelijfd de loodsbooten, die als eerste taak
hebben de schepen veilig in de havens
binnen te brengen, maar thans tevens be
wapend zijn met twee lichte kanonnen, ter
wijl aan de bemanning, die in vredestijd
het werk doet een aantal Marineofficieren
zijn toegevoegd. Geen schip kan de Neder-
landsche havens binnenloopen zonder dat
het marinepersoneel van den bewakings
dienst daartoe toestemming heeft gegeven.
Men zou verkeerd doen te meenen dat al
leen schepen van vreemde nationaliteit
worden aangehouden, aan dit onderzoek
zijn eveneens de kustvaarders, van de re
gelmatige diensten onderworpen.
Gelijk geschiedt bij de Duitsche en En-
gelsche Marine, gaat een officier van den
bewakingsdienst aan boord om controle uit
te oefenen. De kapitein van het schip legt
de manifesten over, waarin vermeld is aard
van lading, afzenders in vaktermen
spreekt men van afschepers en bestem
ming. Een enkele maal komt het .voor dat
de koopvaardijschepen voor geval van
noodweer voorzien zijn van eenige stuk-"
ken geschut. Het is gewoonte deze te ver
zegelen voor zij een haven kunnen binnen
loopen. In territoriale wateren mag, zooals
vanzelf spreekt, van dit geschut onder geen
beding gebruik gemaakt word.n. Opge
merkt dient nog te worden dat Nederland-
sche koopvaarders een vragenlijst moeten
mvullen.
Thans, enkele maanden na het fatale
oogenblik, waarop de oorlog een feit werd,
kan men constateeren dat elk land, in de
zee, in de lucht en op het land omgeven
is door een gordel van wakende oogen, ge
reed om elke alarmeerende gebeurtenis
onmiddellijk door te geven en daarmede
het geheele defensieve, of waar het vreem
de mogendheden betreft, offensief apparaat
in werking te stellen., De Neder-landsche
Marine^ we hebben- het zelf in.qpgenschouw
kunnen nemen, slaat daarbij geen slecht^,
figuur. Langs de kust wordt gewaakt.
wierp en het bewijs leverde, dat niet
aarde, maar de zón het middelpunt van hes
heelal is. Copernicus was een kind van
Duitsche ouders en hij,heeft na zijn studie
jaren te Krakay, Padua en Bologna uitslui
tend in de Oost Pruisische stad Frauen-
burg gewérkt, waar hij ook begraven ligt.
68 Jaren na zijn dood werd te Dantzig Jo
hannes Hevelke of zooals hij zichzelf
noemde: Hevelius geboren. Ook zijn
hartstocht was de astronomie. En al was het
hem dan niet gegeven, evenals zijn groote
voorganger revolutionnaire ontdekkingen te
doen, zoo kan hij toch de eer voor zich op-
eischen, het slingeruurwerk en de micro-
meterschroef uitgevonden, een in 150 jaren
niet overtroffen beschrijving van'de maan
geschreven en de grootste sterrenwacht van
zijn tijd gebouwd te hebben. Hij studeerde
o.a. in Nederland. In 1668, een jaar voor
den dood van Hevelius, werd, eveneens' te
Dantzig, Daniel Gabriel Fahrenheit gébo
ren, de uitvinder van den naar hem ge
noemden thermometer. Ook hij stond on
onderbroken in wetenschappelijke relaties
met Nederlandsche, Deensche en Zweedsche
geleerden en hij is in 1736 te Den Haag
gestorven. Tenslotte dient hier ook de
naam nog genoemd te worden van Walter
Nernst, die in 1864 in het West-Pruisische
stadje Briesen geboren werd. De beroemde
physicus en chemicus, die na het gymnasi
um van Graudenz afgeloopen te hebben, in
Züricn verder studeerde, dankt zijn we
reldnaam in de eerste plaats aan de uitvin
ding van de naar hem genoemde gloeilamp.
Een andere beroemde Dantziger is de fi
losoof Afthur Schopenhauer, die in 1788
geboren werd. Als zoovele Dantzigers, had
ook hij Nederlandsch bloed in de aderen
„Mijn grootvader zóó'schrijft hij zelf
was nog in de Nederlanden géboren, doch
jong naar Dantzig gekomen, waar hij de
dochter van den heer Soermans, den Ne-
derlandschen resident, trouwde. Mijn vader
Heinrich Floris sprak nog vloeiend Neder
landsch."
In tegenstelling tot zijn grooten tijdge
noot Immanuel Kant, die zijn geboortestad,
Koningsbergen in het naburige Oost Prui
sen nooit verliet, vertrok Schopenhauer;
reeds in 1793 uit Dantzig om er niet meer
terug te keeren Vermelding verdient voorts,
de schilder en etser Daniël Chodowiecki,
die in 1726 te Dantzig geboren werd en.
aanvankelijk als koopman werkzaam was,
totdat hij in 1754 te Berlijn zijn talent ont
dekte.
En nog meer mannen van wereldnaam
heeft dit oer Duitsche land in het Oosten
voortgebracht.
In 1866 werd te Kuhn aan den Weichsel
de dichter Hermann Löns en in 1848 te
Markowitz bij Posen de beroemde taalkun
dige Ulrich von WilamowitzMoellendorff
^ehoren. Ook generaal Erich von Falken-
hayn. die van 19*3 tot 1915 Pruisisch mi-
nisier van Oorlog en in den wereldoorlog
tot einde Augustus 1916 chef van den ge-
neralen staf van het Duitsche veldleger
was. stamt uit het Oosten. Hii werd in
1961 op de burcht Belchau bii Graudenz
geboren. Moge de generaal veldmaarschalk
en rijkspresident von Hindenburg deze rij
van eminente mannen besluiten. Hij werd
in 1847 te Posen geboren en stierf in 1934
op Neudeck. de West Pruisische bezitting
zijner familie.