OP PATROUILLE MET DE MARINE FÉiele geheimen uit [!e luclitvaartkeuken Alleen zij, die aan de kust wonen, kunnen er dagelijks getuige van zijn hoe door de vliegtuigen en de schepen van de kustwacht gepatrouilleerd wordt, zoodat elke verdachte gebeurtenis onmiddellijk gerapporteerd kan worden en het Marine-apparaat terstond in werking treedt. Zooals men in Engeland en Duitschland angstvallig waakt voor het doorlaten van schepen, die contrabande bevatten, zoo waken de neutrale mogend heden Nederland en België er voor, dat geen schip onopgemerkt de ha vens binnen loopt. Nog geen half jaar geleden was de zee vrij, thans is dat een legende geworden. Men zou evenwel verkeerd doen de oogen te sluiten voor de realiteit; beter op zijn plaats is thans een woord van hulde voor de moedige Marinemannen, die weer of geen weer hun plicht doen. HOE GEWAAKT WORDT LANGS DE KUSTEN. Wanneer wordt een schip prijs gemaakt en opgebracht? Fatrouilleerende vliegtuigen en schepen van den bewakingsdienst vormen een gesloten keten. TOEN de oorlog uitgebroken was, wa ren Oostzee en Noordzee plotseling schoongeveegd van eiken vorm van scheepvaart. Men zag nauwelijks een schip, althans in de eerste dagen. Dat veranderde al spoedig, want nu hebben de vaartuigen, die met den bewakings- en patrouilledienst der verschillende landen belast zijn, de handen vol werk om de schepen, die weer de zeeën bevaren, te onderzoeken en na te gaan. In de oorlogvoerende landen heeft de Marine bovendien de taak de koopvaardij schepen van het eigen land veilig heen le loodsen door de gelegde mijnenvelden. Ge lijk men weet zijn op tal van plaatsen, ook voor de kusten van Nederland en België my n versperringen gelegd door Engelschen en Duitschers, waardoor bepaalde stukken van de zee onbevaarbaar worden. Het doel van de eene party is den tegenstander te dwingen door nauwe engten te varen, zoo dat hy daar een gemakkelijke prooi wordt. Met dat al worden vele koopvaarders het slachtoffer van deze mijnen, ten deele doordat ze van hun anker zijn losgeslagen, maar dan dienen ze door de speciale vei ligheidsinrichting onschadelijk te worden. Door omstandigheden, die men elders in dit artikel vermeld kan vinden, geschiedt dit niet altijd. Maar nog gevaarlijker zijn de mijnenvelden, die officieus gelegd zyn door een der oorlogvoerende naties en waarvan geen opgave is gedaan aan de sc eepvaartkringen. In de Noordzee zijn er bijvoorbeeld ver- D"'neidene geconstateerd. Deze mijnen zyn wel verankerd en dan is er nog een tweede soort mijnen, waarover den laatsten tijd i-og al veel geschreven is: de magnetische mijnen, die drijven. De nabijheid van me- teal brengt de ontstekingsinrichting in wer- 1 :ng. Om het gevaar, dat van deze zijde dreigt te ondervangen, wordt overwogen con scheepswand bijvoorbeeld te overtrek ken met een laag rubber, De patrouille en bewakingsdienst van r"utrale mogendheden als Nederland en Iclgië bepaalt zich tot het signaleeren van nl wat op ons territorium nadert. Daarbij komen allerlei eenheden in actie een 'n de kenmerken van den modernen oor log de Marine wordt gesteund door het DE EERSTE MAN IN HET NIEUWE VLIEGTUIG. Da verantwoordelijke en gevaarlijke taak van den invlieger. Velen denken dat de vliegtuigen, die in reris de fabrieken verlaten, onmiddellijk kunnen opstijgen voor hun eerste vlucht. £00 eenvoudig is het intusschen niet. Vele formaliteiten moeten worden vervuld eer het zoover is. Wanneer het toestel gereed fi* montagehal verlaat, wordt het aan een grondige inspectie onderworpen door de fabriek en vervolgens door de overheid, die daartoe een speciale deskundige commissie heeft aangewezen. En wanneer het een r.ieuw type betreft, volgt daarna het zoo genaamde invliegen, waarbij het toestel aan uitermate zware proeven wordt bloot gesteld. Over dit gevaarlijke en allerminst romantische beroep van den invlieger ver tellen wij in onderstaand artikel een en ander. Weliswaar leven wij niet meer in de dagen van luchtvaartpioniers als Leonardo da Vinci en Otto von Lilienthai, toen een lwging om te vliegen vrijwel gelijk stond met zelfmoord, maar nog altijd is de eerste vlucht van een nieuw vliegtuig min of meer een sprong in het duister en vooral de duikvluchten, de tonneau's en derge lijke, stellen aan den invlieger, die over een enorme tegenwoordigheid van geest moet beschikken de hoogste eischen. DE invliegers van de vliegtuigfabrieken zijn de mannen, die elke machine, welke geheel gereed de fabrieken verlaat, voor de eerste maal bestijgen en voor het eerst de „kist", zij het een oorlogs machine, zij het een verkeerskist, in zijn element brengen. Deze arbeid is al heel weinig romantisch. Hij moet zelf niet al leen beschikken over een meer dan mid delmatige vliegerservaring, maar hij moet bovendien stalen zenuwen bezitten. Immers hij moet het toestel op al zyn kwaliteiten onderzoeken, hij dient door gevaarlijke buitelingen, hoog in de lucht te onderzoe ken of het draagvlak van de vleugels aan de gestelde verwachtingen voldoet; hij dient, vooral wanneer het een gevechtsma chine betreft, een empirisch onderzoek in te stellen naar snelheid en naa^ de wend baarheid; dat wil zeggen, of de machine in staat is om snel te manoeuvreeren. Het is duidelijk dat eventueele constructiefouten, die, hoe zorgvuldig volgens te voren ge raakte teekeningen het werk ook is uitge ~?rd. natuurlijk wel eens .voorkomen een f-tnhn afloop tengevolge kunnen hebben, ff juist dan moet de invlieger beschikken «ver een buitengewone tegenwoordigheid an geest, om de kist toch nog veilig en V.ël aan den jrond te zetten. Het spreekt vanzelf dat deze moedige mannen, die beschikken over een zekere r--*e van doodsverachting, een behoorlijk jnVnmen genieten, omdat hun beroep het meebrengt, dat elk oogenblik een ontijdig vliegtuig. Wie eens een strandwandeling jn deze dagen mocht maken, zal de patrouil le-vliegtuigen laag over het water langs de duinen zien scheren, op slechts enkele tientallen meters hoogte. De taak van den piloot is veel omvattend. Hij moet uitzien, ja eigenlijk naar alles. Al wat er vaart en vliegt moet hij opnemen. Op vliegtuigen van een vreemde mogendheid, die onze kust te dicht naderen, wordt onmiddellijk het vuur geopend en zij worden verdreven. Dat is meestal niet noodig, want alleen de nadering van het patrouillevliegtuig is al voldoende om den vreemdeling er van te doordringen dat hij uit zijn koers is ge raakt. Gewoonlijk verdwijnen ze dan ook onmiddellijk uit zicht. De patrouilleerende vliegtuigen signaleeren bovendien de los geslagen mijnen, die een groot gevaar kun nen opleveren, in het bijzonder wanneer de Noordwesterstormen op de kust beuken. Elke gesignaleerde mijn wordt nauwkeurig gevolgd en bij aanspoeling zoo spoedig mo gelijk onschadelijk gemaakt. De patrouilledienst van oorlogvoerende landen heeft echter meer een offensief ka rakter. Zij sturen hun vaartuigen er regel matig op uit om de lading van alle moge lijke in hun buurt varende schepen te on derzoeken. Engeland houdt elk schip aan dat in een der beide richtingen door het Kanaal wil varen. Zij worden naar de Downs verwezen en blijven daar meestal geruimen tijd liggen voor het onderzoek van de lading. Wat zoogenaamd contra bande is, wordt van boord gehaald en in Engeland opgeslagen. Op die wijze tracht men zijn vyand den toevoer van grond stoffen af te snijden, in de eerste plaats van die, waarmede hij zijn oorlogsapparaat in gang kan houden. Het is begrijpelijk dat ook Duitschland dergelijke maatregelen heeft genomen. Deze vaartuigen patrouil leeren in de Oostzee en Noordzee. Alle schepen, die varen met bestemming Enge land en Frankrijk of een in de onmiddel lijke nabijheid liggende natie, worden aan gehouden. einde aan hun leven kan komen, eerder dan dat het geval is bij den verkeerspiloot, die rustig zijn route vliegt, met een ma chine, welke uitgebalanceerd is. Voor de volledigheid dient vermeld te worden dat aan elke fabriek nog zoogenaamde werk- vliegers zijn verbonden, die de andere on der het werk noodige vluchten uitvoeren, in het bijzonder het „invliegen" van serie toestellen. De arbeid van het invliegen begint daar waar het vliegtuig überhaupt begint te ont staan; namelijk in het constructiebureau en in de werkplaats. Reeds bij het ontwerpen van nieuwe plannen, voorzoover het hierbij gaat om het ontwikkelen van nieuwe ty pen, zal men veelvuldig de raad inwinnen van den invlieger, en dikwijls kan hij den constructeur op grond van zijn rijke erva ringen waardevolle practische raad geven. Ook zal men den invlieger dikwijls in de werkplaatsen zien, waar hij de werkban ken langs gaat om kennis te nemen van elk onderdeel. Want wil hij het vliegtuig aan afdoende proeven onderwerpen, dan is het noodig dat hij met de constructie van a tot z op de hoogte is. Alleen als hij de con structie haarfijn kent, kan hij de vlieg- eigenschappen beoordeelen en by het op treden van onregelmatigheden onmiddellijk de oorzaak vaststellen en zooals wij boven schetsten, maatregelen nemen om ernstige gevolgen voor hem zelf te voorkomen en later het prototype dienovereenkomstig te laten veranderen. Wanneer het vliegtuig geheel gemonteerd en fonkelnieuw de montagehallen verlaat, moet men het zich vooral niet voorstellen als een onbeschreven blad papier, dat de piloot op goed geluk overneemt, om eerst daarna vast te stellen of de „kist" ook wes- kelijk vliegt. Wanneer de invlieger in de machine klautert, dan is deze reeds aan twee zeer grondige onderzoekingen onder worpen, namelijk de constructiecontrole, die van de fabriek uitgaat en een controle, welke verricht wordt door de overheid. De vliegeigenschappen van het toestel zijn precies berekend en vastgelegd. De invlie ger weet dus van tevoren al wat hij met het vliegtuig zal kunnen uitvoeren. Trou wens by beide controles is hij tegenwoordig geweest en heeft elk detail van de motor en van de kern, zoo noemt men wel romp en vleugels, van de stuurinrichting, van de roeren, van den schroef en letterlijk van alle onderdeelen, samen met de construc teurs onderzocht. Wanneer bij de eerste vlucht zich constructiefouten mochten voordoen, dan treft den invlieger reeds in zekere mate schuld, want met zijn techni sche, rijke ervaring had hij een en ander bij het vooronderzoek mede moeten zien, ten minste, wanneer het een zichtbare fout was. Het is evenwel een zeldzaam voorko mend verschijnsel, dat ook na de tweede, zeer strenge controle nog constructiefouten verborgen blijven kunnen. Bij vliegtuigen, die in serie gebouwd worden is het wel haast uitgesloten. De eerste vlucht, die een piloot uitvoert met een prototype is over het algemeen van zeer korten duur; een tweede proefvlucht strekt zich uit over langeren tijd, en eerst bij de derde vlucht wordt het uiterste van de machine gevergd door kunstvliegen, in den vorm van stunts, zoogenaamde „feuille mortes" en dergelijke bravourstukjes, die men wel eens op vlieg feesten te aanschouwen krijgt. Deze eerste groote vluoht stelt dan aan den invlieger Daartoe wordt, ryet vlaggen een signaal gegeven, dat afte koopvaarders van welke nationaliteit ze ook mogen zijn, onmiddel lijk herkennen én dat zooveel wil zeggen als: onmiddellijk stoppen. Het is bekend, dat ingeval een koopvaarder niet terstond aan het bevel voldoet, de commandant van het oorlogsschip zich het recht voorbehoudt om het koopvaardijschip in den grond te boren. Onwilligheid beteekent ook op zee maar al te dikwijls dat men iets te verber gen heeft en de risico's van een weigering aanvaardt. Meestal wordt terstond gehoor gegeven aan dit sein en mindert de koop vaarder snelheid. Van het patrouillevaar tuig wordt een sloep uitgezet en de com mandant begeeft zich naar het schip. Hij vraagt inzage van de scheepspapieren, die en aan zijn tegenwoordigheid van geest de hoogste eischen. Zooals gezegd wordt van elke machine gevergd dat tijdens dezen grooten proeftocht ook een duikvlucht wordt uitgevoerd, om een voorbeeld te noe men van 5000 meter tot 1000 meter hoogte. Bij dezen val, die slechts enkele seconden duurt, moet de vlieger niet alleen letten op zyn machine, maar tevens aanteekenin- gen maken van zijn ervaringen op een blocnote,'die op zijn knie vastgebonden is en bovendien den tijd op zijn chronometer afdrukken. Ook is voorgeschreven dat het toestel tien maal achtereen om zijn eigen as moet draaien en de piloot mag het dan nog slechts twee maal laten draaien om het weer in den normalen stand te krijgen. Ook deze tijden moeten door den invlieger met zijn chronometer worden vastgelegd en verder houdt hij aanteekening van den stand der meetapparaten op zijn dashbord. Reeds deze enkele grepen uit de ver eischten bewijzen hoeveel verlangd wordt van den invlieger. Wanneer hij na deze proefvlucht het toestel in orde heeft be vonden, onderwerpen de autoriteiten het opnieuw aan een nauwgezet vliegtechnisch onderzoek. En eerst wanneer dit onderzoek geen fouten meer aan het licht heeft ge bracht, wordt het nummer van het toestel officieel geregistreerd en geven zij het vrij. vergezeld van de noodige documenten. Zeer zwaar is het werk van den invlie ger, wanneer de nieuwe machine gebouwd moet worden voor een speciaal doel. Na elke vlucht worden dan nog veranderingen aangebracht. Misschien wordt het bij de eerste vluchten duidelijk dat de rome te lang of te kort is, de roeren functionneeren niet geheel en al naar behooren, het zwaar topunt dient verlegd te worden en derge lyke bijzonderheden meer. Steeds weer komt het toestel van het veld in de werk plaatsen en vandaar weer bij den invlieger. die onvermoeid zijn proefnemingen voort zet. Wanneer de machine dan in bedrijf genomen wordt, en men is van plan er een seriebouw van te beginnen, dan dient dit in de eerste plaats de nationaliteit moeten bevestigen; er wordt namelijk meer dan eens door oorlogvoerende koopvaarders ge varen onder de vlag van een neutrale mo gendheid. Als de scheepspapieren in orde bevonden zijn, worden de ladingsbrieven aan een zorgvuldige inspectie onderworpen. Wan neer dan ook de lading zelf nog onderzocht is en geen goederen, vermeld op de contra bandelijst gevonden worden, kan de koop vaarder na eenig oponthoud zijn reis ver volgen. Maar natuurlijk kan men zich met altijd in enkele uren overtuigen van den aard der lading. Indien eenige twijfel rijst omtrent de juistheid van de verklaringen van den ka pitein, wordt het schip opgebracht. Er gaat dan een zoogenaamde prijsbemanning aan boord, die het schip opbrengt naar een ha ven, welke dient als basis van den patrouil ledienst. Zoo brengt Engeland de koopvaardij schepen, die het Kanaal passeeren op naar de Downs en Duitschland doet hetzelfde op Koord- en Oostzee. Uit den aard der zaak is het alles behalve prettig voor een koop vaardijkapitein, wanneer hij plotseling iemand boven zich gesteld ziet aan boord van zijn eigen schip. In de eerste weken kwam het dan ook nog wel eens voor, dat zij zich met hun schip uit de voeten tracht ten te maken. Zoo deed zich het merkwaar dige geval voor in de Oostzee, dat een klein neutraal schip de „Helmi", aan den haal ging, nadat het prijs was gemaakt, in den tijd, die het patrouillevaartuig noodig had om een anderen koopvaarder te in- specteeren. Het schip werd door het snel lere Duitsche schip achterhaald en er werd een versterkte prijsbemanning aan boord gezet. Het onderzoek in de haven wees echter niet uit, dat de „Helmi" verdachte De kapitein van het aangehouden schip staat den officier van den bewakingsdienst te woord en verstrekt de gevraagde Inlich tingen. Mocht onverhoopt de eerste vlucht een on- verwacht verloop hebben, zoodat een val onvermijdelijk wordt, dan beschikt de pi loot over het laatste redmiddel, de para chute. prototype natuurlijk een toppunt van ze kerheid te zijn en een zoo groot mogelijk prestatievermogen te bezitten. De vliegtuigen, die nu volgens het principe van het prototype gebouwd wor den. kunnen door werkvlie'gers worden in gevlogen. Wanneer het prototype door de autoriteiten is vrijgegeven, is het werk van den invlieger afgeloopen. De invlieger draagt een groote verantwoordelijkheid voor het leven van talloos vele menschen, die na hem in een dergelijk vliegtuig plaats zullen nemen en die zich, wanneer ze er regelmatig mee gaan vliegen, zooals op verkeersroutes. de ervaringen van den in vlieger ten nutte maken. Maar de fabrieken 'runnen zich verlaten op hun invliegers, evenals op de andere mannen, de construe teurs en teekenaars, de monteurs en wie er verder allen bij betrokken zijn om dat wonder van den modernen tijd: het vlieg uig tot stand te brengen. VAN COPERNICUS TOT HINDENBURG. Met de vroeger aan Poolsche heerschappij onderworpen gebieden van Dantzig. West Pruisen en Posen, is ook een aantal histori sche plaatsen weer aan Duitschland geko men. die aan de na'^achtenis van beroem de mannen gewijd zijn. Grijpen wij uit den overvloed van na men er eenige, die ook buiten de Duitsche grenzen klank gekregen hebben. In 1473 werd in de stad Thorn de astro noom Nicolaus Copericus geboren, die met zijn werk ..De RevoluHonibus" het astro nomisch systeem van Ptolemeus omver lading vervoerde en het schip werd vrijge geven. Hier had men dus te doen met een geval, waarin de gezagvoerder niet gehoor wenschte te geven aan de bevelen van het patrouillevaartuig. Deze handelwijze had intusschen noodlottig kunnen zijn voor het vrachtschip, daar de kapitein van het oor logsschip, zooals gezegd, gemachtigd was 't schip in den grond te boren. Bewapende treilers bij de kustwacht. Voor den patrouille- en bewakingsdienst zijn vele schepen van de koopvaardij- en visschersvloot in allerijl omgebouwd, toe gerust met paravanes en eenig geschut. In de meeste gevallen zijn de schippers, die vroeger op de zeesleepers en treilers ston den, nu in dienst van de Marine als vrij willigers. Wat Nederland betreft, zijn zij te her kennen aan een oranje band om den mouw; ze steken bont af bij de keurig geuniform- de bemanning, werkelijk Marinepersoneel. Dat thans zooveel treilers voor deze doel einden aan de visschersvloot zijn .onttrok ken, levert geen moeilijkheden op, omdat de vischvangs! in deze tijden toch ontzet tend wordt bemoeilijkt en de meeste booten niet meer uitvaren. Dat de oude beman ning gedeeltelijk aan boord blijft is begrij pelijk, omdat zij beter dan wié ook het schip kent en er handig medé lean manoeu- vreëren'. Bij den bewakingsdienst zijn eveneens ingelijfd de loodsbooten, die als eerste taak hebben de schepen veilig in de havens binnen te brengen, maar thans tevens be wapend zijn met twee lichte kanonnen, ter wijl aan de bemanning, die in vredestijd het werk doet een aantal Marineofficieren zijn toegevoegd. Geen schip kan de Neder- landsche havens binnenloopen zonder dat het marinepersoneel van den bewakings dienst daartoe toestemming heeft gegeven. Men zou verkeerd doen te meenen dat al leen schepen van vreemde nationaliteit worden aangehouden, aan dit onderzoek zijn eveneens de kustvaarders, van de re gelmatige diensten onderworpen. Gelijk geschiedt bij de Duitsche en En- gelsche Marine, gaat een officier van den bewakingsdienst aan boord om controle uit te oefenen. De kapitein van het schip legt de manifesten over, waarin vermeld is aard van lading, afzenders in vaktermen spreekt men van afschepers en bestem ming. Een enkele maal komt het .voor dat de koopvaardijschepen voor geval van noodweer voorzien zijn van eenige stuk-" ken geschut. Het is gewoonte deze te ver zegelen voor zij een haven kunnen binnen loopen. In territoriale wateren mag, zooals vanzelf spreekt, van dit geschut onder geen beding gebruik gemaakt word.n. Opge merkt dient nog te worden dat Nederland- sche koopvaarders een vragenlijst moeten mvullen. Thans, enkele maanden na het fatale oogenblik, waarop de oorlog een feit werd, kan men constateeren dat elk land, in de zee, in de lucht en op het land omgeven is door een gordel van wakende oogen, ge reed om elke alarmeerende gebeurtenis onmiddellijk door te geven en daarmede het geheele defensieve, of waar het vreem de mogendheden betreft, offensief apparaat in werking te stellen., De Neder-landsche Marine^ we hebben- het zelf in.qpgenschouw kunnen nemen, slaat daarbij geen slecht^, figuur. Langs de kust wordt gewaakt. wierp en het bewijs leverde, dat niet aarde, maar de zón het middelpunt van hes heelal is. Copernicus was een kind van Duitsche ouders en hij,heeft na zijn studie jaren te Krakay, Padua en Bologna uitslui tend in de Oost Pruisische stad Frauen- burg gewérkt, waar hij ook begraven ligt. 68 Jaren na zijn dood werd te Dantzig Jo hannes Hevelke of zooals hij zichzelf noemde: Hevelius geboren. Ook zijn hartstocht was de astronomie. En al was het hem dan niet gegeven, evenals zijn groote voorganger revolutionnaire ontdekkingen te doen, zoo kan hij toch de eer voor zich op- eischen, het slingeruurwerk en de micro- meterschroef uitgevonden, een in 150 jaren niet overtroffen beschrijving van'de maan geschreven en de grootste sterrenwacht van zijn tijd gebouwd te hebben. Hij studeerde o.a. in Nederland. In 1668, een jaar voor den dood van Hevelius, werd, eveneens' te Dantzig, Daniel Gabriel Fahrenheit gébo ren, de uitvinder van den naar hem ge noemden thermometer. Ook hij stond on onderbroken in wetenschappelijke relaties met Nederlandsche, Deensche en Zweedsche geleerden en hij is in 1736 te Den Haag gestorven. Tenslotte dient hier ook de naam nog genoemd te worden van Walter Nernst, die in 1864 in het West-Pruisische stadje Briesen geboren werd. De beroemde physicus en chemicus, die na het gymnasi um van Graudenz afgeloopen te hebben, in Züricn verder studeerde, dankt zijn we reldnaam in de eerste plaats aan de uitvin ding van de naar hem genoemde gloeilamp. Een andere beroemde Dantziger is de fi losoof Afthur Schopenhauer, die in 1788 geboren werd. Als zoovele Dantzigers, had ook hij Nederlandsch bloed in de aderen „Mijn grootvader zóó'schrijft hij zelf was nog in de Nederlanden géboren, doch jong naar Dantzig gekomen, waar hij de dochter van den heer Soermans, den Ne- derlandschen resident, trouwde. Mijn vader Heinrich Floris sprak nog vloeiend Neder landsch." In tegenstelling tot zijn grooten tijdge noot Immanuel Kant, die zijn geboortestad, Koningsbergen in het naburige Oost Prui sen nooit verliet, vertrok Schopenhauer; reeds in 1793 uit Dantzig om er niet meer terug te keeren Vermelding verdient voorts, de schilder en etser Daniël Chodowiecki, die in 1726 te Dantzig geboren werd en. aanvankelijk als koopman werkzaam was, totdat hij in 1754 te Berlijn zijn talent ont dekte. En nog meer mannen van wereldnaam heeft dit oer Duitsche land in het Oosten voortgebracht. In 1866 werd te Kuhn aan den Weichsel de dichter Hermann Löns en in 1848 te Markowitz bij Posen de beroemde taalkun dige Ulrich von WilamowitzMoellendorff ^ehoren. Ook generaal Erich von Falken- hayn. die van 19*3 tot 1915 Pruisisch mi- nisier van Oorlog en in den wereldoorlog tot einde Augustus 1916 chef van den ge- neralen staf van het Duitsche veldleger was. stamt uit het Oosten. Hii werd in 1961 op de burcht Belchau bii Graudenz geboren. Moge de generaal veldmaarschalk en rijkspresident von Hindenburg deze rij van eminente mannen besluiten. Hij werd in 1847 te Posen geboren en stierf in 1934 op Neudeck. de West Pruisische bezitting zijner familie.

Peel en Maas | 1940 | | pagina 10